place

Kranenburg (molen)

Verdwenen molenVoormalig bouwwerk in Utrecht (stad)Voormalige molen in Utrecht (provincie)Voormalige zaagmolen
Molen aan de Kromme Rijn Utrecht 20237274 RCE
Molen aan de Kromme Rijn Utrecht 20237274 RCE

Kranenburg was een achtkantige houtzaagmolen in Utrecht van het type stellingmolen. De locatie van de molen wordt aangegeven met stenen in het Lodewijk Napoleonplantsoen nabij de Kranenburgerweg. De molen werd in 1797 gebouwd door Barend Pleyster ter plekke van de toenmalige hofstede Kranenburg. Voor het vervoer van de boomstammen van de Kromme Rijn naar de molen werd een sloot met een brug aangelegd.In 1812 werd de molen bij executie verkocht door de rechtbank. De molen werd aan het begin van de twintigste eeuw stilgelegd en raakte vanaf 1925 in verval. De molen deed dan dienst als opslag voor motorjachten en kano's maar kon na houtroof tijdens de Tweede Wereldoorlog ook die functie niet meer vervullen. In 1943 kocht de gemeente Utrecht de molen en in 1944 werd een restauratieplan opgesteld, dat echter nooit werd uitgevoerd. In 1954 werd de ruïne van de molen gesloopt. Na de sloop was Rijn en Zon de enige windmolen in de stad Utrecht. Op 28 oktober 2008 werd aan de Koningsweg door wijkwethouder Robert Giesberts een muurschildering onthuld van de molen.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Kranenburg (molen) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Kranenburg (molen)
Krommerijn, Utrecht

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Kranenburg (molen)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.0783 ° E 5.1349611111111 °
placeToon op kaart

Adres

Krommerijn

Krommerijn
3582 TP Utrecht (Utrecht)
Utrecht, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Molen aan de Kromme Rijn Utrecht 20237274 RCE
Molen aan de Kromme Rijn Utrecht 20237274 RCE
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

IBB (gebouw)
IBB (gebouw)

Het IBB is een studentencomplex aan de Ina Boudier-Bakkerlaan in de wijk 'Oost' in Utrecht, de hoofdstad van de Nederlandse provincie Utrecht. Er zijn zo'n 1300 kamers in huizen van acht tot vijftien bewoners, waar huiskamer, keuken en badkamer gedeeld worden. Daarnaast zijn er enkele zelfstandige woningen. Het IBB is eind jaren 60 gebouwd en is daarmee het oudste studentencomplex van de stad. Het complex bestaat uit een hoogbouwflat van 288 eenheden en 15 laagbouwflats van in totaal ca. 1000 eenheden. Eigenaar en verhuurder is de SSH Utrecht. Tussen 1995 en 2003 was ook het ROC Utrecht Unit Welzijn gevestigd aan de IBB laan nummer 2 met ongeveer 500 studenten een belangrijk onderdeel van de wijk. In 2003 is deze school verhuisd naar de Vondellaan en opgegaan in het ROC Midden Nederland. Het IBB ligt in Utrecht-Oost, met de Ina Boudier-Bakkerlaan in het oosten en de Oosterspoorweg in het westen. Achter de Oosterspoorweg ligt de volksbuurt Sterrenwijk. Hoewel de meeste kamers maar zo'n 12 m² groot zijn en het complex inmiddels op leeftijd is, is het nog steeds populair bij studenten. Als mogelijke reden hiervoor kan de ligging halverwege de binnenstad en universiteitscentrum De Uithof, of de lage huurprijs gezien worden. Het complex had een eigen buurtsupermarkt en van 1968 tot 2008 een eigen kroeg. De supermarkt is overbodig geworden na de opening van een reguliere supermarkt in de straat, nu is er een sportschool in gevestigd. Bekende (oud-)bewoners van het IBB: Vincent Bijlo (nummer 63 en 189) Denise Jannah (nummer 21-3) Elias Khodabaks (hoogbouw 16e verdieping) Quinsy Gario (hoogbouw 11e verdieping)

Utrechtsche Asphaltfabriek
Utrechtsche Asphaltfabriek

De Utrechtsche Asphaltfabriek v/h Stein en Takken was een bedrijf dat asfalt uit steenkoolteer produceerde. Het bedrijf had een fabriek aan de Gansstraat te Utrecht, nabij de Kromme Rijn. Het bedrijf heeft bestaan vanaf 1880. Het bedrijf startte in 1880 onder de naam Stein en Takken. Men won asfalt uit steenkoolteer, dat per schip onder meer vanuit de Gemeentelijke Gasfabriek werd aangevoerd. Bijproducten waren naftaline, paraffine en creoline. Het asfalt werd toegepast in asfaltpapier als dakbedekking. Er waren opslagtanks, distilleerketels, een zeer hoge schoorsteen en een metalen toren met waterreservoir. Ook kende het bedrijf een installatie om asfaltpapier te vervaardigen. In 1918 woedde er een grote brand die een deel van het bedrijf verwoestte. In 1933 draaide de Utrechtsche Asphaltfabriek NV tonnen verlies en werd gereorganiseerd. Een jaar later was de fabriek aan de Utrechtse Gansstraat gesloten, werd de inboedel geveild en kwamen de gebouwen voor de sloop. Aan de Gansstraat 132 is een uit omstreeks 1906 daterend depotgebouw van de fabriek overgebleven waarin asfaltpreparaten werden opgeslagen. Het bedrijf met zijn ongelukken veroorzaakte aan de Gansstraat een sterk vervuilde bodem. De vervuiling ging tot 13 meter diep en het grondwater was tot 50 meter diep vervuild. De vervuiling werd einde 20e eeuw aangepakt en lang heeft er aan het Tolsteegplantsoen een zuiveringsinstallatie gestaan. De Utrechtsche Asphaltfabriek bleef bestaan als naamloze vennootschap. In 1952 behoorde de N.V. Teer Unie uit Uithoorn ertoe. In 1955 fuseerde de Utrechtsche Asphaltfabriek NV met de Nederlandsche Teer- en Asphaltindustrie en ontstond de Chemische Industrie Uithoorn N.V (Cindu). 50% van de aandelen kwamen in bezit van de Utrechtsche Asphaltfabriek NV. In 1967 bestaat de Utrechtsche Asphaltfabriek NV nog. Gebruik van het zogeheten teer-asfalt is einde 20e eeuw verboden voor zowel dakbedekking als wegverharding. Het tegenwoordig gebruikte asfalt bevat bitumen, een aardolieproduct.