place

Raadhuis van Nieuwer-Amstel

Bouwwerk in Amsterdam-ZuidGeschiedenis van AmsterdamKantoorgebouw in AmsterdamNieuwer-AmstelRijksmonument in Amsterdam
Voormalig gemeentehuis in Nederland
Gemeentearchief2
Gemeentearchief2

Het voormalige raadhuis van de gemeente Nieuwer-Amstel aan de Amsteldijk, aan de rand van De Pijp, in het stadsdeel Amsterdam-Zuid huisvestte van 1914 tot 2007 het Amsterdamse Gemeentearchief. Sinds 2017 opende het Pestana Amsterdam Riverside hotel op deze locatie.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Raadhuis van Nieuwer-Amstel (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Raadhuis van Nieuwer-Amstel
Amsteldijk, Amsterdam Zuid

Geografische coördinaten (GPS) Adres Externe links Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Raadhuis van Nieuwer-AmstelLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.353333333333 ° E 4.9069444444444 °
placeToon op kaart

Adres

Voormalig raadhuis van Nieuwer-Amstel

Amsteldijk 67
1074 HZ Amsterdam, Zuid
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

linkWikiData (Q2196602)
linkOpenStreetMap (897134691)

Gemeentearchief2
Gemeentearchief2
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Tolstraat 203
Tolstraat 203

Tolstraat 203 te Amsterdam is een gebouw aan de Tolstraat in Amsterdam-Zuid. Eeuwenlang lag hier tot diep in de 19e eeuw agrarisch gebied; de laatste jaren onder beheer van de gemeente Nieuwer-Amstel. Het gebied had op enkele bouwkernen voornamelijk landbouwgronden. In de noordoosthoek kwam aan het eind van die eeuw stadsbebouwing van de grond, Nieuwer-Amstel bouwde hier tegen de stadsbebouwing aan van Gemeente Amsterdam, waaronder ook het Raadhuis van Nieuwer-Amstel. Nieuwer-Amstel wilde zich hier profileren als aparte gemeente tegenover de grote stad. Het bleek een ijdele poging. In 1896 slokte Amsterdam een groot deel van Nieuwer-Amstel hier op. Het had het nodig voor woningbouw voor de groeiende bevolking, maar ook voor nieuwe plaatsen voor industrie die uit de binnenstad moest verdwijnen. Aan de rand wat toen de stadsbebouwing van Amsterdam was geworden (zuidgrens Rustenburgerstraat) werd in 1907/1908 gebouwd aan wat de diamantslijperij van de Koninklijke Asscher Diamant Maatschappij zou worden. De lange strook bebouwing langs de Tolstraat, die refereert aan de Tolpoort, die de voormalige scheidslijn tussen de twee gemeenten aangaf. Los van het fabrieksgebouw, maar op het terrein werd een portiersloge neergezet in dezelfde art-nouveaustijl van architect Gerrit van Arkel. Het gebouw wordt net als het hoofdgebouw gekenmerkt door toepassing van allerlei variaties in (kleuren) baksteen en natuursteen. Metselverbanden en toepassing van banden en dorpels geven het gebouw een lichte uitstraling. Tegenover het grote hoofdgebouw heeft deze voormalige asymmetrische portiersloge slechts één bouwlaag met in de noordwestpunt een torentje met klokwerk. Het gebouwtje werd op 23 december 2004 tot rijksmonument verklaard onder nummer 527801; het maakt ook deel uit van monumentencomplex 527799 van de diamantslijperij zelf. Het gebouwtje staat achter de Terreinafscheiding Tolstraat, dat op zich ook weer een rijksmonument binnen het complex is. De portiersloge werd tot monument verklaard vanwege de architectuur- en cultuurhistorische waarden als ook het afwijkend gebruik. Bovendien is het een goed bewaard gebouw in de art-nouveaustijl, nauw verwant aan het hoofdgebouw.

Cullinanplein
Cullinanplein

Het Cullinanplein is een plein in Amsterdam-Zuid. Het plein, voetgangersgebied, ligt in de Nieuwe Pijp, de Diamantbuurt. Die buurt werd gebouwd op wat eeuwenlang agrarisch gebied was in de 19e eeuw bestuurd door de gemeente Nieuwer-Amstel. Die gemeente had tegen de gemeente Amsterdam een woonwijkje ingericht, al duurde het nog een tijd voordat er sprake was van stadsbebouwing. Die kwam op gang in de jaren negentig van de negentiende eeuw, nog eens benadrukt door de bouw van het Raadhuis van Nieuwer-Amstel. Een van de historische grenzen tussen Nieuwer-Amstel en Amsterdam werd aangegeven door een tolpoort op de Amsteldijk (Utrechtsche Zijde), waarvan de naam nog terug te vinden is aan de Tolstraat. Het raadhuis kwam na de grootscheepse annexatie in 1896 binnen Amsterdam te liggen, net ten noorden van die Tolstraat. De hele buurt werd vervolgens, waar dat nog niet het geval was, volgebouwd tot in de jaren twintig van de 20e eeuw. Bij de inrichting daarvan was hier geen plein gepland. Het waren voornamelijk allemaal woningen (en een enkele winkel) rondom de diamantslijperij Koninklijke Asscher Diamant Maatschappij uit 1906, toen nog niet koninklijk. Samen met het raadhuis zijn dat de grootste gebouwen en blikvangers van de buurt; het plein ligt tussen de achtergevel van het raadhuis en de zijgevel van de slijperij; beide gebouwen zijn rijksmonument. Het Cullinanplein ontstond pas in de 21e eeuw toen er tussen genoemd raadhuis en fabriek sanering plaatsvond, waarbij een open ruimte (waar voorheen een groot archief stond) in de dichtbebouwde buurt gewenst was. De naam verwijst naar de grote diamant Cullinan gevonden bij het dorp Cullinan in Zuid-Afrika. De pleinnaam komt voor het eerst in officiële stukken van 2016 voor, maar werd pas in 2018 definitief vastgelegd. De diamant werd gekloofd en geslepen in aangehaalde fabriek. Het plein heeft slechts één huisnummer (Cullinanplein 1). Het straatnaambord, aangemaakt bij oplevering, geeft aan dat het plein in de Diamantbuurt ligt. Echter, administratief ligt het net daarbuiten in de Willibrordusbuurt; een buurt vernoemd naar de in 1971 gesloopte kerk Sint-Willibrorduskerk buiten de Veste. Vanuit het raadhuis hangt een loopbrug over het oostelijk eind van het plein.

Karel I sigarenfabriek (Amsterdam)
Karel I sigarenfabriek (Amsterdam)

De latere Karel I sigarenfabriek kreeg haar eerste vestiging in Amsterdam. Ze werd gevestigd op de terreinen die de gemeente Amsterdam in 1896 had geannexeerd van de gemeente Nieuwer-Amstel. Het fabriekje was vanaf 1900 gevestigd in de Wiegelstraat 3. Dat was een straat met voornamelijk woonhuizen bij de Amsteldijk, vermoedelijk was er dus geen sprake van een echte fabriek. De sigarenmakerij was in handen van Henri van Abbe. Hoewel de fabriek niet erg groot was, werden er regelmatig vacatures uitgezet. In 1904 verhuisde de firma H.J. van Abbe naar de iets noordelijker gelegen Rustenburgerstraat, een gebouw met een bedrijfsruimte, dat al eerder een sigarenfabriek(je) herbergde. Het Algemeen Handelsblad meldde in 1904 een personeelsbestand van 100 werklieden. Ook hier ging het werven van personeel door. Van Abbe zou er tot circa 1911 een vestiging houden. Ondertussen werd een "filiaal" geopend in Eindhoven, alwaar in 1908 een staking uitbrak. Sommige kranten meldden nog dat de firma in Amsterdam gevestigd was. Van de twee sigarenfabrieken in Amsterdam is in de 21e eeuw niets meer terug te vinden in het straatbeeld. De Wiegelstraat verdween geheel bij de aanleg van de Diamantbuurt. Het gebouw aan de Rustenburgerstraat verdween vermoedelijk in de jaren tachtig toen het gebouw samen met een gebouw van de Gemeentetram op de hoek met de Amsteldijk tegen de vlakte ging. Er kwam ter plekke een uitbreiding van het Stadsarchief Amsterdam achter het Raadhuis van Nieuwer-Amstel. Dat "nieuwe gebouw" van ingenieur H. ’t Hoen haalde 2008 niet. Het Stadsarchief was verhuisd naar Gebouw De Bazel, er volgde afbraak ten faveure van nieuwbouw voor een hotel. Het huisnummer 5 keerde daarbij niet terug. Het merk Karel I werd al in 1969 verkocht en de fabriek in Eindhoven werd in 1971 getroffen door een uitslaande brand. De gebouwen gingen in 1997 tegen de vlakte, al wat restte was een muur.

Cinetol
Cinetol

Cinetol of Cinétol is een gebouw uit 1929 aan de Tolstraat (160) in de wijk De Pijp in Amsterdam-Zuid. Het is door architect Leendert van der Vlugt ontworpen in de stijl van de nieuwe zakelijkheid. Sinds 1978 is het beschermd als rijksmonument. Het was oorspronkelijk bestemd voor de bijeenkomsten van de Theosofische Vereniging in Nederland (TVN), die aangesloten is bij de Theosophical Society waarvan het hoofdkwartier is gevestigd in Adyar in Chennai in India. Vanaf 1943 was er een bioscoop, na de oorlog kreeg het de naam CinéTol van "cinéma" en "Tolstraat". De bioscoop sloot in 1979 omdat de Theosofische Vereniging het gebouw wilde verkopen. De uitbater, Cor Koppies (1936-1998), die er in 1954 was begonnen als operateur, is vervolgens een nieuw filmhuis begonnen, Cinecenter, aan de Amsterdamse Lijnbaansgracht. Tot 2 december 2018 was er een bibliotheek gevestigd, een filiaal van de Openbare Bibliotheek Amsterdam. Achter de bibliotheek is een grote binnentuin, waar in een houten gebouw al sinds 1970 de Tolkresj is gevestigd, een peuterspeelzaal die geheel door ouders wordt geleid, zonder betaalde medewerkers. De tuin zelf, de Natuurtuin Cinetol, wordt onderhouden door buurtbewoners. De theosofen zitten nog steeds in een gebouw ter rechterzijde (Tolstraat 154), waar bijeenkomsten plaatsvinden en een grote bibliotheek met geestelijke boeken is. In 1982-1985 is ter linkerzijde van de voormalige theosofische tempel een gebouw gekomen (Tolstraat 182), ook onder de naam Cinetol. Tegelijkertijd werd een titelloos werk van Govert Heikoop op het voorplein geplaatst.

Zonder titel (Govert Heikoop)
Zonder titel (Govert Heikoop)

Aan de Tolstraat in Amsterdam-Zuid staat een titelloos artistiek kunstwerk. Dit werk van Govert Heikoop (1951-2007) werd omstreeks 1985 vermoedelijk neergezet ter afronding van een renovatie van Cinetol richting Bibliotheek en de bouw van het naastgelegen buurtcentrum. In 1985 legde tekenaar Willen Frederik Dupont de kolommen vast, alhoewel de inrichting van het voorplein er heel anders zou gaan uitzien. Het beeld werd in Het Parool in 1991 omschreven als “minimal art”. Zij maakte ook melding van “losstaand kunstwerk” terwijl ze toch in de omgeving opging ondanks dat het toch relatief grote objecten zijn. Het kunstwerk aan de Tolstraat bestaat uit twee kolommen geschilderd in de primaire kleuren (blauw, geel en rood), met aan de bovenzijde uitstulpingen. Het zou passen binnen De Stijl; dezelfde kleuren zijn terug te vinden in Cinétol. In 1991 waren nog drie werken van Heikoop in Amsterdam te vinden, onbekend is of deze in 2023 in de stad zijn terug te vinden. "Buitenkunst Amsterdam" maakt er in 2023 geen melding (meer) van. Zij omschreven het werk als een combinatie van kleur en lichtval, de kleuren interfereren door de lichtval met elkaar. Het beeld stond eerst naast in de halve cirkel van de oprit naar Cinétol; toen die vervangen werd door een open ruimte werd het beeld naar de zijkant van het pleintje verhuisd. De omschrijving van de stroming werd in 2020 bevestigd bij een kunsthistorisch onderzoek verzorgd door Yteke Spoelstra voor een soortgelijk werk dat stond op het terrein van de Fiscale inlichtingen- en opsporingsdienst in Haarlem. Ook daar stonden gebouwhoge kolommen. Dat gebouw viel onder de 1%-regeling (1% van de bouwsom gaat naar kunst) van het Rijksvastgoedbedrijf. Aan die kolommen was ook binnenkunst gekoppeld. Totale waarde was 200.000 gulden. Het onderzoek werd toen verricht op verzoek van Erfgoedvereniging Heemschut Haarlem, omdat interieur en kolommen vernietigd zouden worden bij een herontwikkeling van het gebouw, de ervan Heikoop had immers toestemming gegeven. De kosten om ook de kunstobjecten te hergebruiken waren in de ogen van de gemeente Haarlem te hoog. De actie leverde op dat het kunstwerk op kosten van de gemeente Breda en het Rijksvastgoedbedrijf naar Breda verplaatst werd. Spoelstra zag in 2020 met lede ogen dat veel werk van Heikoop, toch betaalt met gemeenschapsgeld, al uit het straatbeeld verdwenen was. Ook was ze van mening dat het kunstwerk in Schalkwijk hoorde te blijven, maar vond in de verhuizing een alternatief.

Terreinafscheiding Tolstraat
Terreinafscheiding Tolstraat

De Terreinafscheiding Tolstraat is een hekwerk aan de noordelijke gevelwand van de Tolstraat in Amsterdam-Zuid. Deze terreinafscheiding werd rond 1907 neergezet om de begrenzing aan te geven wat nog openbaar gebied was in de Tolstraat en wat het fabrieksterrein was van Koninklijke Asscher Diamant Maatschappij (toen nog niet koninklijk) was. Overigens was aan de andere zijde van het hek alleen de straat te zien; bebouwing kwam pas weer later. Het hekwerk bestaat uit een stenen onderlaag met daarop staande metalen kolommen waartussen metalen hekwerken zijn geplaatst. Het geheel heeft drie doorgangen met dubbele deuren naar het complex; een nabij de voormalige portiersloge (Tolstraat 203), één voor de westelijke vleugel als ook één in de noordwesthoek van het perceel (ingang Dora Tamanaplein). Hekwerken en deuren zijn opgebouwd uit traliewerken bijeen gehouden door drie horizontale verbanden. Op de middelste en bovenste liggers zijn driepuntige objecten gezet, vermoedelijk tegen over- en doorklimmen. Het hekwerk wordt overeind gehouden door diagonaal geplaatste trekstangen op gemetselde voetstukken. Het hekwerk werd op 23 december 2004 opgenomen in het rijksmonumentenregister (nr. 527802) als onderdeel van het totale complex (nr. 527799). Het heeft volgens dat register een historich-functioneel belang binnen het totaalpakket. Of het hekwerk ook ontworpen is door centraal architect Gerrit van Arkel is niet bekend. In het verleden waren de dubbele deuren opgehangen aan stenen kolommen met een bekroning, behalve die aan de Rustenburgerdwarsstraat. Ze zouden tussen 1955 en 1978 verwijderd zijn.