place

Onze-Lieve-Vrouwkerk (De Panne)

De PanneKerkgebouw in het bisdom Brugge
De Panne Onze Lieve Vrouwekerk 1
De Panne Onze Lieve Vrouwekerk 1

De Onze-Lieve-Vrouwkerk is een rooms-katholiek kerkgebouw in de West-Vlaamse plaats De Panne, gelegen aan Zeelaan 129.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Onze-Lieve-Vrouwkerk (De Panne) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Onze-Lieve-Vrouwkerk (De Panne)
Zeelaan, De Panne

Geografische coördinaten (GPS) Adres Externe links Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Onze-Lieve-Vrouwkerk (De Panne)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 51.101375 ° E 2.5914833333333 °
placeToon op kaart

Adres

Onze-Lieve-Vrouwkerk

Zeelaan 129
8660 De Panne
West-Vlaanderen, België
mapOpenen op Google Maps

linkWikiData (Q59596756)
linkOpenStreetMap (738471072)

De Panne Onze Lieve Vrouwekerk 1
De Panne Onze Lieve Vrouwekerk 1
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Belgische militaire begraafplaats van De Panne
Belgische militaire begraafplaats van De Panne

De Belgische militaire begraafplaats van De Panne is een militaire begraafplaats van de Eerste Wereldoorlog in de Belgische kustplaats De Panne. Deze Belgische militaire begraafplaats telt meer dan 3.700 graven en is daarmee de grootste begraafplaats met Belgische gesneuvelden. De begraafplaats ligt naast de gemeentelijke begraafplaats van De Panne en heeft een rechthoekige vorm met een oppervlakte van 270 are. In De Panne was vanaf december 1914 in hotel L'Océan een hospitaal van het Belgische Rode Kruis ingericht, dat bleef dienstdoen tot oktober 1919. Reeds in de oorlog zou deze begraafplaats aangelegd zijn in de duinen. Rond 1920 lagen hier ruim 1.400 Belgische graven. In de jaren 1920 werd de begraafplaats uitgebreid met gesneuvelden die werden verzameld uit onder meer Veurne, Booitshoeke, Kaaskerke, Oostkerke, Sint-Jacobskapelle, Sint-Rijkers, Westvleteren en Beveren en werden er officiële Belgische grafstenen geplaatst. Van de meer dan 3.300 Belgische doden uit de Eerste Wereldoorlog konden er ruim 800 niet worden geïdentificeerd. Daarnaast liggen er ook nog meer dan 30 Fransen die sneuvelden in de Eerste Wereldoorlog. De begraafplaats werd nog uitgebreid in de Tweede Wereldoorlog met meer dan 300 Belgische gesneuvelden. Op de naburige gemeentelijke begraafplaats liggen nog Britse gesneuvelden uit de beide wereldoorlogen begraven en bevindt zich een perk met Belgische oud-strijders. De begraafplaats telt nog 13 graven met een heldenhuldezerk.

Zuid-Abdijmolen
Zuid-Abdijmolen

De Zuid-Abdijmolen is een staakmolen in Koksijde. De molen dateert uit 1773 en stond oorspronkelijk te Houtem, bij Veurne. Daar werd hij opgericht als de 'Westmolen', op een andere locatie dan een sinds lang verdwenen Westmolen, nabij de dorpskern. Dat zorgde voor heel wat problemen bij de omliggende eigenaars die de molen beschouwden als een belemmering (bv. voor bomen die geveld moesten worden wegens het windrecht). De Westmolen werd opgericht door Alexander Louis Blanckaert (een rechtstreekse voorvader van Will Tura). De familie baatte de molen uit tot in 1834, toen in het kader van een erfenisverdeling de molen openbaar verkocht werd aan Corneille Vedast Zoete uit Hondschoote (FR). Bij zijn overlijden in 1862 werd de molen opnieuw openbaar verkocht, nu aan Cesar Lootvoet. Hij slaagde er in 1891 in om de grond waarop de molen stond, te verwerven. De laatste molenaar te Houtem was zijn zoon Sylvain Lootvoet, die in 1942 bij een beschieting van de molen door een Engels vliegtuig om het leven kwam. Daarna draaide de molen te Houtem niet meer en takelde hij langzaam af. De gemeente Koksijde kocht de molen aan in 1951, restaureerde hem en plaatste hem op dezelfde plaats als de oorspronkelijke Zuid-Abdijmolen van de cisterciënzer Duinenabdij, waarvan de molenwal nog bewaard was. Die molen is te zien op een schilderij van Pieter Pourbus (ca. 1580), samen met de molen die aan de andere zijde stond. In 1954 werd de Zuid-Abdijmolen te Koksijde ingehuldigd. De decennia daarna werden regelmatig meer of minder zware restauraties en herstellingswerken doorgevoerd, zowel na blikseminslag, als doordat de molen niet of nauwelijks draait. In 1974 werd hij beschermd als monument, en in 1999 verwierf de gemeente de molenwal en omgeving van de Belgische Staat. Een nieuwe restauratie van de huidige molen werd in 1984-1985 gerealiseerd, maar al kort daarna waren er weer omvangrijke ingrepen nodig. In 1990 werd Patrick Geryl als molenaar in gemeentelijke loondienst aangesteld. Omdat hij instaat voor dagelijks onderhoud en kleine herstellingen, zijn grootschalige restauraties minder frequent nodig. Regelmatige inspecties van Monumentenwacht Vlaanderen en een beheersplan (2021) zijn daarbij van belang. Om de molen te doen draaien is er een windkracht van 4 Beaufort nodig. De molen maalt ongeveer 150 kg graan per uur. De bloem wordt verwerkt in enkele Koksijdse bakkerijen. De molen kan bezocht worden met als gids Patrick Geryl. Hij gaat op 1 december 2024 met pensioen, maar intussen wordt gezorgd voor de opvolging.