place

De dooi in Gent

Schilderij in Gent
Albert Baertsoen (1866 1922) Dooi in Gent MSK Gent 22 11 2015 11 51 32
Albert Baertsoen (1866 1922) Dooi in Gent MSK Gent 22 11 2015 11 51 32

De dooi in Gent is een schilderij van de Belgische kunstschilder Albert Baertsoen (1866-1922), tentoongesteld in het Museum voor Schone Kunsten te Gent. Het olieverfschilderij werd omstreeks 1902 geschilderd.

Fragment uit het Wikipedia-artikel De dooi in Gent (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

De dooi in Gent
Verlorenkost, Gent

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: De dooi in GentLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 51.046605555556 ° E 3.7208083333333 °
placeToon op kaart

Adres

Verlorenkostbrug

Verlorenkost
9000 Gent (Gent)
Oost-Vlaanderen, België
mapOpenen op Google Maps

Albert Baertsoen (1866 1922) Dooi in Gent MSK Gent 22 11 2015 11 51 32
Albert Baertsoen (1866 1922) Dooi in Gent MSK Gent 22 11 2015 11 51 32
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Rommelaere Instituut
Rommelaere Instituut

Het Rommelaere Instituut is een neogotisch gebouw van de Universiteit Gent en huisvestte het instituut voor Hygiëne, voor Bacteriologie en voor de Gerechtelijke Geneeskunde van de Faculteit Geneeskunde. Ook het Medical Biotechnology Center van het Vlaams Instituut voor Biotechnologie VIB had op de site z'n intrek genomen, tot het verhuisde naar Zwijnaarde. Het U-vormig gebouw werd in 1899 gerealiseerd door architect Louis Cloquet in een mengeling van Brabantse en Vlaamse neogotiek met onder andere roze baksteen, blauwe hardsteen, gele zandsteen, groen glas, natuurleien met geometrische motieven, groen en geel geglazuurde keramische vorstkammen, lantaarntjes en andere topbekroningen. Het gebouw werd in 1905 in gebruik genomen. Het complex eert de Gentenaar Guillaume "Willem" Rommelaere, arts (zelfs lijfarts van koningin Marie Henriëtte) en voormalig rector van de Université libre de Bruxelles. Een West-Vlaams zakenman, Arthur Renier, financierde een gedeelte van de bouwkost uit erkentelijkheid voor dokter Rommelaere wiens patiënt hij was. Rommelaere kreeg aldus een instituut in een concurrerende instelling. Hij zou enkel bij de inhuldiging eenmalig het gebouw betreden. Voor de realisatie van het nieuwe complex was op de site al een laboratorium van de universiteit gevestigd, het was trouwens in dat labo dat Prof. Émile Pierre Marie Van Ermengem, microbioloog, in 1895 botulinetoxine ontdekte en de bacterie Clostridium botulinum identificeerde zodat de oorzaak van het eerder geïdentificeerde botulisme verklaard kon worden. De westvleugel van het Rommelaere Instituut grenst aan de Hospitaalstraat, de noordvleugel aan de Apotheekstraat en de zuidvleugel aan de Prof. Jozef Kluyskensstraat. Op de binnenplaats is een paviljoen en toegang tot een meteorologische toren. De Dienst voor veiligheid en gezondheid en de bedrijfsgeneeskundige dienst van de universiteit waren er gevestigd, naast de laboratoria voor Toxicologie en gerechtelijke geneeskunde en het universitair centrum voor begeleiding en opleiding. De universiteit van Gent liet het complex restaureren met steun van ingenieur Polet van het studiebureau Riessauw. Voor de restauratie van de ramen liet de aannemer een glazenier mondgeblazen groene glasbouwstenen maken in Falconnierglas. Het gebouw werd in 1995 erkend als onroerend erfgoed.

Muide

Muide is een arbeiderswijk in het havengebied in het noorden van de Belgische stad Gent. Het hele gebied ten noorden van Gent was van oorsprong zeer moerassig, zoals blijkt uit de toponymie; namen zoals Muide, Meerhem en Nieuwland verwijzen naar het moerassige karakter. In de 13e eeuw breidde Gent zich noordelijk uit dankzij de verkoop van het gebied tussen de huidige Sint-Baafsabdij en de Muidebrug met inbegrip van de Torfbriel en de Sleepstraat door Margaretha van Constantinopel en haar zoon Gwijde van Dampierre in maart 1269. Op 1 april 1299 verkocht Robert, oudste zoon van de graaf van Vlaanderen, aan de stad het gebied de Muide en Marialand aan de huidige Peperstraat. Oorspronkelijk begon de Muide aan het Muidebrugksen aan het einde van de Sleepstraat ter hoogte van de huidige Karel Mirystraat. In het verlengde van de Sleepstraat liep de Muidestraat, in het Frans Grande rue de Gand à Meulestede genoemd. Het tracé van deze "grote straete ter Muden" uit 1334 moet vermoedelijk reeds in de Romeinse tijd zijn uitgewerkt, mogelijk nog vroeger. Dit gebied dat aansloot bij het meer oostelijk gelegen Slotendries en zo verder naar Destelbergen zou vroeger vrij dichtbevolkt geweest zijn. Over de toenmalige bewoners is nauwelijks iets geweten, behalve dat het handwerklieden waren en vissers, die gebruik maakten van de vele kleine waterlopen. Ook in latere eeuwen zien we dat de Muide slechts bebouwing heeft langs de Muidestraat, met ten oosten en ten westen daarvan enkele molens. Uit plattegronden blijkt dat het overige gebied ingenomen werd door tuinen, hooiland en onbeploegde gronden.