place

Schiedamse Poort

Poort in DelftVoormalig bouwwerk in Delft
VermeerSchiedamsePoort
VermeerSchiedamsePoort

De Schiedamse Poort was een stadspoort in de Nederlandse stad Delft. Deze poort werd samen met de Rotterdamse Poort opgebouwd vanaf 1396, het jaar waarin de Graaf Albrecht van Beieren toestemming aan Delft gaf om haar poorten en stadsmuren weer op te bouwen. Het zou nog wel dat na 1514 duren voordat de Schiedamse en Rotterdamse poort afgebouwd waren. Omdat de zuidzijde van de stad Delft de drukst bezochte zijde was, is het niet verwonderlijk dat in 1590 het stadsbestuur besloot om deze zuidelijke poorten aan te laten passen zodat ze aan de toen geldende bouwkunst voldeden. De Schiedamse Poort had net als de meeste andere Delftse poorten een voorpoort. Net als de Rotterdamse Poort is een impressie van deze situatie te zien op het oudst bekende zuidelijke stadsgezicht: 'Sybille van Erythrea' uit 1564. De voorpoort is echter al in de 16e eeuw afgebroken vanwege het ernstige verval waarin het was geraakt.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Schiedamse Poort (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Schiedamse Poort
Zuidwal, Delft

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Schiedamse PoortLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.005555555556 ° E 4.3605555555556 °
placeToon op kaart

Adres

Zuidwal

Zuidwal
2611 AG Delft
Zuid-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

VermeerSchiedamsePoort
VermeerSchiedamsePoort
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Zuiderkerk (Delft)
Zuiderkerk (Delft)

De Zuiderkerk in Delft, in de Nederlandse provincie Zuid-Holland, is een voormalig Nederduitse Gereformeerde kerk. De kerk werd in 1888 gebouwd naar een ontwerp van G. van der Kaaden, en heeft elementen ontleend aan het classicisme en renaissance. De kerk bevindt zich op een binnenplaats. Aanvankelijk werd de kerk gebruikt voor diensten van de Nederduits Gereformeerde Kerk, een kerkelijke stroming die zich enkele jaren daarvoor landelijk van de Nederlandse Hervormde Kerk had afgescheiden onder invloed van Abraham Kuyper. De kerk zou pas later de naam "Zuiderkerk" gaan dragen. De eerste predikant van deze gemeente was ds. C.W.J. van der Lummel. In 1897, vijf jaar later dan het besluit van de synode, besluit de gemeente samen te gaan met de Christelijke Gereformeerde Kerken in Delft tot de Gereformeerde Kerken in Nederland. Slechts een klein deel besluit niet met de fusie mee te gaan. Halverwege de 20e eeuw krijgt de kerk te kampen met een sterke daling van het ledenaantal, en wordt het kerkgebouw gesloten. In 1965 wordt het gebouw verkocht aan een ijzerhandel, en in 1983 wordt het een rommelmarkt. In 1990 wordt het gebouw aangekocht door de evangelische gemeente "Morgenstond", die het gebouw in twee jaar tijd verbouwt: In de hoge kerkzaal wordt een verdieping geplaatst, waardoor de begane grond beschikbaar komt als ontmoetingsruimte, en op de eerste verdieping een kerkzaal verrijst met plaats voor 600 personen. Tevens is er een doopbad aanwezig, deze is geplaatst onder het podium. Door een aantal platen van het podium af te halen, is het doopbad zichtbaar. In 1992 wordt het gebouw door de evangelische gemeente in gebruik genomen.

Stationsbuurt (Delft)
Stationsbuurt (Delft)

De stationsbuurt van de Nederlandse stad Delft was een kleine stadsbuurt rond het treinstation, ingeklemd tussen de bovengrondse spoorlijn in het westen, en de historische binnenstad in het oosten. De buurt werd gerekend tot de stadswijk Binnenstad. De buurt komt al voor op historische stadskaarten uit de zeventiende eeuw, en was de eerste stadsuitbreiding van Delft in westelijke richting. In de beginjaren stond het bekend als de houttuinen, ofwel de plek waar het hout van de stad lag opgeslagen. Vanaf 1679 werd er ook geschut en munitie gefabriceerd, en transformeerden de houttuinen in militaire constructiewerkplaatsen. De wapenfabricage werd in 1924 gestaakt, en de bijbehorende gebouwen werden langzaam afgebroken. Rond de eeuwwisseling stonden nog enkele fabrieksgebouwen overeind, om huisvesting te bieden aan bedrijfjes en organisaties, zoals reptielenhuis Serpo. Prominent aanwezig in de stationsbuurt was het stationsgebouw uit 1885. Op het naastgelegen stationsplein krioelde het van bussen, auto's, taxi's en fietsen. Direct ten zuiden van het station stonden de negentiende-eeuwse herenhuizen aan de Van Leeuwenhoeksingel, en richting het noorden was er volop bedrijvigheid aan de Houttuinen. Zo kon men logeren in Hotel Kok, een biertje drinken bij café Bert en Ernie (voorheen 't Koetsiertje), of dansen in het Stationskoffiehuis. De stationsbuurt werd in 2009 vrijwel geheel met de grond gelijk gemaakt. De bewoners van met name de Van Leeuwenhoeksingel hadden vooraf nog geprobeerd om de ontwerpers van de spoorzone op andere gedachten te brengen en hun straat van de sloop te redden. De straat, die geen monumentale status had, paste echter niet in het bestemmingsplan. Tijdens de sloopactiviteiten werden op particulier initiatief verschillende historische bouwmaterialen en ornamenten uit de buurt veiliggesteld, in de hoop deze in een latere fase weer ergens in de spoorzone te kunnen laten terugkeren. Enkel het stationsgebouw, dat in 2002 de status van rijksmonument had gekregen, werd van de sloop gespaard.