place

Stenen Silo

Industrieel erfgoed in NederlandKraakpand in NederlandOpslagplaatsRijksmonument in AmsterdamStelling van Amsterdam
Graansilo Korthals Altes
Graansilo Korthals Altes

De Stenen Silo is een voormalige graansilo aan de Silodam in Amsterdam. De 19e-eeuwse silo werd in 1996 tot rijksmonument verklaard. De silo heet officieel Korthals Altes naar Jan Philip Korthals Altes, gemeenteraadslid en directeur van de N.V. Maatschappij tot Exploitatie van Graansilo’s en Pakhuizen.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Stenen Silo (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Stenen Silo
Silodam, Amsterdam West

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Stenen SiloLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.390277777778 ° E 4.8908333333333 °
placeToon op kaart

Adres

Silodam 460A
1013 AW Amsterdam, West
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Graansilo Korthals Altes
Graansilo Korthals Altes
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Silodam
Silodam

De Silodam is een strekdam en straat in het westelijk havengebied van Amsterdam. De ca. 300 meter lange strekdam steekt uit in het IJ. Langs de Silodam staan twee voormalige graansilo's die nu dienstdoen als appartementengebouwen, waaronder de Stenen Silo, een rijksmonument. Ook staat hier het appartementengebouw 'De Silodam' uit 2002, een bekend voorbeeld van de moderne architectuur langs de IJoevers van Amsterdam. De Silodam ligt in het gebied 'Houthavens Oost'. De strekdam werd eind 19e eeuw aangelegd en vormt de oostelijke grens van de rond dezelfde tijd aangelegde Houthavens. In 1896 werd hier de graansilo Korthals Altes gebouwd, beter bekend als de Stenen Silo. Deze graansilo, ontworpen door de architect Jacob Frederik Klinkhamer, bestond uit 60 schachten met elk een oppervlak van 15m². Toen de Stenen Silo te klein werd, werd in 1952 de naastgelegen Betonnen Silo gebouwd. In de jaren 1980 werden de leegstaande silo's gekraakt. De feesten die sindsdien regelmatig in de silo's plaatsvonden speelden een belangrijke rol in de Amsterdamse dancescene. Oorspronkelijk zouden beide silo's worden gesloopt en vervangen door nieuwbouw, maar het industrieel erfgoed werd gered toen de Stenen Silo in 1996 tot rijksmonument werd verklaard. Rond de millenniumwisseling werden de silo's omgebouwd tot appartementengebouwen. De Betonnen Silo wordt sinds 1999 bewoond en bevat 84 sociale huurwoningen, 11 vrijesectorwoningen en 1.600 m2 bedrijfsruimte. De Stenen Silo is sinds 2001 in gebruik als woon- en werkruimte, met 92 vrijesectorwoningen en zo'n 4.500 m2 bedrijfsruimte. De architect voor de restauratie van de graansilo's was André van Stigt. In 1998-2002 werd aan de kop van de Silodam een modern appartementengebouw neergezet, ontworpen door het architectenbureau MVRDV. In dit gebouw, meestal kortweg 'De Silodam' genoemd, zijn 14 sociale huurwoningen, 143 vrijesectorwoningen en 600 m2 bedrijfsruimte ondergebracht. Het gebouw staat vrij in het water, vijf meter van de kadewand, en is ontworpen als een soort enorme ladekast, waarbij elke "lade" een ander woningtype bevat. Deze units bestaan ieder uit 4 tot 11 gelijksoortige woningen en vormen een soort minibuurten binnen het gebouw. De veelkleurige gevel doet denken aan een volgeladen containerschip. In de dam zelf is een mechanische parkeergarage aangelegd met 214 parkeerplaatsen. Auto’s worden met liften de garage in en uit getransporteerd. Langs de westelijke zijde van de Silodam zijn steigers en over de gehele lengte van de dam is een drie meter brede boardwalk gelegd van KLP planken (Kunststof Lankhorst Producten, gerecycled kunststof). Deze eindigt in een trap die dwars door de nieuwbouw heenloopt naar een terras, Het Dienblad, met panoramisch uitzicht over het IJ. Ten westen wordt pal naast de Silodam het 90 meter hoge nieuwbouwproject Pontsteigergebouw gerealiseerd als hoogtepunt van de nieuwe wijk de Houthaven. Zie ook Houthavens (Amsterdam)

Bokkinghangen
Bokkinghangen

Bokkinghangen is een relatief korte straat in Amsterdam-Centrum. Ze is gelegen tussen de Zoutkeetsgracht en het Barentszplein. Ze is daarbij deels de westelijke kade van het Westerdok. Zuidwaarts komt men via de Petemayenbrug op Zandhoek, eveneens een kade van het Westerdok. Beide kades vormden ooit de oevers van het IJ tot rond 1830 toen het Westerdokseiland werd aangelegd. De straat is als Bocken Hangen als nummer 2 aangegeven op de plattegrond van Gerrit de Broen uit 1737; het maakt dan deel uit van Bolwerk Blauwe Hoofd (’t Blaauw hooft). Alle gebouwen aan de straat zijn uit de 20e eeuw. De straat kent als even huisnummer alleen eigenlijk nummer 2, nummer 4 is al bestemd voor een kort vrachtschip, omgebouwd tot woonschip gelegen aan de kade (gegevens januari 2018). Aan de oneven zijde kent het huisnummers 1-19 en 21-39; het zijn uitsluitend woonappartementen, naar een ontwerp van het bureau van Jelle Abma, gebouwd rond 1976. In de gevel zijn twee gevelstenen te zien met respectievelijk de haring (bij nr. 1) en de zeebrasem (bij nr. 39). Het maakt deel uit van het complex Zoutkeetsgracht 2-110. Voor dat alles gesloopt werd, was op huisnummer 5 al een gevelsteen te zien, niet van vissen, maar van een kat (Huis de Kat). Huisnummer 9 had als aanduiding Huis de Zalm, met een afbeelding van een zalm op het pothuis. De straat is vernoemd naar het bokkingroken dat hier vanaf 1652 plaatsvond. In een bokkinghang werd gezouten haring (bokking) gerookt en gedroogd om ze langer te kunnen bewaren. Fotograaf Jacob Olie woonde vlakbij op de Zandhoek en fotografeerde de kade in de negentiende eeuw daarom relatief vaak.

Petemayenbrug
Petemayenbrug

De Petemayenbrug is een dubbele ophaalbrug in Amsterdam-Centrum. De naam zou afgeleid zijn van petemoeien (peetmoeder), tevens aanduiding van oude vrouwtjes. Ze verbindt Bokkinghangen met Zandhoek, beide westelijke kaden van het Westerdok. Bokkinghangen ligt echter op het voormalige Bolwerk Blauwhoofd (Zeeheldenbuurt), Zandhoek op het Realeneiland. Ze overspant de Zoutkeetsgracht. De gevelwand van Zandhoek bestaat bijna alleen uit rijksmonumenten; de brug kan nog geen gemeentelijk of rijksmonument zijn; ze is te jong. De eerste brug alhier dateert van tussen 1599 (op de kaart van Pieter Bast zijn de Westelijke Eilanden nog niet ingetekend) en 1625 (op de kaart van Balthasar Florisz. van Berckenrode is een deel van de Westelijke Eilanden wel ingetekend). Van Berckenrode tekende ter plaatse een dubbele ophaalbrug in, want er was hier nog scheepvaart naar en van de “Soutketen” (het Westerdok bestond nog niet). De brug droeg toen de naam Leeuwenburgh Brug. Ook Gerrit de Broen tekende op zijn kaart uit 1737 een dubbele ophaalbrug en vermeldde daarbij ook haar naam "Soutkeets Brug" over de "Soutkeets Graft". De moderne geschiedenis begint hier in 1862 als de gemeente Amsterdam besluit landhoofden van de dubbele ophaalbrug te vernieuwen. Vanaf dan loopt de geschiedenis grotendeels parallel met die van de Zandhoeksbrug. De houten ophaalbrug werd in 1897 vervangen door een ijzeren. In maart waren ze nog bezig met het schilderwerk. Men had toen het idee dat het toepassen van ijzer voor hameipoort, de balans en liggers een besparing zou opleveren (ten opzichte van een houten brug), de brug werd enkele maanden na opening vastgelegd door Jacob Olie. In 1910 kreeg de brug een koninklijk tintje toen koningin Wilhelmina met haar gevolg de brug overtrok en de toen eenjarige prinses Juliana aan de Oranjevereniging uit de wijk toonde. Na 35 jaar was de brug op en werd de val van de brug vervangen (1930) om de brug klaar te maken voor de belasting door het almaar zwaarder wordend vervoer. Ze werd aangepast voor voertuigen tot 5,5 ton. In 1974 wilde de gemeente de bruggen in deze buurt in hun oude staat terug te brengen. Omdat een hele serie van dit soort bruggen voor onderhoud aan de beurt was, had de afdeling Publieke Werken weer ervaring met dit soort bruggen gekregen en (zie herstel van de Magere Brug) kon ze aan de slag gaan. Er moest nog wel elf jaar gewacht worden voordat deze brug opgeleverd kon worden. Er kwamen hameipoorten van massief hout, de houten balansen en brugdelen werden wel versterkt met stalen balken. Alles is geplaatst tussen landhoofden van gewapend beton. Wethouder Enneüs Heerma, naar wie later een brug werd genoemd, opende de brug op 9 november 1985. De bovenbouw verhuisde naar de Oostelijke Eilanden, ze werd gebruikt voor de eerste versie van de Ezelsbrug.

Door wind bewogen beweging
Door wind bewogen beweging

Door wind bewogen beweging is een artistiek en bouwkundig kunstwerk in Amsterdam-Centrum. Het werk van aluminium en roestvast staal is bedacht door Wicher Meursing, die na zijn opleiding verschoof van klassiek aandoende beelden naar constructies die met beweging te maken hebben. De titel Door wind bewogen beweging is een verwijzing naar wat de constructie doet. Elk windzuchtje heeft invloed op het uiterlijk van het beeld, dat van minuut tot minuut onderhevig is aan luchtstromen en ook op een punt staat waar dat continu plaatsvindt. Het staat op een open plek op de Westerdoksdijk, gelegen tussen het water van het Westerdok en het IJ. Die plaats is niet willekeurig gekozen, het is er winderig en de voorouders van Meursing waren werkzaam in de scheepsindustrie (Scheepswerf De Nachtegaal), die hier was gevestigd. Meursing overleed op 30 mei 2015. Vlak daarna werd een start gemaakt met plaatsing, op 5 juni 2015 werd de funderingspaal geplaatst. Een kraanwagen moest er op 17 juni 2015 aan te pas komen om het gevaarte van horizontaal naar verticaal op zijn plaats te krijgen. Het werk werd op 28 augustus 2015 onthuld. De titel en de naam van de kunstenaar zijn via een inscriptie leesbaar op het beeld. Het is een uitwerking van een schaalmodel (1 op 12) dat in 2012 bij veilinghuis Sotheby's ter veiling werd gebracht door de Stichting Wicher aan de Werf, onder initiatief van Maria Blaisse, die naar aanleiding van de tentoonstelling Lucht en licht, beelden in beweging in het Amsterdam Museum een jaar eerder zich beijverde om een werk van Meursing op het Bickerseiland (dat in de buurt ligt) te kunnen plaatsen. In 2014 organiseerde de Nederlandse Kring van Beeldhouwers de beeldententoonstelling Vleugels verbeeld in de Hortus Haren, waar werk van 15 beeldhouwers werd getoond. Van Meursing waren er drie beelden te zien die net als Door wind bewogen beweging met de wind meedeinen. In 2022 waren de "vleugels" nog nauwelijks in beweging te krijgen, ze stonden te vast afgesteld of vuil in de lager verhinderde een goede werking; er werd naar een oplossing gezocht.

Muurschildering De Roggeveen
Muurschildering De Roggeveen

Muurschildering De Roggeveenstraat is een muurschildering in Amsterdam-Centrum, Zeeheldenbuurt. Ontwerpster en schilderes van het geheel is Klaartje Bruyn van Bont & Bruyn. De Roggeveen is een zorgcentrum van HVO Querido, een instelling voor maatschappelijk opvang en begeleid en beschermd wonen. Het gebouw is vernoemd naar de Roggeveenstraat, die op haar beurt is vernoemd naar ontdekkingsreiziger Jacob Roggeveen. Roggeveen probeerde Zuidland te bereiken, maar vond Paaseiland. Sommige gebouwen aan De Roggeveenstraat en De Roggeveen hebben bijna blinde muren aan de Van Diemenstraat. Die is op haar beurt vernoemd naar Antonio van Diemen, die Abel Tasman opdracht gaf Australië te verkennen. De muurschildering laat echter noch Roggeveen, noch Van Diemen zien, ze handelt over Willem Barentsz, die dezelfde streek als einddoel had, maar die via een noordelijke route probeerde te bereiken, de Barentszstraat en het Barentszplein liggen vlakbij. Er zijn vier tableaus: tableau 1: Een zeilschip dat net buiten het kader is gevaren en een totaal zeilschip op weg met daarboven de zon en bijzonnen en halo’s, de pas veel later ontdekte Arctische luchtspiegelingen. Onder de schildering de naam van de opdrachtgever Stadsdeel Westerpark en sponsor Het Scheepvaartmuseum (toen nog Nederlands Scheepvaartmuseum Amsterdam geheten). tableau 2: een zeekaart, een samenraapsel van oude zeekaarten tableau 3:een kaart van het Noordpoolgebied met daarop Groenland, IJsland en natuurlijk Nova Zembla met Het Behouden Huys; laatste verblijfplaats van Barentsz. Linksonder is het kleine Hollandia te zien. Naar gebruik van de 17e eeuw zijn verspreid over de kaart een aantal walvissen te zien (dit deel kwam als laatste tot stand; er moest een hoogwerker aan te pas komen) tableau 4: een portret van Willem Barentsz met lint en rechtsboven een engel. Het geheel is gesigneerd met "www.letterschilder.nl", gelieerd aan Bont & Bruyn. Klaartje Bruyn heeft in Amsterdam nog een vierluik op haar naam staan, getiteld WEST.

Westerdoksdijk 40
Westerdoksdijk 40

Westerdoksdijk 40 te Amsterdam is een gebouw aan de Westerdoksdijk in Amsterdam-Centrum. Het gebouw werd neergezet tussen de straat op de dijk en het IJ. Tijdens de bouw lagen tussen straat en gebouw nog rails van het rangeerterrein richting naar en vanaf de opslagloodsen op het Stenen Hoofd. NV Reederij v/h gebroeders Goedkoop liet hier vanaf 1958 een nieuw complex bouwen, vlak naast Het Stenen Hoofd. Volgens Het Parool in 1959 werd het complex boven het water gebouwd. Het 27 meter hoog hoofdgebouw bestaat uit een breed onderstuk waarin allerlei diensten en dienstwoningen werden ondergebracht, daarboven een soort flatgebouw die dienst deed als verkeerstoren. Het geheel werd afgesloten door een dakterras. Het bouwen boven water bracht moeilijkheden met zich mee, die werden opgelost door eerst een plateau van 120 bij 50 meter te plaatsen op de circa 25 meter lange paalfundering, van waaruit verder gebouwd werd. Bij het complex werden nog twee loodsen gebouwd. Opvallendst waren destijds de enorme drijvende steigers opgebouwd uit caissons. Er werd gekozen voor drijvende steigers omdat het funderen ervan te kostbaar was. Er was plek om de 22 speelboten, 2 drijvende bokken, een bergingsvaartuig en een bunkerschip aan te meren. Medewerkers in het hoofdgebouw hadden ofwel zicht op het IJ (noorden) of het gigantische rangeercomplex van de Spoorwegen (zuiden). De bouw was in de jaren 1958-1961 landelijk nieuws en een teken van groei van Goedkoop. Het werd omschreven als markant, joyeus, prachtig etc. Tijdens de bouw groeide Goedkoop gewoon door. Architect Dekeukeleire moest bij het ontwerp rekening houden met verdergaande groei en beschutting van de (groeiende) vloot. Goedkoop centraliseerde de kantoren aan de Vismarkt en loodsen in de Coenhaven. Ze wilden er niet nog een vestiging bij hebben. Op 26 april 1961 werd het gebouw officieel geopend, nadat het al eerder in gebruik was genomen. Ruim een half jaar later kwamen koningin Juliana der Nederlanden en echtgenoot op bezoek. Een foto uit 1972 laat zien dat het gebouw van Goedkoop destijds opvallend klein was tussen de grote opslagloodsen aan het IJ. In 1974 kwam een fusie tot stand tussen Goedkoop (havensleepdiensten) en Wijsmuller (zeesleepdiensten), nadat beide firma’s bestraft waren in de zogenaamde loodsenaffaire (prijsafspraken). De naam Goedkoop Havensleepdiensten BV bleef tot 1999 actief binnen Wijsmuller. In de loop der jaren verdwenen steeds meer havenactiviteiten van deze plek, uitmondend in de herontwikkeling van alle terreinen van het Westerdok. Havens en rangeerterreinen verdwenen om plaats te maken voor een woonwijk als ook de inrichting van IJdock met het Paleis van Justitie In de jaren negentig was er sprake van dat het gebouw van Goedkoop tegen de vlakte zou gaan. Van alle gebouwen aan dijk en het IJ bleef eigenlijk dit gebouw (en dan alleen het hoofdgebouw) staan, waarbij het dan juist opvallend groot uitpakt. De andere bebouwing, die bleef staan is een elektriciteitshuisje. Er waren plannen voor een verlenging van de Amsterdamse Metro naar het voormalig dok, doch dat zou er nooit komen. Vanuit de geschiedenis werd ook Het Stenen Hoofd bewaard, maar zonder loodsen. In de loop der jaren vestigden steeds andere bedrijven in het gebouw, veelal toch te maken met havendiensten, zoals Mammoet Transport. In de 21e eeuw kwam hier het in 2004 opgerichte BNLA Architecten en andere dienstverleners (advocaten etc.). Bij het Monumenten Inventarisatie Project werd gewezen op de overeenkomst die dit gebouw heeft met het gebouw van De Nederlandsche Bank van Marius Duintjer; het lijkt op een miniversie ervan. Het gebouw kwam in 2008 voor op de lijst Amsterdamse Top-100 Jonge monumenten. Sinds 2017 is het gebouw gemeentelijk monument met vier redenen: stedenbouwkundig, deels gebouwd op water en deels in de dijk architectonische waarde binnen het functionalisme cultuurhistorie; het is een van de weinige gebouwen alhier die nog iets met de haven te maken hadden kunsthistorie: Gerrit van 't Net maakte voor de entree een aantal kunstwerken. Kunsthistorica Yteke Spoelstra omschreef Haventaferelen als een van de grootste mozaïeken van Amsterdam van natuursteenscherven bij het onderzoek naar (te behouden) wandkunst in Amsterdam.