place

Hoeve den Diepen Boomgaard

Boerderij in Vlaams-BrabantOnroerend erfgoed in Grimbergen

De hoeve den Diepen Boomgaard is een hoeve in Grimbergen. De hoeve werd gebouwd op een voormalige vindplaats van zandsteen (steenpoel of scheisput) waarmee de abdijkerk van Grimbergen werd gebouwd. De huidige boerderij is een restant van een hoeve waarvan de geschiedenis zou teruggaan tot de 17de eeuw. De omliggende gronden zijn lager gelegen en op de Ferrariskaarten van eind 18de eeuw was hierop al een boomgaard te zien, vandaar de naam van de hoeve. De gronden zijn lager gelegen als gevolg van vroegere steenwinning. De locatie was al in de 17e eeuw bebouwd volgens een kaartboek van de abdij uit 1699. De hoeve werd in de 18e eeuw verder uitgebouwd tot een U-vormige hoeve met losse bestanddelen. Omstreeks 1866 werd de zuidelijke schuur gesloopt. Het wagenhuis, dat ten oosten van het erf was opgetrokken rond 1923, werd in het laatste kwart van de 20e eeuw gesloopt. In 1989 werd de hoeve eigendom van de gemeente waarna ze werd ingericht als biologische boerderij en als bakkerij.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Hoeve den Diepen Boomgaard (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs).

Hoeve den Diepen Boomgaard
Rijkenhoekstraat, Grimbergen

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Hoeve den Diepen BoomgaardLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 50.938333333333 ° E 4.3738888888889 °
placeToon op kaart

Adres

Hoeve den Diepen Boomgaard

Rijkenhoekstraat 80
1850 Grimbergen
Vlaams-Brabant, België
mapOpenen op Google Maps

Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Tommenmolen
Tommenmolen

De Tommenmolen is een van de vijf watermolens aan de Maalbeek in de Vlaams-Brabantse gemeente Grimbergen. In deze 16e-eeuwse molen (1541 of 1547) zijn tentoonstellingen van het Museum voor de Oudere Technieken (Het MOT) ondergebracht. De molen die nu Tommenmolen heet, werd oorspronkelijk Liermolen genoemd. Omstreeks 1400 kreeg hij de naam Tommenmolen naar de familie Van der Tommen, die er meer dan een eeuw in het bezit van was. Mogelijk werd de Tommenmolen gebouwd nadat de eerste Liermolen aan de abdij werd geschonken. In 1573 kochten de Norbertijnen van Grimbergen de molen en bleef in hun bezit tot aan de Franse bezetting. Tijdens de godsdiensttroebelen in de 16e eeuw raakte de molen in verval. Ook in de 18e eeuw was de molen aan herstelling toe. Het uitwendige drijfwerk werd in 1930 vernieuwd en de molen bleef in werking tot in de jaren 1960. De molen werd in 1967 door de gemeente aangekocht en in 1971 gedeeltelijk gerestaureerd. Het waterrad kon in beweging gebracht worden maar er werd niet meer gemalen. In tussentijd zijn de sluizen, het waterrad en het binnenwerk terug aan restauratie toe. Op het erf van de Tommenmolen werd een vakwerkschuur en een bakoven geplaatst die elders in Grimbergen moesten verdwijnen. De bakoven werd in 2016 volledig heropgebouwd en wordt gebruikt voor diverse bak-activiteiten. Naast de schuur plaatste het MOT een metalen rosmolen, een zogenaamde "manège" waarmee bijvoorbeeld een dorsmachine kan aangedreven worden.

Prinsenbos
Prinsenbos

Het Prinsenbos is een bos dicht bij het centrum van Grimbergen. In het bos bevinden zich de ruïnes van het Prinsenkasteel, het voetbalterrein van KSC Grimbergen, een sporthal, een speeltuintje, een geboortebos, de boskapel en een Maria-kapel die opgericht werd in 1954 door de soldaten van TTr uit Vilvoorde en eigendom is van de gemeente. Tijdens de Tweede Wereldoorlog staken de terugtrekkende Duitsers het kasteel op 4 september 1944 in brand. Nadien kocht de gemeente in 1959 de ruïnes en het grootste gedeelte van het park. Sinds 2009 is het beheer van het gebied via een erfpachtovereenkomst met de gemeente Grimbergen toevertrouwd aan het Agentschap voor Natuur en Bos. Tijdens het bestuur onder burgemeester Marleen Mertens, werd een deel van het bos aan de Speelbroek in 2011 geveld om plaats te maken voor een parking voor de Regenboogschool. Deze ontbossing greep plaats ondanks het feit dat de gemeente Grimbergen niet over de nodige vergunningen beschikte. De Vereniging voor Bos in Vlaanderen (VBV) protesteerde hiertegen. Het grootste gedeelte van het Prinsenbos is gecategoriseerd als zeer waardevol op de Biologische Waarderingskaart, maar de natuur heeft er sterk te lijden onder een hoge recreatiedruk. Het bos bestaat uit oude inheemse bomen zoals beuk (fagus sylvatica), wintereik (quercus petraea) en es (fraxinus excelsior). Aan het voetbalveld staat twee beeldbepalende wintereiken. In het microreliëf zijn sporen van de voormalige Franse tuin bewaard gebleven. Ten oosten van het Prinsenbos loopt de Prinsenstraat, een fraaie dreef met bruine beuken (fagus sylvatica f. purpurea). Deze dreef verbond het kasteel met de Sint-Servaaskerk en bestond ook uit een openbare weg naar Brussel. Van de dubbele dreef zijn thans 3 bomenrijen bewaard gebleven.