place

Weesperplein (metrostation)

Bouwwerk in Amsterdam-CentrumStation van de Metrolijn 51 (Amsterdam)Station van de Metrolijn 53 (Amsterdam)Station van de Metrolijn 54 (Amsterdam)
Weesperplein platform, 2022
Weesperplein platform, 2022

Station Weesperplein is een station van de Amsterdamse metro in het stadsdeel Centrum. Het station is gelegen onder het gelijknamige plein, het Weesperplein. Het station werd tussen 1972 en 1977 bovengronds gebouwd waarbij het caisson langzaam werd afgezonken. Het Weesperplein was hierdoor vijf jaar gestremd waarbij het verkeer om het bouwterrein werd heen geleid. Een van de toegangen kwam op de Weesperpoortbrug te liggen. De metrolijnen 51, 53 en 54 hebben een halte in dit station. Het is het enige ondergrondse metrostation van de Oostlijn met zijperrons. Het station werd in oktober 1977 geopend als tijdelijk begin- en eindpunt van de twee metrolijnen naar Amsterdam-Zuidoost. In oktober 1980 kwam de verlenging van de metrolijn naar het Centraal Station in gebruik. Ten noordwesten van het station ligt een keerspoor in de hier driesporige tunnel.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Weesperplein (metrostation) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Weesperplein (metrostation)
Weesperplein, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Externe links Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Weesperplein (metrostation)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.361111111111 ° E 4.9077777777778 °
placeToon op kaart

Adres

Weesperplein

Weesperplein
1018 XA Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

linkWikiData (Q7979626)
linkOpenStreetMap (268998785)

Weesperplein platform, 2022
Weesperplein platform, 2022
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Peel Plaza
Peel Plaza

Peel Plaza is een artistiek kunstwerk in Amsterdam-Oost. Het uit 2022 stammend werk is een ontwerp van Gabriel Lester, die hier een terras inrichtte voor mensen uit de omgeving. Het terras is opgebouwd uit het weerbestendige cortenstaal en hout uit soorten Bilinga en Cumaru (deze zijn het geschiktst voor straatmeubilair aldus Grijsen). Het werd omschreven als een boeket van beweging. Gabriel Lester probeert met het werk tijd om te zetten in beeldvorming. Al eerder kwamen in dat thema Bos Peel in Amsterdamse Bos en Tussentijd in het Funenpark tot stand. Lester past daarbij iedere keer krulvorming toe, zo ook bij Peel Plaza. De uitleg van de kunstenaar is dat het werk weliswaar stilstaat langs het verkeersdrukke Weesperplein, maar constant verandert doordat mensen er langs- of omheenlopen of wel even gaan zitten en daarna weer opstaan om hun weg te vervolgen. Hij beschouwt de bezoekers als onderdeel van het stadspodium dan wel kunstwerk. Centraal tussen al die krullen staan zes tafels met bankjes om even te gaan zitten. ’s Avonds wordt de contouren van het werk door middel van LED verlicht. Het werk al enige tijd aangekondigd, maar de verbouwing van Diamantbeurs aan de Nieuwe Achtergracht tot Capital C, naar eigen zeggen een creatieve hub, liep uit en duurde uiteindelijk zes jaar. Het beeld werd niet onthuld, maar op 26 augustus 2022 in gebruik genomen. Het bedrijf is terug te vinden in het werk met een grote letter C. Voor de constructie werd samenwerking gezocht met de Firma Grijsen Park & Straatdesign te Winterswijk; zij hadden op het Weesperplein al een aantal terrasconstructies geplaatst.

Brug 425
Brug 425

Brug 425 is een viaduct in Amsterdam-Oost. Het viaduct maakt deel uit van het Rhijnspoorplein en overspant de verkeersweg Mauritskade van de Singelgracht. Het kunstwerk sluit vanuit het noorden met Weesperpoortbrug (brug 263) aan op het Weesperplein en de Weesperstraat, die hier overgaat in de Wibautstraat. In de oost-westrichting sluit het kunstwerk aan op de weg naar de Torontobrug over de Amstel. De Mauritskade kreeg in 1880 haar naam, maar ontstond veel eerder als het voorplein van het Weesperpoortstation uit 1843. Johannes Hilverdink legde de situatie rond 1848 vast zonder noemenswaardig verkeer. Het beeld veranderde sterk toen het Weesperpoortstation haar overkapping kreeg. Op een ansichtkaart van rond 1908 is op de plaats van het viaduct een voetpad te zien, maar ook een klein rangeerterreintje. In 1940 ontstond hier een groot gat; het Weesperpoortstation is in 1939 gesloten en vervolgens afgebroken. De Mauritskade heeft ter plaatse dan alleen verkeer naar en van het oosten, een doorgaande weg westwaarts was er nog niet. Dit bleef zo tot midden jaren zestig. Door de plannen voor de overbrugging van de Amstel kwam er behoefde aan een verkeersplein dat daarop aansloot. Aangezien het autoverkeer sterk toenam werd er in 1963 naar gekeken of het handiger was de verkeersstromen noord-zuid en oost-west ongelijkvloers te laten lopen. Voor het stukje Mauritskade bij de Amstel betekende dat rigoureuze sloop (zie foto 1967). In februari 1967 begonnen de werkzaamheden, waarbij de Mauritskade over 170 meter verdiept werd aangelegd. Gelijktijdig werden ook de nog aanwezige fundamenten van de draaischijf van het voormalige station gesloopt. Op 23 oktober 1969 werd het viaduct tegelijk met die Torontobrug geopend door Roel de Wit. De weg was amper opengesteld voor het verkeer of er ontstond weer bouwdrukte; de eerste heipalen voor de Amsterdamse Metro gingen in augustus 1970 de grond in, op de noordoostelijke parallelweg bij het viaduct. Overigens was er bij de bouw van het viaduct al rekening gehouden met de toekomstige metro.

Dr. Meijer de Hondbrug
Dr. Meijer de Hondbrug

Dr. Meijer de Hondbrug (brug 257) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De verkeersbrug verbindt de Weesperstraat met het Weesperplein en overspant de Nieuwe Achtergracht. Op deze plaats ligt al minstens twee eeuwen een brug. In de Opregte Haarlemsche Courant van 15 september 1829 werd melding gemaakt van “De werken en leverantien, behoorende tot het vernieuwen van de brug no. 257, over de Achtergracht, voor de Weesperstraat". Vanaf dan wordt de brug regelmatig getroffen door de expansiedrift van Amsterdam. In 1901 moet de brug opnieuw vernieuwd worden, er volgde een aanbesteding in april 1901. In 1923 is opnieuw verbreding noodzakelijk. Daartoe werd ingeschakeld Piet Kramer van de Dienst der Publieke Werken. Hij kwam met een vaste brug in de vroege Amsterdamse Schoolstijl met de voor hem typerende mengeling baksteen/natuursteen, beeldhouwwerken van Hildo Krop, siersmeedijzeren balustrades en granieten pijlers. Die brug hield het tot 1964. Dan werd besloten dat de Weesperstraat een "hypermoderne radiaalweg" moet worden, de brug wordt dan 38,30 meter breed. Men gaat grof te werk, de balustrades en pijlers raken zoek en worden nooit meer teruggevonden. In januari 1966 kreeg de brug haar naam, een verwijzing naar Meijer de Hond (ook brug 251 over de Nieuwe Prinsengracht werd toen vernoemd, naar dr. J.H. Dünner), rebbe der vierde stand dan wel rebbe van het lompenproletariaat. Het was van korte duur, want de brug werd beginjaren zeventig uit roulatie genomen. Dit deel van de Weesperstraat ging op de schop voor de bouw van de Oostlijn. De houten funderingspalen van de brug zaten in de weg en moesten uit de grond getrokken worden. Na de werkzaamheden werd de brug teruggeplaatst waarbij opnieuw delen van Kramers brug verdwenen. Wel zijn gebleven de Havik en vissen van Krop en de walkanten die nog enigszins aan Kramer doen denken.

Sarphatistraat 47-55
Sarphatistraat 47-55

Sarphatistraat 47-55 te Amsterdam is een relatief breed gebouw aan de Sarphatistraat in Amsterdam-Centrum. Het werd gebouwd in het deel tussen Amstel met de Hogesluis en de Weesperplein. Hier besteedde in 1928 de Amsterdamsche Bank een nieuw bankgebouw aan dat was ontworpen door Christiaan Posthumus Meyjes jr. met ondersteuning van ingenieur Jacob van de Linden. De bank had toen meerdere ijzers in het vuur. Tegelijkertijd werd verbouwd aan de Van Baerlestraat (architectenfamilie Bert Johan Ouëndag en Willem Bert Ouëndag) en nieuw gebouwd aan Jodenbreestraat (Posthumus Meyjes). Het werd de vestiging die de bij de diamantindustrie behorende geldstromen moest behandelen. In de buurt lag de diamantbeurs aan de Nieuwe Achtergracht. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hier de bank Lippmann, Rosenthal & Co. gevestigd, beter bekend als Lirobank; een zogenaamde roofbank, die de Joden van hun bezittingen moest ontdoen onder een vertrouwelijk klinkende naam. Na die oorlog kwam er de LVVS (Liquidatie van Verwaltung Sarphatistraat), de Amsterdamsche Bank kwam hier terug, fuseerde tot AMRO Bank (1964), die weer in 1990 fuseerde tot ABN AMRO Bank N.V. Vanuit dit filiaal werd even later een grootscheepse fraude gestart. Amper tien jaar later (2007) verkocht de bank het gebouw; de volgende (mede)gebruiker was het Theater Instituut Nederland. Het werd in de jaren tien van de 21e eeuw onder begeleiding van architect Manon Becking van Kentie & Partners Architekten ingrijpend verbouwd tot hotel uit de keten CitizenM met 88 kamers. Het gebouw laat een mengeling van bouwstijlen zien; er zijn tekenen van Amsterdamse School (wisseling bak- en natuursteen; steile daken, afwijkend metselverband)) en invloeden van Hendrik Petrus Berlage (strakke lijnen). Het gebouw werd op 23 mei 2006 tot gemeentelijk monument verklaard. In 2003 werd een plaquette geplaatst verwijzend naar haar geschiedenis in de oorlog.

Sarphatistraat 66
Sarphatistraat 66

Sarphatistraat 66 is een gebouw aan de Sarphatistraat in Amsterdam-Centrum. Het pand ligt aan het gedeelte van de straat ten oosten van de Amstel. Dat gedeelte van de straat, gebouwd op de voormalige verdedigingsschans, werd in de jaren zeventig van de 19e eeuw volgebouwd met gebouw voor gebouw. Dat geldt ook voor dit gebouw dat werd ontworpen in 1873 door architect Johan Heinrich Schmitz. De bouw nam uiteindelijk vijf jaar in beslag, zonder dat daar een reden voor gevonden werd. De datumsteen in de gevel vermeldt "ANNO 1878"; dat jaartal werd ondersteund doordat de eerste ingeschrevenen in dit pand toen werden genoteerd. De opdrachtgevers waren diamantairs Beer & Raap uit de Huddestraat, maar zij hebben er voor zover bekend nooit gewoond. De eerste bekende familie die er woonde was de familie Jitta-Polak Daniëls, die hier vanuit Brussel neerstreek. Ook daarna was de diamantwereld niet ver weg met diamantbewerking (J.K. Smit & Zonen, dat in 1928 haar 50-jarig jubileum vierde) en instrumenten ter ondersteuning daarvan. De laatst bekende huurder uit de diamantwereld vertrok in de jaren zeventig naar het industriegebied in Westpoort (Portsmuiden). Er was vanaf dan enige jaren een bed & breakfast of hotel (Silton Hotel) gevestigd, tot circa 2022. Daarna werd er gerenoveerd; in 2024 stond het gebouw te koop voor bijna zeven miljoen euro. Het gebouw, dan al gemeentelijk monument, is opgetrokken met kenmerken van de neoclassicistische architectuur van eind 19e eeuw. Het gebouw van drie woonetages boven een souterrain is rijk bepleisterd en met allerlei beeldhouwwerk (mensen- en dierenkoppen, festoenen etc.) versierd. De bel-etage valt extra op vanwege het gebruik van grijs natuursteen. Ook het interieur is rijk geornamenteerd. Het gebouw heeft rond die verkoop in 2024 al de bijnaam gekregen van poppenhuis en spookhuis. Achter de ramen van de bel-etage staren poppen enigszins luguber naar buiten.