place

Van Boshuizenstraat (tramhalte)

Tramhalte van Amsterdamse tramVoormalig station van de Amsterdamse metroVoormalige Amstelveense sneltramhalte
Tram stop Van Boshuizenstraat in front of shopping centre Rooswijck
Tram stop Van Boshuizenstraat in front of shopping centre Rooswijck

Van Boshuizenstraat is een tramhalte van de Amsterdamse tram en voorheen sneltramhalte van de Amsterdamse metro in de wijk Buitenveldert in het stadsdeel Zuid. Op de halte stoppen tramlijnen 5 en 25. Van 1990 tot 2019 stopte hier ook sneltram 51. De halte ligt in de middenberm van de Buitenveldertselaan bij de Van Boshuizenstraat en heeft twee zijperrons. Tot 3 maart 2019 was er een 65 meter lang hoog gedeelte voor lijn 51 en een 30 meter lang laag gedeelte voor lijn 5. Lijn 5 rijdt vanaf de Zoutkeetsgracht via het Leidseplein, het Museumplein en de Beethovenstraat naar het Stadshart van Amstelveen. Lijn 25 rijdt vanaf station Amsterdam Zuid via Amstelveen naar Uithoorn. Tussen station Amsterdam Zuid en de halte Oranjebaan in Amstelveen delen de tramlijnen 5 en 25 hetzelfde traject.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Van Boshuizenstraat (tramhalte) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Van Boshuizenstraat (tramhalte)
Buitenveldertselaan, Amsterdam Zuid

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Van Boshuizenstraat (tramhalte)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.325 ° E 4.8688888888889 °
placeToon op kaart

Adres

Buitenveldertselaan

Buitenveldertselaan
1082 BM Amsterdam, Zuid
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Tram stop Van Boshuizenstraat in front of shopping centre Rooswijck
Tram stop Van Boshuizenstraat in front of shopping centre Rooswijck
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

De Cuserstraat 3
De Cuserstraat 3

De Cuserstraat 3 te Amsterdam is een gebouw, dat in 2014 tot rijksmonument is verklaard. Het gebouw staat aan de De Cuserstraat op de hoek met de Buitenveldertselaan. Het hoekige gebouw in Buitenveldert is ontworpen door Marius Duintjer en zijn medewerker Dick van der Klei. Charles Karsten ontwierp de "kletsmuurtjes". Onder het rijksmonument valt alleen de oorspronkelijke bebouwing waaronder een conciërgewoning. Het nieuwbouwgedeelte uit 2006 valt niet onder de bescherming. Het heeft een front dat deels het water in is gebouwd en een sterrenkoepel. De besprekingen begonnen in 1958. De bouw werd in oktober 1960 aanbesteed als nieuwbouw voor Christelijk Streeklyceum Buitenveldert. In maart 1961 volgde de eerste heipaal Men verwachtte er twee jaar aan te moeten bouwen, de opening vond plaats in juni 1963. Het oorspronkelijke gebouw was circa 100 meter breed en heeft aan beide zijden van de middenhouw twee vleugels, ongelijk van lengte. Het werd gebouwd in de tijd van open-luchtscholen, hetgeen terug te vinden was in de grote openslaande deuren van sommige lokalen. Voor de creatieve vakken zoals tekenen waren de lokalen hoog uitgevoerd met grote raampartijen. Opvallend is dat de gevel opgevuld is met baksteen, glazen bouwstenen en raampjes met de afwijkende afmeting 0,75 bij 0,75 meter. Er konden in beginsel rond de 800 leerlingen plaatsnemen. De sterrenwacht, betaald door ouders en leraren, werd najaar 1962 geplaatst; men verwachtte hier aan de rand van Amsterdam weinig last van nachtlicht. Ten tijde van de opening werd om de hoek gebouwd aan een andere creatie van Duintjer; een kerk voor de Pinkstergemeente aan de Van Boshuizenstraat. Het gebouw was al in 2006 aangewezen als gemeentelijk monument en kwam voor op de lijsten "Amsterdamse Top-100 Jonge Monumenten" en even later op de "Landelijke Top-100 Jonge Monumenten" en "Beschermingsprogramma Wederopbouw 1959-1965" (2013/2014). Het is verreweg het grootste gebouw in de straat; er zijn daaraan alleen nog stadsvilla’s gebouwd en rijtjeswoningen.

Brug 811
Brug 811

Brug 811 is een bouwkundig kunstwerk in Amsterdam-Zuid. De brug is gelegen in de Buitenveldertselaan en voert over een afwateringstocht die eindigt in "Kleine Wetering"; ze landt in het zuiden op 't Kleine Loopveld. De brug werd aangelegd om een doorgaande route te maken tussen Amsterdam en Amstelveen verder resulterend in een duiker en Brug Uilenstede. De brug is een belangrijke verbinding tussen de steden en het lokale vervoer en ligt in de Stadsroute 109. Tussen de brug 811 en Brug Uilenstede ligt de tramhalte Uilenstede op de duiker. Brug 811 is een brede verkeersbrug; er zijn zowel naar het noorden als naar het zuiden een voetpad (breedte 4,20 meter), een fietspad (3,60 meter), stoeptegels (1,70 meter), 2 rijbanen voor snelverkeer (samen 7,5 meter) en een trambaan (7 meter) met daartussen een zeer smalle middenberm (de trambak is 14 meter breed). Er is een overspanning van 9,5 meter over een watergang van 25 meter; de landhoofden staan dus ver in het water. Desalniettemin wordt de brug ondersteund door twee brugpijlers annex jukken, die de maximale doorvaartbreedte op vier meter houden. Het ontwerp is afkomstig van Dirk Sterenberg dan werkend voor de Dienst der Publieke Werken, gezien de uitvoering van brugleuningen vermoedelijk ook verantwoordelijk voor de Brug Uilenstede. In mei 1962 was de doorgaande route een feit, hetgeen verkeerstechnisch de Amstelveenseweg, tot dan toe de doorgaande route, tijdelijk ontlastte. Oorspronkelijk reed er geen openbaar vervoer over de brug. In 1965 was er een plan voor een verlenging van tram 24 naar Amstelveen en zou over de brug worden geleid maar door de opkomende metroplannen ging dit niet door evenals de metro zelf. In 1972 verscheen voor het eerst een buslijn over de brug bus 49, in 1975 gevolgd door bus 67. Deze verdwenen in 1990 toen de tram/sneltramhalte van tram 5 en sneltram 51 aangelegd werd met oorspronkelijk een hoog noordelijk gedeelte en een laag zuidelijk gedeelte. Op 3 maart 2019 verdween sneltram 51 maar bleef tram 5 en op 13 december 2020 verscheen tram 25. In de zomer van 2019 werd ook de noordelijk gelegen hooggelegen tramhalte verlaagd.

Brug Uilenstede
Brug Uilenstede

De Brug Uilenstede is een kunstwerk uitgevoerd als vaste brug of viaduct, maar van uit het gezichtspunt beneden een tunnel, en is gelegen in het dijklichaam van de Beneluxbaan in de Noord-Hollandse stad Amstelveen en voert over de Bos en Vaartlaan en is gelegen aan de westzijde van de wijk Uilenstede. De brug is bijzonder breed waarbij ook overdag kunstlicht onder de brug noodzakelijk is omdat onvoldoende daglicht doordringt. De brug wordt gedragen door 16 vrij slanke witte pilaren opgesteld in 2 rijen van 8. De Bos en Vaartlaan is uitsluitend toegankelijk voor (brom-)fietsers en voetgangers. Het viaduct met een blauwe balustrade heeft op de Beneluxbaan 2 rijbanen voor het autoverkeer aan beide zijden en de trambaan in het midden. Aan de zijkanten ligt aan beide zijden een fietspad gescheiden door een middenberm maar er is geen voetpad. De ruimte onder het viaduct wordt voor een groot gedeelte gebruikt als fietsenstalling door de studenten van de nabij gelegen studentenflats. Het ontwerp voor dit bouwwerk kwam architect Dirk Sterenberg, in die tijd werkzaam bij de Dienst der Publieke Werken in Amsterdam, maar voor dit project verantwoording afgevend voor het Technisch Bureau van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Het viaduct werd gelijktijdig met de Beneluxbaan in circa 1960 aangelegd op de plaats van de vroegere Middenweg, een smalle landelijke weg dwars door de Middelpolder die liep van de Kalfjeslaan nabij het huidige Uilenstede naar de Parelvisserslaan in Bankras/Kostverloren de oostelijke wijk van Amstelveen. Oorspronkelijk reed er geen openbaar vervoer en lag op de plaats van de huidige tram/sneltramhalte een middenberm van steen gelegen tussen de met bomen en bosjes begroeide middenberm van de Beneluxbaan. In 1965 was er een plan voor een verlenging van tram 24 naar Amstelveen en zou over het viaduct worden geleid maar door de opkomende metroplannen ging dit niet door evenals de metro zelf. In 1969 verscheen voor het eerst een buslijn over de brug, bus 66 gevolgd in 1972 door bus 49 en in 1975 bus 67. Deze verdwenen toen in 1990 toen aan de noordkant van het viaduct de tram/sneltramhalte van tram 5 en sneltram 51 werd geopend en oorspronkelijk bestond uit een hoog noordelijk gedeelte en een laag zuidelijk gedeelte. Om deze te bereiken moesten in het viaduct aan de noordzijde met veel moeite en tegen hoge kosten grote gaten worden geboord voor de aanleg van de trappen naar de tram/sneltramhalte vergelijkbaar als in 1960 bij Brug 705 in Amsterdam. Op 3 maart 2019 verdween sneltram 51 maar bleef tram 5. Van 27 mei 2019 tot en met 6 november 2020 verscheen ook tram 6. Bus 55 (vervanger van sneltram 51) reed over het viaduct maar halteerde er niet. In de zomer van 2019 werd ook de noordelijk gelegen hooggelegen tramhalte verlaagd. Sinds 13 december 2020 rijdt hier tramlijn 25. De brug is vernoemd naar de gelijknamige wijk.

Gwijde van Henegouwenbrug
Gwijde van Henegouwenbrug

De Gwijde van Henegouwenbrug (brug 805) is een Kunstwerk in Amsterdam-Zuid. De brug stamt uit 1960/1962 toen architect Dirk Sterenberg bij de Dienst der Publieke Werken werkte. Hij mocht alle voet- en fietsbruggen in het Gijsbrecht van Aemstelpark ontwerpen en zelfs het Ontmoetingseiland inrichten. Voor de Buitenveldertselaan die het park in twee delen snijdt ontwierp hij in dezelfde periode een bijzonder grote duiker onder Brug 804. Voor de overspanning van (de waterstroom in) het Gijsbrecht van Aemstelpark moest hij qua grootte iets ontwerpen van een andere orde. De brug overspant niet alleen de afwateringstocht, maar ook twee platforms die het mogelijk maken van het ene deel van het park naar het andere te geraken, zowel noordelijk als zuidelijk van de waterstroom. In aanvulling daarop moesten er vier trappen komen die voetgangers de gelegenheid gaven om in en uit het park naar de Buitenveldertsebaan te komen (al was het park nog niet geheel ingericht). Over de overspanning van plateaus en water gaan voetpaden, fietspaden, rijdekken en in eerste instantie een brede middenberm. Vanwege de breedte werden er twee uitsparingen in het brugdek gehouden, zodat daglicht de onderdoorgang kon bereiken. Bij het ontwerp werd rekening gehouden met het kunnen dragen van een ontworpen metrolijn. In 1989 en 1990 werd in de middenberm en middenstrook op de brug een tram/sneltrambaan aangelegd waar de brug gezien de oorspronkelijke gedachte metrolijn sterk genoeg voor was. Het betonnen geheel wordt gedragen door een betonnen paalfundering en tussen de landhoofden nog twee series van brugpijlers. De brugpijlers van de rijdekken hebben de vorm van sculpturen, Sterenberg was ook kunstenaar; die van de trambaan zijn eenvoudiger uitgevoerd. Ook bijzonder is de afwerking van leuningen. Op de overspanningen staan brugleuning die sterk doen denken aan die van brug 804 en de bruggen die Sterenberg ontwierp voor de Cornelis Lelylaan. De leuningen aan de onderdoorvoer liet hij lijken op de brugleuningen van de voetbruggen in het park; alleen zijn ze hier in blauw uitgevoerd en in het park groen. Korstmossen laten echter dat kleurverschil langzaam verdwijnen. De brug ging vanaf oplevering naamloos door het leven. In 2014 bereikte de gemeente Amsterdam het verzoek de brug te vernoemen naar Gwijde van Henegouwen, hetgeen werd ingewilligd. De naamgeving vond plaats voordat de gemeente de Amsterdamse bevolking in 2016 verzocht met namen te komen om bruggen te kunnen duiden in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen. De naam werd mede gehonoreerd omdat Gwijde van Henegouwen Amsterdam haar stadsrechten gaf, nog geen vernoeming had binnen Amsterdam en qua belangrijkheid boven Gijsbrecht van Aemstel stond (de brug gaat over het park). Tot slot zijn in de buurt van deze brug straten en pleinen vernoemd naar baljuwen en heren van Aemstel.