place

Zonder titel (Herman Makkink)

Beeld in Amsterdam-West
2021 Zonder titel (Herman Makkink)(3)
2021 Zonder titel (Herman Makkink)(3)

Op het terrein van de voormalige Westergasfabriek in Amsterdam-West staat een titelloos artistiek kunstwerk van Herman Makkink. In de volksmond wordt het Bolbewoners genoemd. Het werk uit 2003/2004 kwam na een vrije opdracht van Kathryn Gustafson van Mecanoo, die (dat) verantwoordelijk was voor de herinrichting van de fabrieksterreinen. Makkink kwam met een door midden gesneden stenen bol (weergave van een halve Aarde) met daarop twee mensachtige figuren (kruising tussen mens en dier). Die figuren bevinden zich volgens de kunstenaar op het hellend vlak van het leven en kunnen daar alleen aan ontsnappen door vooruit te kijken. Opvallend is dat de armen gedurende hun lengte overgaan in benen. De twee figuren steunen dan ook op vier voeten. De halve bol bestaat uit gemetseld baksteen; de overtollige specie is niet weggehaald en steekt ongewoon uit en er is geen voegwerk toegepast. De bol is van steen rond een kern van beton; de afdekking door een koperplaat, de beelden zijn van brons.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Zonder titel (Herman Makkink) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Zonder titel (Herman Makkink)
Amsterdam West

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Zonder titel (Herman Makkink)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.386169444444 ° E 4.8655 °
placeToon op kaart

Adres


1051 DG Amsterdam, West
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

2021 Zonder titel (Herman Makkink)(3)
2021 Zonder titel (Herman Makkink)(3)
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Brug 463
Brug 463

Brug 463 is een vaste brug in Amsterdam-West. De brug overspant de Haarlemmervaart aan de oostkant van de Schutsluis Haarlemmervaart en ligt (bijna) in het verlengde van de Van Slingelandtstraat. De brug werd gebouwd rond 1892, niet als verkeersbrug, maar als spoorbrug voor goederenverkeer naar de Asch- en vuilnisbelt. De spoorlijn is al eerder op kaarten van Amsterdam terug te vinden, maar dan vaak op kaarten waarop een planning wordt weergegeven. Deze sloot in het noorden aan op de spoorlijn Amsterdam – Haarlem. Op de plaats van de vuilnisbelt verrees in 1934 de Centrale Markthallen (sinds de jaren negentig Food Center Amsterdam) en vertakte de spoorlijn in drieën. Het westelijke en middelste spoor kregen nogmaals twee takjes voor van de aanvoer en afvoer van handelswaar. Rond het midden van de jaren vijftig werd ten westen van het spoor de Van Slingelandtstraat aangelegd. Het spoor lag tot 1985 aan beide kanten naast de weg, vandaar dat de brug net niet perfect aansluit op de straat. In 1985 werd de spoorlijn naar Haarlem verlegd naar het noorden en werd de aftakking opgebroken. De spoorbrug werd in het begin van de jaren negentig verbouwd tot verkeersbrug, toen het terrein van de Westergasfabriek een herbestemming kreeg: van daadwerkelijke gasfabriek tot cultuurcentrum. De brug stond plaatselijk bekend als de ‘Van Slingelandtbrug’, een indirecte vernoeming naar Simon van Slingelandt, totdat in april 2016 de gemeente Amsterdam alle officieuze benamingen heroverwoog. De officieuze tenaamstelling verviel en Amsterdammers konden vanaf toen ook verzoeken indienen voor alternatieve tenaamstellingen, die wanneer goedgekeurd opgenomen zouden worden in de Basisregistraties Adressen en Gebouwen.

Otterdam
Otterdam

Otterdam is een ecologisch kunstwerk in het Westerpark in Amsterdam. De naam verwijst naar de otter die in het verre verleden leefde in het gebied waarin het Westerpark is aangelegd. Het gebied bestond eeuwenlang als moeras, langzaam omgewerkt tot agrarisch gebied. De laatste grote ontwikkeling was dat het opgeslokt werd door Amsterdam met haar uitbreidende bebouwing. Die oprukkende stad met bijbehorend verkeer verdreef de otter uit deze streek; hij kwam er voorlopig niet terug. Door verregaande ecologische maatregelen in de 21e eeuw kwam de otter gewild (uitzetten) en ongewild (immigratie uit ander gebied) terug naar Amsterdam en werd wel gesignaleerd in IJburg, dat wel aan de andere kant van de stad ligt. Om het gebied rond Westerpark toch klaar te maken voor de terugkomst van de otter werd een kunstmatige infrastructuur aangelegd. Het kreeg de naam Otterdam, een samentrekking van otter en dam, en werd vergezeld door officieuze verkeersborden waaronder "Tot ziens in Otterdam". Initiatiefnemers waren galerie Transnaturel en kunstenaar Theun Karelse, die juist gevestigd zijn aan straten die in Amsterdam bekend staan als juist weinig natuurvriendelijk. De galerie en kunstenaar zijn respectievelijk gevestigd aan verkeersaders Jan van Galenstraat en Witte de Withstraat. Het kunstwerk bestaat uit een drijvende raamconstructie van bamboestengels. Deze stengels verbinden negen eilandjes die op de knooppunten liggen. Deze constructie werd gekozen vanwege het minimaal ingrijpen in de natuur, de open constructie blijft licht en lucht verzorgen voor de onderliggende waterwereld met flora en fauna. Er was direct een tweede versie nodig, want Storm Poly blies de eerste versie weg. De kunstenaar kon het werk opnieuw inrichten zonder verregaande maatregelen; de sloot is slechts heupdiep. Het project bestaat uit een eilandje, een oversteekplek, een brug (bordje bij brug 2356), een meertje en een “otterduct”.

De Arendbrug
De Arendbrug

De Arendbrug (brug 1973) is een vaste brug in Amsterdam-West. De brug vormt de verbinding tussen de Haarlemmerweg en de Polonceaukade, hier beide de kades van de Haarlemmertrekvaart, die ze overspant. De brug ligt ongeveer in het verlengde van de Van Hallstraat. Ten noorden van de brug liggen de voormalige gashouders van de Westergasfabriek. In de jaren rond de eeuwwisseling 2000 werd het terrein van die fabriek hier herontwikkeld, er vond uitgebreide renovatie van de gebouwen van Isaac Gosschalk plaats en het terrein werd opnieuw ingericht. De brug werd noodzakelijk in verband met de te verwachten groei aan verkeer ter plaatse. Al jarenlang verzorgde Westergasbrug (brug 193) de toegang van het terrein. Die brug werd bij de herontwikkeling te smal bevonden, maar kon niet aangepast worden vanwege haar status als rijksmonument. De brug vormde een gevaar voor met name voetgangers en fietsers. De moderne brug, in uiterlijk een asymmetrische boogbrug, staat alleen voetgangers en fietsers toe. Het frame is van metaal, het wegdek bestaat uit houten planken met daarop een deklaag. Dat bleek een niet zo’n goede keuze, want in 2015 en 2017 moesten juist die delen van de brug vernieuwd worden. In 2017 bleek daarbij nog eens dat de positie van de brug gevaar opleverde als men de Staatsliedenbuurt in wilde lopen en fietsen; de nabijgelegen oversteekplaats bleek onveilig. De brug levert (onbedoeld) geluid op als men haar betreedt of verlaat; zij is daarom op zaterdag- en zondagnacht voor enkele uren gesloten. De brug ging een aantal jaren anoniem door het leven, alleen aangeduid met haar nummer 1973. In 2016 kon de burgerij voorstellen indienen tot naamgeving van die anonieme bruggen. De gemeente keurde in december 2016 de inzending voor een vernoeming naar de locomotief De Arend goed. Die locomotief trok de eerste trein van Nederland voort tussen Amsterdam en Haarlem vanaf 25 september 1839. De brug had al eerder de officieuze naam Gashoudersbrug meegekregen.

Gedenkteken Gerard Reve
Gedenkteken Gerard Reve

Het Gedenkteken Gerard Reve is een gedenkteken in Amsterdam-West. Het driedelig artistiek kunstwerk (2006) ter herinnering aan Gerard Reve is van Margriet Kemper. Voor het Waterspiegelplein kwam zij met een vrij onopvallend monument, dat geheel opgaat in haar omgeving. Het eerste deel bestaat uit een houten zitbank, die uitzicht biedt op het oosten. Men wordt er uitgenodigd om literatuur te lezen of om voor zich uit te staren. Dit kan overdag en ’s nachts; de nabij staande lantaarnpaal geeft 's nachts een gelig licht. Kijkend vanaf de zitbank is het eerste dat zichtbaar is dan ook die lantaarnpaal, die zwart is, daar waar andere in de stad voornamelijk grijs zijn De gangbare lichtbron bevat in tegenstelling tot de “normale lantaarnpalen” in Amsterdam drie luikjes die de kijker al dan niet open kan klappen. De drie luikjes geven toegang tot: boven: tekst uit Nader tot U midden: foto van Gerard Reve gemaakt door Rineke Dijkstra onder: foto van het geboortehuis van Gerard Reve: Van Hallstraat 25 hij woonde er op de tweede verdieping. Als men vanuit de bank verder kijkt, kan het oog een klinkerpad volgen dat van de zitbank reikt tot het voet- en fietspad van de Van Hallstraat. Het pad vormt een lang gerekte punt met afwijkende kleurstelling, die rechtstreeks wijst naar genoemd pand. Nader tot U vormde de inspiratiebron voor dit kunstwerk; in het boek is een passage gewijd aan het begin van de mens. De foto werd juist op het eind van zijn leven gemaakt op verzoek van Reves vriend Joop Schafthuizen. Het gedenkteken was niet geheel onomstreden. Er werd geopperd dat een accent wijzend op de homoseksualiteit van de schrijver ontbrak; daartegenin werd gesteld dat Reve slechts één jaar aan de Van Hallstraat woonde en er toen nog geen sprake was van zijn homoseksualteit. Het Amsterdamse Fonds voor de Kunst weigerde een bijdrage, omdat in hun ogen het kunstwerk te weinig opviel. Ze hadden veel liever een nationaal monument voor Gerard Reve gezien, wat weer tegen de borst stuitte van het Stadsdeel. De onthulling vond plaats op 14 december 2006 (Gerard Reve werd op 14 december 1923 geboren) door Schafthuizen.

Begraafplaats Vredenhof
Begraafplaats Vredenhof

Begraafplaats Vredenhof is sinds 1897 een begraafplaats aan de Haarlemmerweg 357 in Amsterdam-West, nabij de Korenmolen De Bloem. Deze begraafplaats was de vervanger van de vroegere Nieuwe Westerbegraafplaats, gelegen aan de (oude) Hemweg in de Amsterdammerpolder nabij de Petroleumhaven en het Noordzeekanaal. Omdat die begraafplaats erg afgelegen lag (en later werd opgeslokt door het Westelijk Havengebied) werd een nieuwe begraafplaats ingericht aan de Haarlemmerweg. De begraafplaats kwam zeventig meter ten zuiden van de Haarlemmerweg te liggen. Daarom is er nu een lang smal voorterrein. Het duinzand voor de ophoging van het terrein kwam van een voor de Hoogovens in IJmuiden uitgegraven haven. Tuinarchitect Leonard A. Springer, ook de architect van de Oosterbegraafplaats (nu Nieuwe Ooster) maakte het ontwerp, op basis van de bestaande polderverkaveling, die hier een scheve hoek maakt met de Haarlemmerweg, terwijl Abraham Salm, een bekende architect van vele villa's, het ontvangstgebouw en de dienstwoningen ontwierp. Het gebouw ziet er ook uit als een schilderachtige villa. Door vele malen overschilderen en vernieuwing van de dakpannen zijn inmiddels wel veel oorspronkelijke details verdwenen. Het is in juli 2017 benoemd tot gemeentelijk monument en kreeg in september 2019 een nieuwe bestemming, een horecazaak met serre en terras genaamd "Westervilla". Bezoekers van de begraafplaats kunnen gebruik maken van de faciliteiten. Nadat de begraafplaats in 1897 open ging werden er veel mensen uit het westelijke deel van Amsterdam begraven. Het lag dicht bij de rand van de stad en toen tram 18 in 1922 werd doorgetrokken naar Sloterdijk was het ook per tram vanuit de stad goed te bereiken. Er zijn ook veel Jordaanbewoners en schippers zonder vaste woonplaats op de wal begraven. In 1921 kwam Vredenhof met de annexatie van Sloten in de gemeente Amsterdam te liggen. In 1934 werden de nieuwe Centrale Markthallen ten noorden van de Jan van Galenstraat geopend. Dit complex grensde direct aan de begraafplaats, die hiervoor en deel van zijn grond afstond, in ruil voor een nieuwe strook grond aan de oostkant ervan. De begraafplaats wordt nog steeds veel gebruikt. Het terrein ligt op het niveau van NAP -1,80 m (aldus de monumentenkaart van Amsterdam), dat is ruim een meter lager dan de omringende stedelijke bebouwing. Bekende Nederlanders die hier begraven zijn Johnny Jordaan, Leo Fuld, Johnny Meijer, Cor van Hout, Gijs van Dam jr., George van Kleef, Martin Kok, Thomas van der Bijl.