place

Nieuwmarkt (metrostation)

Bouwwerk in Amsterdam-CentrumStation van de Metrolijn 51 (Amsterdam)Station van de Metrolijn 53 (Amsterdam)Station van de Metrolijn 54 (Amsterdam)
Nieuwmarkt platform, 2022
Nieuwmarkt platform, 2022

Station Nieuwmarkt is een station van de Amsterdamse metro in het stadsdeel Centrum.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Nieuwmarkt (metrostation) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Nieuwmarkt (metrostation)
Dijkdwarsstraat, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Nieuwmarkt (metrostation)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.371944444444 ° E 4.9011111111111 °
placeToon op kaart

Adres

Dijkdwarsstraat
1011 GD Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Nieuwmarkt platform, 2022
Nieuwmarkt platform, 2022
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Door zinloos geweld omgekomen
Door zinloos geweld omgekomen

Door zinloos geweld omgekomen is één van de kleinere oorlogsmonumenten in Amsterdam. Het monumentje is geplaatst bij de ingang van ouderencentrum De Flesseman. Het bestaat uit een plaquette van enkele centimeters breed en hoog en een diepte van enkele millimeters. Op en in brons staat de titel vermeld alsmede vier namen van kinderen die tijdens het Duitse bewind en bijbehorende razzia’s in de Nieuwmarktbuurt omkwamen. De vier kinderen: Annie Meijer (15 oktober 1939 - 28 september 1944) werd door een kogel getroffen; ze was nog geen vijf jaar oud Israël Deegen (24 februari 1927 - 26 maart 1945) en zijn vriend Bari Baars (16 april 1928 - 27 maart 1945) werden op dezelfde dag beschoten; Deegen overleed ter plekke, Baars een dag later in het Binnengasthuis Alex Evers (9 juni 1928 - 12 april 1945) overschreed op 12 april de ingestelde tijden van de avondklok, zijn moeder maande hem vanuit de woning naar binnen; een politieagent schoot hem in zijn hand, Alex vluchtte de vluchtkelder in, maar liep er al gewond zijnde weer direct uit en werd vervolgens door wederom een politieagent neergeschoten. Liggend op een ambulancekar richting Binnengasthuis overleed hij. De plaquette werd bevestigd op initiatief van buurtbewoners; sinds de onthulling op 23 april 1995 is het te vinden in de toegang van (De) Flesseman, hoek Nieuwmarkt, Sint Antoniesbreestraat. Tussen 1995 en 2017 vonden er jaarlijks herdenkingen bij de plaquette plaats, daarna werd de plaquette opgenomen in een jaarlijkse herdenkingswandeling door de buurt.

Bijleveldschesluis
Bijleveldschesluis

De Bijleveldschesluis (brug 495) is een bouwkundig kunstwerk te Amsterdam-Centrum. De van oorsprong zijnde sluis bevindt zich al eeuwenlang grotendeels onder de grond; het werd omgebouwd tot een meterslange duiker, die loopt vanaf de Geldersekade tot aan de Kloveniersburgwal. Daarmee loopt ze onder de Nieuwmarkt en ook het zuidoostelijke deel van het historische gebouw Waag. Die genoemde grachten sluiten van boven gezien niet perfect op elkaar aan, reden waarom de ingang aan de Geldersekade in het midden ligt en die aan de Kloveniersburgwal aan de westkant. Een eerste versie wordt waarschijnlijk al rond 1425 aangelegd, dan een sluis. Dan zijn de Kloveniersburgwal (in verbinding met de Amstel) en de Geldersekade (in verbinding met tijgevoelig Y) gegraven. Om het verschil in waterpeil te neutraliseren werd een sluis aangelegd. De stad rukte op en de sluis moest verplaatst worden naar haar de plaats waar ze sinds 1454 ligt. Ze werd aangelegd in wat later de Sint-Anthoniepoort zou worden, die in 1482 geheel over de waterkering wordt gebouwd. Van scheepvaart is dan geen sprake, zoals terug te vinden is op een tekening die de situatie van 1604 zou weergeven. Die voorouder is terug te vinden op de kaarten van Cornelis Anthonisz. uit 1544, de militaire kaart van 1560 en de kaart van Balthasar Florisz. van Berckenrode uit 1625. Daar is in de walkant een zwarte stip zichtbaar, de vermoedelijk noorder ingang. Die sluis zou nog iets naar het zuiden verplaatst worden en een zijtak krijgen naar de Huidenvettersloot (gedempt in 1899). De naam voert terug op het Waterschap Bijleveld dat toen terreinen had ten oosten van de stad. De naam is voorts nog te vinden in het afwateringskanaal Bijleveld. De sluis onder de Sint-Anthoniespoort (Waag) viel aanvankelijk onder het beheer van Bijleveld, maar ging in juli 1492 over naar Amsterdam. Gerrit de Broen is met zijn kaart van 1737 gedetailleerder. Hij tekende een noordelijke ingang (met waterstroom) en vermeldde tevens een schutsluys onder de Sint-Antonismarkt; hij vermeldde ook de Sint Antonis Waag nabij de Geldersche Kay. Die geschiedenis was nog deels terug te vinden toen in de periode 1988-1990 de Nieuwmarkt op de schop ging, men vond oude resten. De duiker is dan zo vervallen dat ze in het geheel vernieuwd moet worden.

Brug 290
Brug 290

Brug 290 is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De brug vormt de verbinding tussen de Dijkstraat en Korte Dijkstraat. Ze voert daarbij over de Krom Boomssloot. Alhoewel gelegen in het centrum van Amsterdam zijn er slechts aan de zuidkant van de brug regelmatig gemeentelijke en/of rijksmonumenten te vinden. Het gebied ten noorden van de brug viel, op een enkele uitzondering na, in de 20e eeuw ten prooi aan sloop en nieuwbouw. Er ligt hier al eeuwen een brug. Op de kaart van Pieter Bast uit 1599 is hier al een brug ingetekend. Opvallend is daarbij dat stadinwaarts er grote gaten zitten in de bebouwing, terwijl staduitwaarts alles lijkt volgebouwd. De plattegrond van Balthasar Florisz. van Berckenrode uit 1625 laat hier ook al een vaste brug zien, al leidt die dan over de Boom Dwarssloot. Op de kaart van Gerrit de Broen verbindt de brug de Dyk Straat met de Korte Dyk Straat. De moderne geschiedenis van de brug begint in 1847. Toen schreef de gemeente Amsterdam een aanbesteding uit voor het vernieuwen van deze brug. Die brug was al in 1889 aan vervanging toe, samen met brug 292. De beide bruggen lijken dan ook sterk op elkaar. Een aannemer zag kans de twee bruggen voor nog geen 9000 gulden (samen) te bouwen volgens een ontwerp van de Dienst der Publieke Werken, vermoedelijk Bastiaan de Greef en/of Willem Springer. Het rijdek bestond toen nog uit houten planken, hetgeen tot diep in de 20e eeuw het geval bleef. De brug is na de jaren zestig van de 20e eeuw een keer vernieuwd; zij heeft sindsdien een wegdek van klinkers. Aan de landhoofden en walkanten is zoutschade te zien.

Armeensebrug
Armeensebrug

De Armeensebrug (brug 293) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. Ze verbindt de Keizersstraat over de Krom Boomssloot met de Korte Keizersstraat. Voor de scheepvaart is de doorvaartwijdte 5,50 m; de doorvaarthoogte is 1,80 m bij kanaalpeil van NAP - 0,40 m. De brug wordt, behalve aan de noordoostkant, omringd door gemeentelijke en rijksmonumenten. In de eerste categorie valt op het hoekgebouw Krom Boomssloot 22a, een gebouw van Johannes Brouwer (1884-1966) in de Amsterdamse School uit 1933. In de tweede categorie is daar de naamgever van de brug, de gele Armeens Apostolische Kerk op nr. 22. Er ligt hier eeuwenlang een brug. Pieter Bast tekende op zijn stadsplattegrond uit 1599 hier een ophaalbrug in. Van de naamgever van de brug is dan nog geen steen te zien, er zijn in de omgeving van de brug braakliggende kavels te zien. Wanneer Balthasar Florisz. van Berckenrode in 1625 komt, is de ophaalbrug er nog steeds, maar wordt ze aan de westzijde geflankeerd door twee relatief grote gebouwen, de kerk met een blinde muur aan een sloot. De gracht heet dan nog Booms Dwarssloot. Gerrit de Broen liet op zijn versie uit 1737 zien dat de brug (over de dan Dwars Boomssloot) vervangen is door een vaste brug (voor de Armeense Kerk), die rond 1757 is vastgelegd door kunstenaar Jan de Beijer en rond 1787 door Herman Schouten. De sloot naast de kerk is dan al verdwenen. In 1893 schreef de gemeente Amsterdam een aanbesteding uit voor het vernieuwen van brug, landhoofden en kades met levering van het benodigde ijzer. Die nieuwe brug werd kort daarop vastgelegd door (in dit geval) fotograaf George Hendrik Breitner. Op latere foto’s (uit 1936 door Johannes Brouwer, die zijn eigen pand fotografeerde)) is te zien dat er weliswaar ijzeren liggers als overspanning werden gebruikt, maar dat het rijdek uit houten planken op houten balken bestond. Er is daarna niet zoveel meer gebeurd met de brug, maar ze is laat 20e eeuw, vroeg 21e eeuw nog een keer aangepast. Ze kreeg toen een betonnen overspanning met klinkers als rijdek. Bijzonder aan de brug is de naam. Deze naam, sinds lang opgenomen op de lijst van onofficiële brugnamen van de gemeente, verwijst naar de kerk van het Armeens-Apostolische Kerkgenootschap, die daar sinds 1714 is gevestigd, op het adres Krom Boomsloot 22. De kerk en de brug herinneren aan de Armeense gemeenschap die daar omstreeks 1700 ontstond. In 2013 hebben burgemeester en wethouders van Amsterdam de naam "Armeensebrug" officieel vastgesteld. De Armeense ambassadeur in Nederland heeft in verband hiermee het naambord van de brug onthuld.

Brug 292
Brug 292

Brug 292 is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. Ze vormt de verbinding tussen de Koningsstraat een Korte Koningsstraat en voert daarbij over de Krom Boomssloot. Rondom de brug is een aantal gemeentelijke en rijksmonumenten gelegen. Twee van die rijksmonumenten Krom Boomssloot 18-20 dragen de naam Schottenburch, tot april 2016 naamgevers van de officieuze benaming van de brug (Schottenburgbrug). In die maand trok de gemeente Amsterdam alle officieuze benamingen van bruggen in en sindsdien gaat de brug weer alleen onder haar nummer door het leven. Er ligt hier al eeuwen een brug. Op de kaart van Pieter Bast uit 1599 is hier al een enkele ophaalbrug ingetekend. Opvallend is daarbij dat stadinwaarts er grote gaten zitten in de bebouwing, terwijl staduitwaarts alles lijkt volgebouwd. De plattegrond van Balthasar Florisz. van Berckenrode uit 1625 laat hier ook al een ophaalbrug zien, al leidt die dan over de Boom Dwarssloot tussen de Coninck Straet en Korte Coninck Straat. Op de kaart van Gerrit de Broen uit 1737 laat ook een ophaalburg zien. De moderne geschiedenis van de brug begint in 1847. Toen schreef de gemeente Amsterdam een aanbesteding uit voor het vernieuwen van deze brug. Die brug was al in 1889 aan vervanging toe, samen met brug 290. De beide bruggen lijken dan ook sterk op elkaar. Een aannemer zag kans de twee bruggen voor nog geen 9000 gulden (samen) te bouwen volgens een ontwerp van de Dienst der Publieke Werken, vermoedelijk Bastiaan de Greef en/of Willem Springer. Het rijdek bestond toen nog uit houten planken, hetgeen tot diep in de 20e eeuw het geval bleef. De brug is na de jaren zestig van de 20e eeuw een keer vernieuwd; zij heeft sindsdien een wegdek van klinkers. Aan de landhoofden en walkanten is zoutschade te zien.