place

Liedje van Hans Andreus

Amsterdam-CentrumBeeldende kunst in AmsterdamMuziek in Amsterdam
Andreus gedicht (31) Jajaja
Andreus gedicht (31) Jajaja

Liedje van Hans Andreus is een kunstwerk in Amsterdam-Centrum. Dichter Hans Andreus schreef meerdere gedichten onder de titel Liedje. Het gedicht bevat in de woorden roekoe- en toedoemeisjes zelf verzonnen woorden. Het gedicht is in beletterde stoeptegels aangebracht in het straattegelpatroon van het J.W. Siebbeleshof in het centrum van Amsterdam. Onder elke beletterde tegel is een tegel in mozaïekuitvoering te zien. Een pleintje bestaat pas sinds 1988. Alhoewel van recente datum moest bij het aanbrengen van de tegels soms al uitgeweken worden (zie foto). Het gedichtje luidt: Alle roekoemeisjes van vanavond alle toedoemeisjes van vannacht wat zeggen we daar nu wel van ? niets we laten ze maar zitten maar zitten maar liggen maar slapen maar dromen van jajaja Dit Liedje is afkomstig uit de bundel Muziek voor kijkdieren, uit 1951 (Windroos-reeks deel 12).

Fragment uit het Wikipedia-artikel Liedje van Hans Andreus (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Liedje van Hans Andreus
J.W. Siebbeleshof, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Liedje van Hans AndreusLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.371172222222 ° E 4.9010416666667 °
placeToon op kaart

Adres

J.W. Siebbeleshof 2
1011 DC Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Andreus gedicht (31) Jajaja
Andreus gedicht (31) Jajaja
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Brug 290
Brug 290

Brug 290 is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De brug vormt de verbinding tussen de Dijkstraat en Korte Dijkstraat. Ze voert daarbij over de Krom Boomssloot. Alhoewel gelegen in het centrum van Amsterdam zijn er slechts aan de zuidkant van de brug regelmatig gemeentelijke en/of rijksmonumenten te vinden. Het gebied ten noorden van de brug viel, op een enkele uitzondering na, in de 20e eeuw ten prooi aan sloop en nieuwbouw. Er ligt hier al eeuwen een brug. Op de kaart van Pieter Bast uit 1599 is hier al een brug ingetekend. Opvallend is daarbij dat stadinwaarts er grote gaten zitten in de bebouwing, terwijl staduitwaarts alles lijkt volgebouwd. De plattegrond van Balthasar Florisz. van Berckenrode uit 1625 laat hier ook al een vaste brug zien, al leidt die dan over de Boom Dwarssloot. Op de kaart van Gerrit de Broen verbindt de brug de Dyk Straat met de Korte Dyk Straat. De moderne geschiedenis van de brug begint in 1847. Toen schreef de gemeente Amsterdam een aanbesteding uit voor het vernieuwen van deze brug. Die brug was al in 1889 aan vervanging toe, samen met brug 292. De beide bruggen lijken dan ook sterk op elkaar. Een aannemer zag kans de twee bruggen voor nog geen 9000 gulden (samen) te bouwen volgens een ontwerp van de Dienst der Publieke Werken, vermoedelijk Bastiaan de Greef en/of Willem Springer. Het rijdek bestond toen nog uit houten planken, hetgeen tot diep in de 20e eeuw het geval bleef. De brug is na de jaren zestig van de 20e eeuw een keer vernieuwd; zij heeft sindsdien een wegdek van klinkers. Aan de landhoofden en walkanten is zoutschade te zien.

Door zinloos geweld omgekomen
Door zinloos geweld omgekomen

Door zinloos geweld omgekomen is één van de kleinere oorlogsmonumenten in Amsterdam. Het monumentje is geplaatst bij de ingang van ouderencentrum De Flesseman. Het bestaat uit een plaquette van enkele centimeters breed en hoog en een diepte van enkele millimeters. Op en in brons staat de titel vermeld alsmede vier namen van kinderen die tijdens het Duitse bewind en bijbehorende razzia’s in de Nieuwmarktbuurt omkwamen. De vier kinderen: Annie Meijer (15 oktober 1939 - 28 september 1944) werd door een kogel getroffen; ze was nog geen vijf jaar oud Israël Deegen (24 februari 1927 - 26 maart 1945) en zijn vriend Bari Baars (16 april 1928 - 27 maart 1945) werden op dezelfde dag beschoten; Deegen overleed ter plekke, Baars een dag later in het Binnengasthuis Alex Evers (9 juni 1928 - 12 april 1945) overschreed op 12 april de ingestelde tijden van de avondklok, zijn moeder maande hem vanuit de woning naar binnen; een politieagent schoot hem in zijn hand, Alex vluchtte de vluchtkelder in, maar liep er al gewond zijnde weer direct uit en werd vervolgens door wederom een politieagent neergeschoten. Liggend op een ambulancekar richting Binnengasthuis overleed hij. De plaquette werd bevestigd op initiatief van buurtbewoners; sinds de onthulling op 23 april 1995 is het te vinden in de toegang van (De) Flesseman, hoek Nieuwmarkt, Sint Antoniesbreestraat. Tussen 1995 en 2017 vonden er jaarlijks herdenkingen bij de plaquette plaats, daarna werd de plaquette opgenomen in een jaarlijkse herdenkingswandeling door de buurt.

Snoekjesgracht
Snoekjesgracht

De Snoekjesgracht is een kleine gracht in de Lastagebuurt in de binnenstad van Amsterdam. De gracht loopt achter de Sint Antoniesbreestraat, vanaf de Sint Antoniessluishoogwaterkering (aan het zuidelijke einde van de Oudeschans) in min of meer noordelijke richting naar een bocht, waar de gracht naar het oosten draait en overgaat in de Kromboomssloot. Bij deze bocht is ook een pleintje met bankjes en een pilaarvormig kunstwerk van Wim Tap uit 1989. De Snoekjesgracht, oorspronkelijk Snoeksgracht geheten, is vernoemd naar een 16e-eeuwse bewoner, Jan Pieters Snoeck, die in 1595 een huis aan deze gracht liet bouwen en op zijn gevel een snoek liet afbeelden. De Snoekjesgracht ligt in de oude Jodenbuurt van Amsterdam. Tijdens de Duitse bezetting in de Tweede Wereldoorlog werden veel Joodse bewoners weggevoerd naar concentratiekampen en kwamen daar om. Na de oorlog werd een groot deel van de bebouwing aan de oostzijde afgebroken en in de jaren tachtig vervangen door nieuwbouw. Vroeger liep de Snoekjesgracht verder naar het noorden, tussen Sint Antoniesbreestraat en Dijkstraat, maar dit gedeelte (de Rotterdammersloot geheten) werd in 1867 gedempt. In 2003 liet stadsdeel Centrum onderzoeken of de gedempte Rotterdammersloot geschikt was om weer opengegraven te worden, maar zag hier van af wegens de bestaande bebouwing en ruimtegebrek. De Snoekjessteeg, in het verlengde van de doorgaande route in oostelijke richting vanaf de Dam, loopt vanaf de Sint Antoniesbreestraat (waar een uitgang van metrostation Nieuwmarkt is) naar de Snoekjesgracht. De Snoekjesbrug (brug nr. 289) ligt over de Snoekjesgracht bij de Snoekjessteeg.

Watergordijn
Watergordijn

Het Watergordijn is een artistiek kunstwerk in Amsterdam-Centrum. Architect Hans Hagenbeek ontwierp voor het Zuiderkerkhof een aantal nieuwbouwwoningen, nadat de bebouwing was afgebroken ten behoeve van bouw van de Oostlijn van de Amsterdamse Metro. Die nieuwbouw tussen het Zuiderkerkhof en de Sint Antoniebreestraat staat deels op de ondergrondse metrotunnels. Dit had tot gevolg dat de bebouwing gebouwd moest worden rondom een gigantische ontluchtingskoker van het Gemeentelijk Vervoerbedrijf. Hagenbeek fleurde die ontluchtingskoker op met een watergordijn. Het watergordijn begint aan de bovenzijde met een boog waarin een glasplaat de drie Andreaskruizen uit het wapen van Amsterdam zijn te zien. Het water stroomt naar beneden vanuit een gleuf en langs spiegelende tegels. Het stort in een bassin in de vorm van een dubbel uitgevoerde halve cirkel van marmer. De bovenste halve cirkel houdt het water in het bassin, maar dient tevens als rugleuning van de zitbank van de onderste ring. Burgemeester Ed van Thijn onthulde de waterpartij op 24 maart 1984 tijdens de opening van het plein als geheel. De wand was in eerste instantie van tegels van roestvast staal met reliëf, maar die lieten door een verschil in de mate van uitzetting/krimp met het omringende beton los. Op kosten van het Gemeentelijk Vervoerbedrijf (eigenaar van de zuil) werden de tegels bij een renovatie vervangen door hardglas, waarbij er tevens een rubberen isolatielaag kwam tussen beton en glas.