place

Sexmuseum

Geschiedenis van de seksualiteitMuseum in AmsterdamRijksmonument in Amsterdam-Centrum
Sexmuseum Amsterdam 01
Sexmuseum Amsterdam 01

Het Sexmuseum, voluit Sexmuseum de Venustempel, is een museum in Amsterdam-Centrum aan het Damrak 18 over de geschiedenis van pornografie en erotiek. Het museum toont een collectie van historische erotische objecten, sculpturen, schilderijen, prenten en foto's. Daarnaast zijn er enkele diorama’s waaronder van de Amsterdamse Wallen en het opwaaien van de jurk van Marilyn Monroe.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Sexmuseum (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Sexmuseum
Damrak, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: SexmuseumLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.376605555556 ° E 4.8973277777778 °
placeToon op kaart

Adres

Damrak 17-H
1012 LH Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Sexmuseum Amsterdam 01
Sexmuseum Amsterdam 01
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Prins Hendrikplantsoen
Prins Hendrikplantsoen

Het Prins Hendrikplantsoen is een voormalig klein plantsoen in het centrum van Amsterdam, tegenover Station Amsterdam Centraal, dat tot 22 juli 2018 dienst deed als busstation, en nadien grotendeels ingenomen is door het Open Havenfront en de fietsenstalling eronder. Het Prins Hendrikplantsoen was gelegen tussen de Prins Hendrikkade tegenover het Victoria Hotel en het Open Havenfront. Het plantsoen werd vernoemd naar Hendrik van Oranje-Nassau. Zijn borstbeeld stond tot 1979 in het plantsoen maar werd toen verplaatst naar een locatie tegenover het Scheepvaarthuis aan de Prins Hendrikkade. Het plantsoen werd in 1883 aangelegd, gelijk met de bouw van het Centraal Station. Naast grasveld bestond de vegetatie uit linden, esdoorns, iepen en platanen en was omgeven door een hekwerk. Ook bevonden zich in het plantsoen een aantal bankjes en stonden er een tweetal peperbussen. In het voorjaar en de zomer bloeiden er volop bloembollen. In de jaren zestig werd een deel van het plantsoen in gebruik genomen als busstation voor Maarse en Kroon, onder meer voor de lijnen naar Schiphol. Ook was er een speciaal tramspoor waarop wachtwagens werden opgesteld. Vanaf 1973 werden de bussen van Maarse en Kroon vervangen door bussen van Centraal Nederland, in 1994 door de NZH en sinds 1999 door Connexxion. In de jaren tachtig werd het busstation verder uitgebreid en veranderd en bleef er een miniplantsoentje over. Het plantsoen werd volop gebruikt voor het stallen van fietsen, alhoewel dat niet was toegestaan, waarvoor vooral de oude plataan werd gebruikt. Deze verdween echter in 2006, evenals het eethuisje en de peperbussen. In 2008 werd het busstation weer heringericht en verdween al het groen, zodat er geen plantsoen meer over was en er slechts een asfaltvlakte restte. Het plantsoen moest geheel verdwijnen om ruimte te maken voor bushaltes die van het Stationseiland moesten verdwijnen door de aanleg van de Noord-Zuidlijn. Het (voormalige) Prins Hendrikplantsoen bood tot 22 juli 2018 ruimte aan de GVB-buslijnen 18, 21, 22 en de Connexxion-lijnen 347/N47, 357/N57, N92, N94 en N97. Ook vertrok hier van 1991 tot 2005 in de zomermaanden Touristtram-lijn 20. Verder was er ruimte voor toerbussen, waaronder de dubbeldeks Hop on, hop off-bussen. Tot 2010 vertrok hier ook de Opstapper. Ook op 22 juli 2018 verdween het autoverkeer op de Prins Hendrikkade. Na de verhuizing van de bussen naar het busstation IJzijde zou het plantsoen worden afgegraven en ruimte bieden als nieuwe ligplaats voor de rondvaartboten. Door de gewijzigde plannen hoefde er op deze plek ook geen tijdelijk tramstation te komen en kon het hele gebied rondom het Stationsplein in december 2022 gereed zijn. Het plantsoen werd afgesloten en veranderde in een bouwterrein waarbij het voormalige plantsoen werd afgegraven en de tramsporen zijn verlegd, dichter bij de huizen van de Prins Hendrikkade. Na het afgraven werd het Open Havenfront aan de zuidkant verbreed. Er kwamen ook nieuwe steigers voor de rondvaartboten.

Accijnshuis (Amsterdam)
Accijnshuis (Amsterdam)

Het Accijnshuis is een monumentaal 17e-eeuws gebouw aan de Oudebrugsteeg in Amsterdam, op de hoek met de Beursstraat. Hier is nu een café gevestigd. Sinds de demping van het binnenste deel van het Damrak in de 19e eeuw ligt het Accijnshuis aan het einde van het natte Damrak, naast de Beurs van Berlage en het 18e-eeuwse Bureau voor Handelsinlichtingen, nu coffeeshop The Grasshopper. Oorspronkelijk stond het Stads-Excijns-Huis aan de oostkant van de Oude Brug over het Damrak, de middeleeuwse haven van de stad. Het huidige Accijnshuis werd gebouwd in 1637-'38 in classicistische stijl. Het is niet bekend wie dit bouwwerk ontworpen heeft; het wordt toegeschreven aan zowel Jacob van Campen als Pieter de Keyser. In het Accijnshuis verzamelde het vijfkoppige college van accijnsmeesters de accijnzen (invoerrechten) die betaald moesten worden voor scheepsladingen van bijvoorbeeld graan, bier, wijn, turf, kolen en specerijen. Het was het enige stadscollege dat niet in het stadhuis (nu Paleis op de Dam) gevestigd was. Het gebouw bestond oorspronkelijk uit twee verdiepingen; later is er boven op de kroonlijst een extra verdieping gebouwd. De bakstenen voor- en zijgevel hebben Ionische pilasters van zandsteen ter decoratie. De twee deuren aan de Oudebrugsteeg hebben een natuurstenen omlijsting. Boven elke deur zijn twee gebeeldhouwde leeuwen met boven de linkerdeur het Amsterdamse stadszegel (een koggeschip) en boven de rechterdeur het wapen van de stad met de drie Andreaskruizen. De vier ramen op de begane grond aan westelijke kant hebben afwisselend driehoekige en boogvormige frontons. Tijdens de Franse tijd, rond 1800, werd een nationaal belastingsysteem ingevoerd en verloor het Accijnshuis zijn functie. Het werd een café, vanaf 1924 Het Wapen van Amsterdam geheten. De kroeg was vooral populair bij binnenvaartschippers. Toen de schippersbeurs eind jaren tachtig naar de Houthaven verhuisde, verloor Het Wapen van Amsterdam zijn klandizie en was gedwongen te sluiten. Sinds 1997 is Café Heffer hier gevestigd.

Het laboratoriumonderzoek
Het laboratoriumonderzoek

Het laboratoriumonderzoek is een artistiek kunstwerk in Amsterdam-Centrum. Kunstenaar Lex Horn (rechtsonder gesigneerd) maakt in de jaren zestig drie sgraffito's voor een nieuw gebouw van het Wilhelmina Gasthuis. Het onderzoeksgebouw stond in Amsterdam bekend als het Jan Swammerdam Instituut. De drie kunstwerken kregen de titels verwijzend naar de bestemming van het gebouw: Het laboratoriumonderzoek; Het straatongeluk en Het ziekenhuisbezoek. Ze werden in de trappenhuizen geplaatst. In 2003 vond er een inventarisatie plaats door het Instituut Collectie Nederland onder Frans van Burkom en Rob Crevecoeur, waarbij geconstateerd werd dat de drie van onvervangbare waarde waren ("koplopers binnen de Nederlandse monumentale schilder- en glaskunst"). Daarin werd ook meegenomen dat een aantal van Horns kunstwerken al verloren waren gegaan. Voordat de betonnen kolos van genoemd instituut in 2005 tegen de vlakte ging, werden de drie sgraffito’s eruit gehaald om in de toekomst elders geplaatst te worden. Dat kwam redelijk snel van de grond, Het ziekenhuisbezoek vond vrijwel direct (2007) haar weg naar het Academisch Medisch Centrum. De andere twee leken voorbestemd voor een nieuw stadsdeelkantoor voor Amsterdam Oud-West. Dat kantoor werd echter nooit gebouwd omdat de stadsdelen in een fusieperiode werden getrokken. De twee kwamen in opslag te liggen/staan. Na diverse mislukte pogingen van Horns dochter Meinke Horn de twee tableaus te plaatsen, bleek er in 2015 belangstelling om de twee zware kunstwerken (12.000 kilo per stuk) te plaatsen in de Fietsenstalling Beursplein; het ketste echter alsnog af. Stadsdelen West en Centrum drongen weer aan op herplaatsing en een volgend groot project leek wel geschikt: de Fietsenstalling Stationsplein. Architect Wurck paste ze in en aannemersbedrijf Max Bögl bouwden ze in onder begeleiding en supervisie van Meinke Horn. Voordat ze geplaatst konden worden moesten de tableaus gerenoveerd en gerestaureerd worden; er zaten gaten in en beschadigingen in de pleisterlagen. Restaurateur Lisya Biçaçi en eind 2021 konden ze door middel van kraan- en transportwerk van Koninklijke Saan naar de nieuwe plek gebracht worden. Daar werden ze voorzien van lichtwerk van Aram Hartsuyker en een bescherming. In tegenstelling tot Het straatongeluk is dit geabstraheerd werk van Horn nauwelijks te ontcijferen. Volgens de begeleidingstegel van Buitenkunst Amsterdam zijn van links naar rechts te zien: een laborant kijkt door een microscoop een jong patiëntje dat medicijnen nodig heeft; daarboven een schip op zee, dat medicijnen vervoert, medicinale planten worden van oost naar west verscheept ter weergave van handel tijger in de jungle Architectuurrecensent Jaap Huisman constateerde bij zijn bezoek aan de fietsenstalling, dat het een goede plaats had gekregen; het leek wel voor de fietsenstalling gemaakt.