place

Poppelmondedal

Dal in NederlandGeografie van MaastrichtGroeve in Limburg (Nederland)Maastricht-ZuidwestNatuurgebied in Limburg (Nederland)
Poppelmondedal
Poppelmondedal

Het Poppelmondedal of Popelmondedal is een droogdal op het Nederlandse deel van de Sint Pietersberg in Maastricht. Het dal staat bekend om zijn zeldzame flora en fauna en dat is vooral te danken aan het speciale microklimaat dat heerst in het Jekerdal. Beschermd gelegen tussen de Poppelsberg met daarin de Duivelsgrot en de westzijde van de Sint Pietersberg, is dit een speciaal gebied dat veelvuldig bezocht wordt door liefhebbers van o.a. zeldzame vlinders, orchideeën en kalkgraslanden. Het laatste stuk van het droogdal wordt de Zandhoek genoemd.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Poppelmondedal (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Poppelmondedal
Poppelmondeweg, Maastricht

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: PoppelmondedalLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 50.817294444444 ° E 5.6801472222222 °
placeToon op kaart

Adres

Poppelmondeweg

Poppelmondeweg
6212 NJ Maastricht
Limburg, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Poppelmondedal
Poppelmondedal
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Kunstbunker Sint-Pietersberg
Kunstbunker Sint-Pietersberg

De kluis in de Sint-Pietersberg was een opslagplaats in het Noordelijk Gangenstelsel in de Sint-Pietersberg in de Nederlandse provincie Limburg waar in de Tweede Wereldoorlog Nederlandse kunst lag opgeslagen. Een dag nadat op 24 augustus 1939 in Nederland de voormobilisatie werd afgekondigd werd het Rijksmuseum Amsterdam uit voorzorg gesloten. Er werden maatregelen bedacht om het nationaal kunstbezit te beschermen. Daartoe werden voor de Nederlandse kunst speciale opslagplaatsen gebouwd in het duingebied. Tot deze bunkers klaar waren werden de kunstschatten ondergebracht in kerken, scholen, kastelen en gemeentehuizen in Noord-Holland. Eind 1941 diende het duingebied echter op last van de Duitsers te worden ontruimd voor de bouw van de Atlantikwall. Na overleg met Otto Schumann, de opperbevelhebber van de Ordnungspolizei in Nederland, werd daarop besloten in de staatsbossen bij Paasloo een nieuwe bovengrondse kunstbunker te bouwen; de kunstbunker bij Paasloo. De Rijksgebouwendienst besloot tevens om een kluis van 360 m³ uit te houwen in de Sint Pietersberg bij Maastricht, 35 meter onder de grond. De werkzaamheden werden tussen 15 december 1941 en 1 maart 1942 uitgevoerd. Het eerste transport vond plaats op 24 maart en bestond uit een lange reeks treinwagons met op elke wagon een vrachtwagen beladen met schilderijen. In totaal werden in de Sint-Pietersberg 800 waardevolle kunstschatten opgeslagen, waaronder Het straatje van Johannes Vermeer en De stier van Paulus Potter. Tot de kunstschatten hoorde ook De Nachtwacht van Rembrandt. Door de omvang van dit schilderij moest het doek opgerold worden bewaard in een cilinder. De bunker was bereikbaar via de reeds bestaande mergelmijnen en lag aan de Van Schaïktunnel. De officiële naam was Rijksbewaarplaats nr. 9, maar hij was beter bekend als 'de kluis'. De wanden waren maar 50 cm dik, maar de bovenliggende mergelsteen van 33 meter dikte bood voldoende bescherming.

De Tombe (motte)
De Tombe (motte)

De Tombe is een van oorsprong vroeg-middeleeuwse motte op de Sint-Pietersberg in het zuiden van de Nederlandse gemeente Maastricht. Het restant van de motte ligt langs de Van Schaikweg op de westflank van de Sint-Pietersberg aan de rand van het ENCI-bos. Ten westen van de motte ligt de Groeve de Tombe en ten zuiden van de motte ligt het ENCI-bos. Franse, Spaanse en Staatse legers hebben de motte in het verleden gebruikt om de stad Maastricht te bestoken. Door het gebruik van de versterking bij diverse belegeringen, werd de motte ook wel Spaanse Heuvel, Franse Fort, Franse Batterij of Napoleonsberg genoemd. Enkele andere namen zijn Oude Tombe, Ouden Borg, Ouborch, Altborch, Vetus Castrum en Brommelentom (= Bramentombe?). Deze namen worden genoemd in oude documenten, waarbij vooral naburige percelen worden aangeduid ("nabij de Ouborch"). Van oorsprong stond boven op de motte een donjon, die echter al in de 14e eeuw verlaten was. Fundamenten van deze vierkante toren zijn in 1920 blootgelegd. In de 17e eeuw had De Tombe het aanzicht van een schans. Van de bebouwing is anno 2016 niets meer te zien. Wel is er nog een restant van de gracht aanwezig. De top van de heuvel is verstoord door recente ingravingen. De kasteelberg heeft een doorsnede van 30 meter en een hoogte van 8 meter. Wat nog over is van de motte is volledig gerestaureerd door de huidige eigenaar, de vereniging Natuurmonumenten. De Tombe heeft vanwege de zeldzaamheid van het object en het cultuurhistorisch belang de status van rijksmonument.