place

Zuidelijk Gangenstelsel

Bouwwerk in MaastrichtGemeentelijk monument in MaastrichtGroeve in Limburg (Nederland)Maastricht-Zuidwest
Mergelgroeve ENCI. Sint Pietersberg te Maastricht. In de wand van de groeve zijn, Bestanddeelnr 904 2852
Mergelgroeve ENCI. Sint Pietersberg te Maastricht. In de wand van de groeve zijn, Bestanddeelnr 904 2852

Het Zuidelijk Gangenstelsel is een gangenstelsel en voormalige Limburgse mergelgroeve in Nederlands Zuid-Limburg in de gemeente Maastricht. Het gangenstelsel ligt in de Sint-Pietersberg in het Plateau van Caestert ten zuidwesten van het dorp Sint Pieter tegen de grens met België. Een gedeelte van het gangenstelsel is verdwenen in de cementmolen van de ENCI en ter plaats resteert de krater van de ENCI-groeve. Een ander deel draagt de stortheuvel van D'n Observant. In het noorden had het stelsel verbinding met het gangenstelsel Slavante en in het zuiden heeft het een verbinding met de Caestertgroeve op Belgisch grondgebied.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Zuidelijk Gangenstelsel (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Zuidelijk Gangenstelsel
Poppelmondeweg, Maastricht

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Zuidelijk GangenstelselLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 50.814861111111 ° E 5.6880083333333 °
placeToon op kaart

Adres

Poppelmondeweg
6212 NA Maastricht
Limburg, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Mergelgroeve ENCI. Sint Pietersberg te Maastricht. In de wand van de groeve zijn, Bestanddeelnr 904 2852
Mergelgroeve ENCI. Sint Pietersberg te Maastricht. In de wand van de groeve zijn, Bestanddeelnr 904 2852
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Kunstbunker Sint-Pietersberg
Kunstbunker Sint-Pietersberg

De kluis in de Sint-Pietersberg was een opslagplaats in het Noordelijk Gangenstelsel in de Sint-Pietersberg in de Nederlandse provincie Limburg waar in de Tweede Wereldoorlog Nederlandse kunst lag opgeslagen. Een dag nadat op 24 augustus 1939 in Nederland de voormobilisatie werd afgekondigd werd het Rijksmuseum Amsterdam uit voorzorg gesloten. Er werden maatregelen bedacht om het nationaal kunstbezit te beschermen. Daartoe werden voor de Nederlandse kunst speciale opslagplaatsen gebouwd in het duingebied. Tot deze bunkers klaar waren werden de kunstschatten ondergebracht in kerken, scholen, kastelen en gemeentehuizen in Noord-Holland. Eind 1941 diende het duingebied echter op last van de Duitsers te worden ontruimd voor de bouw van de Atlantikwall. Na overleg met Otto Schumann, de opperbevelhebber van de Ordnungspolizei in Nederland, werd daarop besloten in de staatsbossen bij Paasloo een nieuwe bovengrondse kunstbunker te bouwen; de kunstbunker bij Paasloo. De Rijksgebouwendienst besloot tevens om een kluis van 360 m³ uit te houwen in de Sint Pietersberg bij Maastricht, 35 meter onder de grond. De werkzaamheden werden tussen 15 december 1941 en 1 maart 1942 uitgevoerd. Het eerste transport vond plaats op 24 maart en bestond uit een lange reeks treinwagons met op elke wagon een vrachtwagen beladen met schilderijen. In totaal werden in de Sint-Pietersberg 800 waardevolle kunstschatten opgeslagen, waaronder Het straatje van Johannes Vermeer en De stier van Paulus Potter. Tot de kunstschatten hoorde ook De Nachtwacht van Rembrandt. Door de omvang van dit schilderij moest het doek opgerold worden bewaard in een cilinder. De bunker was bereikbaar via de reeds bestaande mergelmijnen en lag aan de Van Schaïktunnel. De officiële naam was Rijksbewaarplaats nr. 9, maar hij was beter bekend als 'de kluis'. De wanden waren maar 50 cm dik, maar de bovenliggende mergelsteen van 33 meter dikte bood voldoende bescherming.