place

Voormalige Stadstimmertuin

Straat in Amsterdam-Centrum
2022 Voormalige Stadstimmertuin, Asd doorkijk
2022 Voormalige Stadstimmertuin, Asd doorkijk

De Voormalige Stadstimmertuin is een straat in Amsterdam-Centrum en tegenwoordig een beschermd stadsgezicht. De straat ligt ten noorden van de Sarphatistraat, ten zuiden van de Korte Amstelstraat en Nieuwe Achtergracht, ten westen van het Weesperplein en ten oosten van de Amstel.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Voormalige Stadstimmertuin (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Voormalige Stadstimmertuin
Voormalige Stadstimmertuin, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Voormalige StadstimmertuinLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.361569444444 ° E 4.9063611111111 °
placeToon op kaart

Adres

Voormalige Stadstimmertuin 91
1018 ET Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

2022 Voormalige Stadstimmertuin, Asd doorkijk
2022 Voormalige Stadstimmertuin, Asd doorkijk
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Sarphatistraat 47-55
Sarphatistraat 47-55

Sarphatistraat 47-55 te Amsterdam is een relatief breed gebouw aan de Sarphatistraat in Amsterdam-Centrum. Het werd gebouwd in het deel tussen Amstel met de Hogesluis en de Weesperplein. Hier besteedde in 1928 de Amsterdamsche Bank een nieuw bankgebouw aan dat was ontworpen door Christiaan Posthumus Meyjes jr. met ondersteuning van ingenieur Jacob van de Linden. De bank had toen meerdere ijzers in het vuur. Tegelijkertijd werd verbouwd aan de Van Baerlestraat (architectenfamilie Bert Johan Ouëndag en Willem Bert Ouëndag) en nieuw gebouwd aan Jodenbreestraat (Posthumus Meyjes). Het werd de vestiging die de bij de diamantindustrie behorende geldstromen moest behandelen. In de buurt lag de diamantbeurs aan de Nieuwe Achtergracht. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hier de bank Lippmann, Rosenthal & Co. gevestigd, beter bekend als Lirobank; een zogenaamde roofbank, die de Joden van hun bezittingen moest ontdoen onder een vertrouwelijk klinkende naam. Na die oorlog kwam er de LVVS (Liquidatie van Verwaltung Sarphatistraat), de Amsterdamsche Bank kwam hier terug, fuseerde tot AMRO Bank (1964), die weer in 1990 fuseerde tot ABN AMRO Bank N.V. Vanuit dit filiaal werd even later een grootscheepse fraude gestart. Amper tien jaar later (2007) verkocht de bank het gebouw; de volgende (mede)gebruiker was het Theater Instituut Nederland. Het werd in de jaren tien van de 21e eeuw onder begeleiding van architect Manon Becking van Kentie & Partners Architekten ingrijpend verbouwd tot hotel uit de keten CitizenM met 88 kamers. Het gebouw laat een mengeling van bouwstijlen zien; er zijn tekenen van Amsterdamse School (wisseling bak- en natuursteen; steile daken, afwijkend metselverband)) en invloeden van Hendrik Petrus Berlage (strakke lijnen). Het gebouw werd op 23 mei 2006 tot gemeentelijk monument verklaard. In 2003 werd een plaquette geplaatst verwijzend naar haar geschiedenis in de oorlog.

Peel Plaza
Peel Plaza

Peel Plaza is een artistiek kunstwerk in Amsterdam-Oost. Het uit 2022 stammend werk is een ontwerp van Gabriel Lester, die hier een terras inrichtte voor mensen uit de omgeving. Het terras is opgebouwd uit het weerbestendige cortenstaal en hout uit soorten Bilinga en Cumaru (deze zijn het geschiktst voor straatmeubilair aldus Grijsen). Het werd omschreven als een boeket van beweging. Gabriel Lester probeert met het werk tijd om te zetten in beeldvorming. Al eerder kwamen in dat thema Bos Peel in Amsterdamse Bos en Tussentijd in het Funenpark tot stand. Lester past daarbij iedere keer krulvorming toe, zo ook bij Peel Plaza. De uitleg van de kunstenaar is dat het werk weliswaar stilstaat langs het verkeersdrukke Weesperplein, maar constant verandert doordat mensen er langs- of omheenlopen of wel even gaan zitten en daarna weer opstaan om hun weg te vervolgen. Hij beschouwt de bezoekers als onderdeel van het stadspodium dan wel kunstwerk. Centraal tussen al die krullen staan zes tafels met bankjes om even te gaan zitten. ’s Avonds wordt de contouren van het werk door middel van LED verlicht. Het werk al enige tijd aangekondigd, maar de verbouwing van Diamantbeurs aan de Nieuwe Achtergracht tot Capital C, naar eigen zeggen een creatieve hub, liep uit en duurde uiteindelijk zes jaar. Het beeld werd niet onthuld, maar op 26 augustus 2022 in gebruik genomen. Het bedrijf is terug te vinden in het werk met een grote letter C. Voor de constructie werd samenwerking gezocht met de Firma Grijsen Park & Straatdesign te Winterswijk; zij hadden op het Weesperplein al een aantal terrasconstructies geplaatst.

Voormalige Stadstimmertuin 2
Voormalige Stadstimmertuin 2

Voormalige Stadstimmertuin 2 te Amsterdam is een gebouw aan de straat Voormalige Stadstimmertuin te Amsterdam-Centrum. Die genoemde stadstimmertuinen en ook de schuitenmakerswerf vertrokken vanaf 1898 en 1899 naar een complex aan de Van Reigersbergenstraat in Amsterdam Oud-West. In de nasleep daarvan werd er in 1900 opdracht gegeven enkele gebouwen (gebouwen 1-4) te slopen. Dit volgde op een aanbesteding in 1899 voor de bouw van een noodschool op het terrein. Amsterdam had hier behoefte aan (veel) scholen en gaf daarom opdracht aan de Dienst der Publieke Werken twee tegenover elkaar liggende scholen te ontwerpen; beide zouden onderdak geven aan 600 leerlingen. Het beoogde adres was toen nog Amstel/Binnen-Amstel 163 A en K. Gebouw A werd dit pand, gebouw B kwam aan de noordzijde van de straat te liggen. De plattegronden van beide scholen vertoonden daarom veel gelijkenissen, net als de gevelindeling. Boven een plint kwamen voor gebouw nr 2 twee bouwlagen met daarop nog een kap. Opvallend was dat de voorgevel gesierd werd door twee puntgevels met daartussen nog een dakkapel. In die voorgevel kwamen drie tegeltableaus, twee in de punten van de puntgevels met vermoedelijk "Anno 1901", zoals bij de tegenoverliggende school in 2023 nog steeds te zien is. Boven de entree bevond zich een tegeltableau met een omschrijving van de school. In de school werden ook schipperskinderen onderwezen. Voor het leerseizoen 1901/1902 kon gebruik gemaakt worden van de gebouwen. De noodschool werd daarop ingeschakeld voor het onderbrengen van andere leerlingen in de buurt. Al snel was er geen behoefte meer aan een lagere school; het moest in 1916 verbouwd worden om te kunnen dienen als een Electrotechnische School, die er slechts tot 1935 was gevestigd. De volgende gebruiker werd een Joodse vijfjarige HBS. Er moest opnieuw behoorlijke verbouwd worden; dit maal werd architect Jac. Baars ingeschakeld, die het gebouw liet voorzien van centrale verwarming. Minister van Onderwijs Jan Rudolph Slotemaker de Bruine kwam de school openen. De school kende in het begin een groeiend aantal leerlingen, de Duitse bezetting tijdens Nederland in de Tweede Wereldoorlog leverde in eerste instantie een toename van leerlingen zien, want Joodse kinderen mochten alleen nog naar Joodse scholen met Joodse onderwijzers. Deze groei werd een paar jaar later omgezet in een sterke afname van het aantal leerlingen in een periode waarin Joodse families grotendeels werden gedeporteerd en omgebracht. De Joodse school werd in 1943 gesloten bij gebrek aan leerlingen en leraren. Na de oorlog kwam de Joodse school in 1947 terug; maar het gebouw moest voor gebruik eerst gerestaureerd worden; architect Abraham Osnowicz, overigens een voormalig werknemer van Baars, begeleidde de verbouwingen. De school groeide vanaf toen weer en in 1960 moest een grote verbouwing plaatsvinden. De beide puntgevels en het dak verdwenen en maakte onder bewind van architect Osnowicz plaats voor extra verdieping. De school, die haar naam in 1959 had gewijzigd in Joods Lyceum Maimonides (het kreeg er een gymnasium bij), vertrok in fasen vanaf 1972 naar een complex aan de Noordbrabantstraat. In 2017 werd er opnieuw verbouwd met het gebouw geschikt te maken voor een appartementencomplex. Daarbij bleef de versiering boven de schoolingang behouden. De geschiedenis van het gebouw is deels na te lezen met een plaquette van de Gemeente Amsterdam.

Dr. Meijer de Hondbrug
Dr. Meijer de Hondbrug

Dr. Meijer de Hondbrug (brug 257) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De verkeersbrug verbindt de Weesperstraat met het Weesperplein en overspant de Nieuwe Achtergracht. Op deze plaats ligt al minstens twee eeuwen een brug. In de Opregte Haarlemsche Courant van 15 september 1829 werd melding gemaakt van “De werken en leverantien, behoorende tot het vernieuwen van de brug no. 257, over de Achtergracht, voor de Weesperstraat". Vanaf dan wordt de brug regelmatig getroffen door de expansiedrift van Amsterdam. In 1901 moet de brug opnieuw vernieuwd worden, er volgde een aanbesteding in april 1901. In 1923 is opnieuw verbreding noodzakelijk. Daartoe werd ingeschakeld Piet Kramer van de Dienst der Publieke Werken. Hij kwam met een vaste brug in de vroege Amsterdamse Schoolstijl met de voor hem typerende mengeling baksteen/natuursteen, beeldhouwwerken van Hildo Krop, siersmeedijzeren balustrades en granieten pijlers. Die brug hield het tot 1964. Dan werd besloten dat de Weesperstraat een "hypermoderne radiaalweg" moet worden, de brug wordt dan 38,30 meter breed. Men gaat grof te werk, de balustrades en pijlers raken zoek en worden nooit meer teruggevonden. In januari 1966 kreeg de brug haar naam, een verwijzing naar Meijer de Hond (ook brug 251 over de Nieuwe Prinsengracht werd toen vernoemd, naar dr. J.H. Dünner), rebbe der vierde stand dan wel rebbe van het lompenproletariaat. Het was van korte duur, want de brug werd beginjaren zeventig uit roulatie genomen. Dit deel van de Weesperstraat ging op de schop voor de bouw van de Oostlijn. De houten funderingspalen van de brug zaten in de weg en moesten uit de grond getrokken worden. Na de werkzaamheden werd de brug teruggeplaatst waarbij opnieuw delen van Kramers brug verdwenen. Wel zijn gebleven de Havik en vissen van Krop en de walkanten die nog enigszins aan Kramer doen denken.

Voormalige Stadstimmertuin 1
Voormalige Stadstimmertuin 1

Voormalige Stadstimmertuin 1 te Amsterdam is een gebouw aan de straat Voormalige Stadstimmertuin te Amsterdam-Centrum. Die genoemde stadstimmertuinen ook de schuitenmakerswerf vertrokken vanaf 1898 en 1899 naar een complex aan de Van Reigersbergenstraat in Amsterdam Oud-West. In nasleep daarvan werd er in 1900 opdracht gegeven enkele gebouwen (gebouwen 1-4) te slopen. Dit volgde op een aanbesteding in 1899 voor een noodschool op het terrein. Amsterdam had hier behoefte aan (veel) scholen en gaf daarom de Dienst der Publieke Werken opdracht twee scholen elk voor zeshonderd leerlingen te ontwerpen. Er werd toen nog gedacht aan adressen aan de Amstel 163 (A en K). De twee scholen zouden daarbij tegenover elkaar komen te staan (gebouw A ten zuiden van de straat; gebouw B ten noorden van de straat. De plattegronden zouden voor beide gebouwen grotendeels gelijk zijn. Daar waar gebouw A twee trapgevels zou krijgen, moest gebouw het doen met “slechts” één trapgevel (uiterst links). Deze trapgevels vormden de uiteinden van dat deel van het gebouw waarin het trappenhuis zich bevindt. Het gebouw dat uiteindelijke Voormalige Timmertuin 1 zou worden bestaat uit drie bouwlagen met daarboven de kap. Dat werd school no. 107; een openbare lagere school der 1e klasse. Het gebouw dat er staat ziet er overigens iets anders uit dan op de tekening. Vanaf de straat kijkend zit er nog een aanbouw aan de rechter kant. Aan de straatkant zijn twee geveltableaus te zien; één hoog in de gevel (anno 1900) en één boven de toegangsdeur. Origineel vermeldde wat voor een school het was (1e klasse). Twee scholen bleken te veel voor deze buurt, mede doordat mensen wegtrokken naar nieuw gebouwde wijken in Amsterdam-Oost. Deze lagere school werd rondom 1910 vervangen door een middelbare school (Uitgebreid Lager Onderwijs, ULO en MULO), genaamd Amstelschool. In de Tweede Wereldoorlog werd hier het Joods Lyceum gevestigd, Joden mochten niet naar een “gewone school” en werden hier centraal ondergebracht. Deze was hier in 1941 en 1942 gevestigd, Anne Frank en Margot Frank waren er leerlingen. In 1943 werd de school, nadat vrijwel alle Joodse gezinnen waren gedeporteerd en omgebracht, opgeheven. Een herdenkingstegeltableau met een driedimensionale davidster herinnert hier aan; ook is er naast de toegangsdeur een plaquette geplaatst. In 1965 had schilder Chris van Voorst in de school nog een vier bij vier meter metende muurschildering getiteld Bezetters in actie aangebracht ter nagedachtenis aan de slachtoffers. In 1988 kwam nadat het gebouw door Amsterdam was overgedragen aan het Rijk het bericht dat de schildering al dan niet bewust was overgeschilderd dan wel vernietigd. De toenmalige leerlingen vonden de schildering dermate schrikbarend (Duitse militairen die hakenkruizen droegen) dat het werd overgeschilderd, niet wetend dat het een oorlogsmonument was. Er werd nog gekeken of het hersteld kon worden, maar sindsdien is er niets meer over te vinden. Op 14 november 2006 werd het tot gemeentelijk monument verklaard. In 2023 is een Buitenschoolse opvang (BSO) gevestigd.