place

Brug 1817

Brug in Amsterdam-WestVoormalig bouwwerk in Amsterdam
Brug 1817 Schipluidenlaan3
Brug 1817 Schipluidenlaan3

Brug 1817 was een vaste brug in Amsterdam Nieuw-West. De brug maakte deel uit van het Hoofdnet Fiets in Amsterdam. Het Hoofdnet Fiets liep hier jaren stadinwaarts over het fietspad ten zuiden van de Schipluidenlaan. Een (rustig) deel daarvan lag aan de andere zijde van een gracht/sloot net ten noorden van de Berghausgebouwen van het World Fashion Centre toen nog het Confectiecentrum geheten. Dat fietspad sloot aan op het fietspad tussen het Andreas Ziekenhuis en de Westlandgracht. Aan het eind van de jaren tachtig breidde het confectiecentrum uit, onder meer met een nieuw gebouw dat aan het fietspad zou gaan grenzen. Tijdens de bouw daarvan moest het fietsverkeer vanwege de bouw hier omgeleid worden. Het werd verlegd naar het fietspad direct ten zuiden van de Schipluidenlaan. Om de watergang tussen de vijvers in het Rembrandtpark en de Slotervaart over te kunnen steken werd een voet/fietsbrug gebouwd. De pijlers van de brug waren van beton, het loop-/rijdek werd van hout. De brug kreeg voorts balustraden van houten balken. Die brug lag er sindsdien ongewijzigd bij tot de tien van de 21e eeuw. In verband met de aanleg van de wijk Andreas Ensemble werden ter plaatse ook nieuwe fietspaden noodzakelijk. In 2017 en 2018 werd er in dat kader een tweetal nieuwe bruggen aangelegd over datzelfde water, maar die een betere verbinding vormen vanuit het voet/fietspad langs de Westlandgracht en de Saskia van Uijlenburgkade, de kade langs de waterstroom, tevens zuidgrens van de wijk. Tijdens de bouw van de twee nieuwe bruggen werd een deel van brug 1817 door een stalen damwand beschermd tegen verzakking, dan wel waren de damwanden noodzakelijk bij de afbraak van brug 1817. Op 26 april 2018 werd de brug afgesloten, waarop ze in mei 2018 werd gesloopt; de paden ernaar toe werden tegelijkertijd verwijderd.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Brug 1817 (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Brug 1817
Saskia van Uijlenburgkade, Amsterdam Nieuw-West

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Brug 1817Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.356136111111 ° E 4.84345 °
placeToon op kaart

Adres

Saskia van Uijlenburgkade

Saskia van Uijlenburgkade
1058 GC Amsterdam, Nieuw-West
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Brug 1817 Schipluidenlaan3
Brug 1817 Schipluidenlaan3
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Saskia van Uijlenburgbrug
Saskia van Uijlenburgbrug

De Saskia van Uijlenburgbrug (brug 171P) is een kunstwerk in Amsterdam-Nieuw West. Alhoewel de naam dragend van een brug is het een stelsel van viaducten, Amsterdam duidt meestal viaducten als bruggen aan. Het viaductstelsel, geheel van beton is gelegen in de Ringweg Amsterdam. Ze werd vanaf 1973 tot eind 1974 gebouwd in verband met de toenmalige aanleg van dat gedeelte van de Ringweg-West (Einsteinweg) vanaf de Cornelis Lelylaan zuidwaarts tot aan de Henk Sneevlietweg. In totaal vier viaducten overspannen hier de overgang tussen de Hendrikje Stoffelstraat (tot rond 2005 Nachtwachtlaan geheten) en de Schipluidenlaan. Tevens gaan de viaducten over een waterstroom die de verbinding verzorgt tussen de vijvers in het Rembrandtpark en de Slotervaart. Het eerste verkeer raasde op 2 april 1975 over het 1,7 kilometer lange nieuwe gedeelte van de rondweg en dus over de viaducten. Van oost naar west (stad uit) zijn de volgende bouwwerken te zien: De afslag van de rijksweg naar het verkeersplein Cornelis Lelylaan; deze weg stijgt van zuid naar noord De rijwegen van de rijksweg naar het noorden; deze duiken even later onder de Cornelis Lelylaan door; dit weggedeelte daalt van zuid naar noord De rijwegen van de rijksweg naar het zuiden; deze komen vanuit het verkeersplein onder de Cornelis Lelylaan; dit weggedeelte daalt van zuid naar noord De toevoerweg naar de rijksweg richting zuiden; komende vanaf het verkeersplein Cornelis Lelylaan; dit weggedeelte stijgt van zuid naar noord. De stijgende en dalende lijnen zorgden er net als bij de Johan Jongkindbrug wel eens voor (er is hier relatief weinig verkeer) dat bestuurders van vrachtauto’s dachten dat ze onder middelste twee viaducten door konden, maar vervolgens klem kwamen te zitten. De viaducten gingen vanaf 1974 naamloos door het leven met het nummer 171P hetgeen verwijst naar een brug in Amsterdam in beheer bij het rijk of provincie, in dit geval het rijk. Amsterdam vernoemde op 8 december 2017 (bijna) alle viaducten in de ringweg, om een betere plaatsaanduiding te krijgen. Op die datum werd de nieuwe naam Saskia van Uijlenburgbrug opgenomen in de Basisadministratie Adressen en Gebouwen (BAG). Het bouwwerk werd daarbij vernoemd naar de nabij gelegen Saskia van Uijlenburgkade, die op haar beurt is vernoemd naar Saskia van Uijlenburg, de vrouw van Rembrandt van Rijn.

Brug 2399
Brug 2399

Brug 2399 (werktitel: N2) is een vaste brug in Amsterdam Nieuw-West. Zij overspant vanaf voorjaar 2018 de gracht gelegen voor de Saskia van Uijlenburgkade, die de verbinding vormt tussen het Rembrandtpark en de Slotervaart. Ze verzorgt daarbij de verbinding tussen de woonwijk Andreas Ensemble en de noordelijke dijk van de Westlandgracht, waarop een voet- en fietspad ligt. De woonwijk is aangelegd op het meest zuidelijke deel van het in 1935 door Cornelis van Eesteren ingetekende Rembrandtpark, maar dat sinds 1965 bezet werd door het Andreas Ziekenhuis. Dat ziekenhuis sloot in 1996 en werd in 2005 gesloopt. Daarna werd de nieuwe wijk gebouwd, daarbij moest het (bouw-)verkeer gebruik maken van provisorisch aangelegde dammen. Bij de inrichtingsplannen werd deze brug (en haar zusje brug 2398) al ingecalculeerd. De ontwerper van de brug is Korth Tielens Architecten, dat wel vaker bruggen voor Amsterdam heeft ontworpen. De technische details voor de bruggen tezamen luidde bij aanbesteding op 2 november 2012. circa 56 betonnen funderingspalen (achttien palen van 18 meter lengte per landhoofd) betonnen onderbouw ca. 245 m³ voorgespannen brugdekelementen van schoon beton van ca. 665 m² metalen brugleuningen/balustrades, ca. 140 meter brugdekverharding 480 m² De planning was dat men in december 2016 klaar zou zijn met het voorbereidend werk en dat de brug eind 2017 opgeleverd kon worden. In februari 2018 lagen de bruggen bijna voltooid nog in het zand (ze werden dus op het droge gebouwd). Op 26 april 2018 werden ze geopend, waarmee tegelijk het eind van brug 1817 werd ingeluid. Ze is 32 meter lang waarbij het brugdek verbreedt van 6,50 naar 9 meter en vervolgens weer inkrimpt naar 6,50 meter. Het brugdek kent de in Amsterdamse V-vorm (lengterichting); het brugdek kreeg onderweg een knik mee. De uiteinden van de brug vormen tevens het talud. Daar kreeg de aannemer te maken met allerlei verschillende hellingshoeken, die tevens star moesten worden uitgevoerd (per m³ aan beton werd 15 kg titanium toegevoegd). Korth Tielens had hier het idee van de Japanse vouwkunst origami voor ogen. De brug kreeg verzinkte balustraden aan weerszijden van de ongescheiden fiets- en voetpaden (alleen een verschil in kleur wegdek); ze kregen een blauwe kleur mee. Aan die balustraden is aan de binnenzijde (boven het brugdek) een opstapje gemaakt. Voor brug 2398 geldt nog de bijzonderheid dat in de leuningen een tekst is opgenomen van dichter Esma Moukhtar: Zie het water onder me doorgaan op de volgende brug. De oplevering van de twee bruggen werd gezien als de afsluiting van het project Andreas Ensemble.

Brug 1818
Brug 1818

Brug 1818 is een vaste brug in Amsterdam Nieuw-West. Bij de bouw van de originele drie torens van het World Fashion Centre (Confectiecentrum) aan het Koningin Wilhelminaplein ontstond ook de behoefte aan een weg aan de achterzijde van dat complex. Daar bevonden zich de afleverplekken voor goederen. Die weg kreeg de naam Terheideweg mee, vernoemd naar het dorp Ter Heijde, bekend vanwege de Slag bij Ter Heijde. Om in de Terheideweg te komen werd zowel ten zuiden als ten noorden van het World Fashion Centre een verbindingsweggetje aangelegd naar genoemd plein. Het textielcentrum wilde eindjaren tachtig uitbreiden en liet aan de noordzijde een gebouw met glasvliesgevels bouwen. Dat gebouw zorgde ervoor dat de noorduitgang van de Terheideweg geblokkeerd werd. Er was onvoldoende ruimte tussen de nieuwbouw en de parallelgracht langs de Schipluidenlaan om een uitrit te maken. Er werd vervolgens gekozen voor een brug over die gracht met een landing op de Schipluidenlaan. De brug kent een strak kubistisch uiterlijk en houdt het midden tussen een "normale" brug en een brug over een duiker. Tussen de betonblokken op de landhoofden, een geliefd object voor graffiti zijn metalen balustrades te zien, die enigszins doen denken aan de balustrades van andere bruggen in de buurt, die veel ouder zijn. In 2017 werd de brug ontdaan van alle begroeiingen rond de brug, door werkzaamheden aan de brug 691 verderop moest hier voldoende waterbeweging mogelijk gemaakt worden, de onderliggende gracht liep zes maanden dood op de damwanden van de verbouwing van brug 691.

Andreas Ziekenhuis
Andreas Ziekenhuis

Het Andreas Ziekenhuis was een ziekenhuis in Amsterdam Nieuw-West. Het ziekenhuis werd gebouwd ter vernieuwing van het oude Nederlands Hervormd Diaconessen Ziekenhuis / Inrichting dat gevestigd was aan de Overtoom. Het gebouw lag op de tekentafel toen er in Amsterdam op ziekenhuisgebied een overdaad aan nieuwbouw was. Het Ziekenhuis Amsterdam-Noord was bijna voltooid net als het VU Ziekenhuis in Buitenveldert. In Zuid was men nog bezig met de Pieter van Foreestkliniek en er waren ook al plannen voor het Slotervaartziekenhuis. De bestektekening was in januari 1964 klaar, maar de eerste heipaal ging pas een jaar later de grond in. Voor het ziekenhuis van circa 325 bedden werd een bedrag uitgetrokken van 27 miljoen gulden (gebouw en inventaris); het zou het modernste ziekenhuis van de stad worden. Het ontwerp kwam van Architectenbureau Duintjer en Istha, projectarchitect was Dingenis Jacob Istha (1918-2006), gespecialiseerd in ziekenhuisontwerpen. De geschatte oplevering werd in 1969, maar in april van dat jaar ging alleen de crèche voor kinderen van het verplegend personeel open. Een maand later werden de eerste patiënten overgebracht, maar er werd wel geconstateerd dat slechts de helft van het "beddenhuis" klaar was. Na een aantal maanden proefdraaien werd het ziekenhuis op 5 juni 1970 geopend, de kosten waren opgelopen tot 34 miljoen gulden. Het ziekenhuis kreeg vrijwel direct te maken met klachten met betrekking tot de bereikbaarheid. Met de auto was het redelijk goed te bereiken maar met Openbaar vervoer waren de loopafstanden te groot, was de opinie. Desalniettemin bleek het hospitaal te klein en er moesten ongeplande uitbreidingen plaatsvinden. In 1978 volgden een apotheek, een polikliniek en een afdeling intensive-care. In 1984 kreeg het een nieuw kunstniercentrum omdat dat centrum in het Wilhelminagasthuis haar deuren sloot. In tegenstelling tot de ongebreidelde uitbreidingen in de jaren zestig kwam aan het eind van de jaren tachtig aan het licht dat Amsterdam te veel ziekenhuisbedden zou hebben. Dit leidde in 1990 tot een bestuurscrisis in het Andreas, waarbij het bestuur op een fusie aanstuurde met het Slotervaartziekenhuis, de medici zagen liever een fusie met het Lucas Ziekenhuis. Er gingen vijf jaar verloren aan onderhandelingen, waarbij uiteindelijk werd gekozen voor een fusie met die laatste en wel op 1 januari 1996. Het Sint Lucas bleek moderner te zijn en overschaduwde het Andreas steeds meer. In de loop der jaren verhuisden steeds meer afdelingen naar het Sint Lucas. Op het eind diende het Andreas alleen nog als een soort verpleegafdeling, waarvan patiënten voor operaties naar het Sint Lucas of het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis werden gereden en weer terug voor de uitbehandeling. Toen de renovatie van het Sint Lucas was voltooid werd het Andreas inclusief de kapel in 2004 gesloten. Er werd nog even gedacht om het gebouw te bestemmen voor een kunstenaarscentrum, maar in 2005 ging het onder de sloophamer. Op het terrein kwam woningbouw, met de naam Andreas Ensemble. De naam van het ziekenhuis was onder meer een verwijzing naar de Amsterdamse Andreaskruizen maar ook naar de protestants-christelijke achtergrond (in latere jaren was er tevens een moskee gevestigd), leeft voor in de naam van het centraal gelegen Andreasplein in die buurt.

Brug 688
Brug 688

Brug 688 is een kunstwerk in Amsterdam Nieuw-West. Hoewel genummerd als brug, is zij een viaduct. Het bouwwerk is gelegen in de Cornelis Lelylaan, deel van Stadsroute 106, en verbindt de Johan Jongkindstraat met de Schipluidenlaan. De Cornelis Lelylaan werd in 1961/1962 verhoogd aangelegd om een geheel kruisingsvrije weg te verkrijgen tussen het Surinameplein en de Westelijke Tuinsteden. Daartoe werd de weg op een dijklichaam aangelegd en werden er tot het eind bij Meer en Vaart tien kunstwerken gebouwd, waaronder een van de grootste viaducten van Amsterdam destijds, brug 705 over de Johan Huizingalaan. De straat onder het viaduct droeg destijds geen naam, maar kreeg in 1963 de naam Nachtwachtlaan, naar het beroemde schilderij De Nachtwacht van Rembrandt van Rijn, waar hier in de buurt het Rembrandtpark naar vernoemd is. Op 14 juli 1962 opende mevrouw Didi van 't Hull-Ras, echtgenote van Wethouder Publieke Werken Goos van 't Hull de Cornelis Lelylaan. Het ontwerp van de bruggen was van de Dienst der Publieke Werken. De ontwerper van de brug is niet bekend, maar het viaduct vertoont in haar uiterlijk veel overeenkomsten met brug 705 waarvan bekend is dat zij van de hand is van Dirk Sterenberg. De toenmalige stijl van de dienst is terug te vinden in het witte/blanke beton met daarop blauwe leuningen in een strak rechthoekig motief. De 'kale' overspanning bedraagt circa 18 meter, de lengte van de onderdoorgang bedraagt circa 39 meter. Ten noorden van het viaduct staat een kantoorkolos, genaamd Ringpark.

Koningin Wilhelmina (Onkenhout)
Koningin Wilhelmina (Onkenhout)

Koningin Wilhelmina is een kunstwerk staande op het Koningin Wilhelminaplein in Amsterdam Nieuw-West. Het beeld is gemaakt door Nico Onkenhout en werd rond 1967 besteld door het Confectiecentrum, later omgedoopt tot World Fashion Centre. Het Confectiecentrum zat verspreid over de stad gevestigd en ging centraliseren rondom genoemd plein. Zij wilde Wilhelmina herdenken als grootse koningin en om hetgeen zij betekend had voor de Joodse gemeenschap. Onkenhout werkte vanaf september 1967 aan het beeld in zijn atelier aan de Wibautstraat. Eerst kwam er een voorstudie in gips en vervolgens een bronzen afgietsel dat nog tentoongesteld werd in Arti et Amicitiae. Vanwege de grootte en zwaarte werd het definitieve beeld in Epe uit een monoliet dolomietsteen uitgehakt. Toen de beeldhouwer bezig was met de afronding van de definitieve versie, was nog niet bekend waar het beeld zou worden neergezet, in Amsterdam-Centrum of juist daarbuiten. Onkenhout vertelde in Het Parool van 11 mei 1968 dat hij Wilhelmina als een soort generaal heeft neergezet ("een stukkie generaal") en haar hoofddeksel bewust op een soldatenhelm heeft gemodelleerd. Het confectiecentrum bevond zich in hetzelfde stadium als het beeld. Amsterdam kreeg in korte termijn twee beelden van de overleden koningin; Theresia van der Pant was al bezig met haar Koningin Wilhelmina te paard, dat zou worden geplaatst op het Rokin. De wethouder Wim Polak, later burgemeester van Amsterdam, vond dat wat veel. Dat zou de reden zijn geweest dat Onkenhout het beeld zelf mocht onthullen, al was dat hem niet als zodanig meegedeeld. Onkenhout was uitgenodigd door het centrum om eens langs te komen en trof het inpandig aan. De gemeente Amsterdam had geen toestemming gegeven het beeld buiten te plaatsen hoewel de architect van het gebouw Huig Maaskant een open ruimte in zijn ontwerp had open gelaten. Het beeld van 30.000 kilo werd daarop binnen geplaatst waardoor Onkenhout het zelf mocht onthullen op 4 juli 1968. Hij vond het een eer om aan een vorstelijk beeld te hebben mogen bijdragen; de kosten bleven daardoor beperkt tot 7.500 gulden. Het beeld vermeldt geen naam. Op de sokkel worden wel de jaartallen 1880 en 1962 genoemd, respectievelijk jaar van geboorte en overlijden van de vorstin. De achterzijde vermeldt een tekst van Jan Campert: Gedenken hen die toen het volk verslagen en machtloos scheen de vaan der vrijheid hebben hoog hooggedragen door alles heen. In 1993 zag het World Fashion Centre het anders. Ze wilde van het beeld af; het voldeed niet meer aan de modernere bedrijfsvisie die het wilde voeren. Er werd overwogen het beeld over te brengen naar het Oorlogsmuseum Overloon, dat wel al een betonnen kopie had, dat onderhevig was aan betonrot. Uiteindelijk kwam het beeld buiten bij een van de torens van het kledingcentrum te staan.

Brug 689
Brug 689

Brug 689 is een kunstwerk in Amsterdam Nieuw-West. Hoewel genummerd als brug, is zij een viaduct. Het bouwwerk is gelegen in de Cornelis Lelylaan, deel van Stadsroute 106, en verbindt de Derkinderenstraat met de Schipluidenlaan.. De Cornelis Lelylaan werd in 1961/1962 verhoogd aangelegd om een geheel kruisingsvrije weg te verkrijgen tussen het Surinameplein en de Westelijke Tuinsteden. Daartoe werd de weg op een dijklichaam aangelegd en werden er tot het eind bij Meer en Vaart tien kunstwerken gebouwd, waaronder een van de grootste viaducten van Amsterdam destijds, brug 705 over de Johan Huizingalaan. Op 14 juli 1962 opende mevrouw Didi van 't Hull-Ras, echtgenote van Wethouder Publieke Werken Goos van 't Hull de Cornelis Lelylaan. Het ontwerp van de bruggen was van de Dienst der Publieke Werken. De ontwerper van de brug is niet bekend, maar het viaduct vertoont in haar uiterlijk veel overeenkomsten met brug 705 waarvan bekend is dat zij van de hand is van Dirk Sterenberg. Met name de kelkvormige pijlers wijzen op Sterenbergs invloed (zie brug 705). De toenmalige stijl van de dienst is terug te vinden in het witte/blanke beton met daarop blauwe leuningen in een strak rechthoekig motief. Ze lijkt daarbij ook nog eens op brug 688 aan de andere kant van Rijksweg 10, met name in de overspanning. De architect koos hier echter voor een andere oplossing voor de verdeling. In het midden heeft het een overspanning van de rijweg van 14,90 meter. Aan beide zijden daarvan bevinden zich genoemde pijlers, weer verder naar buiten volgen ongeveer vijf meter brede trottoirs en fietspaden. In de lengterichting van de tunnel gekeken (of dwars op het viaduct) lijken voetgangers en fietsers zich in een koker van 39 meter lengte te moeten verplaatsen. Onderdeel van het bouwwerk zijn twee trappen naar de bovenliggende haltes van de tramlijnen 1, 17 en 27 die aan de westkant van het viaduct liggen. Voor mindervaliden is deze halte niet toegankelijk door het ontbreken van een lift.