place

Brug 537

Bouwwerk van Piet KramerBrug in het Amsterdamse BosGemeentelijk monument in Amstelveen
2021 Brug 537, Amsterdamse Bos overzicht
2021 Brug 537, Amsterdamse Bos overzicht

Brug 537 is een bouwkundig kunstwerk in het Amsterdamse Bos. Het Amsterdamse Bos maakt onderdeel uit van de gemeente Amstelveen, maar de gemeente Amsterdam voert het beheer. De brug stamt vanuit de inrichting van het Amsterdamse Bos, eind jaren dertig. De brug werd gelijk met zusterbrug brug 536 gebouwd, ook brug 539 werd toen gebouwd. Het drietal werd aanbesteed op 26 september 1938. In november van datzelfde begonnen de bouwwerkzaamheden. De architect Piet Kramer van de Dienst der Publieke Werken was verantwoordelijk voor het ontwerp. Bruggen 536 en 537 wijken sterk af van de overigen bruggen in het bos. Ze werd gebouwd in wat toen al een doorgaande route voor “snelverkeer” was, de Burgemeester A. Colijnweg. Via de onderdoorgang in het viaduct werd een verbinding gemaakt tussen het noordelijk en zuidelijk deel van het bos. Brug 537 heeft alle uiterlijke tekenen van een Kramerbrug. Ze is gebouwd in de stijl van de Amsterdamse School met afwisseling van bak- en natuursteen (sluit- en dekstenen). Bijzonder aan de brug is dat het een combinatie betreft van plaat- en liggerbrug. De betonnen plaat wordt gedragen door stalen liggers de brugliggers. Die brugliggers worden ondersteund door stalen brugpijlers met juk. Die brugpijlers staan overigens niet in het midden van de overspanning. De drie pijlers vormen samen een soort portaal. Opvallend daarbij is de middelste brugpijler die van boven naar beneden taps uitgevoerd is. Geïntegreerd is een trap met granieten treden. Ten aanzien van de leuningen kent de brug twee stijlen. De daadwerkelijke brugleuning zijn uitgevoerd in zwaar siersmeedwerk, zoals hij die ook ontwierp voor de binnenstad. De leuningen als onderscheid tussen onderliggende paden en watergang (Kromsloot) is uitgevoerd conform de betonnen bruggen die Kramer uitwierp voor het park. In 1958 werd het rijdek-profiel van zowel brug 536 als 537 aangepast onder beheer van Rijkswaterstaat. In 1999 werden alle bruggen in het Amsterdamse Bos door MTD Landschapsarchitecten in opdracht van de gemeente onderzocht op hun cultureel belang. Zij vonden brug 537 een architectonisch waardevolle brug, passend binnen het Kramer-oeuvre. Een groot minpunt was dat de brug ten tijde van het onderzoek aan beide zijden geflankeerd werd door enerzijds een fietsbrug en anderzijds een viaduct in Rijksweg 9. Die fietsbrug werd noodzakelijk omdat brug 537 onvoldoende breed was om twee richtingen rijstroken en een fietspad te dragen. De brug werd door de gemeente Amstelveen tot gemeentelijk monument verklaard, mede doordat het een geheel eigen karakter heeft. De bovenzijde maakt eigenlijk geen deel uit van het bos (Burgemeester A. Colijnweg), de onderzijde juist wel. De daar liggende voet- en fietspaden en watergang vormen de verbinding noord-zuid. In de periode 2021 tot 2026 zijn er grote werkzaamheden rondom brug 536 en brug 537. Rijksweg 9 zal verlegd en verbreed worden van drie naar vier rijstroken beide richtingen. Daarvoor moeten ter plaatse nieuwe kunstwerken gebouwd worden. De werkzaamheden vormen onderdeel van het Project Schiphol-Amsterdam-Almere.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Brug 537 (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Brug 537
Burgemeester A. Colijnweg,

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Brug 537Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.306255555556 ° E 4.8313444444444 °
placeToon op kaart

Adres

Burgemeester A. Colijnweg (Burgemeester Colijnweg)

Burgemeester A. Colijnweg
1182 EA
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

2021 Brug 537, Amsterdamse Bos overzicht
2021 Brug 537, Amsterdamse Bos overzicht
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Brug 541
Brug 541

Brug 541 is een bouwkundig kunstwerk in het Amsterdamse Bos. Het Amsterdamse Bos maakt deel uit van de gemeente Amstelveen, maar wordt beheerd door gemeente Amsterdam. Brug 541 stamt uit de tijd van de aanleg van het bos. Aan architect Piet Kramer van de Dienst der Publieke Werken werd gevraagd ontwerpen voor de bruggen en bruggetjes te maken. Brug 541 voor voetgangers, fietsers en ruiters is er één uit de serie houten bruggen (tegenover de betonnen bruggen). Die bruggen lijken sterk op elkaar, maar elke brug uit de serie verschilt ten opzichte van de andere. De brug is gesitueerd in het noordelijk deel van het bos, even ten noorden van de Burgemeester A. Colijnweg/Rijksweg 9. In 1999 werden alle bruggen in het Amsterdamse Bos door MTD Landschapsarchitecten in opdracht van de gemeente onderzocht op hun cultureel belang. Ze constateerde dat de brug een markeringspunt is het bos, waar een brede boslaan beging (of eindigt). De brug had ten tijde van het onderzoek een bruine kleur, waardoor de brug nauwelijks opviel in de omgeving. Ze roemde de brug vanwege de eenheid tussen dek en leuningen en de karakteristieke houtverbindingen (Kramer was van origine timmerman), die echter aan het zicht onttrokken werden door de bruine kleur. De brug is geschikt voor kleine voertuigen. Minpunt in de beoordeling was de zichtbaarheid van die Rijksweg 9. Wanneer Amstelveen even later onderzoek doet voor het verklaren tot gemeentelijk monument is de brug weer wit. Zij troggen een houten brug aan met stalen liggers die hangt tussen twee betonnen landhoofden. De brug kent daarbij een houten paalfundering en houten brugpijlers waarop houten jukken liggen. De betonnen borstweringen zijn uitgevoerd met houten leuningen die rusten op taps toelopende ronde balusters. Het brugdek is verdeeld in aparte rijstroken voor voetgangers, ruiters en fietsers, die op aparte hoogten liggen en aangegeven worden door palen. De balusters die de leuningen dragen op het midden op de brug zijn ook taps uitgevoerd, maar dan vierkant, ze eindigen in de bovenleuning. De eindbalusters echter steken boven de bovenleuning uit in een kristalachtige structuur. Een bijzonder detail is te zien op de uiteinden van de jukken, deze hebben deels een waaierstructuur. De brug vertoont overeenkomsten met brug 539, brug 541 is echter plat, brug 539 heeft op- en afritten.

Brug 542
Brug 542

Brug 542 in een bouwkundig kunstwerk in het Amsterdamse Bos. Het Amsterdamse Bos maakt deel uit van de gemeente Amstelveen, maar wordt beheerd door de gemeente Amsterdam. Brug 542 stamt uit de tijd van de aanleg van het bos. Aan architect Piet Kramer van de Dienst der Publieke Werken werd gevraagd ontwerpen voor de bruggen en bruggetjes te maken. Brug 542 voor voetgangers, fietsers en ruiters is er één uit de serie houten bruggen (tegenover de betonnen bruggen). Die bruggen lijken sterk op elkaar, maar elke burg uit de serie verschilt ten opzichte van de andere. Brug 542 is gesitueerd in het noordelijk deel van het bos, even ten noorden van de Burgemeester A. Colijnweg/Rijksweg 9. De brug ligt in hetzelfde pad als brug 541. In 1999 werden alle bruggen in het Amsterdamse Bos door MTD Landschapsarchitecten in opdracht van de gemeente onderzocht op hun cultureel belang. Ze constateerde dat de brug een potentiële identiteitsdrager was binnen de bosbruggen, maar dat dat teniet werd gedaan door de bruine brug (de brug kreeg later een witte kleur). De brug is gelegen in een glooiend recht pad en als het ware (zeker nog in de bruine kleur) opging in haar omgeving. Over de brug gaan alleen voetgangers, fietsers en man/vrouw te paard. Karakteristiek voor deze brug gold nog het houten brugdek en dito leuningen met houtverbindingen en de zuiltjes ofwel balusters. De gemeente Amstelveen deed ook onderzoek om te kijken of de brug, net als meerdere bruggen in het bos, beschermd moest worden door de status gemeentelijk monument. Ze ging daartoe over en kwam met aanvullende gegevens. De brug is grotendeels van hout maar heeft stalen liggers. De houten brugpijlers bieden ondersteuning aan jukken waarop die liggers gelegen zijn. De overspanning kent aan beide zijden een betonnen landhoofd. Naar Kramers gebruik kent de brug twee niveaus, fietsers gaan over een deel dat weinig lager ligt dan het voetpad. De balusters steken iets boven de leuningen uit en zijn voorzien van metalen afdekkapjes. De overgang van landhoofd naar overspanning alsmede van borstwering naar balustrade/leuning wordt aangegeven door naar boven taps toelopende palen.

Brug 540
Brug 540

Brug 540 is een bouwkundig kunstwerk in het Amsterdamse Bos. Het Amsterdamse Bos maakt deel uit van de gemeente Amstelveen, maar de gemeente Amsterdam voert het beheer. Deze brug, ontworpen door Piet Kramer en de Dienst der Publieke Werken is gelegen in een strook aan de noordoostelijke kant van de Burgemeester A. Colijnweg. Brug 540 werd op 24 juli 1939 apart aanbesteed. Bij de uitvoering werd er tegelijk gebouwd aan de bruggen 540-545. Kramer ontwierp voor het Amsterdam een aantal typen bruggen, waarbinnen hij varieerde. Brug 540 werd daarbij toegekend aan de betonnen vaste brug over een relatieve brede watergang, die het hele bos doorsnijdt. Even zuidelijker loopt ze via een viaduct onder de Rijksweg 9 door alsook brug 536 en brug 546, die laatste twee ook van de hand van Kramer. Alhoewel deze drie bruggen in dezelfde periode door dezelfde man zijn ontworpen, verschillen ze aanmerkelijk. Brug 536 is een brug voor snelverkeer, brug 546 is de enige brug in het bos met fysiek gescheiden rijdekken en gelegen in een weg in de open ruimte. Brug 540 is een typische bosbrug. In tegenstelling tot die twee andere bruggen is brug 540 alleen bestemd voor voetgangers, fietsers en ruiters te paard (en eventueel nooddiensten). Het is een zogenoemde boog- of welfbrug, alhoewel de welving maar matig is, mede dankzij die mogelijkheid in beton. De brugleuning is hier weer van siersmeedwerk waarbij de brugleuningen aan beide uiteinden op de landhoofden enigszins wijken. De drie relingen van die leuning annex balustrade grijpen hier vernuftig samen. Baggelaar en Van Schaik zagen overeenkomsten tussen de brug en brug 556 en brug 566; ze vertonen daarbij net zoveel overeenkomsten als verschillen. Zoals bij meerdere bruggen van Kramer in het bos, hebben de diverse vervoersstromen elk hun eigen niveau. In 1999 werden alle bruggen in het Amsterdamse Bos door MTD Landschapsarchitecten in opdracht van de gemeente onderzocht op hun cultureel belang. Zij vonden brug 540 een gezichtsbepalende brug en belangrijke oversteek in een gesloten bos, uiteraard behorend tot het omvangrijke oeuvre van Kramer. De brug werd door de gemeente Amstelveen tot gemeentelijk monument verklaard, mede doordat het een geheel eigen karakter heeft. Zij merkte daarbij nog de overgang tussen “massief” bij de landhoofden en “slank” in het midden terug naar “massief’’ bij de andere landhoofden op. Bovendien waardeerde ze het vanwege het fijnen lijnenspel van de brugleuningen, die op uitkragingen van de brug staan. De brug heeft de officieuze bijnaam Blauwebrug, naar haar leuningen. Echter, meerdere bruggen in het park hebben blauwe leuningen. Toch wordt de naam met name onder de beheerders van het bos gebruikt om de plek te duiden.

Brug 539
Brug 539

Brug 539 in een bouwkundig kunstwerk in het Amsterdamse Bos. Het Amsterdamse Bos maakt deel uit van de gemeente Amstelveen, maar wordt beheerd door de gemeente Amsterdam. Brug 539 stamt uit de tijd van de aanleg van het bos. Aan architect Piet Kramer van de Dienst der Publieke Werken werd gevraagd ontwerpen voor de bruggen en bruggetjes te maken. Brug 539 voor voetgangers, fietsers en ruiters is er één uit de serie houten bruggen (tegenover de betonnen bruggen). Die bruggen lijken sterk op elkaar, maar elke brug uit de serie verschilt ten opzichte van de andere. Brug 539 is gesitueerd in het noordelijk deel van het bos, even ten noorden van de Burgemeester A. Colijnweg/Rijksweg 9 en leidt naar een onderdoorgang van die wegen. In 1999 werden alle bruggen in het Amsterdamse Bos door MTD Landschapsarchitecten in opdracht van de gemeente onderzocht op hun cultureel belang. Ze constateerde dat de brug een potentiële identiteitsdrager was binnen de bosbruggen, maar dat dat teniet werd gedaan door de bruine brug (de brug kreeg later een witte kleur). De brug is gelegen in gesloten bosomgeving en viel met haar bruine kleur nauwelijks op in het landschap, hetgeen zowel positief als negatief werd uitgelegd. Over de brug gaan alleen voetgangers, fietsers en man/vrouw te paard. Karakteristiek voor deze brug gold nog het houten brugdek en dito leuningen met houtverbindingen en de zuiltjes ofwel balusters. De gemeente Amstelveen deed ook onderzoek om te kijken of de brug, net als meerdere bruggen in het bos, beschermd moest worden door de status gemeentelijk monument. Ze stelde bij onderzoek vast dat dit een geheel houten brug is. Het geheel steunt op vier series van brugpijlers met jukken waarvan er twee in het water staat en twee verwerkt zijn in de landhoofden. Zoals gebruikelijk bij Kramers in het bos heeft het (hier door een tussenbalustrade) gescheiden dekken voor voetgangers en overige verkeer. Het voetpad ligt daarbij iets hoger dan het pad voor fietsers en ruiters. Eigenaardig is dat de lengte van het voetpad op de brug korter lijkt dat het fietspad, Er is veel aandacht besteed aan de houten leuningen en de ophanging daarvan. Drie strippen van leuningen zijn opgetrokken aan en op tap toelopende balusters; de bovenste leuning heeft de vorm van een T-profiel. Aan het eind en in het midden van de leuningen zijn er hogere balusters toegepast. Ook de metalen afdekkapjes ontbreken niet. De brug werd in de jaren twintig van de 21e eeuw verwijderd vanwege de verbreding van de Rijksweg 9. Wanneer zij terug komt is nog niet bekend.

Brug 545
Brug 545

Brug 545 is een kunstwerk in het Amsterdamse Bos. Het Amsterdamse Bos is een deel van de gemeente Amstelveen, terwijl de gemeente Amsterdam het beheer voert. De brug is in 1939 vermoedelijk ontworpen door Piet Kramer van de Dienst der Publieke Werken. Kramer ontwierp voor het Amsterdamse Bos allerlei typen bruggen , zoals vlonderbruggen, duikers en een aantal ophaalbruggen. Brug 545 valt in de eerste categorie. Het is een zeer eenvoudige brug. Ze werd samen met de bruggen 540, 541, 542, 543 en 544 aanbesteed, waarvan wel bekend is dat Kramer de ontwerper was. Het zijn zes vaste bruggen, waarvan deze veruit het makkelijkst te bouwen was. Zo moest er voor brug 543 graniet bewerkt worden. Voor brug 545 was alleen hout nodig. Nadat een niet al te diepe houten paalfundering de zompige de bodem is ingewerkt, kon volstaan worden met hamer, boor en zaag. De overspanning (inmiddels op betonnen landhoofden) draagt twee of drie enigszins gewelfde balken, die het loopdek uit planken draagt. De brug heeft maar aan een zijde een leuning die wordt gedragen door balusters. De leuning lijkt daarbij gedragen te worden door de balusters. De leuning is bij de eerste en laatste baluster via een verstek bevestigd. Deze twee balusters zijn hoger dan de andere en voorzien van een kapje. Eenvoudigheid bedriegt hier want de balusters lopen alle taps naar de bovenkant en ook de ondereinden van de middelste balusters lopen schuin weg. De brug wordt begeleid door vier houten borstwerinkjes. Eén borstwering bestaat uit twee balusters met puntdakjes, die in een verstek de borstwering draagt. Deze simpelheid zal ervoor gezorgd hebben dat de brug, in tegenstelling tot de andere bruggen in die aanbesteding, niet benoemd is tot gemeentelijk monument. Vermoedelijk is de brug al een keer vernieuwd. Gezien de hoeveelheid verschillende bruggen die Kramer voor het bos ontwierp mag verwacht worden dat ook deze eenvoudige brug de enige met dit uiterlijk is. De brug gaat geheel op in haar omgeving; het bos. Het is vermoedelijk de kortste brug in het bos; de langste is brug 1545, 170 meter langer.

Brug 562
Brug 562

Brug 562 in een bouwkundig kunstwerk in het Amsterdamse Bos. Het Amsterdamse Bos maakt deel uit van de gemeente Amstelveen, maar wordt beheerd door de gemeente Amsterdam. Bij de aanleg van het Amsterdamse Bos werd aan architect Piet Kramer van de Dienst der Publieke Werken gevraagd bruggen te ontwerpen. Hij kwam rond 1938 met bruggen in de categorieën houten en stenen bruggen. Binnen die categorieën varieerde hij vanuit een basis ontwerp. Deze houten brug van circa 24 meter lengte, valt in de eerste categorie, maar ze is pas rond 1953 gebouwd. De brug maakt met brug 558, brug 559 en brug 560 deel uit van een ensemble; lijken sterk op elkaar, maar zijn alle toch verschillend. Deze brug valt op door haar kleurstelling. De liggers zijn geel, leuningen en balustraden zijn wit, onderleuningen (die langer doorlopen dan de bovenste) grijsgroen. Bij de scheiding van de leuningen boven de brugpijlers met jukken zijn kogelvormige staven aangebracht in de kleur blauw. Aan de kopse kanten van de jukken is houtbewerking toegepast. In 1999 werden alle bruggen in het Amsterdamse Bos door MTD Landschapsarchitecten in opdracht van de gemeente onderzocht op hun cultureel belang. Geconstateerd werd dat de brug een identiteitsdrager was binnen de bosbruggen en een van de houten bruggen van Kramer. De brug valt door haar grotendeels witte kleur behoorlijk op het landschap dat hier van open ruimte (grasveld) overgaat in bosachtige omgeving. De gemeente Amstelveen deed ook onderzoek om te kijken of de brug, net als meerdere bruggen in het bos, beschermd moest worden door de status gemeentelijk monument. Het onderzoek vertaalde de ligging van de brug naar de vorm van de brug. Brug 562 ligt namelijk in een rechthoekig ingericht deel van het bos. De vier bruggen vormen daarin een speelser element. Dit is terug te vinden in de enigszins naar buitenstaande balustraden en de uitwaaiering op de landhoofden. Voorts leek Kramer de vorm van de brug dimensionaal aangepast te hebben. De brug is op het oog te smal voor haar lengte.