place

De Peilmolen

GrondzeilerMaalvaardige molenMolen in MolenlandenPoldermolenRijksmonument in Molenlanden
Oud Alblas De Peilmolen
Oud Alblas De Peilmolen

De Peilmolen in Oud-Alblas, in de Nederlandse gemeente Molenlanden, is in 1818 gebouwd ter bemaling van de Zuidzijderpolder. De molen die een in 1817 afgebrande wipmolen verving was tot 1881 een peilmolen of seinmolen, dat wil zeggen dat deze molen door middel van seinen naar andere molens in de omgeving het peil aangaf. Een ijzeren scheprad met een middellijn van 5,90 meter maalt het water uit de polder. In 1971 is de molen toen officieel buiten gebruik gesteld. De Peilmolen wordt bewoond en is niet te bezichtigen. Sinds 1968 is de Peilmolen eigendom van de SIMAV. In 2007 werd de molen stilgezet vanwege de slechte staat van het wiekenkruis. In mei 2010 werd begonnen met de restauratie. In maart 2011 werden twee nieuwe roeden gestoken. In september 2011 was de molen weer draaivaardig. Een tegenvaller was echter dat het onderwiel in slechte staat bleek te verkeren en kon er alsnog niet gemalen worden. In september 2013 werd het onderwiel hersteld en er is nu sprake van een maalvaardige molen.

Fragment uit het Wikipedia-artikel De Peilmolen (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

De Peilmolen
Peilmolenweg, Molenlanden

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: De PeilmolenLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 51.857777777778 ° E 4.7297222222222 °
placeToon op kaart

Adres

Peilmolenweg 1
2969 BV Molenlanden
Zuid-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Oud Alblas De Peilmolen
Oud Alblas De Peilmolen
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

De Hoop (Oud-Alblas)
De Hoop (Oud-Alblas)

Korenmolen De Hoop in Oud-Alblas, in de Nederlandse gemeente Molenlanden, is een stellingmolen die in 1844 werd gebouwd ter vervanging van een eerdere standerdmolen op dezelfde plaats. Het is een ronde stenen molen, met een vlucht van 22,56 meter hebben. De molen is voorzien van twee koppels 17der kunststenen met viertaksrijnen. Tevens zijn ze voorzien van regulateurs. Ook is er een elektrisch aangedreven maalstoel met en 30 pk motor. De Hoop draait bijna dagelijks en maalt ongeveer 500 kg per week. De molen is op afspraak open (niet op woensdag, donderdag en zondag). De landschappelijke waarde van deze molen is zeer groot. In de nabijheid van De Hoop bevinden zich nog twee molens: de Peilmolen en de Wingerdse Molen. Het gevlucht heeft fokwieken op beide roeden van het systeem Fauel. Op de buitenroede bevinden zich automatische remkleppen, waarvan het moment van openen van tevoren met de hand moet worden ingesteld door een veer op spanning te zetten. (Er is geen spin). De binnenroede heeft steekborden. De gelaste, ijzeren roeden zijn in 2004 gemaakt door Derckx te Beegden. De binnenroede heeft het nummer 985 en de buitenroede nummer 984. De 4,00 m lange bovenas is van de fabrikant NSBM Fyenoord te Rotterdam en gegoten in 1843. Op de zijkant van de askop staat FYEN met daaronder OORD. De molen kan op de wind worden gezet, verkruid, met een kruiwiel en een rondgaande ketting, meestal wordt er echter elektrisch verkruid. De lange spruit is van ijzer en ligt achter het bovenwiel. Het kruiwerk bestaat uit houten rollenwagens met veertig gietijzeren rollen. De molen wordt gevangen (geremd) met een vaste Vlaamse blokvang bestaande uit vier vangblokken. De vang wordt bediend met een wipstok, die beschilderd is met prinsjeswerk. De vangbalk heeft een kneppel. Om het bovenwiel zit een ijzeren hoep waar de vangblokken op aangrijpen. Naast het door de molen aangedreven luiwerk is er ook een elektrisch aangedreven luiwerk. Het spoorwiel heeft een ijzeren velg met houten kammen. Het bovenwiel wordt bij stilstand geblokkeerd met twee stutten, die er op de stelling bij de staart uit het bovenwiel getrokken kunnen worden. Op de kruisarmen zijn kasten gemaakt voor het plaatsen van de stutten.

Wingerdse Molen
Wingerdse Molen

De Wingerdse Molen in de Nederlandse plaats Bleskensgraaf is een wipmolen waarvan het bouwjaar niet bekend is. Vermoedelijk is deze poldermolen in 1513 gebouwd. De koker is van 1624. In 1872 is de molen verhoogd door het opmetselen van de veldmuren, waardoor een grotere vlucht kon worden verkregen. Met 28,20 m heeft de Wingerdse Molen dan ook de grootste vlucht van alle Nederlandse wipmolens. Het oorspronkelijke scheprad is in 1955 vervangen door een vijzel. In 1996 zijn onder andere de beschieting van de kap en de spanten vernieuwd. In 2006 zijn twee rietvelden op de ondertoren vernieuwd. De molen was tot 1 februari 2008 eigendom van het Waterschap Rivierenland; de nieuwe eigenaar is de SIMAV. De wipwatermolen is op afspraak te bezichtigen. 's Avonds wordt de Wingerdse Molen door witte schijnwerpers verlicht en is dan tot in de verre omtrek te zien. Naast de molen bevindt zich een paaltjasker, die geen speciale functie heeft, maar die in 1987 in opdracht van de molenaar is vervaardigd. Begin 2011 werd begonnen met een grote restauratie, waarvoor het bovenhuis van de Wingerdse Molen is verwijderd. Op de ondertoren was een noodkap aangebracht. In oktober 2011 werd het gerestaureerde bovenhuis teruggeplaatst. Op de borstnaald komen de initialen JDV.CVDB (bovenste) en HHS.1997 (onderste) voor. JDV.CVDB staan voor de molenmakers van het toenmalige hoogheemraadschap Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden Jan de Vries en Cok v d Berg. HHS.1997 staan voor de eigenaar het Hoogheemraadschap Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden. In 1997 is de borstnaald vernieuwd. Het gevlucht is Oudhollands met gelaste roeden en vanaf 1965 met fokken. Op het oude gevlucht zat zowel een enkelstraals als dubbelstraals fok. In 2011 werden alleen enkelstraals fokken aangebracht. In de fokken op de buitenroede zitten regelborden (remkleppen), die handmatig open en dicht gezet worden. De 28,10 m lange binnenroede is in 1991 gemaakt door Derckx, gestoken in 1992 en heeft als roenummer 696. De 28,20 m lange buitenroede is in 2011 gemaakt door molenmakersbedrijf Vaags en heeft als roenummer 262. Van 1935 tot 1965 waren de wieken verdekkerd. De molen wordt op de wind gezet met een kruirad. De bovenzetel heeft neuten. De in 1852 gegoten, 4,75 meter lange, gietijzeren bovenas is van F.J. Penn & Bauduin te Dordrecht en heeft het nummer 37. In de pen van de bovenas zit een taats. De molen wordt gevangen (geremd) met een Vlaamse blokvang bestaande uit vier vangstukken. De vang wordt bediend met behulp van een evenaar. De vangbalk heeft een kneppel.