place

Hoge Tiendwegse Molen

Molen in MolenlandenVoormalige molen in Zuid-HollandVoormalige poldermolen

De Hoge Tiendwegse Molen was een wipmolen in de Nederlandse gemeente Molenlanden, die samen met onder andere de Sluismolen een bemalingsfunctie had voor de polder Streefkerk met Kortenbroek. De molen was de zuidelijke bovenmolen van deze polder. De taak van de molen werd in 1952 overgenomen door een gemaal, waarna hij werd overgedragen aan de SIMAV, die de molen zou restaureren. De molen is op 1 februari 1962 verbrand en uitsluitend de fundering is bewaard gebleven. In april 2010 is men begonnen met de herbouw van de fundering teneinde daar weer een molen op te kunnen plaatsen. Hierbij zal de ondertoren van de Quakernaakse Molen in Meerkerk worden gebruikt. Het rijksmonumentnummer van de Quakernaakse Molen verhuist dan mee. In juli 2011 is de ondertoren voor restauratie over water naar de molenmaker getransporteerd.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Hoge Tiendwegse Molen (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs).

Hoge Tiendwegse Molen
Beneden Tiendweg, Molenlanden

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Hoge Tiendwegse MolenLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 51.894633333333 ° E 4.7318722222222 °
placeToon op kaart

Adres

Beneden Tiendweg 9a
2959 LA Molenlanden
Zuid-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Achtkante Molen (Streefkerk)
Achtkante Molen (Streefkerk)

De Achtkante Molen in het dorp Streefkerk, in de Nederlandse gemeente Molenlanden, is een houten achtkantige met riet gedekte molen en is omstreeks 1761 geplaatst. De molen is een middelste van de drie ondermolens, bemaalde in twee trappen de polder Streefkerk en Kortenbroek en was tot 1951 in bedrijf. In 1872 werd de houten wateras vermaakt tot een mantelstijl en ondertafelementscherf voor de Oude Weteringmolen. In 1873 werd de kap van de molen zowel aan de voor- als aan de achterkant ingekort, mogelijk omdat de balkkoppen van de voeghouten waren ingerot. Ook werden toen slagstukken aangebracht tussen de voeghouten en overring. In 1932 werd er voor de kachel een rookkanaal met twee kleppen aangebracht. Voordien ging de rook gewoon door de molen omhoog, hetgeen nog te zien is aan de beroete balken en achtkantstijlen. In 1970/71 is de molen ingrijpend gerestaureerd, waarna deze in 1972 weer maalvaardig was. Door de veranderde omstandigheden kon het water niet meer uitgemalen worden en maalt de molen tegenwoordig in circuit. Eigenaar van de molen is de SIMAV. Het gevlucht is Oud-Hollands en bestaat uit gelaste, 26,4 m lange, ijzeren roeden. De binnenroede met nummer 1 is gemaakt in 1971 door Van Iperen te Rijnsaterswoude. De buitenroede met nummer 205 is gemaakt in 1974 door de fabrikant Bremer te Adorp. De kap van de molen draait op een kruiwerk met ijzeren rollen en enkele iepenhouten rollen in houten rollenwagens. Met behulp van een kruirad wordt de kap gedraaid. De molen wordt gevangen (geremd) met een vaste vlaamse vang bestaande uit vier vangstukken. Om het bovenwiel zit een ijzeren hoep, waarop de vangstukken aangrijpen. De vangbalk zit in een hangereel en heeft een kneppel. De vang wordt bediend met een wipstok. De molen heeft een 47 cm breed binnenscheprad met een diameter van 5,92 meter. Zowel de zeer korte bovenas als de wateras zijn van gietijzer evenals het sintelstuk van het scheprad. Vlak voor de korte spruit ligt nog een niet meer in gebruik zijnde penbalk. Vroeger heeft er dus een langere bovenas in de molen gezeten. De korte spruit is van gelast staal.

De Liefde (Streefkerk)
De Liefde (Streefkerk)

De Liefde (ook wel In Liefde Draaiende) is een achtkante stellingmolen met een houten onderbouw in Streefkerk, in de Nederlandse gemeente Molenlanden. De bovenbouw is bekleed met platen van zink (losanges) en de kap met dakleer. De molen is in 1893 gebouwd als vervanging van een afgebrande achtkante grondzeiler op dezelfde plaats. In de molen zijn twee maalstoelen met 16der kunststenen aanwezig. De molen is tot ca. 1970 in bedrijf geweest. In de molen is een museum aanwezig. In 1976 werd een dijkverzwaring aangekondigd en bestond er vrees dat de molen zou moeten wijken. Door een damwandconstructie te gebruiken in plaats van het geplande talud kon De Liefde op de oorspronkelijke plaats blijven staan. De naam van deze molen was gedurende lange tijd De Hoop, maar is na de restauratie gewijzigd in De Liefde, naar men dacht de oorspronkelijke naam. Historisch onderzoek heeft uitgewezen dat dat niet juist is. De juiste naam luidt In Liefde Draaiende. De Liefde is eigendom van de SIMAV, die sinds 2008 een kantoorruimte in de molen heeft. Het gevlucht is Oud-Hollands. De gelaste, ijzeren roeden zijn gemaakt door Derckx te Beegden in 1979. De binnenroede heeft het nummer 292 en de buitenroede nummer 291. De 4,02 m lange bovenas met nummer 512 is van de fabrikant Penn & Bauduin te Dordrecht en gegoten in 1893. De molen wordt op de wind gezet, verkruid, met een kruiwiel. Het kruiwerk bestaat uit houten rollenwagens met voornamelijk gietijzeren, maar ook nog enkele houten rollen. De molen wordt gevangen (geremd) met een vaste Vlaamse blokvang bestaande uit vijf vangblokken. De vang wordt bediend met een wipstok, die beschilderd is met prinsjeswerk. De vangbalk scharniert in de ezel met een schuif en heeft een kneppel. Om het bovenwiel zit een ijzeren hoep waar de vangblokken op aangrijpen. Vroeger werd met behulp van een lang luitouw en het tweede luiwerk de zakken graan uit het schip via een houten glijgoot de molen ingetrokken.

De Hoop (Oud-Alblas)
De Hoop (Oud-Alblas)

Korenmolen De Hoop in Oud-Alblas, in de Nederlandse gemeente Molenlanden, is een stellingmolen die in 1844 werd gebouwd ter vervanging van een eerdere standerdmolen op dezelfde plaats. Het is een ronde stenen molen, met een vlucht van 22,56 meter hebben. De molen is voorzien van twee koppels 17der kunststenen met viertaksrijnen. Tevens zijn ze voorzien van regulateurs. Ook is er een elektrisch aangedreven maalstoel met en 30 pk motor. De Hoop draait bijna dagelijks en maalt ongeveer 500 kg per week. De molen is op afspraak open (niet op woensdag, donderdag en zondag). De landschappelijke waarde van deze molen is zeer groot. In de nabijheid van De Hoop bevinden zich nog twee molens: de Peilmolen en de Wingerdse Molen. Het gevlucht heeft fokwieken op beide roeden van het systeem Fauel. Op de buitenroede bevinden zich automatische remkleppen, waarvan het moment van openen van tevoren met de hand moet worden ingesteld door een veer op spanning te zetten. (Er is geen spin). De binnenroede heeft steekborden. De gelaste, ijzeren roeden zijn in 2004 gemaakt door Derckx te Beegden. De binnenroede heeft het nummer 985 en de buitenroede nummer 984. De 4,00 m lange bovenas is van de fabrikant NSBM Fyenoord te Rotterdam en gegoten in 1843. Op de zijkant van de askop staat FYEN met daaronder OORD. De molen kan op de wind worden gezet, verkruid, met een kruiwiel en een rondgaande ketting, meestal wordt er echter elektrisch verkruid. De lange spruit is van ijzer en ligt achter het bovenwiel. Het kruiwerk bestaat uit houten rollenwagens met veertig gietijzeren rollen. De molen wordt gevangen (geremd) met een vaste Vlaamse blokvang bestaande uit vier vangblokken. De vang wordt bediend met een wipstok, die beschilderd is met prinsjeswerk. De vangbalk heeft een kneppel. Om het bovenwiel zit een ijzeren hoep waar de vangblokken op aangrijpen. Naast het door de molen aangedreven luiwerk is er ook een elektrisch aangedreven luiwerk. Het spoorwiel heeft een ijzeren velg met houten kammen. Het bovenwiel wordt bij stilstand geblokkeerd met twee stutten, die er op de stelling bij de staart uit het bovenwiel getrokken kunnen worden. Op de kruisarmen zijn kasten gemaakt voor het plaatsen van de stutten.