place

Schiphol-Oost

Bedrijventerrein in NederlandPlaats in Noord-HollandSchiphol
De eerste ingang van luchthaven Schiphol
De eerste ingang van luchthaven Schiphol

Schiphol-Oost is een bedrijventerrein in de gemeente Haarlemmermeer ten westen van Amstelveen, in de Nederlandse provincie Noord-Holland. Het maakt onderdeel uit van Luchthaven Schiphol. Schiphol-Oost is het terrein van het oude vliegveld Schiphol, gelegen tussen de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder en de Oostbaan. Zuidelijk ligt Oude Meer, noordelijk de buurtschap Nieuwe Meer. Tot aan de opening van het huidige Schiphol-Centrum in 1967 was dit het gebied waar zich het platform, de verkeerstoren en stationsgebouw bevonden. Vanaf 1924 stond ook een Fokkerfabriek nabij het oude platform op Schiphol-Oost. Van de bebouwing uit die tijd is niet veel meer over. De voormalige verkeerstoren staat er nog en de benedenverdieping doet sinds 2009 dienst als restaurant. De bebouwing bestaat verder grotendeels uit kantoren, hotels en hangars. In deze hangars wordt het technisch onderhoud aan vliegtuigen uitgevoerd. Ook de KLM (Engineering & Maintenance) werkplaatsen voor het technisch onderhoud aan vliegtuigmotoren en vliegtuigcomponenten zijn hier gevestigd. Een deel van de luchtverkeersleiding ten behoeve van ondersteuning van het vliegverkeer in het Nederlandse luchtruim is ook gevestigd op Schiphol-Oost. Tegen Schiphol-Oost aan bevond zich sinds 2003 in Oude Meer een justitieel complex, met een rechtbank (dependance van de rechtbank in Haarlem), en een cellencomplex, dat een detentiecentrum en een uitzetcentrum bevat. In dit cellencomplex woedde in oktober 2005 een grote brand, waarbij elf gedetineerden omkwamen en vijftien gewonden vielen.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Schiphol-Oost (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Schiphol-Oost
Meester Jac. Takkade,

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Schiphol-OostLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.300277777778 ° E 4.7969444444444 °
placeToon op kaart

Adres

Meester Jac. Takkade 21
1432 CB (Aalsmeer)
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

De eerste ingang van luchthaven Schiphol
De eerste ingang van luchthaven Schiphol
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Oostbaan
Oostbaan

De Oostbaan (04 - 22) is een startbaan van luchthaven Schiphol. De baan ligt ten oosten van de Aalsmeerbaan en ten zuidoosten van de Buitenveldertbaan. De Oostbaan is 45 meter breed en 2014 meter lang en loopt van het zuidwesten naar het noordoosten (040° - 220°). Dit is de kortste baan van Schiphol. De Oostbaan is een overblijfsel van het oude Schiphol en is in 1938 als asfaltbaan geopend. De baan wordt vooral voor kleine vliegtuigen gebruikt. De meeste toestellen die er landen zijn zakenvliegtuigen. Ook vliegtuigen van het formaat Boeing 737 en widebody's zoals de Boeing 777 kunnen op deze baan landen. Gebruik voor de reguliere passagiers- en vrachtdiensten gebeurt bij uitzondering in uitzonderlijke weersomstandigheden, zoals bij zware zuidwesterstormen. Bij dergelijk weer vliegen vliegtuigen van een groter type een aanvliegroute voor baan 22, om vervolgens af te buigen richting de Kaagbaan (24). Vanwege de sterke tegenwind landen de toestellen met een lagere grondsnelheid, waardoor minder baanlengte nodig is om tot stilstand te komen. Tussen 23.00 en 06.00 uur mag de baan niet voor de reguliere diensten worden gebruikt. Omdat de aanvliegroute voor baan 22 over het centrum van Amsterdam voert en daar geluidsoverlast met zich meebrengt, kwamen Schiphol en de gemeente Amsterdam in 1994 in een zogeheten Letter of Intent overeen dat per jaar slechts 1 procent van alle vliegtuigen recht op de Kaagbaan en de Schiphol Oostbaan mag vliegen. Alleen bij slecht weer mocht het percentage verdubbelen. In de praktijk vloog in 2002 soms 8 tot 9 procent van de vliegtuigen over Amsterdam. Schiphol en de Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) besloten de overeenkomst op te zeggen. De gemeente Amsterdam spande hiertegen een rechtszaak aan. Volgens de rechter werd in andere wetgeving de beperking van geluidsoverlast voldoende gewaarborgd en daarmee de belangen van Amsterdam. Schiphol en LVNL mochten de afspraak met de gemeente Amsterdam opzeggen, omdat ze volgens de rechtbank in Haarlem hier genoeg reden toe hadden. In 1997 werd het Platform Vliegoverlast Amsterdam (PVA) opgericht. Deze vrijwilligersorganisatie verzet zich tegen het aanvliegen van de Oostbaan over het centrum van Amsterdam.

Bosrandbrug
Bosrandbrug

De Bosrandbrug is een tweedelige ophaalbrug over de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder en verbindt de Bosrandweg in Aalsmeer met de Brugstraat en de Schipholdijk/Fokkerweg (N232) op Schiphol-Oost in Haarlemmermeer. De Bosrandweg, een deel van de Provinciale weg N231, ligt aan de zuidwestrand van het Amsterdamse Bos en aan de noordoostrand van het Schinkelbos. De eerste brug kwam in gebruik na de ingebruikname van de Bosrandweg en de aanleg van het zuidwestelijk deel, toen in de gemeente Aalsmeer gelegen, van het bos. De naam van de weg en de brug verwijzen naar de grens van het Amsterdamse Bos. Sinds in 2002 het Aalsmeerse deel van het Amsterdamse Bos bij de gemeente Amstelveen werd gevoegd loopt de weg langs de gemeentegrens met Amstelveen. Schipholnet buslijn 199 van Connexxion rijdt over de brug. In het kader van het project Schiphol-Amstelveen in de jaren 2009-2016 werd de brug vernieuwd. Dat gebeurde in een project waarbij de Provinciale Weg 201 in de omgeving van de brug een omleiding kreeg, zodat ze via de Schipholdijk een betere verbinding kreeg met Rijksweg 9. Voetgangers en fietser konden de Haarlemmermeerringvaart oversteken door middel van een veer tijdens de bouw van een nieuw brug (2011-2012). Royal HaskoningDHV kwam met het ontwerp van een aan elkaar gekoppelde dubbele ophaalbrug, die hydraulisch wordt aangedreven. Er werden in Zeeland twee overspanningen en bovenwerken gemaakt. De zuidelijke overspanning leidt het gemotoriseerd verkeer naar het oosten, de noordelijke leidt gemotoriseerd verkeer naar het westen, maar draagt tevens voet- en fietspaden. De brug werd voor voet- en fietsverkeer op 16 november 2012 geopend. Het autoverkeer moest tot voorjaar 2013 wachten, want er werd tegelijkertijd met de brug ook gewerkt aan de fly-over in de Schipholdijk. Deze fly-over moet voorkomen dat doorgaand verkeer moet wachten op stilstaand afslaand verkeer als de brug voor verkeer is gesloten. Brug en fly-over sluiten architectonisch aan op elkaar. De brug wordt net als voorheen op afstand bediend. Na de openstelling van de nieuwe Bosrandbrug in 2013 werden er werkzaamheden verricht aan en bij de nabij gelegen Schipholdraaibrug waar sindsdien eenrichtingsverkeer geldt in oostelijke richting, vanaf Schiphol de Ringvaart over. In 2017, 2018 en 2019 moest regelmatig een reparateur naar de brug toe; ze was storingsgevoelig. In 2017 werd de brug voor het scheepvaartverkeer geopend, terwijl een auto nog op de brug stond.

Brug 559
Brug 559

Brug 559 in een bouwkundig kunstwerk in het Amsterdamse Bos. Het Amsterdamse Bos maakt deel uit van de gemeente Amstelveen, maar wordt beheerd door de gemeente Amsterdam. Bij de aanleg van het Amsterdamse Bos werd aan architect Piet Kramer van de Dienst der Publieke Werken gevraagd bruggen te ontwerpen. Hij maakte rond 1938 een basisontwerp voor houten en stenen bruggen. Daarbinnen varieerde hij. Brug 559 heeft een lengte van circa 23 meter lengte, is uitgevoerd in hout en staal maar werd pas rond 1953 gebouwd. De overspanning vormt met brug 558 (direct naast 559), brug 560 en brug 562 een ensemble; ze lijken sterk op elkaar, maar zijn toch verschillend. In 1999 werden alle bruggen in het Amsterdamse Bos door MTD Landschapsarchitecten in opdracht van de gemeente onderzocht op cultureel belang. Geconstateerd werd dat de brug een identiteitsdrager was binnen de bosbruggen en daarmee een topbrug uit het oeuvre van Kramer. Wel viel op dat deze brug ten opzichte van haar (niet gelijkende) tweelingbrug 559 attractiever is uitgevoerd. De combinatie groen-rood steekt af bij de witgele kleur van brug 558. Echter, in het bos valt de groene brug juist minder op. De gemeente Amstelveen beoordeelde ook of de brug, net als sommige andere bruggen in het bos, in aanmerking kwam voor de beschermende status van gemeentelijk monument. Brug 559 ligt in een rechthoekig ingericht deel van het bos. De vier bruggen vormen daarin een speelser element met hun enigszins naar buitenstaande balustraden en uitwaaiering op de landhoofden. Voorts leek Kramer de vorm van de brug dimensionaal aangepast te hebben. De brug is op het oog te smal voor haar lengte. De hellende voetbrug heeft in het midden een knik, een zogenaamde kepervorm. De brug overspant ook het oevertalud. Ze wordt gedragen door drie series van brugpijlers met daarop jukken, die samen met de landhoofden de stalen liggers dragen. Op de stalen liggers bevindt zich het brugdek van houten planken. Ook borstweringen, balustrades en leuningen zijn uitgevoerd in hout. Opvallend is dat de bovenste leuning/balustrade korter is dan de onderste. Ter afwerking zijn balusters van verschillende vorm gebruikt. Twee paar balusters hebben piramide-achtige uiteindes en één paar zigzagvormen; de eindbalusters hebben ronde uiteinden.

Brug 558
Brug 558

Brug 558 in een bouwkundig kunstwerk in het Amsterdamse Bos. Het Amsterdamse Bos maakt deel uit van de gemeente Amstelveen, maar wordt beheerd door de gemeente Amsterdam. Bij de aanleg van het Amsterdamse Bos werd aan architect Piet Kramer van de Dienst der Publieke Werken gevraagd bruggen te ontwerpen. Hij kwam rond 1938 met bruggen in de categorieën houten en stenen bruggen. Binnen die categorieën varieerde hij vanuit een basis ontwerp. Deze brug van circa 16 meter lengte valt in de eerste categorie, maar ze is pas rond 1953 gebouwd. De brug maakt met brug 559 (direct naast 558), brug 560 en brug 562 deel uit van een ensemble; lijken sterk op elkaar, maar zijn alle verschillend. In 1999 werden alle bruggen in het Amsterdamse Bos door MTD Landschapsarchitecten in opdracht van de gemeente onderzocht op hun cultureel belang. Geconstateerd werd dat de brug een identiteitsdrager was binnen de bosbruggen en daarmee een topbrug was uit het oeuvre van Kramer. Wel viel op dat deze brug ten opzichte van haar (niet gelijkende) tweeling brug 559 minder attractief is uitgevoerd. De witgele enigszins vale kleurstelling van de brug met slechts hier en daar een rood en blauw accent is minder opvallend dan de overwegend groene kleur van 559. De gemeente Amstelveen deed ook onderzoek om te kijken of de brug, net als meerdere bruggen in het bos, beschermd moest worden door de status gemeentelijk monument. Het onderzoek vertaalde de ligging van de brug naar de vorm van de brug. Brug 558 ligt namelijk in een rechthoekig ingericht deel van het bos. De vier bruggen vormen daarin een speelser element Dit is terug te vinden in de enigszins naar buitenstaande balustraden en de uitwaaiering op de landhoofden. Voorts leek Kramer de vorm van de brug dimensionaal aangepast te hebben. De brug is op het oog te smal voor haar lengte. Kramer kwam hier met een hellende voetbrug met in het midden een knik, de zogenaamde kepervorm. De brug begint al voordat het talud overgaan in water. In het midden van het water staan de brugpijlers met daarop een juk, die samen met de landhoofden de stalen liggers dragen. Op de stalen liggers liggen de houten planken, hout is sowieso hier goed vertegenwoordigd. Borstweringen, balustrades en leuningen zijn uitgevoerd in bewerkte hout.

Brug 554
Brug 554

Brug 554 is een kunstwerk in het Amsterdamse Bos. Het Amsterdamse Bos is een deel van de gemeente Amstelveen, terwijl de gemeente Amsterdam het beheer voert. De brug werd echter gebouwd op het grondgebied van de gemeente Aalsmeer, dat in 2002 met Amstelveen overeenkwam de gemeentegrens te verschuiven. De brug is ontworpen door Piet Kramer van de Dienst der Publieke Werken. Kramer ontwierp voor het Amsterdamse Bos allerlei typen bruggen zoals vlonderbruggen, duikers en een enkele ophaalbrug (brug 504). Brug 554 is daarentegen een van Kramers betonnen plaatbruggen. Ze is gelegen in een afslag van de Nieuwe Meerlaan en maakt deel uit van de hoofdverkeersroute in het bos. Ze leidt naar een parkeerplaats die ligt op de scheidslijn tussen open ruimte en bos. De brug ligt in de buurt van het radarterrein. Daar waar het in het bos zelf wemelt van de slingerende paden en paadjes, is het radarterrein juist strak rechthoekig uitgevoerd. Net als binnen de categorie houten bruggen in het bos, gaf Kramer elke betonnen brug een ander uiterlijk mee. Ze verschillen dan met name in de leuningen. De bovenste leuning krult aan het eind naar beneden, zoekt verbinding met de onderste leuning en krult vervolgens weer naar boven om steeds smaller zichzelf te raken, waardoor een soort druppelvorm ontstaat. Anderen zien er een hals van een zwaan in. De onderste leuning, die langer doorloopt dan de bovenste, buigt ook naar beneden af, maar lijkt de brug een aarding te geven; ze eindigt in de grond. Een ander onderscheid is de bruinrode kleur van de leuningen. Het grootste verschil met alle andere bruggen in het park is echter te vinden onder de brug. De brug wordt namelijk gedragen door een woud aan brugpijlers, waarvan de buitenste uitkragen. Zo kreeg de brug dertien doorvaarten mee van 1,23 meter breed. Ook het brugdek kraagt daarbij uit ten opzichte van de buitenste pijlers. De opstaande brugranden zijn daarbij van grindbeton; in die randen zijn de leuningen verankerd. De brug heeft een rijdek van 4,05 meter, een voetpad van 2,00 meter en een schamprand van 0,36 meter. In 1999 werden alle bruggen in het Amsterdamse Bos door MTD Landschapsarchitecten in opdracht van de gemeente onderzocht op hun cultureel belang. Zij constateerden voor brug 554 dat het voor het bos en omstreken een waardevolle brug was. Ze merkten daarbij op dat: de rode kleur van de brug accentueert een bouwkundig element bosachtige omgeving; tevens vond men die kleurstelling passend voor de omgeving een plaatbrug van gewapend beton karakteristiek decoratief siersmeedwerk in strakke dunne leuningen sterk architectonisch beeld van de onderbouw. De gemeente Amstelveen benoemde deze brug tot gemeentelijk monument mede door de subtiele detaillering.