place

Mata Hari (rijksmonument)

Geschiedenis van AmsterdamRijksmonument in Amsterdam-Centrum
RijksmonumentMatahariAmsterdam
RijksmonumentMatahariAmsterdam

Mata Hari is een rijksmonument op de Amsterdamse Wallen. Het complex bestaat uit enkele onderling verbonden panden aan de Oudezijds Voorburgwal 27 en 29 en een pand aan de Oudezijds Achterburgwal 20-22-24. Het complex dankt zijn naam aan een berucht illegaal gokpaleis, dat hier sinds begin jaren 70 van de vorige eeuw werd gevestigd. In 2007 werd het inmiddels leegstaande pand op aandringen van de gemeente Amsterdam gekocht door woningcorporatie Ymere, om te voorkomen dat hierin opnieuw illegale of schimmige activiteiten zouden worden ontplooid.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Mata Hari (rijksmonument) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Mata Hari (rijksmonument)
Oudezijds Achterburgwal, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Mata Hari (rijksmonument)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.374722222222 ° E 4.9000638888889 °
placeToon op kaart

Adres

Oudezijds Achterburgwal 22
1012 DM Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

RijksmonumentMatahariAmsterdam
RijksmonumentMatahariAmsterdam
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Liesdelsluis
Liesdelsluis

De Liesdelsluis (brug nr. 207) is een vaste brug in het Wallengebied in Amsterdam-Centrum. Het achtervoegsel "sluis" heeft hier betrekking op "stenen brug". De brug overspant de Oudezijds Achterburgwal en verbindt zo de Lange Niezel met de Korte Niezel. Liesdel was de aanduiding van een laag gelegen (ten opzichte van de hogere grond waarop de Oude Kerk is gebouwd) vlakte begroeid met lies, dat de bijnaam Niesdel kreeg en vervolgens werd verbasterd tot Niezel. In de jaren zeventig en tachtig had de brug de bijnaam Deutsche Brücke in verband met de vele Duitse junkies die hier rondwaarden en ook wel stierven als gevolg van drugsgerelateerde prostitutie. De brug wordt slechts ten delen omringd door rijksmonumenten, in 1929 werd een deel van de Korte Niezel al vernieuwd. De brug is zelf geen monument, want ze dateert van nog later datum. Er ligt al vanaf het prille begin van Amsterdam op deze plaats een brug. De brug is namelijk al te zien op de geschilderde plattegrond uit 1538 van Cornelis Anthonisz.. Balthasar Florisz. van Berckenrode tekende de brug op twee pijlers ook in op zijn kaart uit 1625, een brug over de "Oudesydts Voor Burchwal" in "Den Niesel". Toen kunstenaar Johannes van der Drift hier rond 1868 langs kwam, trof hij inderdaad een stenen welfburg aan met drie doorvaarten (de buurvrouw van de Liesdelbrug, de Oudekerksbrug was van hout). Hij volgde wat dat betreft in de voetsporen van Jacob Olie, die die brug in 1861 ook al had vastgelegd. Net als de brug hebben de foto’s de tand des tijds niet goed doorstaan. George Hendrik Breitner kwam een aantal jaren later voorbij en trof een geheel andere brug aan, een toen in de mode zijnde liggerbrug uit 1879. De brug steunde op de landhoofden op gietijzeren steunen en consoles, een gevolg van het plannen in september 1878 en van een aanbesteding van januari 1879 voor het "verlagen en verbreeden van de steenen wulfbrug" en de levering van ruim 13 ton bultijzer. Die brug ging een tijdlang mee. In de jaren 1976/1977 moest de brug vernieuwd worden en werd de brug in oude glorie hersteld. Ze kreeg echter een betonnen paalfundering en een betonnen legger, dus een status van gemeentelijk of rijksmonument zat er niet in, ook al ziet de vorm van de brug er oud uit. Die brug werd gebouwd onder ontwerp van Dirk Sterenberg werkend voor de Dienst der Publieke Werken, maar met name bekend vanwege zijn moderne betonnen bruggen, zie brug 705 of de in 2020 afgebroken Buikslotermeerpleinbrug. Dat de brug toen herbouwd is blijkt uit de zoutschade die te zien is aan de brug en ook aan de Oudekerksbrug, ook gemoderniseerd naar model van Sterenberg.

Vredenburgerbrug
Vredenburgerbrug

De Vredenburgerbrug (brug nr. 209) is een voetgangersbrug in Amsterdam-Centrum. Ze overspant de Oudezijds Achterburgwal in het Wallengebied en is daarmee de noordelijkste brug over die gracht voordat die samenstroomt met de Oudezijds Voorburgwal tot Oudezijds Kolk. De brug verbindt de Vredenburgersteeg met de Spooksteeg. De brug is net als de steeg vernoemd naar Vredenburgh. De brug ligt een beetje verscholen en is in de 21e eeuw alleen overdag toegankelijk. Opvallend is dat de OZ Achterburg aan de oostzijde zowel ten noorden als ten zuiden van de brug geen kades heeft, ook aan de westzijde ligt er ten noorden van de brug geen kade. Aan de andere kant van de Vredenburgersteeg ligt de veel langere en bredere Armbrug. Er ligt hier al eeuwen een bruggetje. Op de geschilderde plattegrond van Cornelis Anthonisz. uit 1538 is niet goed te zien of er een brug ligt, maar op zijn vernieuwde plattegrond van 1544 ligt er wel een bruggetje. Ook de plattegrond van Balthasar Florisz. van Berckenrode uit 1625 laat een brug zien, al heette de Vredenburgersteeg en Spooksteeg toen nog Sout Steech naar een zoutkoperij. Een oude bijnaam van de brug was dan ook Zoutkopersbrug. In 1893 moesten de stenen landhoofden van deze houten vaste brug vernieuwd worden. Wellicht werd toen tegelijkertijd of vlak daarna ook de overspanning vernieuwd. Op foto’s etc. is in 1888 nog een houten overspanning te zien, in 1905 is de overspanning van ijzer met de typisch Amsterdamse plaatconstructie.

De Gecroonde Raep
De Gecroonde Raep

De Gecroonde Raep is een grachtenpand aan de Oudezijds Voorburgwal 57 te Amsterdam. Het is in 1615 door Hendrick de Keyser gebouwd voor Eduard Emtinck (1569-1645) en is het beste voorbeeld van een trapgevel in de barokke Amsterdamse renaissance. De rijk versierde trapgevel heeft grote trappen met voluten, dubbele pilasters gekoppeld door cartouches (schilden) als muurdammen op de eerste verdieping, accoladebogen boven de vensters, maskers, kopjes en twee jaartalstenen. Opvallend is dat schuin aan de overzijde aan de Oudezijds Voorburgwal 18 (Int Slodt van Egmondt uit circa 1615) een gevelfragment voorkomt dat sterk lijkt op De Gecroonde Raep. Waarschijnlijk is hier sprake van "aannemersplagiaat". In een zeventiende-eeuws boek over Hendrick de Keyser is een ontwerptekening gepubliceerd, waarop de gevel voor de helft staat afgebeeld (naast de tekening van de gevel van De Dolphijn). De onderpui is later gewijzigd, namelijk versteend. De Gecroonde Raep is een vroeg voorbeeld van een huis met achterhuis gescheiden door een binnenplaats en een gang die voor- en achterhuis met elkaar verbindt. Maar dit achterhuis is niet, zoals gebruikelijk, dwars geplaatst. Het achterhuis bevindt zich aan de Oudezijds Achterburgwal (nummer 46A). Het werd in 1633 uitgebreid, waardoor het huis een L-vormige kavel kreeg. Aan de Achterburgwal-gevel bevinden zich twee jaartalstenen (1615 en 1633) en de gevelsteen De Gecroonde Raep. De jaartalsteen 1633 geeft het gedeelte van het achterhuis aan dat in 1633 bij het achterhuis uit 1615 is getrokken. De achtergevel is sterk gewijzigd, evenals de kap van het huis. In de 19e eeuw was in het pand een sigarenfabriekje gevestigd en in de 20e eeuw woonde en werkte de beeldhouwer Cephas Stauthamer er, met op de voormalige tabakszolder zijn atelier. Dit architectonisch uiterst belangrijke pand is sinds 1946 eigendom van de Vereniging Hendrick de Keyser. Het is in 1985 gerestaureerd.