place

Berlin Street Circuit

Circuit in DuitslandFriedrichshain-KreuzbergSportaccommodatie in BerlijnStratencircuit
Formel e Berlin Track
Formel e Berlin Track

Het Berlin Street Ciruit is een stratencircuit in Berlijn, Duitsland. Op 21 mei 2016 wordt het circuit voor het eerst gebruikt tijdens de tweede Formule E ePrix van Berlijn. Het circuit loopt over de Karl-Marx-Allee.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Berlin Street Circuit (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Berlin Street Circuit
Karl-Marx-Allee, Berlijn Friedrichshain

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Berlin Street CircuitLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.517777777778 ° E 13.435277777778 °
placeToon op kaart

Adres

Karl-Marx-Allee 69d
10243 Berlijn, Friedrichshain
Duitsland
mapOpenen op Google Maps

Formel e Berlin Track
Formel e Berlin Track
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Strausberger Platz (metrostation)
Strausberger Platz (metrostation)

Strausberger Platz is een station van de metro van Berlijn, gelegen aan de oostzijde van het gelijknamige plein, onder de Karl-Marx-Allee, in het Berlijnse stadsdeel Friedrichshain. Het metrostation werd geopend op 21 december 1930 aan het eerste deel van lijn E, de huidige U5. Tijdens de deling van de stad lag station Strausberger Platz in Oost-Berlijn. Strausberger Platz kreeg zoals alle stations op lijn E een standaardontwerp van de hand van Alfred Grenander, indertijd huisarchitect van de Berlijnse metro. Om de sterk op elkaar gelijkende stations van elkaar te onderscheiden maakte Grenander gebruik van de zogenaamde kenkleur, die toegepast werd op vaste elementen als de wandbetegeling en de stalen steunpilaren. De toewijzing van de kenkleur volgde een zich herhalend patroon: roze, lichtgrijs, geel, blauwgroen, lichtgroen. Station Schillingstraße werd uitgevoerd in grijze tinten. De perronhal is ongeveer anderhalve verdieping hoog, zodat men perron en sporen vanaf de tussenverdiepingen kan overzien. Tijdens de Tweede Wereldoorlog leed het Berlijnse metronet grote schade. Ook station Strausberger Platz werd getroffen: op 7 mei 1944 sloeg een vliegtuigbom door het dak aan de westzijde van het metrostation. Het station bleef geopend tot 23 april 1945, hoewel er op het laatst alleen nog pendeltreinen naar de Alexanderplatz reden. In de nadagen van de oorlog werd station Strausberger Platz opnieuw door bommen geraakt, met grote verwoestingen als gevolg. De situatie verergerde nog in mei 1945, toen de Noord-zuidtunnel van de S-Bahn ter hoogte van het Landwehrkanaal werd opgeblazen en onder water kwam te staan. Via een voetgangerstunnel in station Friedrichstraße bereikte het water ook het metronetwerk. Bijna een miljoen kubieke meter water verspreidde zich vervolgens door de tunnels en het traject Alexanderplatz - Frankfurter Allee van lijn E overstroomde volledig. Na het einde van de oorlog begon men met het leegpompen van de tunnels en het herstellen van de schade. Op 20 juni 1945 stopten de eerste pendeltreinen weer in station Strausberger Platz. In de vijftiger en zestiger jaren werd de compleet verwoeste Strausberger Platz heraangelegd en iets naar het westen verschoven; om deze reden ligt het metrostation tegenwoordig niet onder het plein, maar ten oosten ervan. De DDR-autoriteiten lieten de Große Frankfurter Straße en de Frankfurter Allee, de straten die het tracé van lijn E volgde, ombouwen tot pronkboulevard: de Stalinallee. De zuidwestelijke toegang van station Strausberger Platz werd hierbij in een van de nieuwe gebouwen geïntegreerd. Deze ingang staat inmiddels onder monumentenbescherming, evenals het authentieke gietijzeren portaal boven de noordwestelijke ingang en de in 1952 aangelegde toegang op de hoek van de Karl-Marx-Allee en de Andreasstraße. Ook het interieur van het station veranderde in de DDR-periode: de oorspronkelijke lichtgrijze wandbetegeling werd vervangen door verticaal geplaatste beige tegels. Een dergelijke renovatie vond in alle stations van de toenmalige lijn E plaats. Tussen 2003 en 2004 stak men de oudste stations van de U5 in een nieuw jasje. De wandbetegeling moest wijken voor een vandalismebestendige bekleding van geëmailleerde metaalplaten, waarbij werd teruggegrepen op het principe van de kenkleur. Station Strausberger Platz kreeg in 2003 opnieuw lichtgrijze wanden, met een brede mintgroene band waarin de stationsnaam geschreven is; de pilaren kregen een mintgroene beschildering. Daarnaast werd de verlichting verbeterd, werd er een nieuwe vloer gelegd en kwam er nieuw perronmeubilair. Bij de sanering van de stations van de U5 bouwde men, in tegenstelling tot een eerder vergelijkbaar project op de U6, nog geen liften in. Volgens de prioriteitenlijst van de Berlijnse Senaat zal station Strausberger Platz echter nog voor 2010 van een lift voorzien worden.

Ostbahnhof (Küstriner Bahnhof)
Ostbahnhof (Küstriner Bahnhof)

Het Ostbahnhof, onofficieel ook Küstriner Bahnhof genoemd, is een voormalig spoorwegstation in Berlijn. Het oude Ostbahnhof, geopend in 1867 en in 1944 door bommen verwoest, is niet te verwarren met het huidige, iets zuidelijker gelegen Berlin Ostbahnhof, dat deze naam pas in 1950 kreeg. Het station, gelegen nabij de huidige Franz-Mehring-Platz en de Straße der Pariser Kommune, opende op 1 oktober 1867 als het Berlijnse eindpunt van de Preußische Ostbahn, die de Pruisische hoofdstad via Küstrin verbond met West-Pruisen, Koningsbergen en Rusland. De hal van het Ostbahnhof, 188 meter lang en 38 meter breed, verrees naar een ontwerp van Adolf Lohse (1807–1867) en Hermann Cuno (1831–1896), die het werk van Lohse na diens dood overnam. Voor het personenvervoer zou het Ostbahnhof slechts vijftien jaar dienstdoen. Na de opening in 1882 van de Stadtbahn, die doorgaand treinverkeer in oost-westrichting door Berlijn mogelijk maakte, werden de treinen van de Preußische Ostbahn namelijk naar het Schlesischer Bahnhof (voorheen Frankfurter Bahnhof, het huidige Ostbahnhof) geleid. Het emplacement van het oude Ostbahnhof bleef alleen in gebruik voor het goederenvervoer. In 1950 werd het goederenstation samengevoegd met het sinds 1903 iets ten noorden van het Schlesischer Bahnhof gelegen Wriezener Bahnhof en hernoemd tot Wriezener Güterbahnhof. De stationshal werd na de sluiting gebruikt als loods en wooncomplex. Tussen 1928 en 1929 liet het variétégezelschap Plaza het gebouw echter ombouwen tot een theater met ongeveer 3000 plaatsen. In 1938 werd het complex overgenomen door de nationaalsocialistische organisatie Kraft durch Freude.De Tweede Wereldoorlog betekende het einde voor het voormalige station: in 1944 werd het tijdens een bombardement verwoest, na de oorlog brak men de resten van het gebouw af. Op de locatie van het oude Ostbahnhof verrees aan het einde van de zestiger jaren het hoofdkantoor van de Oost-Duitse krant Neues Deutschland.

Wriezener Bahnhof
Wriezener Bahnhof

Het Wriezener Bahnhof is een voormalig spoorwegstation in de Duitse hoofdstad Berlijn. Het was het Berlijnse eindpunt van de Wriezener Bahn, een regionale spoorlijn naar Werneuchen en Wriezen, en opende in 1903. Het station lag ten noorden van het emplacemenent van het Schlesischer Bahnhof, ten oosten van de huidige Straße der Pariser Kommune en ten zuiden van de Preußische Ostbahn en het oude Ostbahnhof (Küstriner Bahnhof). Aanvankelijk was het onder de naam Wriezener Bahnsteig (Wriezen-perron) een deel van het het Schlesischer Bahnhof (het huidige Berlin Ostbahnhof), maar in 1924 werd het omgedoopt tot Wriezener Bahnhof, waarna het als zelfstandig station gold. Het reizigersvervoer vanuit het Wriezener Bahnhof bestond slechts tot 1949. De voorstadstreinen van de Wriezener Bahn gingen vervolgens, zoals ook tussen 1898 en 1903 het geval was geweest, eindigen in station Lichtenberg. Het Wriezener Bahnhof zou alleen nog voor goederen- en postvervoer gebruikt worden. In 1950 hernoemde men het Schlesischer Bahnhof tot Ostbahnhof. Het emplacement van het oude Ostbahnhof, dat al sinds 1882 alleen goederen verwerkte, werd daarop in Wriezner Güterbahnhof omgedoopt, hoewel het met de oorspronkelijke Wriezener Bahn niets te maken had.Na de Duitse hereniging raakte het station in onbruik. In de zomer van 2005 werden de sporen opgebroken, met uitzondering van een opstelspoor voor nachttreinen in het noordoostelijke deel van het emplacement. Sindsdien wordt het gebied herontwikkeld en vestigden zich er enkele grootwinkelbedrijven. Het Wriezener Bahnhof leeft voort in de naam van straten Wriezener Karree en Am Wriezener Bahnhof. De laatstgenoemde straat ligt echter bij het emplacement van het oude Ostbahnhof, ongeveer op de plek waar eerder de straat Am Ostbahnhof verliep.

Weberwiese (metrostation)
Weberwiese (metrostation)

Weberwiese is een station van de metro van Berlijn, gelegen onder de Karl-Marx-Allee in het stadsdeel Friedrichshain. Het metrostation werd op 21 december 1930 geopend onder de naam Memeler Straße, als deel van de nieuwe lijn E, de huidige U5. Tijdens de deling van de stad lag het metrostation in Oost-Berlijn. Weberwiese kreeg zoals alle stations op lijn E een standaardontwerp van de hand van Alfred Grenander, indertijd huisarchitect van de Berlijnse metro. Om de sterk op elkaar gelijkende stations van elkaar te onderscheiden maakte Grenander gebruik van de zogenaamde kenkleur, die toegepast werd op vaste elementen als de wandbetegeling en de stalen steunpilaren. De toewijzing van de kenkleur volgde een zich herhalend patroon: roze, lichtgrijs, geel, blauwgroen, lichtgroen. Station Weberwiese werd uitgevoerd in de kleur geel. De perronhal is ongeveer anderhalve verdieping hoog, zodat men perron en sporen vanaf de tussenverdieping kan overzien. Aan beide uiteinden van het eilandperron leiden uitgangen naar de Karl-Marx-Allee. Het metrostation had tijdens de Tweede Wereldoorlog zwaar te lijden. Driemaal (op 7 mei en 21 juni 1944 en op 26 februari 1945) werd het door bommen getroffen, waardoor delen van het dak verwoest werden. Bij de luchtaanval van 26 februari 1945 vonden vonden 200 mensen in station Memeler Straße de dood. Een paar maanden later lag het metroverkeer vanwege de verwoestingen in de gehele stad stil. De situatie verergerde nog in mei 1945, toen de Noord-zuidtunnel van de S-Bahn ter hoogte van het Landwehrkanaal werd opgeblazen en onder water kwam te staan. Via een voetgangerstunnel in station Friedrichstraße bereikte het water ook het metronetwerk. Bijna een miljoen kubieke meter water verspreidde zich vervolgens door de tunnels en het traject Alexanderplatz - Frankfurter Allee van lijn E (waaronder station Memeler Straße) overstroomde volledig. Na het einde van de oorlog begon men met het leegpompen van de tunnels, zodat er op 16 juni 1945 weer pendeltreinen over lijn E konden gaan rijden. Een week later was de lijn weer volwaardig in dienst. In 1950 werd de Memeler Straße hernoemd tot Marchlewskistraße, naar de Poolse communistische politicus Julian Marchlewski, en kreeg ook het metrostation deze naam. Ook het uiterlijk van het station veranderde in de DDR-tijd: de oorspronkelijke gele wandbetegeling werd vervangen door verticaal geplaatste olijfgroene en beige tegels, de pilaren werden donkergroen. In 1987 werden de wanden langs de sporen opgeluisterd met kunstwerken van de Oost-Duitse arbeidersbeweging; in 1995 werden de werken verwijderd. Na de Duitse hereniging kreeg het station in 1991 zijn huidige naam, verwijzend naar een nabijgelegen plantsoen. Tussen 2003 en 2004 stak men de oudste stations van de U5 in een nieuw jasje. De wandbetegeling moest wijken voor een vandalismebestendige bekleding van geëmailleerde metaalplaten, waarbij werd teruggegrepen op het principe van de kenkleur. Station Weberwiese kreeg in 2003 opnieuw lichtgele wanden, met een brede band in een iets donkerdere tint waarin de stationsnaam geschreven is, en gele pilaren. Daarnaast werd de verlichting verbeterd, werd er een nieuwe vloer gelegd en kwam er nieuw perronmeubilair. Hoewel het eerstvolgende metrostation in oostelijke richting de naam Frankfurter Tor draagt, stond de stadspoort met deze naam ter hoogte van station Weberwiese.

Schillingstraße (metrostation)
Schillingstraße (metrostation)

Schillingstraße is een station van de metro van Berlijn, gelegen onder de Karl-Marx-Allee in het oosten van Berlin-Mitte, niet ver van de Alexanderplatz. Het metrostation werd geopend op 21 december 1930 aan het eerste deel van lijn E. Tegenwoordig draagt deze lijn het nummer U5. Tijdens de deling van de stad lag station Schillingstraße in Oost-Berlijn. Schillingstraße kreeg zoals alle stations op lijn E een standaardontwerp van de hand van Alfred Grenander, indertijd huisarchitect van de Berlijnse metro. Om de sterk op elkaar gelijkende stations van elkaar te onderscheiden maakte Grenander gebruik van de zogenaamde kenkleur, die toegepast werd op vaste elementen als de wandbetegeling en de stalen steunpilaren. De toewijzing van de kenkleur volgde een zich herhalend patroon: roze, lichtgrijs, geel, blauwgroen, lichtgroen. Station Schillingstraße werd uitgevoerd in de kleur roze. De perronhal is ongeveer anderhalve verdieping hoog, zodat men perron en sporen vanaf de tussenverdieping kan overzien. Tussen 1959 en 1960 was het metrostation gesloten in verband met de heraanleg van de Stalinallee, zoals de vroegere Frankfurter Allee en de huidige Karl-Marx-Allee toen heette. De nieuwe pronkboulevard werd verbreed en de westelijke ingang van station Schillingstraße moest wijken. Aan de oostzijde verving men de tussenverdieping door een lange voetgangerstunnel en werd een van de toegangen geïntegreerd in een gebouw op de hoek Stalinallee/Schillingstraße. Ook het interieur van het station veranderde: de oorspronkelijke roze wandbetegeling werd vervangen door verticaal geplaatste lichtgroene tegels, afgewisseld met witte lijnen. De pilaren werden donkergroen. Deze situatie bleef bestaan tot eind 2003, toen men de oudste stations van de U5 in een nieuw jasje stak. De wandbetegeling moest wijken voor een vandalismebestendige bekleding van geëmailleerde metaalplaten, waarbij werd teruggegrepen op het principe van de kenkleur. Station Schillingstraße kreeg lichtroze wanden, met een brede rode band waarin de stationsnaam geschreven is, en rode pilaren. Daarnaast werd de verlichting verbeterd, werd er een nieuwe vloer gelegd en kwam er nieuw perronmeubilair. Tegelijkertijd plaatste men op het perron van station Schillingstraße een groep houten beelden. Het werk met de naam Reisende aus einer anderen Zeit ("reizigers uit een andere tijd") werd gemaakt door jongeren in het kader van een kunstproject van de jeugdgevangenis in Oranienburg (stad). In de oostelijke voetgangerstunnel verschenen afbeeldingen die de geschiedenis van het station en zijn omgeving uitbeelden. De uitgang aan de westzijde van het station werd heropend, zij het slechts aan één kant van de straat. Het station is momenteel alleen te bereiken via trappen, maar uiteindelijk moeten alle Berlijnse metrostations van een lift voorzien zijn. De termijn waarbinnen men in station Schillingstraße een lift zal inbouwen is nog open.

Jannowitzbrücke (metrostation)
Jannowitzbrücke (metrostation)

Jannowitzbrücke is een metrostation in de Duitse hoofdstad Berlijn dat in 1930 werd geopend vlak ten noorden van het gelijknamige S-Bahn station. In 1902 stelde de Neurenbergse Continentale Gesellschaft für elektrische Unternehmungen het Berlijnse stadsbestuur voor een zweefbaan naar het voorbeeld van de Wuppertaler Schwebebahn te bouwen. Het traject dat men op het oog had zou lopen van Gesundbrunnen naar Neukölln (toen nog Rixdorf geheten). De lijn zou nabij de Jannowitzbrücke de Spree kruisen; boven de rivier was een station gepland. De autoriteiten vonden een dergelijke lijn echter ontsierend voor het stadsbeeld en wezen het project af. Vijf jaar later wendde het elektronicaconcern AEG zich tot de bestuurders met plannen voor een ondergrondse metrolijn op min of meer hetzelfde traject als de zweefbaan. Dit project bleek wel op steun te kunnen rekenen en in 1912 verwierf AEG de concessie voor de bouw en exploitatie van de inmiddels GN-Bahn gedoopte lijn. De Jannowitzbrücke viel buiten de plannen van AEG: de Spree zou verder naar het westen gekruist worden en het dichtstbijzijnde metrostation zou zich bij de Stralauer Straße bevinden. In 1913 begon men met de bouw van de lijn. Al snel brak echter de Eerste Wereldoorlog uit, waarna er een groeiend gebrek aan arbeidskrachten en bouwmaterialen ontstond. In 1917 kwamen de werkzaamheden aan de metrolijn volledig stil te liggen; de tunnel onder de Spree behoorde op dat moment tot de weinige gereedgekomen lijnstukken. De AEG-Schnellbahn-AG, het dochterbedrijf van AEG dat voor de metrobouw verantwoordelijk was, kon niet voldoen aan de in de concessie opgenomen voorwaarde de GN-Bahn in 1918 in gebruik te nemen en werd geliquideerd. Het project verviel vervolgens aan de stad, die de werkzaamheden vanwege haar eigen financiële situatie pas in 1926 weer kon oppakken. Het stadsbestuur had de plannen ondertussen op een aantal punten aangepast. In het plan van AEG zou de GN-Bahn ten westen van de Alexanderplatz lopen, hetgeen de realisatie van een overstapstation onder het plein (waar reeds een lijn verliep en een andere in aanbouw was) bemoeilijkte. Men besloot het centrale deel van de lijn daarom oostelijker aan te leggen, parallel aan de Stadtbahn. Hiertoe moest een nieuwe tunnel onder de Spree gebouwd worden ter hoogte van de Jannowitzbrücke, die alsnog een metroaansluiting zou krijgen. De tijdens de Eerste Wereldoorlog voltooide en door de tracéverlegging onnodig geworden Spreetunnel richting de Waisenstraße (de Waisentunnel) zou later omgevormd worden tot verbindingstunnel tussen de U8 en de U5.In de zomer van 1927 was het zover: in het zuiden van de stad kwam het eerste deel van de GN-Bahn, ofwel lijn D, in gebruik. Na een aantal verlengingen, steeds in kleine etappes, werd in april 1928 de Neanderstraße nabij de zuidoever van de Spree bereikt. Het resterende deel van de lijn tot aan Gesundbrunnen, inclusief station Jannowitzbrücke, volgde op 18 april 1930. In verband met de bouw van de tunnel onder de rivier had men de oude Jannowitzbrücke volledig afgebroken en een nieuwe brug gebouwd. Vanwege de nabije Spreekruising ligt metrostation Jannowitzbrücke dieper dan gemiddeld. Alfred Grenander en Alfred Fehse, de architecten van de GN-Bahn, maakten van deze omstandigheid gebruik door een hoge perronhal te creëren. Aangezien het station in een flauwe bocht ligt, was een gewelfd dak, zoals dat in veel andere stations op de lijn te vinden is, moeilijk te realiseren. De architecten kozen er daarom voor het dak vlak te houden. Ook op andere punten wijkt Jannowitzbrücke af van het standaardontwerp. Zo zijn de stalen pilaren onbekleed gelaten en werden de wanden in een metselverband bekleed met rechthoekige tegels. In de meeste overige stations van de GN-Bahn worden zowel de wanden als de pilaren door vierkante tegels gesierd. Het meest opvallende element van station Jannowitzbrücke is zijn met de stationshal van de S-Bahn in overeenstemming gebrachte en op pilaren en betegeling toegepaste gele kenkleur. Tijdens de Tweede Wereldoorlog bleef metrostation Jannowitzbrücke ongeschonden. Op 23 april 1945 moest het station desondanks zijn deuren sluiten: vanwege de gebrekkige stroomvoorziening werd het metroverkeer op lijn D stilgelegd. Een week later (de metro reed nog altijd niet) werd de Noord-zuidtunnel van de S-Bahn ter hoogte van het Landwehrkanaal opgeblazen, waardoor deze onder water kwam te staan. Via een voetgangerstunnel in station Friedrichstraße bereikte het water ook het metronetwerk. Bijna een miljoen kubieke meter water verspreidde zich vervolgens door de tunnels, waardoor ook station Jannowitzbrücke overstroomde. Op 16 juli 1945 was de doorgaande dienst op lijn D hersteld en kon metrostation Jannowitzbrücke na een sluiting van vier maanden heropend worden. De noordelijke ingangen van het station werden herbouwd. Het huizenblok aan de Alexanderstraße waarin deze toegangen waren geïntegreerd was namelijk verwoest in de oorlog. Net als de S-Bahn trok de Berlijnse metro zich aanvankelijk weinig aan van de sectorgrenzen. De bouw van de Berlijnse Muur in 1961 had echter een grote weerslag op het metroverkeer. Lijn D, die alleen in het centrum over Oost-Berlijns grondgebied verliep, bleef een West-Berlijnse lijn, die alle stations in de oostsector ging overslaan. Metrostation Jannowitzbrücke werd hermetisch afgesloten, de verbindingen met het S-Bahnstation werden dichtgemetseld. Lijn D verdween van de Oost-Berlijnse stadsplattegronden, al kon men de treinen soms horen rijden. Slechts twee dagen na de val van de Muur op 9 november 1989 was Jannowitzbrücke het eerste spookstation waar de treinen van de U8, zoals lijn D inmiddels heette, weer gingen stoppen. Op de tussenverdiepingen bleven tot 1 juli 1990, de dag waarop de muntunie tussen de DDR en de Bondsrepubliek in werking trad, grenscontroles uitgevoerd worden. Al snel kon het station zich weer tot een druk overstappunt ontwikkelen. Aan beide uiteinden van het eilandperron bevinden zich uitgangen. De noordelijke uitgang leidt naar beide zijden van de Alexanderstraße, de zuidelijke geeft rechtstreekse toegang tot het station van de S-Bahn. Aan de zuidzijde van het station bevindt zich bovendien een grote tussenverdieping, die echter geen functie meer heeft. Na de heringebruikname van het metrostation in 1989 bleef deze tussenverdieping gesloten, de bovengrondse toegang tot de hal werd later gesloopt.Begin 2009 startte een grootscheepse renovatie van het station, die tot 2011 zal duren. De aankleding van het station (wanden, vloeren, meubilair) zal hierbij bijna volledig worden vernieuwd; bovendien wordt het station van een lift voorzien. Het perron van de S-Bahn is reeds langer per lift te bereiken.