place

Hortus Botanicus Amsterdam

Botanische tuin in NederlandMuseum in AmsterdamNationale PlantencollectieRijksmonument in Amsterdam-Centrum
HortusBrugOost
HortusBrugOost

De Hortus Botanicus Amsterdam is een botanische tuin. De tuin ligt aan de Plantage Middenlaan, in de Plantagebuurt. De tuin is ongeveer 1,2 ha groot en bevat meer dan zesduizend tropische en inheemse bomen en planten.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Hortus Botanicus Amsterdam (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Hortus Botanicus Amsterdam
Calle Los Mapineros,

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Hortus Botanicus AmsterdamLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.366944444444 ° E 4.9080555555556 °
placeToon op kaart

Adres

Faro de Torrox

Calle Los Mapineros
29793 , Torrox-Costa
Andalucía, España
mapOpenen op Google Maps

HortusBrugOost
HortusBrugOost
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Fontein Wertheimpark
Fontein Wertheimpark

Fontein Wertheimpark is een artistiek kunstwerk in het Wertheimpark in Amsterdam-Centrum. Het bestaat uit een combinatie van een beeld en een fontein. Nadat ondernemer en filantroop Abraham Carel Wertheim in 1897 was overleden werd al binnen enkele dagen een comité gevormd om hem blijvend te herinneren middels een naar hem te vernoemen straat en een beeld. Het werd binnen het jaar omgezet naar een park en een fontein. Het comité schakelde architect Jonas Ingenohl in voor het ontwerp. Wertheim en Ingenohl kenden elkaar uit de commissie behorende bij de "Maatschappij voor turngebouwen te Amsterdam". In juli 1898 ging de eerste paalfundering de grond in; op 3 oktober 1898 werd het onthuld en overgedragen aan de gemeente Amsterdam. Ingenohl ontwierp een fontein met twee bassins. Vanuit het achthoekige benedenbassin (diameter tien meter) op maaiveldniveau wordt door een centrale kolom in de sokkel water naar het ronde bovenbassin gepompt. Het water raakt in dat bovenbassin door middel van vier bronzen spuwers in de vorm van dolfijnen. Vanuit dat bovenbassin (diameter vier meter) wordt door middel van acht spuwers in de rand het water teruggebracht naar het benedenbassin; een sluitend watersysteem. Het bovenbassin wordt rondom gedragen door acht zuilen van gepolijst granietl die staan op een verhoging in het benedenbassin. Het geheel moet een watergordijn opleveren. In de rand van het bovenbassin zijn vergulde teksten aangebracht: Der armen hulpDer zwakken stafDer menschheid vriendEen wekstem tot levenDen kunstnaar tot steunDen tragen tot spoorslagDoor stad en land betreurd. Vanuit dat bovenbassin rijst een zuil van gepolijst Noors graniet omhoog met in medaillons enerzijds een portret van Wertheim en anderzijds de bijbehorende omschrijving. De zuil wordt afgesloten door middel van een corintisch kapiteel met pelikanen, symbool van liefdadigheid; ze voedt volgens een volksgeloof haar jongen met haar bloed. Het geheel wordt afgesloten door een vaas. In maart 1898 maakte het Atelier Van den Bossche en Crevels alvast een maquette van de fontein. Het beeld werd op 3 oktober 1898 onthuld waarbij een koor onder leiding van Daniël de Lange en leden van het Concertgebouworkest een cantate van De Lange (muziek) en Jacob Anton Tours (tekst). De fontein deed jaren dienst, maar in de jaren zeventig stokte de werking. In het kader van 700 jaar Amsterdam kreeg het rond 1975 een restauratie. In 1985 begon de fontein alweer te verzakken; de fundering, die al in 1949 aangepast was, hield het beeld niet meer en de fontein was stilgezet. Opnieuw volgde reparatie De fontein werd op 22 april 2002 opgenomen in het monumentenregister vanwege haar cultuur-, kunst- en sociaalhistorische waarde.

Brug 232 (Hortus Botanicus Amsterdam)
Brug 232 (Hortus Botanicus Amsterdam)

Brug 232 is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De brug, alleen toegankelijk voor voetgangers, leidt vanuit het Hortusplantsoen naar de eigenlijke Hortus Botanicus Amsterdam. Het bruggetje is sinds 13 juli 2001 een rijksmonument. De brug stamt uit 1877. Zij is van (giet-)ijzer, dat gefabriceerd is door de fabriek H. Dalhuizen te Kampen. De overspanning bestaat uit ijzeren spanten in I-profiel, die met een welving over het water liggen. Het wandeldek bestaat uit dwarsliggende planken. De landhoofden en walkanten zijn van opgemetseld baksteen hier en daar afgedekt met natuursteen. Op de buiten de brug eindigende landhoofden zijn 270 graden ronde zuilachtige constructies met versieringen te zien waarop vazen staan. De op de brug staande balustrades zijn eveneens uitgevoerd in een dubbele welving/boog. De onderste boog is gemonteerd op de houten balklaag en heeft een flauwe welving; de bovenste boog wordt gedragen tot verticale stijlen, die aan tuidraden doen denken, maar in wezen staanders zijn. Tussen die staanders zijn kruisverbanden aangebracht. Zowel staanders als kruisverbanden zijn door bouten door de metalen bogen heen gemonteerd. De staanders worden daarbij aan de onderzijde nog eens ondersteund door een de buitenzijde van de bogen gemonteerde S-motieven; het monumentenregister omschrijft ze als voluten. De brug overspant een siervijver en vormt een toegang tot de Horus Botanicus. De brug heeft daarbij aan de kant van het plantsoen een toegangshek gekregen, dat in de stijl van de brug is uitgevoerd, maar van aanmerkelijk jongere datum is. Ze heeft verticale spijlen en naar buitenstaande stekels om overklimmen te voorkomen. De brug stond tot april 2016 bekend als de Oostelijke Hortusbrug, maar deze officieuze benaming is in april 2016 door de gemeente Amsterdam ingetrokken. Er was toen onvoldoende animo om de officieuze tenaamstelling officieel te maken. In oktober 2016 kreeg de brug een vernoeming naar Johan van Hulst, maar die vernoeming werd in begin 2018 doorgeschoven naar brug 233.

Piet Meerburgbrug
Piet Meerburgbrug

De Piet Meerburgbrug (brug 234) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De verkeersbrug ligt over een tweetal parallel liggende duikers. Die duikers verbinden een siervijver in de Hortus Botanicus Amsterdam met het water van de Nieuwe Keizersgracht. De brug vormt de verbinding tussen aan de westzijde het Hortusplantsoen en de noordelijke kade van de Nieuwe Keizersgracht en aan de oostzijde de Plantage Parklaan en het J.W. Overlooppad. Omdat de rijweg op de brug al een bocht noordwaarts maakt, werd de brug breder uitgevoerd, dan in het geval dat beide wegen in een rechte lijn lagen. Aan de westzijde van de brug staat aan de Nieuwe Keizersgracht een aantal rijksmonumenten, aan de overzijde staat een aantal gemeentelijke monumenten. Het idee voor de brug ontstond eind 1876. Bij de gemeente Amsterdam kwam een verzoek binnen voor een “kortere gemeenschap” tussen de gebouwen aan de noordkade van de Nieuwe Keizersgracht en de Plantage Parklaan. Het obstakel vormde destijds de Muidergracht die hier doorliep tot aan de Nieuwe Herengracht. In het voorstel werden (voor die tijd) rigoureuze maatregelen nodig geacht: Het Sint Anthoniekerkhof moest plaatsmaken voor het Hortusplantsoen, dat voor het publiek toegankelijk zou worden (de Hortus Botanicus was dat niet) de Muidergracht zou aangeplempt worden, demping van de gracht was niet mogelijk; er moest ter plaatse een mogelijkheid voor watercirculatie blijven aan de noordzijde van de versmalde gracht zou dan een wandelbrug komen (de latere brug 233); aan de zuidzijde een duiker (de latere brug 234) aanleg van wegen door het Hortusplantsoen en een doorgang over de duikers. In november 1877 lagen de bruggen er, aangevuld met een brug tussen de genoemde bruggen, de brug 232 (later omgedoopt tot Johan van Hulstbrug). Na de aanleg is er hier nauwelijks meer iets veranderd; het verkeersaanbod werd nooit groot. De brug ligt vrij onopvallend in het wegdek. De brug is alleen te herkennen aan de twee bakstenen balustrades. De zuidelijke daarvan heeft deels opengewerkte balustrades met daarop een natuurstenen leuning. De noordelijke balustrade bestaat alleen uit een dichte bakstenen muur, voor de versiering is er zowel horizontaal als verticaal metselwerk te zien. De duikers zijn te vinden onder ontspanningsbogen. De andere twee bruggen (bruggen 233 en 234) over de vijver zijn voor wat betreft uiterlijk sierlijker en werden beide tot rijksmonument bestempeld. De brug ging meer dan een eeuw zonder vernoeming door het leven. Op 12 september 2013 onthulden oud-burgemeester Ed van Thijn en toenmalige burgemeester Eberhard van der Laan een naamplaat op de brug; zij kreeg een vernoeming naar Piet Meerburg, die gedurende het Naziregime tijdens de Tweede Wereldoorlog talloze Joodse kinderen wist te redden uit de crèche tegenover de Hollandsche Schouwburg, een jonge Ed van Thijn was een van die kinderen. Na de oorlog bleef Meerburg theaterondernemer, directeur en producer van bijvoorbeeld musicals in Amsterdam.

Plantage Parklaan
Plantage Parklaan

De Plantage Parklaan is een straat in de Plantagebuurt van Amsterdam. De straat loopt langs het Wertheimpark en de achterzijde van de Hortus Botanicus. Vanaf de hoek Hortusplantsoen / Nieuwe Keizersgracht, bij de knik waar de Nieuwe Keizersgracht overgaat in de Plantage Muidergracht, loopt de Plantage Parklaan in noordoostelijke richting naar de hoek met de Plantage Doklaan en gaat daar over in de Anne Frankstraat. De Plantage Parklaan wordt gekruist door de Plantage Middenlaan. In 2007 won de Plantage Parklaan een voorronde van een verkiezing van de mooiste straat van Amsterdam, georganiseerd door Het Parool. Aan de straat staan een aantal monumentale 19e-eeuwse herenhuizen. Het complex herenhuizen op Plantage Middenlaan 1-5 / Plantage Parklaan 10-20 / Henri Polaklaan 2-4 uit 1865, ontworpen door architect G.W. Breuker, is een rijksmonument. Aan de Plantage Parklaan bevindt zich ook het sportpark Parkschouwburg, met een kunstgrasveld dat geschikt is voor korfbal en tennis. Hier is de korfbalvereniging ASV Swift gevestigd. In de 19e eeuw bevond zich hier de Parkschouwburg. De Plantage Parklaan was een deel van de Joodse buurt van Amsterdam. De Joodse Raad had tijdens de oorlog een kantoor aan de Plantage Parklaan. Joodse kinderen van de crèche aan de Plantage Middenlaan werden de crèche naar binnen- en buitengesmokkeld om te voorkomen dat ze door de Duitsers opgepakt zouden worden. De kinderen werden via de binnentuinen naar het kantoor van de Joodse gemeente aan de Plantage Parklaan gebracht, waar ze werden opgehaald door verzetsleden. De plantkundige Hugo de Vries woonde op Plantage Parklaan 9. Ook de schilder Leo Schatz woonde in de straat.

Drieklimatenkas
Drieklimatenkas

De Drieklimatenkas is een bouwwerk in Amsterdam-Centrum. Ze is gebouwd op de terreinen van de Hortus Botanicus Amsterdam. De drieklimatenkas is ontworpen door Moshé Zwarts en Rein Jansma (Zwarts & Jansma). Deze kas had een bouwprijs van 2,5 miljoen gulden. Het gebouw zou op 25 augustus 1993 door koningin Beatrix der Nederlanden geopend worden voor publiek, maar een geschil over BTW zorgde ervoor dat het bestuur de afspraak annuleerde, men wilde de koningin niet in verlegenheid brengen. Het gebouw heeft een oppervlak van 1500 m² en het hoogste punt zit op 14 meter. De architecten werd gevraagd een “gebouw van architectonische meerwaarde” te ontwerpen; zij hadden in die tijd ook de Nederlandse bijdrage ontworpen voor Expo '92. Het werd een constructie met balken, kabels en glazen wanden; het gebouw kreeg vanwege de stabiliteit een exoskelet mee (dragende constructie is deels buiten het gebouw te zien). Het geheel leverde een zicht op van allerlei veelhoeken op tot onregelmatige vijfhoeken aan toe; het moest denken aan kristalvormen. Het gebouw werd gefinancierd via Stichting Interimbeheer Hortus Botanicus Plantage, waarbij aangesloten de Gemeente Amsterdam, de universiteit en de Vrienden van de Hortus. Er kwam onvoldoende geld ter beschikking, maar een speciale lening en enkele aanpassingen in de constructie brachten uitkomst Zwarts en Jansma lieten zo een glazen bedoeïnentent neerzetten, samen met inrichter landschapsarchitect Wybe Kuitert. Zij deelden het gebouw in drieën, met subtropisch, tropisch en woestijnklimaat. Na opening was er een tweede bouwfase nodig om de kas af te krijgen (onder andere loopbruggen).