place

Hubertushuis

Bouwwerk in Amsterdam-CentrumBouwwerk van Aldo van EyckGemeentelijk monument in AmsterdamWoning in Amsterdam
Exterieur VOORGEVEL Amsterdam 20306339 RCE
Exterieur VOORGEVEL Amsterdam 20306339 RCE

Het Hubertushuis is een wooncomplex aan de Plantage Middenlaan in de Plantagebuurt in Amsterdam. Het ontwerp is voor het grootste deel afkomstig van architect Aldo van Eyck. Het werd speciaal voor de Hubertusvereniging gebouwd voor gezinnen met één ouder die tijdelijk onderdak nodig hadden en wordt daarom ook wel het Moederhuis genoemd. Het kleurige complex is eigenlijk bedoeld als stadje op zich en heeft een enigszins ingewikkelde plattegrond met passages, dakterrassen en binnenplaatsen. Het modernistische gebouw telt vijf verdiepingen en in het complex zijn ook twee 19e-eeuwse panden geïntegreerd. Om een ontspannen sfeer te creëren is het opgetrokken uit verschillende materialen, met verschillende kleuren. Van Eyck ontwierp het gebouw samen met Theo Bosch in 1973. De opening vond plaats in 1980. Het gebouw valt, althans de nieuwbouw, valt op door de toegepaste kleuren. Intern zijn er allerlei hoeken en hoogteverschillen (ook tussen met trappen verbonden etages) om het speelse karakter voor kinderen te benadrukken. Daartegenover staat de oudbouw uit 1885 met een klassieke gevel en indeling. Het complex werd in juni 2001 tot gemeentelijk monument verklaard. Voordat er aan het Hubertushuis gebouwd werd stond er een school en vergaderzalen van de Vereniging Talmoed Thora ontworpen door Isaac Gosschalk. In dat gebouw was de latere Joodse crèche gesitueerd, vanwaaruit in de Tweede Wereldoorlog kinderen al dan niet een onderduikadressen bereikten. Elementen van het oude gebouw zijn nog terug te vinden in enkele ronde gevelelementen.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Hubertushuis (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Hubertushuis
Plantage Middenlaan, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: HubertushuisLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.366786111111 ° E 4.911375 °
placeToon op kaart

Adres

Plantage Middenlaan 33
1018 DB Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Exterieur VOORGEVEL Amsterdam 20306339 RCE
Exterieur VOORGEVEL Amsterdam 20306339 RCE
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Aanslag op het Amsterdams bevolkingsregister
Aanslag op het Amsterdams bevolkingsregister

De aanslag op het Amsterdams bevolkingsregister door leden van het verzet in de Tweede Wereldoorlog vond plaats in de nacht van 27 maart 1943 in het gebouw van de gemeente Amsterdam aan de Plantage Kerklaan 36. In de voormalige concertzaal van Artis aan de Plantage Kerklaan 36-38 bevond zich tijdens de Tweede Wereldoorlog het bevolkingsregister van Amsterdam, met daarin onder andere de gegevens van circa 70.000 Amsterdamse Joden. Een verzetsgroep, met als leiders Gerrit van der Veen en Willem Arondéus (schuilnaam Smit), pleegde in de nacht van 27 maart 1943 een aanslag op het Amsterdamse bevolkingsregister om de gegevens te vernietigen. De aanslag lukte, hoewel het uiteindelijke effect minder was dan verwacht. Alle plegers van de aanslag werden niet veel later opgepakt. Gerrit van der Veen werd kort na zijn arrestatie op 10 juni 1944 in de duinen bij Overveen geëxecuteerd. De andere deelnemers aan de aanslag op het bevolkingsregister waren Frieda Belinfante, Johan Brouwer, Sam van Musschenbroek, Karl Gröger, Henri Halberstadt, Rudi Bloemgarten, Guus Reitsma, Cornelis Roos, Koen Limperg, Sjoerd Bakker, Cornelis Leendert Barentsen en Coos Hartogh. De enigen van de groep die de oorlog overleefden, waren Frieda Belinfante, Cees Honig, Jan Roovers en Willem Beck. Ook Willem Sandberg, die wel aan de voorbereiding had meegewerkt maar niet aan de aanslag zelf, overleefde de oorlog. De dichter Martinus Nijhoff, die als explosievendeskundige had meegewerkt aan de voorbereidingen voor de aanslag, overleefde eveneens de oorlog. Maarten van Gilse, die eveneens bij de voorbereidingen betrokken was, werd op 1 oktober 1943 met achttien andere leden van de opgerolde verzetsgroep CS-6 gefusilleerd.

Studio Artis
Studio Artis

Studio Artis omvat twee televisiestudio's in de zogenaamde Nieuwe Ledenlokalen (1870-1875) van de dierentuin Artis in de Plantagebuurt van Amsterdam. In 1989 werd hier een opnamelocatie onder de naam Studio Plantage in gebruik genomen door Ischa Meijer samen met de manager Fieldproduction van het NOB, die de studio realiseerde. De locatie is lange tijd in het beheer van DutchView geweest. Vanuit Studio Plantage werden diverse programma's uitgezonden, zoals Jiskefet, Buitenhof, Holland Sport, De Wereld Draait Door, Pauw & Witteman, De Leugen Regeert, Zomergasten en De Plantage. Omdat Artis, eigenaar van het pand, dit wilde gaan verbouwen om het zelf weer in gebruik te nemen, moest DutchView in het voorjaar van 2010 op zoek naar een nieuwe locatie. De nieuwe studio's op het Westergasfabriek-terrein in Amsterdam werden de nieuwe locatie. Vanaf september 2010 werden de programma's De Wereld Draait Door, Pauw & Witteman en Kunststof TV vanuit de nieuwe locatie uitgezonden. De radio-uitzending van TROS Muziekcafé op zaterdagmiddag verhuisde naar De Vorstin in Hilversum. PowNed is gestopt met het dagelijkse nieuwsprogramma PowNews en het programma Boeken van de VPRO verhuisde van Studio Plantage naar de Hortus. Ook het programma Buitenhof verhuisde in 2010 naar de Hortus. De documentaire Afscheid van Studio Plantage is in juli 2012 uitgezonden door de VARA. In samenwerking met UNITED zijn in 2014 twee studio's verbouwd en geopend onder de nieuwe naam Studio Artis. Sinds 2019 wordt het praatprogramma Beau hiervandaan uitgezonden. Jinek en Humberto volgden in de jaren daarna.

Burcht van Berlage
Burcht van Berlage

De Burcht van Berlage is het oudste vakbondsgebouw van Nederland. Het is ontworpen door Hendrik Petrus Berlage in opdracht van de Algemene Nederlandse Diamantbewerkersbond (ANDB) in 1899-1900. Het staat aan de Henri Polaklaan 9 in de Plantage in Amsterdam, vlak bij Artis. Vanaf 1991 was een aantal jaren het Vakbondsmuseum in de Burcht gevestigd. Vóór de restauratie van 2008 is het merendeel van de collectie van het museum overgedragen aan het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis. Sinds 2011 is een onderzoeks- en documentatiecentrum van de Nederlandse vakbeweging in het gebouw gevestigd. De ANDB ontwikkelde zich onder het voorzitterschap van Henri Polak tot de eerste 'moderne' vakbond van Nederland. Met het gebouw wilde Polak een monument voor de arbeidersbeweging tot stand brengen. In 1899 kreeg Berlage de opdracht het pand te ontwerpen. Hiervoor werkte hij samen met Richard Roland Holst die de muurschilderingen voor zijn rekening nam. Zo beeldde Roland Holst in de bestuurskamer in een drieluik de gewenste evenwichtige dagindeling voor de arbeiders uit: de Krachtige Uren van de Arbeid, de Zachte Uren van de Ontspanning en de Diepe Uren van de Slaap. Ook werkten andere kunstenaars mee in een kunststroming die gemeenschapskunst wordt genoemd. Zo hangen in het monumentale trappenhuis lampen uit 1919 van Jan Eisenloeffel. Bijzonder detail is dat Berlage zijn beursgebouw en de Burcht praktisch tegelijkertijd bouwde. Ook Roland Holst en de beeldhouwer Lambertus Zijl hebben in en aan beide gebouwen werk gemaakt.

Plantage Middenlaan 10-12
Plantage Middenlaan 10-12

Plantage Middenlaan 10-12 te Amsterdam zijn twee gebouwen aan de Plantage Middenlaan te Amsterdam-Centrum. De twee panden zijn vermoedelijk gelijktijdig gebouwd naar een ontwerp van Georgius Breuker. Hij kwam niet een uit bouwkundig milieu, maar werkte zich op tot timmerman en metselaar in Amsterdam. Zijn scheppingen zijn wellicht daarom niet in een bepaalde bouwstijl te plaatsen; het wordt ingedeeld onder eclecticisme. Breuker woonde zelf aan de Plantage Doklaan, om de hoek. De twee gebouwen lijken op het eerste gezicht op elkaar, maar er zijn ook verschillen. Beide gebouwen hebben drie bouwlagen met daarop een kap. Beide gebouwen zijn geheel bepleisterd. De eerste verdiepingen hebben beide een balkon met aan weerszijden guirlandes. Boven die ramen zijn gebeeldhouwde koppen geplaatst. De daklijsten van beide gebouwen zijn hetzelfde; op dezelfde wijze gedragen door de consoles. Tot laat in de 20e eeuw waren ook de dakkapellen identiek. Echter de begane grond is voor beide gebouwen verschillend. Gebouw 10 heeft een toegangsdeur met betegeld portaal voor de etages; de begane grond heeft een aparte brede deur. Nummer 12 heeft daar gespiegeld slechts één toegangsdeur. In de 21e eeuw kreeg het een verscheidenheid in de dakkapellen. Ook zijn kalven verdwenen in de ramen op de bovenste etage van nummer 10. Gebouw nummer 12 was dermate groot dat er rond 1930 (ongeveer tussen 1922 en 1936) een feestzaal was ingericht, waar wel operettes konden worden uitgevoerd. In 1926 werden de beide gebouwen via een deurconstructie met elkaar verbonden. Het stond bekend als Huize Cats (naar eigenaar H.J. Cats) dat midden jaren dertig verhuisde naar Nieuwe Herengracht 31, nadat de tentoonstelling Rusland voorheen en thans was afgelopen. Breuker is bouwkundig meer bekend van de overzijde van de Plantage Middenlaan. Een groot bouwblok verspreid over Plantage Middenlaan 1-5, Plantage Parklaan 10-20 en Henri Polaklaan 2-4 is ook door hem ontworpen en is rijksmonument (518405). Dat gebouwencomplex heeft dezelfde balkonbalustrades als die op de Plantage Middenlaan 10-12. Het ensemble werd op 22 maart 2005 tot gemeentelijk monument verklaard.

Leeuw en tijger met prooi
Leeuw en tijger met prooi

Leeuw met prooi en tijger met prooi zijn twee beeldhouwwerken van Frans kalksteen in Amsterdam-Centrum. Ze staan aan weerszijden van de ingang van het voormalige hoofdgebouw van de dierentuin Artis. De beelden zijn oorspronkelijk gebeeldhouwd door Jacques Joseph François Verdonck in opdracht van Artis in 1859 en geplaatst in 1861. Na verval zijn de tijger en de leeuw opnieuw gebeeldhouwd door beeldhouwer Jaap Kaas. Beeldhouwer Jaap Kaas had van 1927 tot 1945 een atelier in Artis. Hij maakte op verzoek van het tuinpersoneel (oppassers, tuinlieden en werklieden) de twee beelden. Het personeel bood deze aan het genootschap Natura Artis Magistra aan ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van de dierentuin in 1938. Directeur Armand Louis Jean Sunier nam het geschenk in mei 1938 in ontvangst. In dat jaar werd de tijger geplaatst, een jaar later ook de leeuw. Het personeel betaalde de kosten van het materiaal, Kaas vroeg geen arbeidsloon. De beelden werden geplaatst bij de ingang van de Koningszaal dwars op de gevel van de Koningszaal, later werden ze parallel aan de gevel geplaatst. Kaas omschreef de leeuw als sociabeler dan de zelfgenoegzame tijger (wanneer ze mak zijn, aldus Kaas). Op de sokkels staat vermeld "Geschenk van het personeel 1838-1938". Jaap Kaas werd bij het eeuwfeest in 1938 benoemd tot lid van verdienste van het Artis-genootschap. Hij leverde het lidmaatschap in 1941 in, nadat de Joodse conservator Polak werd ontslagen.