place

Reguliersgracht 109

Bouwwerk in Amsterdam-CentrumGemeentelijk monument in Amsterdam
2024 Reguliersgracht 109, Asd
2024 Reguliersgracht 109, Asd

Reguliersgracht 109 te Amsterdam-Centrum is een gebouw aan de Reguliersgracht in Amsterdam-Centrum. Het staat in de gevelwand tussen de kruisingen met de Falckstraat en de Weteringschans. Hier werd in 1865 gebouwd aan een woning met aanbouw voor de onderwijzer(s) van de zogenaamde tussenschool C, die stond in de hoek Achtergracht (bij demping Falckstraat) en Reguliersgracht. Het ontwerp kwam van stadsarchitect Bastiaan de Greef. De aanbesteding vond plaats op 2 mei 1865. Voor de bouw van school en woning moest een aantal andere gebouwen afgebroken worden. Die school was meer breed dan hoog; de onderwijzerswoning juist hoog en minder breed. Reguliersgracht 109 is drie bouwlagen hoog onder een zadeldak (met een lage aanbouw). De afgeplatte puntgevel is bepleisterd. In de bakstenen gevels zijn enkele gietijzeren muurankers te vinden. De school van Bastiaan de Greef werd al snel uitgebreid met de nieuwe school (Reguliersschool) Reguliersgracht 111-115. Het gebouw op 109 kreeg allerlei gemeentelijke bestemmingen, vaak gekoppeld aan die van de school. Er zat onder meer de huurcommissie en de afdeling zedenzaken van de Gemeentepolitie Amsterdam. Toen deze in 1941 naar de Elandsgracht 117 verhuisde, kwam er in 1944 een aantal mensen te wonen en te werken, die meewerkte aan de illegale krant Het Parool. Wim van Norden woonde er al, maar onder andere Simon Carmiggelt en Max Nord vond hier (tijdelijk) onderdak. Het echtpaar Van Norden zou er tot hun dood blijven wonen. Een poging om er in 2018 een Huis van Journalistiek en Vrije Pers in te vestigen mislukte, waarna de vrije markt ermee op de loop ging. In 2019/2020 vond er een uitgebreide renovatie plaats op 109.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Reguliersgracht 109 (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Reguliersgracht 109
Reguliersgracht, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Externe links Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Reguliersgracht 109Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.359894444444 ° E 4.8965222222222 °
placeToon op kaart

Adres

Reguliersgracht 111
1017 LP Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

linkWikiData ()
linkOpenStreetMap (2737854360)

2024 Reguliersgracht 109, Asd
2024 Reguliersgracht 109, Asd
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Brug 81
Brug 81

Brug 81 is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. Ze is gelegen in de noordelijke kade van de Lijnbaansgracht en overspant de Reguliersgracht. Het scheepvaart en rijverkeer werd een aantal eeuwen op deze waterkruising als volgt geregeld: in de westelijke kade van de Reguliersgracht over de Lijnbaansgracht, zoals we die nu kennen, heeft nooit een brug gelegen in de oostelijke kade van de Reguliersgracht over de verlengde Lijnbaansgracht lag een brug, toen de verlengde Lijnbaansgracht werd gedempt, werd die brug overbodig in de westelijke kade van de Reguliersgracht lag een brug over de Nieuwe Looiersgracht, ook de Nieuwe Looiersgracht werd gedempt, de brug kon weg; de gracht werd de Fokke Simonszstraat even ten zuidoosten van brug 81 lag een brug in de oostelijke van de Reguliersgracht over de Achtergracht; ook de Achtergracht werd hier gedempt en die brug verdween dus ook; de Achtergracht werd de Falckstraat brug 81. Aan beide hellingen staan monumenten: Reguliersgracht 134-136 is een rijksmonument, Reguliersgracht 111 een gemeentelijk monument. De brug is zelf ondanks haar “oude” uiterlijk geen monument, ze is daarvoor te jong. Er ligt hier al eeuwen een brug. Daniël Stalpaert tekende op zijn ontwerpkaart uit 1662 hier al een brug in. Er was ter plaatse wel al enige bebouwing ingetekend. Op de tekening van Frederik de Wit uit 1688 is de gehele omgeving bebouwd. Belangrijkste bebouwing was de infirmerie die ten ooster van de brug lag. De moderne geschiedenis van de brug begint in 1889. De gemeente Amsterdam schreef toen een aanbesteding uit voor het vernieuwen en verbreden van brug 81 inclusief het maken van aansluitende walmuren. Jacob Olie schoot in het decennium daarna hier een aantal foto’s. Daaruit blijkt dat er toen een ijzeren liggerbrug lag met houten balken. De hellingen waren bekleed met kinderhoofdjes. De brug had kenmerkende 19e-eeuwse balustrades. Die brug heeft er min of meer in ongewijzigde vorm tot 1976 gelegen. In 1906 zag het er slecht uit voor de brug, er werden plannen gemaakt om dit stuk Reguliersgracht en de Lijnbaansgracht tot de Vijzelgracht te dempen; het bleef bij plannen maken. Toen werd de brug vervangen door een welfbrug en dus historisch aangepast aan haar omgeving. De brug kreeg daarbij vermoedelijk een betonnen overspanning; of de fundering daarbij vernieuwd werd is vooralsnog onbekend. In 2015 vond er opnieuw onderhoud aan de brug plaats, maar zij is daarbij voor haar uiterlijk nauwelijks gewijzigd.

Hilmanhofje
Hilmanhofje

Het Hilmanhofje (Hilmanshofje of Hilman's hofje) was een hofje in Amsterdam-Centrum. Het was gevestigd tussen de Nieuwe Looiersstraat 146-152 en Fokke Simonszstraat in de Weteringbuurt nabij de Reguliersgracht. Het Hilmanhofje kwam voort uit de Willem Hendrik Hilmanstichting. Dat was een stichting opgericht door schrijver Johannes Hilman die de naam draagt van zijn zoon Willem Hendrik Hilman die op zeer jonge leeftijd overleed. Hilman had via een erfenis een aanzienlijk bedrag tot zijn beschikking gekregen en liet diverse gebouwen neerzetten, zoals ook een eigen woning aan genoemde gracht. Het Hilmanhofje bood onderdak aan een twintigtal eenkamerwoningen bedoeld voor alleenstaande vrouwen, maar werd steeds meer bewoond door dienstboden die te ziek waren om hun taken uit te voeren of aan de slag te kunnen. Voorwaarde was wel dat de aanstaande bewoonsters konden aantonen minstens tien jaar lid van die gemeente te zijn geweest. Na oplevering schonk Hilman het gebouw aan de Diaconie van de Hervormde Kerk in Amsterdam. Net als meerdere van dit soort instelling taande met de toenemende welvaart de interesse voor dit soort kleine woningen en in de jaren zeventig werd het dan ook grotendeels bewoond door studenten. Daarop liet de diaconie het complex renoveren; een aantal kamers werd samengetrokken tot driekamerwoningen; andere behielden hun grootte en werden geschikt gemaakt voor begeleid wonen. Hilman schakelde architect Nicolaas Redeker Bisdom in voor dit gebouw. Het gebouw heeft een gevel in neorenaissancestijl. De naam van het hofje is terug te vinden in een cartouche aan de Nieuwe Looiersstraat 146-150 met de tekst: Willem Hendrik Hilman’s Stichting 1875. In de gevel aan de Fokke Simonszstraat is in een sierlijk lint in de gevel de tekst leesbaar Ter zijner nagedachtenis. Hilman, de stichter, overleed niet veel later in 1881. Het gebouw werd in november 2006 tot gemeentelijk monument verklaard.

Nicolaas Witsenkade 32
Nicolaas Witsenkade 32

Nicolaas Witsenkade 32 in Amsterdam is een gebouw aan de Nicolaas Witsenkade in Amsterdam-Centrum. De Nicolaas Witsenkade is tussen het Tweede Weteringsplantsoen en Westeinde de noordelijke kade van de Singelgracht. Voor deze plek werd rond 1895 een gebouw ontworpen door architect Herman Gerard Jansen, wellicht het meest bekend als medeontwerper van het American Hotel aan het Leidseplein. Vanaf het begin was het door haar afwijkende stijl een opvallende verschijning aan de kade. Daar waar veruit de meeste gebouwen hier opgetrokken zijn in het roodbruine baksteen met hier en daar een natuurstenen element, koos Jansen voor zachte kleurstellingen. Hij koos voor geel/lichtbruin baksteen waarin allerlei zachtroze elementen zijn verwerkt. Het roze is terug te vinden in de plint (souterrain), de portalen, rondboog boven de toegangsdeur, consoles voor het balkon, ontlastingsbogen, banden, versieringen onder de daklijst etc. Janssen leende voor zijn ontwerp vanuit allerlei bouwstijlen, het zogenaamde eclecticisme. Hij gebruikte elementen uit de neo-Venetiaanse renaissance en de art nouveau (Jugendstil). Dat laatste is vooral terug te vinden in de sierlijke hekwerken, de toegepaste glas-in-loodmotieven, muurankers en tot slot in de geveltableaus hoog in de gevel. Die geveltableaus lijken te verwijzen naar de opdrachtgevers voor die gebouw makelaar Axel Peter Nielsen en bouwondernemer B.C. Hamer jr. Er zijn onder meer een hamer en passers te zien. De familie Nielsen bewoonde de begane grond tot minstens 1974, wanneer de zoon Axel Peter Nielsen op 72-jarige leeftijd overlijdt. Het gebouw werd op 11 december 2001 opgenomen in het Rijksmonumentenregister onder 518466 vanwege de architectuurhistorische waarde met bijzondere detaillering. Bovendien zijn er sinds de oplevering weinig aanpassingen gedaan.

Fokke Simonszstraat 59-63
Fokke Simonszstraat 59-63

Fokke Simonszstraat 59-63 is gebouwencomplex aan de Fokke Simonzstraat in de Weteringbuurt in Amsterdam-Centrum. Hier staat al eeuwen bebouwing, al uit de tijd van de Nieuwe Looierssloot. De originele bebouwing is al lang gesloopt en er werd opnieuw gebouwd. In de 21e eeuw herhaalde deze geschiedenis zich. Er stond toen een buitendienstzijnde school die nog even tot daklozenopvang diende. Het naderde de toestand van verval en er werd daarom tot nieuwbouw besloten. Naar ontwerp van Ronald Janssen werd er rond 2019 een hoekig appartementencomplex neergezet. Het valt op door haar terugspringende vensters inclusief begane grond. De bovenste vierde bouwlaag is eveneens teruggetrokken. Jaap Huisman omschreef het in Het Parool van 13 maart 2020 als een "rijtje geschakelde appartementen"; hij typeerde het verder met gekleurd glas en gepigmenteerd beton. Het geheel straalt een "abgestraheerde versie van een klassiek grachtenpand", aldus Huisman; hij omschreef het eerder als compromisloos. Architectenweb meldde dat er meer opvallende zaken zijn te vinden. Zo loopt de verticale geleding taps (kolommen onder smal, boven breed) en komen de inspringende ramen naar boven toe steeds verder naar voren, dat laatste lijkt een referentie naar de grachtenpanden die ook enigszins naar voren (lijken te) hellen. In horizontale zin past het toch veertig meter lange blok binnen de oudere panden die het belenden. Bovendien lijkt de architect zich bewust geweest van het feit dat door de geringe breedte van de straat het gebouw nooit frontaal gezien wordt, maar altijd in perspectief. Een tegenhanger was te vinden in de mening van Bernard Hulsman van het NRC; hij schaalde het in als een moderne versie van het Maupoleum, noemde de bouwstijl neobrutalisme en typeerde het als skelettendoos. Het complex werd in maart 2020 genomineerd voor de Amsterdamse Architectuur Prijs.

Monument voor de te jong gevallen boom
Monument voor de te jong gevallen boom

Het Monument voor de te jong gevallen boom is een kunstwerk in Amsterdam-Centrum. Het ontwerp van het beeld is afkomstig van de kunstenaar André van der Linden (Amsterdam, 1945), die een jaar gestudeerd heeft aan de Rijksakademie van beeldende kunsten aan de Stadhouderskade, Amsterdam, maar verder autodidact is. Hij zag tijdens een tocht door de De Lairessestraat een deels afgezaagde dode boom en wilde de restanten weer 'tot leven' brengen door ze kunstig te bewerken, maar werd tegengehouden door de politie. De bedoelde boom werd onderzoeksmateriaal voor de Universiteit van Amsterdam. De politie kwam wel met een alternatief: benader burgemeester Ivo Samkalden. Van der Linden deed dat en kreeg toestemming een op sterven na dode boom, die net zo knoestig was en in het Frederikspleinplantsoen stond, te bewerken. Hij wilde met het beeld een daad stellen op de Dag van de Arbeid (1 mei 1971) tegen de geldmaatschappij van De Nederlandsche Bank (destijds gevestigd aan het Frederiksplein) en over de teloorgang van natuur in Nederland ("invalide positie van de bomenstand", aldus de kunstenaar in het NRC Handelsblad). Tijdens de schilder- en beitelwerkzaamheden, kwam de passerende Amsterdammer al met commentaar (werd het een paashaas en sta jij daar een boom te vernielen). Het beeld kwam om het aantal jaren in beeld; het zou beschadigd zijn dan wel verrot dan weer verwaarloosd. Iedere keer dreigde het te verdwijnen, maar ook in 2018 stond het nog op het Frederiksplein. Al snel na oplevering van het kunstwerk vertrok de kunstenaar naar Friesland, waar een aantal van zijn kunstwerken in de open ruimte te vinden zijn. Ze zijn dan van metaal. Een vergelijkbaar beeld, dat inmiddels verdwenen is, is de Appel-boom van Karel Appel, een beschilderde boomstam voor de festiviteiten rond 100 jaar Vondelpark in 1965. Op het Frederiksplein ligt ook een geknakte boom van brons in de gedaante van kunstwerk Monument Walraven van Hall.

Stadhouderskade 100-101
Stadhouderskade 100-101

Het complex Stadhouderskade 100-101 betreft een bedrijfspand met bovenwoningen, dat gelegen is aan de Stadhouderskade, de zuidoever van de Singelgracht in Amsterdam-Zuid, De Pijp. Het is verbonden met de Tweede Jacob van Campenstraat 145-147. Op deze plaats heeft waarschijnlijk tot 1907 een woonhuis gestaan. Het is onbekend wat daarmee gebeurd is. In februari 1907 kwam echter nieuws dat de architecten Alphonsus Maria Leonardus Aloysius Jacot en Willem Oldewelt voor deze plek een garagebedrijf met bovenwoningen hebben ontworpen voor de Automobiel Import Maatschappij voorheen M.W. Aertnys. Het gebouw werd werkelijk uit de grond gestampt, want in februari 1907 waren de tekeningen nog geëxposeerd, terwijl men hoopte in april 1907 open te gaan. Er werd een showroom, een atelier, een herstelplaats maar ook een garage ingericht. Vanuit hier zouden voorlopig Darracq-auto’s verkocht worden vanuit Darracq Palace. In 1916 trok Tasche & Co Automobielen in het pand en gaf er een nieuwe naam aan Wolseley Palace. Die groeide snel uit jaar jas en moest in 1923 alweer verhuizen, in dit geval naar Stadhouderskade 142. Vervolgens kreeg Jan Kuijt de opdracht om het bedrijfsgedeelte te verbouwen tot confectiefabriek. Die heeft er slechts enkele jaren gebruik van kunnen maken, want in de jaren dertig kwam hier de Hupmobile-vertegenwoordiger (weer auto's). Ook daarna zat er in de firma Kimman nog een autohandelaar in het gebouw gevestigd. Deze voerde zijn bedrijf hier uit van de jaren veertig tot de late jaren tachtig. In de late jaren negentig vestigt zich hier Albert Heijn, die niet kon wachten tot de oplevering van het complex aan het Marie Heinekenplein. Het gebouw wijkt zeer af van de belendende gebouwen. Voor wat betreft architectuur is duidelijk te zien dat het pand uit later datum stamt dan de omringende gebouwen. Vooral de lichte kleur en de asymmetrie vallen hier op. Het heeft de karakteristieken van de Um 1800 Bewegung.