place

Weteringschans 126-128

Bouwwerk in Amsterdam-CentrumGemeentelijk monument in AmsterdamRijksmonument in Amsterdam-Centrum
2024 Weteringschans 126 128, Asd
2024 Weteringschans 126 128, Asd

Weteringschans 126-128 te Amsterdam-Centrum is een gebouw aan de Weteringschans in Amsterdam-Centrum. Het was hier eeuwenlang agrarisch gebied, maar Amsterdam rukte in de 19e eeuw sterk op. Op het terrein tussen het Weteringplantsoen en het Paleis voor Volksvlijt werd toen eigenlijk ook de Schans ingelijfd voor woningbouw. Het plaatselijk gebied tussen de Schans en de Singelgracht werd midden 19e eeuw volgebouwd met gebouwen en andere benodigdheden van de Hollandsche Gasfabriek. Toen Amsterdam in 1885 daar geen gas meer van afnam, werden de installatie nutteloos en werden ze afgebroken. In juni 1890 startte op die plek tegen de Weteringschans aan de bouw van een dubbel herenhuis, dat werd gebouwd door Z. Deenik & Zn die in die maand begon met het aanleggen van de funderingen. Daarop kwam een symmetrisch gebouw, dat al dan niet ontworpen was met medewerking van architect Herman Gerard Jansen. Overigens werd en wordt het gebouw omringd door soortgelijke gebouwen, waarvan er echter in 2024 geen monumentstatus heeft (rij 120-132). Het gebouw kent een souterrain in de plint, die opgetrokken is in natuursteen. Middels een hardstenen lijst gaat de gevel over in een bepleisterde bel-etage. Vanuit die etage vinden twee Franse balkons ondersteuning vanuit consoles. Die balkons, ingepast in een balustrade over de volle breedte van de gevels, hangen aan de eerste etage en hebben natuurstenen balusters in de balkonafscheidingen. De eerste en tweede etages zijn opgetrokken uit rood baksteen en rijk versierd met natuursteen accenten rondom de ramen, balkondeuren, als ook banden. Boven de geornamenteerde daklijst bevindt zich een centraal geplaatste dakkapel voor de zolderetage onder een afgeplat schilddak. In het dakvlak zijn twee runderogen zichtbaar, al hebben die daar niet altijd gezeten (nr 126 moest het rond 1990 een tijdje zonder doen, maar in 2002 werd er een nieuw exemplaar gezet). Het geheel heeft het karakter van de neorenaissance. De huisnummers zijn in cartouches geplaatst. Opmerkelijk aan het gebouw is dat huisnummer 126 sinds 2002 een rijksmonument is (512987) en huisnummer 128 een gemeentelijk monument. Het verschil moet gezocht worden in de status van het interieur, dat in 126 grotendeel bewaard is gebleven en in 128 niet, maar zie ook bijvoorbeeld het glas-in-lood in de bovenlichten van 126, die bij 128 totaal ontbreken. In gebouw 128 was een tijd lang het Japans restaurant Yoichi gevestigd. Componist Daniël de Lange en beeldend kunstenaar Paul Gorter woonden op huisnummer 126 (in aparte tijdsperioden). .

Fragment uit het Wikipedia-artikel Weteringschans 126-128 (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Weteringschans 126-128
Weteringschans, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Weteringschans 126-128Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.359177777778 ° E 4.8969416666667 °
placeToon op kaart

Adres

Weteringschans 128
1017 XV Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

2024 Weteringschans 126 128, Asd
2024 Weteringschans 126 128, Asd
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Reguliersgracht 111-115
Reguliersgracht 111-115

Reguliersgracht 111-115 te Amsterdam-Centrum is een gebouw aan de Reguliersgracht in Amsterdam-Centrum. Het staat in de gevelwand tussen de kruisingen met de Falckstraat en de Weteringschans. Het gebouw heeft ook een ingang aan de Weteringschans, nummer 259. Dit klassiek opgetrokken schoolgebouw uit 1868 is vermoedelijk ontworpen door de stadsarchitect Bastiaan de Greef al dan niet met assistentie van Willem Springer. In juli 1868 vond de aanbesteding plaats. In het langgerekte gebouw werd een lagere school gevestigd voor de rijkere jeugd en dan alleen jongens. De school was populair, want hij moest in de jaren na de oplevering diverse keren verbouwd worden. Zo kwam er in 1875 een nieuwe gymnastiekzaal en werden klaslokalen gesplitst. In 1898 kwamen er weer (meer) klassen en dat leidde vermoedelijk in die jaren tot uitbreiding met een tweede verdieping. In 1930 vond men de hoofdingang op de gracht niet meer toereikend er kwam op de Weteringschans een nieuwe hoofdingang (er is een soort pleintje aldaar). In 1937 kwam de Joodse Uitgebreid Lager Onderwijs (ULO) van Kennis en Godsvrucht in het gebouw. Die school kende vanwege de Duitse bezetting maar een kort leven. Onder het Nazi-regime moesten Joodse kinderen vanaf 1941 gescheiden onderwijs krijgen. De daarop volgende deportaties naar concentratie- en vernietigingskampen zorgden voor een snelle afname van het aantal leerlingen. De school kreeg na de Tweede Wereldoorlog een nieuwe naam: Zacharias Janseschool. Tymon Meijer legde het originele bouw rond 1882 vast.

Reguliersgracht 109
Reguliersgracht 109

Reguliersgracht 109 te Amsterdam-Centrum is een gebouw aan de Reguliersgracht in Amsterdam-Centrum. Het staat in de gevelwand tussen de kruisingen met de Falckstraat en de Weteringschans. Hier werd in 1865 gebouwd aan een woning met aanbouw voor de onderwijzer(s) van de zogenaamde tussenschool C, die stond in de hoek Achtergracht (bij demping Falckstraat) en Reguliersgracht. Het ontwerp kwam van stadsarchitect Bastiaan de Greef. De aanbesteding vond plaats op 2 mei 1865. Voor de bouw van school en woning moest een aantal andere gebouwen afgebroken worden. Die school was meer breed dan hoog; de onderwijzerswoning juist hoog en minder breed. Reguliersgracht 109 is drie bouwlagen hoog onder een zadeldak (met een lage aanbouw). De afgeplatte puntgevel is bepleisterd. In de bakstenen gevels zijn enkele gietijzeren muurankers te vinden. De school van Bastiaan de Greef werd al snel uitgebreid met de nieuwe school (Reguliersschool) Reguliersgracht 111-115. Het gebouw op 109 kreeg allerlei gemeentelijke bestemmingen, vaak gekoppeld aan die van de school. Er zat onder meer de huurcommissie en de afdeling zedenzaken van de Gemeentepolitie Amsterdam. Toen deze in 1941 naar de Elandsgracht 117 verhuisde, kwam er in 1944 een aantal mensen te wonen en te werken, die meewerkte aan de illegale krant Het Parool. Wim van Norden woonde er al, maar onder andere Simon Carmiggelt en Max Nord vond hier (tijdelijk) onderdak. Het echtpaar Van Norden zou er tot hun dood blijven wonen. Een poging om er in 2018 een Huis van Journalistiek en Vrije Pers in te vestigen mislukte, waarna de vrije markt ermee op de loop ging. In 2019/2020 vond er een uitgebreide renovatie plaats op 109.

Nicolaas Witsenkade 32
Nicolaas Witsenkade 32

Nicolaas Witsenkade 32 in Amsterdam is een gebouw aan de Nicolaas Witsenkade in Amsterdam-Centrum. De Nicolaas Witsenkade is tussen het Tweede Weteringsplantsoen en Westeinde de noordelijke kade van de Singelgracht. Voor deze plek werd rond 1895 een gebouw ontworpen door architect Herman Gerard Jansen, wellicht het meest bekend als medeontwerper van het American Hotel aan het Leidseplein. Vanaf het begin was het door haar afwijkende stijl een opvallende verschijning aan de kade. Daar waar veruit de meeste gebouwen hier opgetrokken zijn in het roodbruine baksteen met hier en daar een natuurstenen element, koos Jansen voor zachte kleurstellingen. Hij koos voor geel/lichtbruin baksteen waarin allerlei zachtroze elementen zijn verwerkt. Het roze is terug te vinden in de plint (souterrain), de portalen, rondboog boven de toegangsdeur, consoles voor het balkon, ontlastingsbogen, banden, versieringen onder de daklijst etc. Janssen leende voor zijn ontwerp vanuit allerlei bouwstijlen, het zogenaamde eclecticisme. Hij gebruikte elementen uit de neo-Venetiaanse renaissance en de art nouveau (Jugendstil). Dat laatste is vooral terug te vinden in de sierlijke hekwerken, de toegepaste glas-in-loodmotieven, muurankers en tot slot in de geveltableaus hoog in de gevel. Die geveltableaus lijken te verwijzen naar de opdrachtgevers voor die gebouw makelaar Axel Peter Nielsen en bouwondernemer B.C. Hamer jr. Er zijn onder meer een hamer en passers te zien. De familie Nielsen bewoonde de begane grond tot minstens 1974, wanneer de zoon Axel Peter Nielsen op 72-jarige leeftijd overlijdt. Het gebouw werd op 11 december 2001 opgenomen in het Rijksmonumentenregister onder 518466 vanwege de architectuurhistorische waarde met bijzondere detaillering. Bovendien zijn er sinds de oplevering weinig aanpassingen gedaan.

Brug 81
Brug 81

Brug 81 is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. Ze is gelegen in de noordelijke kade van de Lijnbaansgracht en overspant de Reguliersgracht. Het scheepvaart en rijverkeer werd een aantal eeuwen op deze waterkruising als volgt geregeld: in de westelijke kade van de Reguliersgracht over de Lijnbaansgracht, zoals we die nu kennen, heeft nooit een brug gelegen in de oostelijke kade van de Reguliersgracht over de verlengde Lijnbaansgracht lag een brug, toen de verlengde Lijnbaansgracht werd gedempt, werd die brug overbodig in de westelijke kade van de Reguliersgracht lag een brug over de Nieuwe Looiersgracht, ook de Nieuwe Looiersgracht werd gedempt, de brug kon weg; de gracht werd de Fokke Simonszstraat even ten zuidoosten van brug 81 lag een brug in de oostelijke van de Reguliersgracht over de Achtergracht; ook de Achtergracht werd hier gedempt en die brug verdween dus ook; de Achtergracht werd de Falckstraat brug 81. Aan beide hellingen staan monumenten: Reguliersgracht 134-136 is een rijksmonument, Reguliersgracht 111 een gemeentelijk monument. De brug is zelf ondanks haar “oude” uiterlijk geen monument, ze is daarvoor te jong. Er ligt hier al eeuwen een brug. Daniël Stalpaert tekende op zijn ontwerpkaart uit 1662 hier al een brug in. Er was ter plaatse wel al enige bebouwing ingetekend. Op de tekening van Frederik de Wit uit 1688 is de gehele omgeving bebouwd. Belangrijkste bebouwing was de infirmerie die ten ooster van de brug lag. De moderne geschiedenis van de brug begint in 1889. De gemeente Amsterdam schreef toen een aanbesteding uit voor het vernieuwen en verbreden van brug 81 inclusief het maken van aansluitende walmuren. Jacob Olie schoot in het decennium daarna hier een aantal foto’s. Daaruit blijkt dat er toen een ijzeren liggerbrug lag met houten balken. De hellingen waren bekleed met kinderhoofdjes. De brug had kenmerkende 19e-eeuwse balustrades. Die brug heeft er min of meer in ongewijzigde vorm tot 1976 gelegen. In 1906 zag het er slecht uit voor de brug, er werden plannen gemaakt om dit stuk Reguliersgracht en de Lijnbaansgracht tot de Vijzelgracht te dempen; het bleef bij plannen maken. Toen werd de brug vervangen door een welfbrug en dus historisch aangepast aan haar omgeving. De brug kreeg daarbij vermoedelijk een betonnen overspanning; of de fundering daarbij vernieuwd werd is vooralsnog onbekend. In 2015 vond er opnieuw onderhoud aan de brug plaats, maar zij is daarbij voor haar uiterlijk nauwelijks gewijzigd.

Stadhouderskade 100-101
Stadhouderskade 100-101

Het complex Stadhouderskade 100-101 betreft een bedrijfspand met bovenwoningen, dat gelegen is aan de Stadhouderskade, de zuidoever van de Singelgracht in Amsterdam-Zuid, De Pijp. Het is verbonden met de Tweede Jacob van Campenstraat 145-147. Op deze plaats heeft waarschijnlijk tot 1907 een woonhuis gestaan. Het is onbekend wat daarmee gebeurd is. In februari 1907 kwam echter nieuws dat de architecten Alphonsus Maria Leonardus Aloysius Jacot en Willem Oldewelt voor deze plek een garagebedrijf met bovenwoningen hebben ontworpen voor de Automobiel Import Maatschappij voorheen M.W. Aertnys. Het gebouw werd werkelijk uit de grond gestampt, want in februari 1907 waren de tekeningen nog geëxposeerd, terwijl men hoopte in april 1907 open te gaan. Er werd een showroom, een atelier, een herstelplaats maar ook een garage ingericht. Vanuit hier zouden voorlopig Darracq-auto’s verkocht worden vanuit Darracq Palace. In 1916 trok Tasche & Co Automobielen in het pand en gaf er een nieuwe naam aan Wolseley Palace. Die groeide snel uit jaar jas en moest in 1923 alweer verhuizen, in dit geval naar Stadhouderskade 142. Vervolgens kreeg Jan Kuijt de opdracht om het bedrijfsgedeelte te verbouwen tot confectiefabriek. Die heeft er slechts enkele jaren gebruik van kunnen maken, want in de jaren dertig kwam hier de Hupmobile-vertegenwoordiger (weer auto's). Ook daarna zat er in de firma Kimman nog een autohandelaar in het gebouw gevestigd. Deze voerde zijn bedrijf hier uit van de jaren veertig tot de late jaren tachtig. In de late jaren negentig vestigt zich hier Albert Heijn, die niet kon wachten tot de oplevering van het complex aan het Marie Heinekenplein. Het gebouw wijkt zeer af van de belendende gebouwen. Voor wat betreft architectuur is duidelijk te zien dat het pand uit later datum stamt dan de omringende gebouwen. Vooral de lichte kleur en de asymmetrie vallen hier op. Het heeft de karakteristieken van de Um 1800 Bewegung.