place

Oudezijde

Amsterdam-CentrumWijk in Amsterdam
De Groote Kaart van Amsterdam in 1544 (The Big Map of Amsterdam in 1544) by Cornelis Anthonisz
De Groote Kaart van Amsterdam in 1544 (The Big Map of Amsterdam in 1544) by Cornelis Anthonisz

De Oudezijde is het gedeelte van de binnenstad van Amsterdam ten oosten van de oorspronkelijke loop van de Amstel. Dit gebied wordt nu begrensd door Damrak, Dam, Rokin, Amstel, Kloveniersburgwal, Nieuwmarkt, Geldersekade en Prins Hendrikkade. Op de westelijke oever van de rivier ontstond later de Nieuwezijde. In de CBS-indeling heet deze buurt Burgwallen Oude Zijde. Een deel van deze buurt staat bekend als De Wallen. De belangrijkste straten zijn de Warmoesstraat en de Nes, dit was oorspronkelijk de oostelijke dijk langs de rivier de Amstel. Voorts is er de Zeedijk, de oorspronkelijke dijk langs het IJ. De belangrijkste grachten zijn de Oudezijds Voorburgwal en Oudezijds Achterburgwal. Uitwatering op het IJ vond plaats via de Oudezijds Kolk. Dit deel van de stad werd aangelegd in de middeleeuwen tussen de 13e eeuw en de 15e eeuw. Het belangrijkste gebouw is de Oude Kerk, waarvan de bouw begon omstreeks 1300. Tot de Alteratie van 1578 werd het gebied gekenmerkt door vele kloosters. De Oudezijde van de Amstel is, op deze kaart, het gebied ten oosten van de rivier. Deze naam komt ook voor in Ouder-Amstel en Ouderkerk aan de Amstel.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Oudezijde (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Oudezijde
Warmoesstraat, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Website Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: OudezijdeLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.373666666667 ° E 4.8957611111111 °
placeToon op kaart

Adres

Greendayz Coffee

Warmoesstraat 143
1012 JB Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Website
greendayz.com

linkWebsite bezoeken

De Groote Kaart van Amsterdam in 1544 (The Big Map of Amsterdam in 1544) by Cornelis Anthonisz
De Groote Kaart van Amsterdam in 1544 (The Big Map of Amsterdam in 1544) by Cornelis Anthonisz
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Stier (Beursplein, Amsterdam)
Stier (Beursplein, Amsterdam)

De Stier is een kunstwerk op het Beursplein in Amsterdam-Centrum. De beeltenis van een stier is afkomstig van de kunstenaar Arturo di Modica. Hij zette het begin juli 2012 zonder aankondiging of vergunning neer op het Beursplein te Amsterdam. Het gevaarte weegt rond de 2500 kilogram en moest de financiële wereld, die zich toen in een crisis bevond er figuurlijk weer bovenop helpen. De kunstenaar lichtte daarbij toe dat de stier aanvalt met de kop naar beneden en na de aanval zijn slachtoffer opwerpt, uiteindelijk een weergave van de gedachte dat het weer opwaarts zou gaan in de financiële markten. Het zonder vergunning plaatsen van kunst in de openbare ruimte is verboden en de gemeente Amsterdam, in dit geval Stadsdeel Centrum ondernam direct actie. De kunstenaar had een ongelukkig tijdstip gekozen voor zijn actie. Vlak na zijn plaatsing wilde de gemeente festiviteiten op het plein houden, zodat het beeld direct in de weg stond. De stier werd daarop verplaatst naar de zijkant van het plein. Er werd overleg gepleegd met het Amsterdams Fonds voor de Kunsten; uiteindelijk bleef de stier staan, ook toen het Beursplein in 2017/2018 opnieuw ingericht werd. De Amsterdamse stier is een ietwat kleinere kopie van Charging Bull in New York. Van beide beelden zijn replica’s in de handel met de maten 24 bij 20 bij 42 cm met een gewicht van 4,5 kilogram. Later in 2012 dreigde de stier uit het straatbeeld te verdwijnen. De kunstenaar had het beeld aan derden verkocht, de koper had bepaald dat de stier wel in het straatbeeld zichtbaar moest blijven, maar kwam na een aanbetaling niet met het resterende bedrag over de brug, omdat de kunstenaar de overeenkomst niet (geheel) was nagekomen. De zaak kwam voor de rechter, die bepaalde dat de koper het resterende bedrag alsnog moest betalen. Het beeld bleef daarbij op genoemd plein staan.

Lantaarns en fonteinen aan het Beursplein
Lantaarns en fonteinen aan het Beursplein

De Lantaarns en fonteinen op het Beursplein zijn kunstwerken in Amsterdam-Centrum. Ze vormen gezamenlijk sinds 22 april 2002 een rijksmonument. Het ontwerp van zowel het straatmeubilair als het Beursplein zelf is van Berlage en stamt uit 1902, toen er nog volop aan de Beurs werd gebouwd. Twee lantaarns staan op het bordes van het gebouw. De ander vier lantaarns en de twee fonteinen kregen een plek aan de twee lange zijden van het Beursplein: langs het Damrak en langs de gevelwand waar eerst het Biblehotel stond en in 1913 de Amsterdamse effectenbeurs van Joseph Cuypers verrees. De lantaarns zijn gemaakt van gietijzer en staan op een Eiffeltorenachtige manier op een granieten sokkel. De vier voeten dragen een cilinder van fijn maaswerk in een ruitvormig patroon. Daarop een sierlijke ovale vorm die bovenin vermalt en eindigt in een kroontje met het ophangpunt voor de lichtbron. Net boven het midden van de cilinder is een kraag van rozetten aangebracht. Berlage drong er bij de gemeente sterk op aan de lichtornamenten op het Beursplein elektrisch te verlichten door middel van booglampen. Zo zouden ze één geheel vormen met de twee lantaarns op het bordes, de elektrische lichtmasten op het Stationsplein en de geplande elektrische verlichting langs het Damrak. In de ‘Nieuwe Beurs’ paste Berlage zelf deze moderne energiebron toe voor de lampen, de lift en de centrale verwarming. Daarvoor werd een eigen, tijdelijke centrale in het gebouw aangebracht, in afwachting van de eerste gemeentelijke elektriciteitscentrale die in 1904 klaar was. De in 1903 op het Stationsplein geplaatste lichtmasten, ook een ontwerp van Berlage, waren de eerste tijd dan ook aangewezen op de centrale van de Nieuwe Beurs. Op foto’s van de opening van het gebouw door koningin Wilhelmina in 1903 zijn de lantaarns op het bordes en het Beursplein nog niet te zien. Waarschijnlijk zijn ze aan het einde van dat jaar geplaatst. De booglampen volgden in 1904. Wellicht is het oorspronkelijk de bedoeling geweest in de krans van rozetten lampjes aan te brengen. Bij een renovatie in 1975 trof men op halve hoogte van de lantaarns een ronde koperen doos aan, met pijpjes naar elk van 20 rozetten. Men besloot toen een ring van gloeilampjes aan te brengen, beschermd door een kapje van macrolon (een soort kunststof). Dit bleek ̶ misschien opnieuw ̶ een kwetsbare constructie. Begin jaren negentig werden ze vervangen door kleine bollen, in een iets lichtere tint dan de cilinder, zodat een lichtgevend effect ontstaat. Bij deze restauratiebeurt maakte de in 1975 op een staaf aangebrachte bolvormige armatuur plaats voor een moderne versie van de oude booglampen. Bij de laatste opknapbeurt van de lantaarns in 2017 bleven de booglampen, maar zijn de rozetten leeg gelaten. De twee fonteinen zijn geplaatst in een ronde, uit acht segmenten bestaande bak van graniet. De fonteinbak/het waterreservoir staat op vier poten stevig in het die bak. De waterspuwers zijn ook van natuursteen, zijn abstract van vorm en zitten in het boveneind van het waterreservoir, waardoor het water naar beneden valt. In dat reservoir staat een cilindervormige verhoging waarin vier waterspuwers zijn verwerkt. Op de verhoging staat dan weer een gietijzeren sierbekroning, die ook nog een waterspuwer heeft die haar water haalt uit de ronde bak. De objecten verdwenen in 2017/8 tijdelijk van het plein dat werd heringericht in verband met de komst van een ondergrondse fietsenstalling. Restauratie en herinrichting maakten deel uit van de zogenaamde Rode loper, een toeristenroute tussen Station Amsterdam Centraal en het Paleis op de Dam. De lantaarns hebben vanaf ongeveer 1908 aan de kant van het Damrak assistentie gehad van de elektrische lichtmasten die Berlage ontwierp voor de doorgaande wegen in de stad. Ze deden in hoogte zeker niet onder voor de bijzonder vormgegeven lichtornamenten die in 1991 langs het Damrak werden geplaatst. Deze blauw-groene objecten van de Amsterdamse ontwerpers Alexander Schabracq en Ton Postma deden, net als de lichtmastontwerpen van Berlage destijds, veel stof opwaaien. Ze hielden het echter het een stuk korter uit en zijn vervangen door lichtarmaturen die hangen aan over de straat gespannen draden.