place

Sonnenborgh (Utrecht)

Bouwwerk in Utrecht (Binnenstad)Gebouw van de Universiteit UtrechtMuseum in Utrecht (stad)Observatorium in NederlandRijksmonument in Utrecht (stad)
Sonnenborgh Utrecht
Sonnenborgh Utrecht

Sonnenborgh is een bolwerk en publiekssterrenwacht in de Nederlandse stad Utrecht. Het werd in 2021 door de European Physical Society benoemd tot "Historic site". Keizer Karel V liet ter verdediging van de stad Utrecht tussen 1544 en 1558 vier stenen bolwerken aanleggen aan de binnenkant van de Stadsbuitengracht. Sonnenborgh is daar een van. Het werd onder leiding van stadsbouwmeester Willem van Noort gebouwd en kon in 1552 in gebruik worden genomen. De andere waren aan de zuidkant van de stad Manenborgh (1553-1554) en Sterrenburg (1554), met aan de noordkant Morgenster (ca. 1544). Sonnenborgh is gelegen in de zuidoostelijke hoek van de binnenstad aan de singel. In 1636 werd de Universiteit Utrecht opgericht en het bolwerk werd in 1639 door de hoogleraar plantkunde Regius deels voorzien van een academische kruidentuin tot in 1724 de tuin naar de Lange Nieuwstraat in Utrecht verhuisde (de huidige Oude Hortus). De hoogleraar Buys Ballot zorgde er medio 19e eeuw voor dat de Sterrenwacht van de Smeetoren, waar reeds meteorologische waarnemingen werden gedaan, naar de Sonnenborgh verhuisde. Na de chemie richtte Buys Ballot zich vooral op meteorologie en in 1854 richtte hij op deze plaats het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) op. Na het vertrek van het KNMI naar De Bilt in 1897, onder leiding van directeur Maurits Snellen, stond Sonnenborgh weer geheel in het teken van de sterrenwacht. Bekende onderzoekers die met de Sonnenborgh in sterrenkundig opzicht verbonden waren zijn Pieter van Musschenbroek, Marcel Minnaert en Kees de Jager. Andere directeuren van de sterrenwacht waren Jean Abraham Chrétien Oudemans, Martin Hoek, en Albertus Antonie Nijland. De laatste directeur was Christoph Keller. Het sterrenkundig instituut in Utrecht is in 2012 opgeheven. Stichting De Koepel was tot eind 2013 gevestigd in Sonnenborgh. Nu is er Sonnenborgh - museum & sterrenwacht gevestigd, een publiekssterrenwacht en een museum voor weerkunde, sterrenkunde en bastiongeschiedenis. Veel grote steden hadden vroeger een eigen sterrenwacht om de tijd te meten. Ook de Meridiaanzaal van Sonnenborgh is speciaal daarvoor gebouwd. Met de kijker die daar staat konden sterrenkundigen precies meten hoe laat het was. De telescoop staat gericht langs de meridiaan, een lijn die precies van het noorden naar het zuiden loopt. Als je door de kijker kijkt, kan je zien hoe laat een bepaalde ster langs de meridiaan komt. In 2001 werden tijdens restauratiewerkzaamheden de resten aangetroffen van het eerste chemisch laboratorium in Utrecht. Dit werd rond 1695 in dit bolwerk gevestigd en stond onder leiding van Johann Conrad Barchusen. Sonnenborgh doet mee aan de Utrechtse Museumnacht en de Landelijke Sterrenkijkdagen.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Sonnenborgh (Utrecht) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Sonnenborgh (Utrecht)
Zonnenburg, Utrecht

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Sonnenborgh (Utrecht)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.085319444444 ° E 5.1294166666667 °
placeToon op kaart

Adres

Sterrenwacht Sonnenborgh

Zonnenburg 2
3512 NL Utrecht (Utrecht)
Utrecht, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Sonnenborgh Utrecht
Sonnenborgh Utrecht
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Servaasbolwerk
Servaasbolwerk

Servaasbolwerk is een straat in de Nederlandse stad Utrecht. De straat heeft zijn naam te danken aan het middeleeuwse cisterciënzerklooster van Sint Servaas, hetgeen gedurende bijna vier eeuwen door de kloosterzusters bewoond werd. Kloosters, kerken en andere christelijke bouwwerken bepaalden in de stad Utrecht net zoals elders in belangrijke mate de indeling van de stad -- vanwege hun sociale en fysieke geslotenheid (sociale isolatie, zelfvoorzienendheid, en ommuring), de onttrekking aan wereldlijk gezag (de zogenaamde immuniteit), en vanwege het feit dat bij krijgshandelingen godshuizen gespaard dienden te worden en daardoor een bestendig deel van de stad vormden. Het cisterciënzerklooster van St. Servaas en de naastgelegen abdij bevonden zich direct aan de stadswal. Rond 1390 werd de Nieuwegracht aangelegd, waardoor het klooster tussen de wal en de gracht kwam te liggen, aan de noordzijde begrensd door de Magdalenastraat. Achter de omheining lagen een simpele eenbeukige kloosterkerk met een bescheiden torentje, een kerkhof, een aantal woon- en bedrijfsgebouwen en grote tuinen (aan de noordzijde). In 1567 werd uit de nalatenschap van Agnes van Leeuwenberch aan het noordelijk einde van het Servaasbolwerk het pesthuis Leeuwenbergh gebouwd. Het pesthuis is in de loop der jaren onder andere gebruikt als kazerne, gasthuis universiteitsgebouw, apothekerslaboratorium (en als huisvesting van de bijbehorende farmaciestudenten), kerk en (tegenwoordig als) concertzaal. Tussen het Servaasbolwerk en het Lepelenburg werd in 1621 het Bruntenhof aangelegd, en in 1862 werd er de villa Lievendaal gebouwd. In het zuidelijk deel, bij Sonnenborgh, werd in 1944 door de Duitse bezetters op een grondplan van 30 bij 35 meter een communicatiebunker gebouwd, gecamoufleerd door een bakstenen muur met houten vensters en een pannendak. Ondanks een positief advies van de Raad voor Cultuur tot plaatsing op de rijksmonumentenlijst werd de twee verdiepingen tellende bunker in 2004 gesloopt. Tegenover de bunker werd na de oorlog een hekwerk geplaatst bij de Bevrijdingsboom.

Kameren Maria van Pallaes
Kameren Maria van Pallaes

De Kameren Maria van Pallaes is een rijtje van twaalf vrijwoningen in de Agnietenstraat in Utrecht die in 1651 werden gebouwd in opdracht van Maria van Pallaes. De kameren zijn sinds 1979 in bezit van het Utrechts Monumentenfonds. De patriciër Maria van Pallaes (1587–1664) had in 1649 geen erfgenamen meer en om te voorkomen dat het grote familiekapitaal zou vervallen aan de gemeenschap, besloot van Pallaes het geld te besteden aan armenzorg. Ze kocht een stuk land aan de Agnietenstraat en liet daarop de cameren met een refectiehuis bouwen voor onbetaalde bewoning door arme mensen die geen andere inkomsten hadden. Tevens kregen zij preuves in de vorm van voedsel en brandstof. De eenkamerwoningen waren voor die tijd vrij ruim en hadden een gezamenlijke tuin. Het beheer van de huisjes werd in handen gegeven van de Fundatie Maria van Pallaes die ook na haar dood huisjes voor armen bouwde. Het beheer werd in 1910 overgedragen aan de gemeente die uiteindelijk de zwaar verouderde en in de jaren 60 gekraakte panden voor een symbolisch bedrag overdroeg aan het Utrechts Monumentenfonds onder voorwaarde ze op te knappen. Boven iedere voordeur van de kameren zijn de familiewapens van Van Pallaes en haar man en het jaartal van bouw (1651) aangebracht. De huisjes sluiten aan de westzijde aan op de Beyerskameren door middel van een poort die toegang geeft tot de tuinen. Het refectiehuis staat op de hoek aan de oostzijde van de straat met de ingang aan de Nieuwegracht. Boven de monumentale classicistische toegang bevindt zich een gevelsteen met de volgende tekst: Maria van Pallaes door liefde Goodts gedrevenHeeft doen sy weduw’ was van d’Heere SchroyesteynDees Cameren gesticht eenich onderhout gegevenNiet achtend swerels gonst maer Plaets in chemels Pleyn De Fundatie bouwde later nog woningen in de Pallaesstraat, Minstraat en Wulpstraat.