place

Basiliek van de Heilige Nicolaas (Amsterdam)

Basiliek in het bisdom Haarlem-AmsterdamBouwwerk van Adrianus BleijsKerkgebouw in AmsterdamRijksmonument in Amsterdam-CentrumSint-Nicolaaskerk
Amsterdam St Nicolaaskerk 1900
Amsterdam St Nicolaaskerk 1900

De Basiliek van de H. Nicolaas (Sint-Nicolaaskerk) is een rooms-katholieke kerk in de binnenstad van Amsterdam. De kerk, officieel de H. Nicolaas binnen de Veste geheten, is gebouwd in de periode 1884-1887 naar een ontwerp van de architect Adrianus Bleijs (1842-1912). De Sint-Nicolaasbasiliek is de derde kerk in Amsterdam die is gewijd aan Nicolaas van Myra. De eerste, de huidige Oude Kerk, is tijdens de Alteratie in 1578 meegegaan met de reformatie. De tweede was een rooms-katholieke schuilkerk aan de Oudezijds Voorburgwal, die nu vooral bekend is onder de naam 'Ons' Lieve Heer op Solder'. De basiliek ligt schuin tegenover het Centraal Station aan de Prins Hendrikkade, en loopt door tot en grenst aan het water van de Oudezijds Kolk. De basiliek maakt deel uit van de binnenstadsparochie van de Heilige Nicolaas. Aan de Sint-Nicolaaskerk is door de Romeinse Congregatie voor de Goddelijke Eredienst per 8 december 2012 de eretitel van basiliek (basilica minor) toegekend.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Basiliek van de Heilige Nicolaas (Amsterdam) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Basiliek van de Heilige Nicolaas (Amsterdam)
Prins Hendrikkade, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Website Externe links Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Basiliek van de Heilige Nicolaas (Amsterdam)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.376527777778 ° E 4.9011111111111 °
placeToon op kaart

Adres

Sint Nicolaaskerk

Prins Hendrikkade 74-77
1021 AD Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Website
nicolaas-parochie.nl

linkWebsite bezoeken

linkWikiData (Q1350750)
linkOpenStreetMap (174996833)

Amsterdam St Nicolaaskerk 1900
Amsterdam St Nicolaaskerk 1900
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Kolksluis (Amsterdam)
Kolksluis (Amsterdam)

De Kolksluis is een vaste brug (brug 302) en sluis (sluis 108) in Amsterdam-Centrum. De brug is gelegen in de Zeedijk en overspant de Oudezijds Kolk in hartje Amsterdam. De brug ligt in het Wallengebied. De brug wordt daarbij omringd door rijksmonumenten aan zowel dijk als kolk. De brug staat op menig foto, want de kolk met haar smalle doorkijk is een toeristische attractie. Als men de foto naar het noorden neemt is de grootste blikvanger de achtergevel van de Basiliek van de Heilige Nicolaas, naar het zuiden het eerder genoemde wallengebied. Er ligt hier al eeuwen een brug/sluis. Op een plattegrond uit 1613 van Christoffel van Hartogwal, waarop hij een reconstructie de situatie in 1220 weergaf, is een oeververbinding te zien. De Oudezijds Achterburgwal vormt dan de oostelijke buitenzijde van de stad met op de kop de Sint Olofspoort (ten zuidwesten van huidige brug/sluis). Direct aan de overzijde van de gracht zijn de contouren zichtbaar van de Zeedijk, zoals die ook in de 21e eeuw terug te vinden is op kaarten (een slurf tussen Prins Hendrikkade en Nieuwmarkt). Ander onderzoek gaf aan dat de kolksluis deel uitmaakte van een nieuwe stadsuitbreiding naar het oosten van rond 1425 met aanpassing in 1431, waarbij de Sint Olofpoort haar functie in wezen verloor. Op de geschilderde plattegrond van Cornelis Anthonisz. uit 1538 is aan het eind van de Oudezijds Kolk (hij schilderde de stad gezien vanuit het noorden) een overkluisde brug/sluis te zien. Hendrik Tavenier tekende rond 1784 de situatie in 1525 met ook een overkluisde sluis. De overkluizing is dan al weg, want Caspar Philips, bekend van zijn grachtenboek, tekende rond 1775 al een “kale brug”. Rond 1864 kwam fotograaf Gaston Braun langs en die vond er een sluiscomplex met brug. Hij fotografeerde vanuit het noorden met een zicht op de kolk. Niet veel later werd er vanuit het zuiden gefotografeerd door Andries Jager. het laat in wezen al de huidige situatie zien. Na die foto zijn de sluis en brug nog enkele keren vernieuwd al was ze niet meer belang voor de scheepvaart. Er zijn aanpassingen bekend uit 1922 (renovatie sluis), 1939 (verhoging deuren) en 1986 (renovatie kade). De brug kreeg in 1968 een nieuw brugdek, waarbij delen van de oude brug hergebruikt werden.

Kamperbrug
Kamperbrug

De Kamperbrug (brug nr. 285) is een plaatbrug in het centrum van Amsterdam en voert over het Open Havenfront daar waar dit overgaat in het Oosterdok. De brug verbindt de Prins Hendrikkade met het Stationsplein. De eerste brug werd geopend in 1876 en was een basculebrug. In 1904 werd deze vernieuwd en vervangen door een ijzeren ophaalbrug en was een van de eerste bruggen van dit type in Amsterdam. De brug was voorzien van vrijstaande hamei's waartussen de gekoppelde balans draaide. In 1957 werd de brug vernieuwd. In 1963 werd de brug weer vervangen nu echter door een vaste brug waarbij de landhoofden zijn afgewerkt met natuursteen. De vervanging door een vaste brug was mogelijk omdat de brug niet in een doorgaande scheepvaartroute ligt, behalve rondvaartboten en kleine scheepvaart. De laatste jaren moest de brug vrijwel alleen nog tijdens de intocht van Sinterklaas worden geopend. In verband met de aanleg van de oostlijn van de Amsterdamse metro in de tweede helft van de jaren zeventig kwam ten westen van de brug de Kamperdam en voerde de brug tijdelijk niet over water. De Kamperdam werd na voltooiing van het metrostation na 1980 afgegraven en het water keerde terug. Sinds 2009 ligt even ten oosten van de brug de Odebrug waarmee de brug werd ontlast. Over de brug rijden drie tramlijnen van het GVB en de bussen naar het busstation IJzijde. Vanaf beide kanten van de brug is er een toegang tot het metrostation Centraal. Tot 2015 hadden alle nachtbuslijnen van het GVB op de brug hun standplaats. Onder de brug vaart een groot aantal rondvaartboten maar ook de watertaxi. De brug is vernoemd naar het voormalige Bolwerk Kamperhoofd. Onofficieel wordt de brug ook wel het Kamperhoofd genoemd.

Noord-Zuid Hollandsch Koffiehuis
Noord-Zuid Hollandsch Koffiehuis

Het Noord-Hollands Koffiehuis werd in 1911 aan het Amsterdamse Stationsplein tegenover het Centraal Station gebouwd, naar een ontwerp van architect J.H.W. Leliman. Het ontwerp was geïnspireerd op de Noordhollandse stolpboerderij en het vroegere 'Paalhuis' uit 1562 op de hoek van het Damrak en de Nieuwe Brug. Op 29 april 1912 werd het geopend door de toenmalige burgemeester van Amsterdam. Vanaf het koffiehuis voer een bootje naar het tramstation aan de overkant van het IJ, om aan te sluiten op de Waterlandse tram. Het koffiehuis en niet het tramstation in Noord gold als beginpunt van de rit naar Purmerend of Volendam. Sinds de overname van de lijnen door de NZHVM hanteerde zij de officiële benaming Trambootstation. In 1932 werd het gebouw aam de oostzijde uitgebreid. Vanaf 1 december 1932 werd de exploitatie van (Tweede) Noord-Hollandsche Tramweg-Maatschappij (TNHT) overgenomen door de NZH – sindsdien wordt het gebouw Noord-Zuid Hollandsch Koffiehuis genoemd. In de volksmond werd het vaak Het Koffiehuis genoemd. Na de opheffing van de tram naar Volendam in 1956 vertrokken de bussen van de NACO vanaf de Valkenweg in Amsterdam-Noord. Na de opening van de IJtunnel in 1968 kregen de bussen hun vertrekhalte op het Stationsplein ter hoogte van het Noord-Zuid Hollandsch Koffiehuis. Het in late art-nouveaustijl gebouwde koffiehuis moest in 1972 wijken voor de metrobouw. Het werd geheel gedemonteerd. De genummerde onderdelen van het gebouw werden opgeslagen in pakhuis Insulinde. In 1980 werd het weer opgebouwd, met gebruikmaking van oude onderdelen, zij het op een iets andere locatie. Het gebouw werd gedeeltelijk bovenop het caisson van het ondergrondse metrostation gezet. Voorts werd in dezelfde stijl een aanbouw gerealiseerd met een torentje om het informatie- en kaartverkoopkantoor van vervoerbedrijf GVB in onder te brengen. Daarnaast zetelt in het gebouw ook het VVV-kantoor, en heeft rederij Lovers hier een aanlegplaats voor de rondvaartboten. In 2003 kwam er nog een uitbreiding, inclusief een extra torentje. In 2007 kwam er aan de oostzijde in dezelfde stijl nog een uitbreiding met een losstaand informatiepunt voor toeristen. Gedurende bijna een eeuw, van 1919 tot 2014, was Smits Koffiehuis in het gebouw gehuisvest. Sinds 2016 is er in het voormalig koffiehuis een vestiging van Loetje, Loetje Centraal.

Kolkswaterkering
Kolkswaterkering

Kolkswaterkering (brug 301) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De drukke verkeersbrug is gelegen in de Prins Hendrikkade en overspant de monding van de Oudezijds Kolk in het Oosterdok. Rondom de brug staat een aantal rijksmonumenten, waarvan de Schreierstoren het bekendst is. De brug wordt op afbeeldingen soms verward met de Hoofdbrug, dit komt omdat als men vanuit het noorden kijkt de ingang ten oosten van de Schreierstoren ligt, terwijl de Oudezijds Kolk juist ten westen van de toren begint. De Kolkswaterkering en de Hoofdbrug liggen parallel aan elkaar, die laatste overspant de Geldersekade. De door Cornelis Anthonisz. geschilderde plattegrond van Amsterdam uit 1538 laat al wel de Oudezijds Kolk zien te noorden van de Zeedijk, een brug of sluis is nog niet ingetekend (de sluis ligt dan ter hoogte van de Zeedijk). Zijn plattegrond uit circa 1557 laat er een ophaalbrug zien, op de kop van het Kamperhoofd, ook wel Schreiershoek. Op de militaire kaart van Jacob van Deventer uit 1560 is ook een oeververbinding te zien. Pieter Bast tekende in 1599 ook een brug, al staat de Scheierstoren dan nog in het water van het IJ (de brug ligt dan dus nog zuidelijk van de toren). Een kaart verder in de geschiedenis van Amsterdam uit 1625 van de hand van Balthasar Florisz. van Berckenrode liet opnieuw een brug zien, maar dan ook al met een gedeelte daarvan noordelijk van de toren in een doorgaande kade (Oude Teer Tuynen) met ook de Hoofdbrug. In 1710 tekende Pieter Schenk een prent met opnieuw beide bruggen. De moderne geschiedenis begint midden 19e eeuw als Julien Damoy bij een foto voor een ansichtkaart met de Schreierstoren (La tour des pleureurs) ook twee houten ophaalbruggen fotografeert, de Kolkswatering en de Hoofdbrug. Ten tijde van 1891 is van houten ophaalbruggen geen sprake meer; er is een vaste brug te zien met torentjes met daarop lantaarns op de in het IJ uitstulpende landhoofden (Foto Gustaaf Oosterhuis; de Hoofdbrug kreeg hetzelfde uiterlijk). De ophaalbruggen verdwenen hier, omdat er een verbreding moest komen van de Prins Hendrikkade. Het toenemende landverkeer, waaronder ook eerste de paardentram en later de elektrische tram maakte verbreding noodzakelijk. In de loop van de 20e eeuw moest ze ook keer op keer verbreed en verstevigd (bijvoorbeeld in 1962 en 1980) worden, de gemeente Amsterdam had de Prins Hendrikkade aangewezen als hoofdverkeersroute naar de IJtunnel. In 2018 loopt er dan ook een vierbaansweg uitlopend tot vijfbaansweg over de brug met aan de zuidkant nog voet- en fietspaden, aan de noordzijde ligt nog een wandelkade. De bekendste kunstenaar die de brug heeft vastgelegd is zonder meer Jacob Maris. Hij schilderde ook weer beide bruggen rond 1875; beide bruggen werden rond 1876 vervangen door een liggerbrug.