place

P.C. Hooftstraat

Straat in Amsterdam-Zuid
P.C.Hooftstraat
P.C.Hooftstraat

De Pieter Cornelisz Hooftstraat, meestal P.C. Hooftstraat genoemd en door sommigen de PC, is een straat in Amsterdam-Zuid. De straat werd in 1872 vernoemd naar de geschiedkundige, dichter en toneelschrijver Pieter Corneliszoon Hooft (1581-1647). De straat loopt vanaf de Stadhouderskade tot aan het Vondelpark en wordt gekruist door de Hobbemastraat en de Van Baerlestraat. Tegenwoordig is de P.C. Hooftstraat een chique winkelstraat. In 1883 verscheen de paardentram in deze straat die de verbinding verzorgde tussen de Dam en de Willemsparkweg, een der nieuwe chique buurten van Amsterdam-Zuid. In 1903 werd deze vervangen door de nieuwe elektrische tramlijn 2. Een jaar later kwam tramlijn 3 er bij. Sinds 1913 werd staduitwaarts door de Hobbemastraat gereden. Deze lijnvoering bleef bestaan totdat de Vondelbrug van rails werd voorzien en de beide lijnen vanaf 1958 deze route gingen volgen.

Fragment uit het Wikipedia-artikel P.C. Hooftstraat (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

P.C. Hooftstraat
Pieter Cornelisz. Hooftstraat, Amsterdam Zuid

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: P.C. HooftstraatLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.359444444444 ° E 4.8780555555556 °
placeToon op kaart

Adres

Pieter Cornelisz. Hooftstraat 129
1071 BS Amsterdam, Zuid
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

P.C.Hooftstraat
P.C.Hooftstraat
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

The brick pixelation
The brick pixelation

The brick pixelation bestaat uit twee vernieuwde winkelpanden in de P.C. Hooftstraat in Amsterdam. Aan het eind van de 19e eeuw, hier ongeveer 1875, verrezen aan deze straat gebouwen in voornamelijk de eclectische bouwstijl, die in al haar versies toch min of meer een geheel vormden. De vier huizen op P.C. Hoofstraat 136-142 bestonden daarbij uit vier gelijke panden van vermoedelijk architect of opdrachtgever H.C. Scholten. Gebouwen werden grotendeels opgetrokken uit baksteen met de verdeling souterrain, drie woonlagen en een zolder. De P.C. Hooftstraat werd in de 20e eeuw steeds meer een winkelstraat voor het duurdere/luxere segment en woonhuizen werden daarbij omgebouwd. Het souterrain werd daarbij samengetrokken met de beletage, zodat een begane grond van circa vijf meter hoogte ontstond waar winkels met etalages in ondergebracht konden worden. Daarbij werd de wens steeds duidelijker om een “opener beeld” te creëren, dat wil zeggen meer glas. Een van de eerste gebouwen in die categorie werd de Crystal houses van MVRDV (2018). Dit werd op de voet gevolgd door The looking glass van UNStudio waarbij glasstroken over de volledige hoogte van de voorgevel kwamen te liggen, waardoor de nadruk ook bleef liggen bij de baksteenelementen. Het jaar daarop begon de transformatie van P.C. Hoofstraat 140-142. Opnieuw kwam een ontwerp van UNStudio tot uitvoer, die een balans zocht tussen de oude en nieuwe bouw. Allereerst werden de gebouwen samengetrokken, daarna werd een nieuwe gevel opgetrokken. De begane grond kreeg daarbij rondom de glaspartijen “stenen” van roestvast staal met daarop verlijmd glas. De daadwerkelijke glaspartijen voor etalages en toegangsdeur werden verdiept aangelegd in stalen kaders; de ruiten zijn daarbij hellend geplaatst. De entree tot de bovenwoningen, de deurklink en de deurbel zijn geheel geïntegreerd in deze materiaalsoort maar dan met ondoorzichtig glas. De overgang naar de woonetages bestaat uit een horizontale lijst met daaronder de oude baksteenmotieven. De voorgevel van de twee woonetages zijn uitgevoerd in donkergrijs baksteen waarbij verspreid over de eerste verdieping de pixelstenen terugkeren om de overgang naar de tweede verdieping aan te geven (geheel grijs baksteen). (Het model van) De daklijst stamt vervolgens weer uit de 19e eeuw en gaat over naar de zolderetage met twee dakkapelletjes, uitgevoerd in het originele ontwerp. Het gebouw werd in het voorjaar van 2020 opgeleverd; Louis Vuitton trok er vrijwel direct in. In december 2020 werd de gevel beschadigd bij een ramkraak.

Willemsparkweg 15
Willemsparkweg 15

Willemsparkweg 15, Amsterdam is een gebouw aan de Willemsparkweg in Amsterdam-Zuid. Het gebouw is gekoppeld aan Willemsparkweg 13 en die werden rond 1886 gebouwd naar ontwerp van architect Hendrik Jan Wigman. Wigman was actief in de buurt, zo is zijn werk ook terug te vinden op Willemsparkweg 29-35 (Huis Galesloot), dat gemeentelijk monument is. Beide complexen verrezen aan de Parkweg in Nieuwer-Amstel, die in 1889 in bezit kwam van gemeente Amsterdam en een nieuwe straatnaam kreeg: Willemsparkweg. Zoals destijds gebruikelijk werd het opgeleverd in de eclectische bouwstijl met souterrain, twee woonetages en een zolderruimte. In de “puntgevels” is anno 1886 te lezen. Aandacht verdient ook de hijsbalk, hier in de vorm van een ijzeren sierwerk. De panden werden vermoedelijk in de jaren twintig grondig verbouwd. De buurt had namelijk behoefte aan winkels; bovendien is de stijl van de verbouwde voorgevel van huisnummer 13 uitgevoerd in die van de Amsterdamse school, een bouwstijl die toen gangbaar was. Er kwamen twee uit de kluiten gewassen winkels in en de voorgevels werden onherkenbaar verbouwd. Op het adres zat in 1925 een boekhandel, die failliet ging. Nieuwe huurder was het atelier van vioolbouwer Max Möller. Het bedrijf zou er in drie generaties lang tot 2006 gevestigd blijven. Een gapertje verwijst nog naar het gebruik. In 2006 nam Andreas Post, ook vioolbouwer de bedrijfsruimte in gebruik, het gapertje kon blijven hangen.

Crystal houses
Crystal houses

De Crystal houses (Kristalhuizen) zijn een aantal vernieuwde winkelpanden in de P.C. Hooftstraat in Amsterdam-Zuid. Aan het eind van de 19e eeuw verrezen hier panden in voornamelijk de eclectische bouwstijl, die in al haar versies toch min of meer één geheel vormden. De huisnummers 94 en 96 waren twee vrijwel identieke woon-/winkelhuizen met een witte bepleistering, gebouwd in circa 1890, architect H. Pleiter. De nieuwe eigenaar van de gebouwen begin 21e eeuw zag mogelijkheden tot verruiming van het gebruik van de panden. Hij wilde de gebouwen een moderner aanzien geven. Vanaf 2008 werden ontwerpen gemaakt waarbij in eerste instantie de gebouwen een voorgevel zouden krijgen van glasstenen. Bovendien zouden de gebouwen flink hoger worden. Daarop kwam bezwaar van de welstandscommissie, die het ontwerp wat al te “wild” vond voor deze buurt. Daarop werd het ontwerp aangepast. De voorgevel zou van op de eerste woonetage een overgang laten zien van glassteen naar baksteen. Daaronder is dus een geheel glasstenen gevel ontstaan. Daarboven werd een 19e-eeuwse bakstenen etage geprojecteerd met houten vensters en idem dakplint. Het pand werd afgebouwd met een dak met pannen. De glazen stenen geven het pand een enigszins groen uiterlijk. Het gebouw werd tijdens dit traject gedurende 2014 en 2015 geheel afgebroken, er werd een kelder gestort en een stalen constructie neergezet. Bij oplevering was er nog maar sprake van één huisnummer, zonder toegang naar de bovenwoningen. Het gebouw werd wel wat hoger, maar past nog in het straatbeeld. Een jaar na de oplevering begon de voorgevel barsten te vertonen en men vreesde het ergste. Na studie bleek het te gaan om barsten in de polymeerlijm. Het glas bleek bij wisseling koud/warm meer uit te zetten en te krimpen dan was voorzien. De op scheuren lijkende gevolgen werden beschouwd als onderdeel van de nieuwe experimentele architectuur. De stenen kwamen uit Venetië. Het modehuis Chanel vestigde zich in april 2016 tijdelijk in het gebouw, de firmanaam is in de glasgevel verwerkt. In 2018 vertrok Chanel naar een ander gebouw in de P.C. Hooftstraat en moest de voorgevel aangepast worden. In april 2019 opende Hermès na een uitvoerige verbouwing van meer dan een jaar een nieuw filiaal in het pand. In 2016 kreeg het de Glas Award toebedeeld, samen met Museum Voorlinden.

Vossiusstraat 21-32
Vossiusstraat 21-32

Vossiusstraat 21-32 te Amsterdam is een bouwblok gelegen aan de Vossiustraat te Amsterdam-Zuid. De Vossiusstraat, per raadsbesluit van 19 november 1879 vernoemd naar Gerardus Vossius, was in eerste instantie maar een kort straatje. Ze werd aangelegd in een strook ten zuiden van het latere Vondelpark. Ze liep vanaf de Stadhouderskade eigenlijk maar tot huisnummer 21. Ze werd vergezeld door het noordelijker gelegen Schapenburgerpad dat veel verder doorliep. In het begin van de 20e eeuw was enige grond alhier in handen van de "Algemene Maatschappij van Levensverzekering en Lijfrente". Nadat die verzekeringsmaatschappij tot overeenstemming was gekomen met de gemeente Amsterdam over het doortrekken van de straat en overdracht van het beheer, kon er vanaf het Schapenburgerpad gebouwd worden aan twaalf herenhuizen langs de Vossiustraat. Overigens moest de Maatschappij het doortrekken van de straat zelf bekostigen. Het ontwerp van dit blok is weliswaar van één hand, maar de architect is vooralsnog onbekend. Men vermoedt enerzijds de heer J. Draijer, die echter voornamelijk als makelaar bekend stond. Rond 1900 was er nauwelijks scheiding tussen beroepen pandeigenaar, makelaar en architect. Een andere naam die wel genoemd wordt in Schermhaven, maar deze naam komt binnen de gemeente Amsterdam niet voor. Het blok van twaalf herenhuizen in traditionele opzet bevat bij de portieken enig beeldhouwwerk in de vorm van eekhoorns, bloemen of het “beeldmerk” van de maatschappij. Overigens is de verlenging van die Vossiusstraat niet alleen aan de bebouwing te zien (de huizen zijn dieper ten opzicht van de nummers 20 en lager), de straat gaat ter hoogte van huisnummers 20 en 21 naar een hoger straatpeil. Op 26 juni 2012 werd het bouwblok tot gemeentelijk monument verklaard.

Van Breestraat 14-18 (Amsterdam)
Van Breestraat 14-18 (Amsterdam)

Van Breestraat 14-18 in Amsterdam is een gebouw aan de Van Breestraat te Amsterdam-Zuid. Het is sinds 31 januari 2012 een gemeentelijk monument. De terreinen grotendeels voor landbouw bestemd, behoorden tot 1889 toe aan de gemeente Nieuwer-Amstel. De Van Breestraat, vernoemd naar musicus Johannes van Bree, kreeg haar naam op 1 juni 1898 en werd in de daarop volgende jaren volgebouwd. Op 29 november 1899 vond in het kader daarvan in het Hotel Americain een aanbesteding plaats voor het bouwen van drie huizen naar een ontwerp van architect J.W.F. Hartkamp jr. Aannemer Rieken zou het gebouw voor krap 30.000 gulden bouwen. Hartkamp kwam met drie geschakelde portiekwoningen in de stijl van traditioneel bouwen met hier en daar sporen van art nouveau. Op een hardstenen plint, waarin uitsparingen voor kelderramen en portieken rijzen vier bouwlagen op. Op de begane grond liggen teruggetrokken portieken (met elk twee deuren) die extra verdiept lijken door de erkers die erboven zijn bevestigd. De erkers worden gedragen door consoles. Tot middelhoogte werden de stijlen van de portieken uitgevoerd in hardsteen. De consoles bestaan uit baksteen met hardstenen sluitstenen. Boven de lijst komt een eerste verdieping. Daarbij wisselen drie erkers en drie balkons elkaar af. Hier zijn de meeste tekenen van de art nouveau te vinden in de sierankers in de geval, als ook de hekwerken van de balkons. Opvallend zijn de bogen boven de ramen in de erkers; er zijn tussen het baksteen witte sluitstenen geplaatst. Boven de ramen die naar de balkons leiden zijn boven een metalen balk oosterse versieringen te zien. De ramen hebben een sierlijke indeling door middel van kalven. De gevel van de tweede verdieping kent een gelijke indeling als de eerste, maar de erkers hebben plaatsgemaakt door balkons met balustrades van bak- en natuursteen. Toegangen tot die balkon geschiedt door deuren met een ronde bovenzijde. De raampartijen worden afgesloten door ontspanningsbogen; de ramen zonder balkon zijn eenvoudiger uitgevoerd dan de ramen naar balkon, die weer witte sluitstenen hebben. De overgang naar de derde etage is versierd door lisenen. Drie torenachtige bouwsels onderbreken de daklijst waarboven tussen de “torens” dakkapellen zijn geplaatst. Alles leidt naar een schilddak. De torens worden afgesloten door middel van de eerder genoemde oosters uitziende elementen.

Replacement piece
Replacement piece

Replacement piece is een artistiek kunstwerk in Amsterdam-Zuid. Het is een werk van Ger van Elk, die bij vier wegdekken in Europa een stuk verving voor een “monochrome kleurendruk op een plaat van roestvast staal”. De eerste versie van het kunstwerk Replacement piece werd in 1969 neergelegd in een asfaltstrook voor de Kunsthalle Bern ten tijde van de tentoonstelling When attitudes becomes form. Dit werk ging ten onder aan verkeers- en weersinvloeden. Een tweede versie, daterend van rond 2011, kwam in handen van het Kröller-Müller Museum; het is een plaat van 1m² groot die het patroon heeft van de omliggende tegels van een voetpad en als afwijkende tegel nauwelijks opvalt. In de loop der jaren verbleekten echter de “natuurlijke” tegels, waardoor kleurnuances ontstonden. Een derde exemplaar kwam te liggen in Venetië toen daar dezelfde tentoonstelling in Bern daar plaatsvond, in het Fondazione Prada Venezia. Een relatief groot deel van het werk van Ger van Elk is terug te vinden in het Stedelijk Museum Amsterdam. Na een langdurige verbouwing kwam in 2012 een heropening waarbij werken van Van Elk uit het depot richting vaste opstelling verhuisden. Overleg tussen museum en kunstenaar leverde in 2014 een plaats op in de traverse tussen de nieuwe vleugel (Badkuip) en de ingang van de parkeergarage (Het oor). Die traverse heeft een dek van grijze plavuizen, die zich goed leende voor een herhaling van Replacement piece, aldus de kunstenaar. De onthulling van het door hem aan het museum geschonken werk maakte hij echter niet meer mee. Het werk wordt aangegeven door een infobord dat eveneens in de grond is weggewerkt, maar toch blijft het kunstwerk nauwelijks als zodanig onherkenbaar. Op 10 november 2014 werd het beeld “onthuld” in het bijzijn van zijn weduwe en zoon. In juli 2021 verklaarde kunsthistoricus Wieteke van Zeil het in het televisieprogramma Kunst op gevoel als een van de “eenzaamste kunstwerken”. Weinigen weten dat het er is en het is ook nog eens nauwelijks opvallend.