place

Sarphatistraat 4

Bouwwerk in Amsterdam-CentrumGemeentelijk monument in AmsterdamWoning in Amsterdam
Humanitas Nederland Landelijk Bureau in Amsterdam
Humanitas Nederland Landelijk Bureau in Amsterdam

Het pand Sarphatistraat 4 is een statig herenhuis aan de Sarphatistraat te Amsterdam-Centrum. Het woonhuis is ontworpen en gebouwd in opdracht van August Hendrichs, vooraanstaande Amsterdammer. De architect daarbij was Theo Asseler, neef van Theo Molkenboer. Hij ontwierp een gebouw in de neorenaissancestijl, dat deels vrijstaand is. Ten westen van het pand ligt de straat/steeg Achter Oosteinde, aan de achterzijde is er geen belending. Het gebouw staat ongeveer op de plaats waar tot 1868 De Hooge Steenen Molen stond. In 2015 is Humanitas er gevestigd; het vertrok in oktober 2023 naar de Baarsjesweg in Amsterdam-West.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Sarphatistraat 4 (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Sarphatistraat 4
Sarphatistraat, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Sarphatistraat 4Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.359758333333 ° E 4.9021305555556 °
placeToon op kaart

Adres

Sarphatistraat 4
1017 WS Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Humanitas Nederland Landelijk Bureau in Amsterdam
Humanitas Nederland Landelijk Bureau in Amsterdam
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Amstelgracht (gracht)
Amstelgracht (gracht)

De Amstelgracht is een voormalige gracht in Amsterdam-Centrum. Ze was gelegen tussen de noordelijker gelegen Achtergracht/Nieuwe Achtergracht en de zuidelijker gelegen Singelgracht. Ze is gegraven in het verlengde van de Lijnbaansgracht. De gracht kruiste de Amstel. De gracht komt voor het eerst voor op kaarten van rond 1661 van Nicolaes Visscher met als basis een kaart van Joan Blaeu. Het behelst dan nog een plan voor de inrichting van het gebied ten oosten van de Leidsegracht dat toen de stadsgrens vormde. In 1662 tekende stadsarchitect Daniël Stalpaert opnieuw de gracht in op zijn ontwerpgedeelte van zijn plattegrond. De gracht ligt dan nog in een bijna geheel onbebouwd gebied. De enige bebouwing is dan nog het bolwerk Wester Blockhuys en de infirmerie. De Amstelgracht sluit dan aan op de Veemarkt en Ossenmarkt. Frederik de Wit is explicieter met zijn aanduiding (1688). Jacob Cats (1741-1799) woonde enige tijd aan de gracht. Op het terrein van de Veemarkt/Ossenmarkt verrees tussen 1862 en 1865 het Paleis voor Volksvlijt. Bebouwing bestond onder andere uit een schoolwoning en paardenstal, die stonden tussen de Amstelgracht en de huidige Sarphatistraat en in 1865/1866 gesloopt ("gelegen aan het einde van de Amstelgracht, bij de Hooge Steenenbrug", aldus het Algemeen Handelsblad van 18 december 1865). Op die plaats werd vervolgens een stadsvilla gebouwd voor Anne Willem van Eeghen (1860-1938) naar een ontwerp van Gerlof Salm. Dit gebouw werd op haar beurt in de jaren vijftig weer gesloopt om plaats te maken voor nieuwbouw met dan adres Amstel 344/Sarphatistraat 15. In 1866 werd de gracht gedempt en heet dan voor een tijdje Gedempte Amstelgracht. In 1872 kreeg de voormalige gracht een nieuwe naam Maarten Jansz. Kosterstraat, die in 2017 elf rijksmonumenten kent. Over de Amstelgracht lag zowel in de oostelijke als de westelijke kade van de Amstel een brug. Beide bruggen verdwenen als gevolg van de demping.

Stadhouderskade 149-150
Stadhouderskade 149-150

Stadhouderskade 149-150 betreft een tweetal (bijna) gelijke panden aan de Stadhouderskade/Singelgracht te Amsterdam-Zuid, de Pijp. De panden zijn symmetrisch ontworpen door de aannemers, architecten en makelaars Jan Willem Hartgerink en Hendrik Dirks Kramer, die hier veel panden hebben neergezet. In 1884 plaatsten ze advertentie voor twee eerste klasse herenhuizen met huurprijzen van 1800 tot 2000 gulden. De gebouwen vertonen gelijkenis met meerdere gebouwen aan de Stadhouderskade. Zo zijn er bakstenen versieringen onder de dakplinten, die ook te vinden zijn aan Stadhouderskade 137-139 en Hemonystraat 7. Deze twee gebouwen zijn echter luxueuzer met hun relatief grote erkers, de heren woonden hier namelijk in eerste instantie zelf (Hartgerink op 149, Kramer op 150). Andere details zijn de wit uitgevoerde pilasters In het gebouw Stadhouderskade 149 hebben twee gezinnen gewoond die het Naziregime uit de Tweede Wereldoorlog niet hebben overleefd: het gezin rond Alice Prins (zie daar) en dat van Mouritz de Vries. Mouritz en Griet de Vries-Polak werden op 16 april 1943 omgebracht in vernietigingskamp Sobibór. Ook Jacob Pieter Moltzer, bestuurslid van de Nieuw-Malthusiaanschen Bond en rechtsgeleerde, woonde hier enige tijd. In gebouw Stadhoudeerskade 150 voerde huisarts Rijk Kramer (zoon van de architect) enige tijd praktijk. Voor hem is een inscriptie in de gevel gemaakt. Hij volgde een van de eerdere huurders op belastingcontroleur Johannes Hermanus Simon.

Stadhouderskade 145-146
Stadhouderskade 145-146

Het complex Stadhouderskade 145-146/Hemonystraat 1 bestaat uit een drietal panden aan de Stadhouderskade/Singelgracht hoek Hemonystraat te Amsterdam-Zuid, De Pijp. De architect(-en) van dit complex met drie woonhuizen is vooralsnog onbekend. Ze zijn opgetrokken in de Eclectische bouwstijl, die veelvuldig werd toegepast aan de Stadhouderskade. De toegangspoorten zijn daarbij hoog aangesneden, hetgeen aan die kade vaker voorkomt. Tevens zijn aan de kant van de Stadhouderskade per pand twee balkonnetjes geplaatst die ontbreken. Het opvallendst is hier echter wat er niet is. Bijna alle hoekpanden aan de Stadhouderskade zijn voorzien van afgesneden hoeken waarop erkers geplaatst zijn. Hier ontbreekt zowel de schuine afsnijding als de erkers, als of de bouwers van plan waren er aan de westkant andere panden tegen aan te bouwen. Aan de zijde van de Hemonystraat is een blinde raamgang. De gebouwen dien(d)en voornamelijk tot bewoning met hier en daar een kantoor. In het verleden zat op nummer 145 Huize Jacobs, een pension voor niet al te vermogende mensen. Er was voorts eind 1965 het Comité Verzoekschrift Staten-Generaal gevestigd dat handtekeningen verzamelde tegen de werkwijze van de regering (lees goedkeuringswet) inzake het huwelijk van Prinses Beatrix en Claus von Amsberg. Tegen het huwelijk bestond bij de leden geen bezwaar, ook al heerste er "een groot onbehagen". Het comité bestond alleen in september, oktober, november en december 1965, waar bij het zichzelf ophief. Het aantal in te zamelen handtekening werd ingeschat op meer dan 500.000, er kwamen er circa 65.000. Dit werd mede veroorzaakt doordat een aantal kranten weigerde een advertentie voor het comité te plaatsen. Bovendien was er ook direct een tegencomité opgericht. Op nummer 146 zat voor en na de Tweede Wereldoorlog enige tijd het Dr. Aletta Jacobshuis (geen familie) dat voor de oorlog geleid werd door de arts Bernard Premsela (omgebracht in Auschwitz). Het gebouw 146 vertoont in 2016 enige mate van verzakking.