place

Brug 74

Brug in Amsterdam-Centrum
Kerksluis 01a
Kerksluis 01a

Brug 74 is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. Ze is gelegen in de Kerkstraat en overspant de Reguliersgracht in de Amsterdamse grachtengordel. De brug, zelf per 1995 een gemeentelijk monument wordt omringd door rijksmonumenten waarvan de Amstelkerk op het Amstelveld het bekendst is. Er ligt hier al eeuwen een brug. Daniël Stalpaert, de stadsarchitect, tekende op zijn plattegrond in 1662 al een brug. Er is dan nog vrijwel geen bebouwing hier, maar het noodgebouw van de Amstelkerk staat er al wel. Frederik de Wit tekende op zijn kaart uit 1688 wel bebouwing en ook dan is de brug zichtbaar in de Amstel Kerck Straet over de Reguliers Graft. Er is een tekening bekend uit circa 1760, waarop nog een houten brug zichtbaar is zonder boog. Een van de walkanten werd daarbij nog gebruikt als opslag. De huidige brug stamt vermoedelijk uit 1780, het jaartal wordt aan de noordkant vermeld in twee gevelstenen met “Anno” “1780”. De brug viel als een van de weinige bruggen niet ten prooi aan verlaging en verbreding. Eind 19e eeuw begin 20e eeuw werden veel bruggen in de Amsterdamse binnenstad afgetopt om het wegverkeer makkelijker op en af de brug te laten rijden. Echter er is hier relatief weinig verkeer, vandaar dat lang gewacht kon worden met aanpassing. Het heeft dus de overgang naar ijzeren ligger/balkbrug en weer terug naar boogbrug doorstaan. Pas in 1981 was de oude brug aan de beurt voor vervanging. Daarbij werd gekozen om het brugdek van gewapend beton te maken en wellicht de fundering te vernieuwen, maar de rest lijkt toch vooral bij het oude gelaten te zijn. De brug had als officieuze aanduiding de Kerksluis, Kerk verwijzend naar de straat, sluis naar “stenen brug”. De Amstelkerk was in die dagen slechts een houten loods dienende tot noodkerk, er waren toen voorlopig geen plannen daar een permanente kerk te bouwen. De loods hield het heel lang vol als bedehuis. Een andere naam in de volksmond is Ronde brug. De boog reflecteert in bijzondere omstandigheden in het water en boog en reflectie laten een hele cirkel zien. De brug beschikt over een doorvaartopening met een hoogte van 2.60 meter.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Brug 74 (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Brug 74
Kerkstraat, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Externe links Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Brug 74Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.362433333333 ° E 4.8960222222222 °
placeToon op kaart

Adres

Brug 74 (Kerksluis)

Kerkstraat
1017 LL Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

linkWikiData (Q28104691)
linkOpenStreetMap (67716510)

Kerksluis 01a
Kerksluis 01a
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Amstelkerk (Amsterdam)
Amstelkerk (Amsterdam)

De Amstelkerk is een houten kerkgebouw in Amsterdam. De kerk is gelegen op het Amstelveld in het centrum van Amsterdam en is tussen 1668 en 1670 gebouwd als onderdeel van de tweede uitleg van de Grachtengordel. Het ontwerp is van Daniël Stalpaert. Het zou een tijdelijke "houten predikschuur" worden, waarbij men zich voornam om "het plein of veld aan die Kerk egter groot genoeg te laaten, om op het zelve, t'eenigen tyde, eene steenen Kerk te konnen zetten", aldus het Bureau Monumenten & Archeologie. Het centrale deel van de kerk kreeg de vorm van een kubus. Oorspronkelijk hadden de wanden van de Amstelkerk een verticale grenen beplanking die met de kopse einden in de aarde stonden. De buitenzijde was ossenbloedrood geschilderd. De ramen waren voorzien van glas-in-lood. De toegangsdeuren waren geplaatst in het midden van de buitenwanden. De vloer bestond uit eenvoudige bakstenen klinkers. Aan de binnenzijde keek men tegen de ongeverfde achterkant van de buitenwand aan. De kansel, omgeven door de dooptuin,stond in het midden aan de noordzijde. Tegenover de preekstoel stond de overkapte bank voor de notabelen. Tot 1985 werd de kerk gebruikt door de Hervormde Kerk en de Amsterdamse Studentenekklesia. Sinds 1986 is de kerk eigendom van Stadsherstel Amsterdam, dat er ook kantoor houdt en de ruimte verhuurt voor sociaal-culturele activiteiten en voor recepties en bruiloften. In het souterrain aan de zuidzijde is een restaurant gevestigd. De verbouwing daartoe verstoorde de klassieke maatverhoudingen. Sinds 2006 wordt het gebouw ook weer op zondag gebruikt voor kerkdiensten van de Christelijke Gereformeerde Kerk. De kerk heeft een vierkant grondplan van 28,3 x 28,3 meter, wat neerkomt op 100 bij 100 voet, dezelfde maat als de Oosterkerk die ook door Stalpaert is ontworpen. In 1840 is de kerk in neo-gotische stijl verbouwd onder leiding van Hendrik Springer.

Hilmanhofje
Hilmanhofje

Het Hilmanhofje (Hilmanshofje of Hilman's hofje) was een hofje in Amsterdam-Centrum. Het was gevestigd tussen de Nieuwe Looiersstraat 146-152 en Fokke Simonszstraat in de Weteringbuurt nabij de Reguliersgracht. Het Hilmanhofje kwam voort uit de Willem Hendrik Hilmanstichting. Dat was een stichting opgericht door schrijver Johannes Hilman die de naam draagt van zijn zoon Willem Hendrik Hilman die op zeer jonge leeftijd overleed. Hilman had via een erfenis een aanzienlijk bedrag tot zijn beschikking gekregen en liet diverse gebouwen neerzetten, zoals ook een eigen woning aan genoemde gracht. Het Hilmanhofje bood onderdak aan een twintigtal eenkamerwoningen bedoeld voor alleenstaande vrouwen, maar werd steeds meer bewoond door dienstboden die te ziek waren om hun taken uit te voeren of aan de slag te kunnen. Voorwaarde was wel dat de aanstaande bewoonsters konden aantonen minstens tien jaar lid van die gemeente te zijn geweest. Na oplevering schonk Hilman het gebouw aan de Diaconie van de Hervormde Kerk in Amsterdam. Net als meerdere van dit soort instelling taande met de toenemende welvaart de interesse voor dit soort kleine woningen en in de jaren zeventig werd het dan ook grotendeels bewoond door studenten. Daarop liet de diaconie het complex renoveren; een aantal kamers werd samengetrokken tot driekamerwoningen; andere behielden hun grootte en werden geschikt gemaakt voor begeleid wonen. Hilman schakelde architect Nicolaas Redeker Bisdom in voor dit gebouw. Het gebouw heeft een gevel in neorenaissancestijl. De naam van het hofje is terug te vinden in een cartouche aan de Nieuwe Looiersstraat 146-150 met de tekst: Willem Hendrik Hilman’s Stichting 1875. In de gevel aan de Fokke Simonszstraat is in een sierlijk lint in de gevel de tekst leesbaar Ter zijner nagedachtenis. Hilman, de stichter, overleed niet veel later in 1881. Het gebouw werd in november 2006 tot gemeentelijk monument verklaard.

Fokke Simonszstraat 59-63
Fokke Simonszstraat 59-63

Fokke Simonszstraat 59-63 is gebouwencomplex aan de Fokke Simonzstraat in de Weteringbuurt in Amsterdam-Centrum. Hier staat al eeuwen bebouwing, al uit de tijd van de Nieuwe Looierssloot. De originele bebouwing is al lang gesloopt en er werd opnieuw gebouwd. In de 21e eeuw herhaalde deze geschiedenis zich. Er stond toen een buitendienstzijnde school die nog even tot daklozenopvang diende. Het naderde de toestand van verval en er werd daarom tot nieuwbouw besloten. Naar ontwerp van Ronald Janssen werd er rond 2019 een hoekig appartementencomplex neergezet. Het valt op door haar terugspringende vensters inclusief begane grond. De bovenste vierde bouwlaag is eveneens teruggetrokken. Jaap Huisman omschreef het in Het Parool van 13 maart 2020 als een "rijtje geschakelde appartementen"; hij typeerde het verder met gekleurd glas en gepigmenteerd beton. Het geheel straalt een "abgestraheerde versie van een klassiek grachtenpand", aldus Huisman; hij omschreef het eerder als compromisloos. Architectenweb meldde dat er meer opvallende zaken zijn te vinden. Zo loopt de verticale geleding taps (kolommen onder smal, boven breed) en komen de inspringende ramen naar boven toe steeds verder naar voren, dat laatste lijkt een referentie naar de grachtenpanden die ook enigszins naar voren (lijken te) hellen. In horizontale zin past het toch veertig meter lange blok binnen de oudere panden die het belenden. Bovendien lijkt de architect zich bewust geweest van het feit dat door de geringe breedte van de straat het gebouw nooit frontaal gezien wordt, maar altijd in perspectief. Een tegenhanger was te vinden in de mening van Bernard Hulsman van het NRC; hij schaalde het in als een moderne versie van het Maupoleum, noemde de bouwstijl neobrutalisme en typeerde het als skelettendoos. Het complex werd in maart 2020 genomineerd voor de Amsterdamse Architectuur Prijs.