place

Tweede Constantijn Huygensstraat 43-53

Bouwwerk in Amsterdam-WestGemeentelijk monument in Amsterdam
2021 Tweede Constantijn Huyggensstraat 43 53, Asd (2)
2021 Tweede Constantijn Huyggensstraat 43 53, Asd (2)

Tweede Constantijn Huygensstraat 43-53 te Amsterdam is een blokje woon- en winkeleenheden aan de Tweede Constantijn Huygensstraat in Amsterdam-West. Het blokje heeft aan de vleugels nog bouwsels aan de Eerste Helmersstraat 82-84 en Tweede Helmersstraat 123. Het complex is ontworpen door architect Ludwig Beirer, waarvan meer gebouwen in Amsterdam tot monument werden verklaard. Het blok werd op 14 april 2009 tot gemeentelijk monument verklaard.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Tweede Constantijn Huygensstraat 43-53 (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Tweede Constantijn Huygensstraat 43-53
Dorfstraße,

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Tweede Constantijn Huygensstraat 43-53Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.363269444444 ° E 4.8732722222222 °
placeToon op kaart

Adres

Dorfstraße 33
26670
Niedersachsen, Deutschland
mapOpenen op Google Maps

2021 Tweede Constantijn Huyggensstraat 43 53, Asd (2)
2021 Tweede Constantijn Huyggensstraat 43 53, Asd (2)
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Helmersbuurt
Helmersbuurt

De Helmersbuurt is een buurt in Amsterdam-West, in de Nederlandse provincie Noord-Holland. De wijk werd vernoemd naar de Nederlandse dichter Jan Frederik Helmers en maakte deel uit van een van de stadsuitbreidingen aan het eind van de 19de eeuw. In de oorspronkelijke Stads- en Godshuispolder lag het Sophiapark dat als een achterbuurt werd beschouwd. Op de plaats hiervan verrees de bebouwing nabij de hoek van de Stadhouderskade en de Eerste Helmersstraat. Ontwerper was stadsingenieur J.G. van Niftrik. De N.V. 'Overtoom', exploitatie maatschappij van bouwterreinen, en architect Redeker Bisdom werden in 1883 met de uitwerking belast. Met de aanleg van het Jacob van Lennepkanaal werd in 1884 begonnen. De Overtoomsevaart werd in 1902 gedempt. Dat werd de belangrijke stadsstraat Overtoom, waar sinds 1904 tramlijn 1 over rijdt. De Helmersstraten (Eerste, Tweede en Derde Helmersstraat) worden rond 1891-1902 gebouwd. Ook andere straten in de buurt werden naar schrijvers en dichters genoemd. De eerste straten kregen in 1883 hun naam. De belangrijkste straat dwars op de Helmersstraten is de Eerste Constantijn Huygensstraat, waar sinds 1902 tramlijn 3 over rijdt. Evenwijdig daaraan ligt de Tweede Constantijn Huygensstraat, met een vroegere ingang van het Wilhelmina Gasthuis (1891-1983). De hoofdingang van dit ziekenhuis was aan de Eerste Helmersstraat. De nieuwe wijk werd ook bekend als de Dichtersbuurt of het Letterkundig kwartier. In 1889 was bepaald dat de straten nog maar 15 meter breed hoefden te zijn en de blokken 45 meter diep. Er werd zogenoemde revolutiebouw gepleegd. De bouw was matig van kwaliteit. Soms werd gesjoemeld met het aantal heipalen en het metselwerk was vaak slecht; in 1904 storten enkele huizen al tijdens de bouw in. De Woningwet van 1901 stelde daarna strengere eisen aan de woningbouw. Alhoewel aangelegd als volksbuurt waren de huurprijzen er te hoog voor de armen. Er werd veel onderverhuurd aan studenten en leraren. Onder de schrijvers die er kortere of langere tijd woonden kunnen genoemd worden: Lodewijk van Deyssel, Willem Kloos, Belcampo, Werumeus Buning op Overtoom 21 tegenover de Spieghelschool, en niet te vergeten W.F. Hermans in de Eerste Helmersstraat 208. Onder de scholen in de buurt waren de De Christelijke Voorbereidende Fröbelschool op de Overtoom 105, de Spieghelschool voor lager onderwijs daar schuintegenover op no.16. In de Da Costastraat waren ook enkele scholen, waaronder de Jacob van Lennepschool voor MULO. Alhoewel oorspronkelijk een volksbuurt steeg zij in de naoorlogse jaren in aanzien. De wijk had een gunstige ligging, dicht bij het centrum en winkelstraten. De nauwe kamertjes in de huizen werden al gauw uitgebroken tot grotere eenheden. Door gentrificatie is het een geliefde enclave geworden en worden aanzienlijke prijzen bedongen voor de woningen.

WG-Plein 1-78
WG-Plein 1-78

WG-Plein 1-78 te Amsterdam is een gebouw aan het WG-Plein in Amsterdam-West. Het WG-Plein werd aangelegd op de terreinen van het Wilhelminagasthuis. Voor dat ziekenhuis werd al in 1904 een oogheelkundige kliniek aanbesteed. De kliniek, waar toen al een jaar over gesproken werd, zou ook een zusterhuis herbergen. Al het jaar daarop werd geopend. Bij de ombouw van dat ziekenhuis naar een academisch ziekenhuis in de jaren dertig was een nieuw oogheelkundige kliniek nodig; het oude zou omgebouwd worden tot een kliniek voor KNO. Het besluittraject verliep traag, ook in februari 1933 was er nog sprake van een voorstel tot bouw. Het was crisistijd en de gemeente Amsterdam verzocht de regering om steun in het bestrijden van de werkloosheid; en schoof de bouw daaronder. Dat leidde er toen dat er ook in december 1935 nog geen oogheelkundige kliniek was gebouwd. Uiteindelijk werd het op 23 maart 1936 aanbesteed, samen met de dubbele chirurgische kliniek aan de overzijde. De bouw begon in mei 1936. De bouw werd verricht onder controle van het Werkfonds. In mei 1938 kon dan een aanbesteding verricht worden voor de inrichting. In november kwam burgemeester Willem de Vlugt deze kliniek ontworpen door Allard Remco Hulshoff van de Dienst der Publieke Werken en Abel Antoon Kok openen. Het was één van de modernste oogklinieken. In mei 1939 kwam kunstschilder Matthieu Wiegman de wandschildering Vreugde van het licht aanbrengen waarop een boom in het zonlicht het tableau in tweeën snijdt. Links daarvan een vrouw met kind op de arm; rechts een man met opengeslagen boek en jongen. In september 1982 verhuisde de oogheelkundige kliniek van Paviljoen 19 naar het Academisch Medisch Centrum. Vrijwel direct daarna werd de (gedeeltelijk) kliniek gekraakt. Daarna werd het gebouw herontwikkeld tot bedrijvencentrum (ateliers etc.). Het werd 14 april 2009 tot gemeentelijk monument verklaard. Het gebouw wordt geflankeerd door twee beelden van Hildo Krop: De nacht en De dag. In de erkers een beide zijden van de voorgevel zijn nog kleine beeldjes (deels beschadigd), ook van Krop, verwerkt.

Crystal growth
Crystal growth

Crystal growth is een artistiek kunstwerk in Amsterdam-West. Woningbouwvereniging Stadgenoot schreef opdrachten uit voor de invulling van de terreinen aan de Eerste Constantijn Huygensstraat 36, waar tot 2004 het Jan Swammerdam Instituut stond. Het terrein werd in gedeelten opgevuld. Een van de nieuwe gebouwen (2006) in het stratenplan van Jo Crepain was Solid Furore (blok C), ontworpen door de Britse architect Tony Fretton met adviezen van Inbo. Het betreffen twee bouwblokken met daartussen een met glas afgeschermde binnenplaats. Het glas en de tussen de gebouwen lopende loopbruggen worden ondersteund door staanders met een boomachtige structuur (stam met zijtakken). Fretton vond na oplevering het gebouw "nog niet echt af". Stadgenoot Projectontwikkeling gaf vervolgens in samenwerking met Kunst en Bedrijf in wedstrijdvorm een opdracht voor een kunstwerk. Het werk van kunstenaar Hans van Bentem was de winnaar. Dit was handig want Van Bentem woonde in het complex. Hij kwam met een lichtkunstwerk voor de gevel aan die Eerste Constantijn Huygensstraat. Vijftien kristalachtige objecten gemaakt van glas-in-lood) werden opgehangen aan de eerder genoemde draagconstructie van de glaspartij. Ze zijn als in een wervelstorm geplaatst. Van Bentem wilde hiermee een verbinding weergeven tussen gebouw en stad. Overdag hangen de kristallen vol in het licht en verspreiden licht in de omgeving; het is dan stralend wit. Tussen avond- en ochtendschemering krijgen de kristallen een paars/lila-achtig kleur, dat een betoverende werking zou hebben. Vijftig meter zuidwaarts is het kunstwerk How to meet an angel te zien van Ilya en Emilia Kabakov.

Eerste Helmersstraat 115-119
Eerste Helmersstraat 115-119

Eerste Helmersstraat 115-119 te Amsterdam betreft een drietal portiekwoningen aan de Eerste Helmersstraat te Amsterdam Oud-West. Bij de bebouwing van de straat werd er portiekwoning na portiekwoning gebouwd. Af en toe werd dit afgewisseld door een blokje van een aantal portiekwoningen, zoals bijvoorbeeld op Eerste Helmersstraat 69-83. Een combinatie van die twee bouwvormen is te vinden op Eerste Helmersstraat 115-119. Het drietal panden is ontworpen en/of gebouwd door Louis Beirer, aannemer en architect in één, hetgeen een gebruikelijke combinatie was. De panden hebben een gelijke constructie tot aan de daklijst. Die gelijkenis is terug te vinden in de ontlastingsbogen bij portiek en ramen. Boven de daklijst treedt een aanmerkelijk verschil op. Huisnummers 115 en 117 hebben voor het puntdak een houten topgevel, huisnummer 119 heeft een stenen trapgevel. De topgevel en bijbehorende verdiepingen van de nummers 115 en 117 verschillen daarbij van uitvoeringen. Onder ontlastingsbogen van die nummers zijn allerlei mozaïekwerkjes te zien, huisnummer 119 ontbeert dat. Boven de drie portieken zijn eveneens werkjes te zien, maar deze zijn bijna vergaan. Op 119 is nog te lezen “Slamat” (een gelukswens of berg in Indonesië), wellicht een verwijzing naar de bewoners. Scheidingen tussen de gebouwen zijn zichtbaar gemaakt via geglazuurde groene bakstenen. Portieken 115 en 119 hebben nog enkele abstracte tegeltableaus. In april 2009 werd het complex tot gemeentelijk monument verklaard. De eerste eeuw (1893-1983) was het onrustig voor de deur; er was daar de ingang (poortgebouw) van het Wilhelmina Gasthuis.