place

Doelmolen

Haarlem-CentrumMolen in HaarlemVoormalig bouwwerk in Haarlem
Gegevens cataloguskaartje Raampoort, noordwestzijde met Doelmolen, Inventarisnummer NL HlmNHA 1100 KNA006000434
Gegevens cataloguskaartje Raampoort, noordwestzijde met Doelmolen, Inventarisnummer NL HlmNHA 1100 KNA006000434

De Doelmolen is een voormalige korenmolen in de Noord-Hollandse stad Haarlem. De molen bevond zich in de Oude Stad, in de tegenwoordige buurt de Vijfhoek, en vlak bij de Raampoort op het tegenwoordige Wilsonsplein.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Doelmolen (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Doelmolen
Raamvest, Haarlem

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: DoelmolenLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.377605555556 ° E 4.6268638888889 °
placeToon op kaart

Adres

Raamvest
2011 ZH Haarlem (Haarlem)
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Gegevens cataloguskaartje Raampoort, noordwestzijde met Doelmolen, Inventarisnummer NL HlmNHA 1100 KNA006000434
Gegevens cataloguskaartje Raampoort, noordwestzijde met Doelmolen, Inventarisnummer NL HlmNHA 1100 KNA006000434
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Raambrug (Haarlem)
Raambrug (Haarlem)

De Raambrug is een vaste brug in de Noord-Hollandse Haarlem. De brug overspant de Raamsingel. De brug verbindt de Raamvest, Wilsonsplein en Wilhelminastraat in het centrum met het Tuinlaantje, Koninginneweg, Raamvest en Van Eedenstraat in Haarlem Zuid-West. De brug ligt in een belangrijke doorgaande route tussen centrum en de N205. Tot omstreeks 1870 bevond zich ter hoogte van deze brug de Raampoort, een voormalige stadspoort. De brug werd ook wel Wilsonsbrug genoemd. Met het slechten van de Raampoort in 1870, dat al meer tot een hek met portierswoning was geworden werd ook een nieuwe vaste rijbrug aangelegd. Deze brug werd rechter gelegd en sloot zo aan op het Molenpad, thans Koninginnenweg. Vanaf 1899 maakte de Ceintuurbaan, een tramlijn en ringlijn van de Eerste Nederlandsche Electrische Tram-Maatschappij mede gebruik van de brug. Per 1 januari 1929 werd de oostelijke tak opgeheven en vormde het lijn 4 tussen Stationsplein en Leidsevaart via deze brug. Op 6 september 1934 werd ook deze lijn opgeheven. Op 2 juni 1902 vond een ongeluk plaats waarbij een tramwagon van de Ceintuurbaan te water raakte. De brug is meermaals verbreed te weten in 1919 en 1990. In 1919 had de brug een breedte van 7,1 m dit werd verbreed 12,7 m, zodat er rijvlak van 8,3 m ontstond met aan blijde kanten een trottoir van 2,2 m. Deze verbreding werd noodzakelijk geacht door het toenemende verkeer naar de in 1918 gebouwde Stadsschouwburg aan het Wilsonsplein.

Nieuwe Kerk (Haarlem)
Nieuwe Kerk (Haarlem)

De Nieuwe Kerk (1649) in Haarlem op het Nieuwe Kerksplein geldt als een van de bijzonderste kerkgebouwen die na de Reformatie voor de protestantse eredienst zijn gebouwd in de toenmalige Republiek der Nederlanden. Het strenge, classicistische ontwerp is van Jacob van Campen, die in opdracht van het Haarlemse stadsbestuur een kerkgebouw maakte ter vervanging van de bouwvallige en krappe gotische Sint Annakapel. De toren (1613), opgetrokken in de decoratieve stijl van de Hollandse renaissance door stadsbouwmeester Lieven de Key, moest blijven staan. De Nieuwe Kerk was in Haarlem het eerste stenen kerkgebouw dat speciaal voor de protestanten werd gebouwd; tot dan toe hadden de Haarlemse gereformeerden alleen gebruikgemaakt van een houten - sinds lang gesloopte - preekschuur buiten de stadswallen én natuurlijk de kerkgebouwen die in de middeleeuwen waren neergezet voor de rooms-katholieke eredienst. Het splinternieuwe ontwerp van Van Campen leende zich bij uitstek voor een dienst waarbij alle aandacht niet naar het altaar ging, maar naar de kansel. De kansel stond dan ook centraal opgesteld; vanuit alle hoeken in de kerkzaal was de predikant zowel zicht- als hoorbaar. Het ontwerp van Van Campen bestaat uit een Grieks kruis geschreven in een vierkant. Het kruis wordt gevormd door twee met houten tonnen overwelfde beuken. De hoeken zijn voorzien van lagere cassettenzolderingen. Uitwendig komt de kruisvorm niet tot uiting, zoals bij vergelijkbare kerkgebouwen in Nederland wél het geval is, zoals de Oosterkerk in Amsterdam en de hervormde kerk van Oudshoorn. Aan de buitenzijde wekt de Nieuwe Kerk de indruk dat zij een eenvoudige zaalkerk met een lengteas is. Van Campen heeft dit vermoedelijk met opzet gedaan. Op die manier sloot de bestaande toren beter aan op zijn ontwerp, bovendien paste dit goed bij de symbolische lading die hij aan zijn ontwerp gaf.