place

Omgekeerde spijkerbroek

Beeld in Amsterdam-Oost
2024 Sumatraplantsoen 22 38, Asd (A)
2024 Sumatraplantsoen 22 38, Asd (A)

Omgekeerde spijkerbroek is een artistiek kunstwerk in Amsterdam-Oost. De titel hebben de omwonenden gegeven aan de hand van de vorm. De scheppend kunstenaar Helly Oestreicher (1936, leerling Gerrit Rietveld Academie) was minder poëtisch; ze noemt het Gevelbekroning. Buitenkunst Amsterdam kwam niet verder dan Blauwe glazen objecten op het dak. Het werk is inderdaad een bekroning en accentuering van de gevel van het gebouw Sumatraplantsoen 22-38 (1981), een door Gemeentelijke Dienst Volkshuisvesting (het later Ymere) gebouwde reeks woningen naar ontwerp van Jan Abels. Ter bekroning van de reeks woningen, werd er een kunstwerk van gehard spiegelglas ontworpen en geplaatst, dat met haar blauwe kleur ruimtelijk afsteekt tegen het roodbruine baksteen van de gevels. Tegenover een blauwe lucht is het minder zichtbaar. Het werd ook wel gezien als twee geknakte zuilen, uitgevoerd met medewerking van glazenier Norbert van der Broek.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Omgekeerde spijkerbroek (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Omgekeerde spijkerbroek
Sumatraplantsoen, Amsterdam Oost

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Omgekeerde spijkerbroekLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.359863888889 ° E 4.9420111111111 °
placeToon op kaart

Adres

Sumatraplantsoen 28A
1095 JB Amsterdam, Oost
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

2024 Sumatraplantsoen 22 38, Asd (A)
2024 Sumatraplantsoen 22 38, Asd (A)
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Hartmanbrug
Hartmanbrug

De Hartmanbrug (brug nr. 190) is een plaatbrug in Amsterdam-Oost. Ze is gelegen in de Molukkenstraat en overspant de Ringvaart. De brug verbindt zo de Indische Buurt met de Watergraafsmeer. De kade langs de Ringvaart heet aan de noordzijde de Valentijnkade en aan de zuidzijde de Ooster Ringdijk. Aan de zuidoostkant van de brug ligt de Carolina MacGillavrylaan. Begin 1927 zou hier een houten noodbrug neergelegd worden, maar de bewoners van met name de Celebesstraat protesteerden; zij vonden een brug in het verlengde van hun straat een betere optie. De gemeenteraad ging overstag. Er volgde discussie en pas in 1932 werd er door de Publieke Werken een brug ontworpen. Piet Kramer ontwierp haar in zijn vertrouwde Amsterdamse Schoolstijl met veel baksteen. In 1935 volgde een aanbesteding, waarbij een aannemer de brug voor 26.000 gulden kon leveren. In 1936 werd de brug geopend voor verkeer. Het werd een grote uitvoering van een duiker met veel baksteen (ook de balustraden), maar toch ook met de sierblokjes van natuursteen. Ook is in de brug eenvoudig beeldhouwwerk terug te vinden, zo zijn Anno en 1935 uitgehakt uit het graniet. De balustraden zijn scheef afgewerkt terwijl de daarin liggende granieten blokjes waterpas liggen. De 25 meter brede brug had van oorsprong aan weerszijden van het rijdek twee voetpaden van elk 4,50 meter, daarin werden later ook de fietspaden gelegd. Het geheel wordt gedragen door een houten paalfundering. Het was echter pas in 2007 dat de brug een naam kreeg, de Hartmanbrug. Dit was een eerbetoon aan de op 6 november 1993 bij een roofoverval om het leven gebrachte André Hartman, een sigarenwinkelier op de hoek Molukkenstraat/Valentijnkade. Zijn weduwe, die de zaak tot 2015 voortzette en in 2016 overleed, onthulde op 6 november 2007 het naambordje op de brug, waarmee de naam officieel werd. GVB buslijnen 40 en 65 rijden over de brug.

Samos (gebouw)
Samos (gebouw)

Samos is een gebouw met 87 woningen in Amsterdam-Oost; het wordt in de volksmond De Tweeling genoemd. Het is een van de grootste gebouwen in de buurt aan de noordelijke rand van het Amsterdam Science Park. Het is ontworpen door 24H Architecten, waar destijds Maartje Lammers en Boris Zeisser een architectenduo vormden. Het gebouw staat ingeklemd tussen de Ringvaart van de Watergraafsmeer en de Carolina MacGillavrylaan. Het architectenduo kwam twee L-vormige gebouwen, die door middel van een plint contact hebben. Die plinten van beide toren sluiten hier niet op elkaar aan, maar zijn gestapeld. Dit geeft het resultaat dat de oostelijke flat geheel op de grond staat; de woontoren van de westelijke flat heeft als begane grond een open ruimte. Dat laatste resulteerde in een doorkijk van de laaggelegen polder naar de hooggelegen ringdijk. Ook de oostelijke toren heeft een dergelijke doorkijk maar dan in de hoedanigheid van een hal/doorgang. De flat is deels in het dijklichaam gebouwd, waardoor er in een driedimensionale paalfundering moest worden voorzien (niet alleen van boven naar beneden en van links naar rechts, maar ook schuin de grond in). Het heeft ten opzichte van andere gebouwen in de directe omgeving een groot bouwvolume. Dit had tot gevolg dat het architectenduo aanpassingen in verband met zonlicht, geluidshinder (er ligt rangeerterrein Watergraafsmeer in de omgeving) en gevelisolatie moesten doorvoeren. Beide torens (een van veertien en een van zeventien verdiepingen) hebben een licht glooiende overstek meegekregen, waardoor op de hoger gelegen verdiepingen een luchtspouw ter isolatie kon worden toegepast. Het gebouw valt niet alleen door haar grootte op. De gevels bestaan uit een onregelmatig patroon van 80.000 Braziliaanse natuurleien, ramen en balkons. De natuurleien verschieten daarmee van onderaf van bruin naar grijs; het wordt omschreven als zijnde "langzaam opgaand in de lucht". Per lei moesten in verband met windkracht meerdere bevestigingen (nagels, haken en schroeven) aangebracht worden. Verticaal lopende houten strips (sierstijlen) lijken het gebouw enigszins kleiner te maken. Om de wind niet in te grote vlakken op te vangen zijn bijvoorbeeld perforaties aangebracht in de balkons. Het gebouw werd juni 2012 opgeleverd en in 2013 genomineerd voor de nieuwbouwprijs.

Molukkenstraat 200
Molukkenstraat 200

Molukkenstraat 200, Amsterdam is een monumentaal gebouw aan de Molukkenstraat, Amsterdam-Oost. Het gebouw wijkt architectonisch sterk af van de overige bebouwing aan de straat. De Molukkenstraat is vanaf het begin 20e eeuw volgebouwd met woonhuizen met aan de oostzijde winkels en aan de westzijde hier en daar een winkeleenheid. In de jaren tachtig vond er een uitgebreide sanering plaats, maar woonhuizen en winkels bleven. Echter aan het eind van de straat tussen de Hartmanbrug en Molukkenspoorbrug staat een eenzaam van oorsprong industrieel complex ten behoeve van Utermöhlen & Co uit 1955. Utermöhlen wilde uitbreiden aan de Weesperzijde, maar vond daar onvoldoende ruimte en een verbouwing van het gebouw kostte meer dan nieuwbouw. De firma regelde een grondruil met gemeente Amsterdam. In die nieuwe omgeving waren voorts verwarmings- en elektrische installatie eenvoudiger te plaatsen. Aan de Molukkenstraat kon in een open vlakte gebouwd worden aan een gebouwencomplex waarbij het grondoppervlak met factor drie toenam, met nog voldoende ruimte om uit te breiden. In 1957 was het gehele complex in gebruik. De plek waarvoor gekozen werd is eigenaardig want het gebouw ligt verdiept in een soort oksel tussen de dijklichamen van de Ringvaart Watergraafsmeer (waarover de brug) en het spoor van Amsterdam-Hilversum/Amersfoort (waarin de spoorbrug). Het werd gebouwd in een moeilijk in te richten gebied. Het complex van de minder bekende architect J. van Amstel jr. geldt als typisch industrieel complex, waarvan de bedrijfshal na het vertrek van Utermöhlen onherkenbaar is verbouwd tot winkelcentrum. Aan de Molukkenstraat zelf staat nog het herkenbare kantoorgebouw. Dat kantoorgebouw is volgens de principes uit de jaren vijftig gebouwd: zo goedkoop mogelijk omdat bouwmaterialen nog schaars waren na de Tweede Wereldoorlog. Het was kaal beton met veel glas in stalen kozijnen en drie lage verdiepingen. De relatief smalle staanders tussen de glaspartijen maakten een ruime lichtinval naar binnen mogelijk. Aan isolatie en werkcomfort werd destijds weinig tot geen aandacht besteed. Een dergelijk gebouw zou de grens van de 20e en 21 eeuw niet overleefd hebben, maar het werd als architectonisch en stedenbouwkundig gezichtsbepalend ingeschat (orde 2). Na het vertrek van de originele gebruiker in 1989 vestigden zich allerlei bedrijfjes in het gebouw, totdat rond 2020 verbouwd werd om het aan te passen aan modern gebruik. De onhandige stalen kozijnen in stoeltjesprofiel met enkel glas werden vervangen door aluminium profielen met thermische beglazing; systeemplafonds door akoestische plafond etc. Er kwam voorts een duurzame klimaatinstallatie en lift. Bij de verbouwing kwam aan het licht dat de plint bestond uit het weinig gebruikte Bochholzer zandsteen. Andere opvallende details zijn de schuine luifel en trap met natuursteen. De verbouwing vond plaats onder begeleiding van Heyligers D+P, die wel vaker dit soort verbouwingen begeleidden. Naast de trap stond enige tijd het beeld De Barmhartige Samaritaan van Han Wezelaar, gemaakt voor de nieuwbouw en het 75-jarig bestaan van het bedrijf Utermöhlen. Waar het beeld is gebleven is in maart 2022 nog onbekend.

Monument leven en vrijheid
Monument leven en vrijheid

Het Monument leven en vrijheid is een gedenkteken op het Ceramplein in Amsterdam-Oost. De Tweede Wereldoorlog werd in de Amsterdamse Indische Buurt jarenlang gevierd nabij een vrijheidsboom staande op dat plein. In 1957 werd nabij die vrijheidsboom een tegel geplaatst. In de 21e eeuw bestaat het gedenkteken (wellicht niet oorspronkelijk) uit twee delen: een rossige tegel, waarvan onbekend is of dat de eerder genoemde tegel is, die moet herinneren aan de strijd die geleverd is voor vrijheid en vrede in die oorlog; de tekst luidt simpelweg: "Hun leven, onze vrijheid 1940-1945"; de steen is gemetseld op een terreinafscheiding van baksteen en graniet; een beeld in de vorm van een phoenix van Arend Soerink, het is een bronzen sculptuur op een betonnen sokkel; wanneer dit beeld is geplaatst is onbekend, maar het stadsarchief van Amsterdam bezit een foto van een stratenmaker uit circa 1988 die de straatstenen voor het beeld aan het leggen is Arend Soerink (1924-1999) was een vrij onbekende beeldhouwer, die les heeft gehad van Luigi de Lerma en Gijs Jacobs van den Hof. Van Soerink is maar een beperkt aantal beelden bekend: Mens in Den Haag, Godin nabij Artis, Amsterdam en een Vogelmeisje in Schijndel. De combinatie was tijdens Nationale Dodenherdenking 2003 slachtoffer van opstandige jeugd. In 2008 werd alleen het beeld beklad met groene verf. Nabij of eigenlijk in het monument staat een linde (Tilia platyphylios) uit 1945, onbekend is of dat de bedoelde vrijheidsboom is.

Maria Skłodowska-Curiebrug
Maria Skłodowska-Curiebrug

De Maria Skłodowska-Curiebrug is een vaste brug in Amsterdam-Oost. De brug ligt in het zuidelijke verlengde van de Kramatweg, daar waar zij de ringvaart van de Watergraafsmeer kruist en aansluit op de Valentijnkade. De brug, alleen bestemd voor voetgangers en fietsers, is aangelegd door Waternet. Normaliter worden voor de bruggen externe bedrijven ingehuurd, maar voor dit bijzonder project werd Waternet de uitvoerder. Dat heeft te maken met het feit dat de brug tevens een toldeur moest krijgen. De ringvaart had in 2017 twee toldeuren, te weten een in de Wibautstraat en een nabij de Hartmanbrug. Deze toldeuren waren versleten en zouden vervangen moeten worden. Door de aanleg van de Maria Skłodowska-Curiebrug te combineren met de toldeur, behoefde men niet te werken aan die laatste toldeur. Tijdens de bouw was dit deel van de ringvaart enige tijd niet bevaarbaar. Er moest een bouwput midden in de ringvaart gemaakt worden om de betonnen paalfundering van het juk aan te leggen. Vanuit het juk werd de brug verbonden met de beide kades. De toldeur hangt daarbij als een rood zwaard aan een zeilboot aan de brug. De brug is een ontwerp van de Haarlemse architect Arjan Karssen. Op 3 november besloot de gemeente de brug te vernoemen naar Marie Curie. Ten zuiden van de brug ligt namelijk het Amsterdam Science Park. Aangezien Amsterdam al een Curiestraat, vernoemd naar Marie en Pierre Curie, kent, werd besloten haar volledige achternaam te vermelden.

Gerardus Majellakerk (Amsterdam)
Gerardus Majellakerk (Amsterdam)

De Gerardus Majellakerk is een voormalige rooms-katholieke kerk aan het Ambonplein en het Obiplein, in de Indische buurt in Amsterdam-Oost. De kerk stamt uit 1925 en werd ontworpen door architect Jan Stuyt, als middelpunt van een katholiek complex, waartoe onder meer ook woningen, een klooster en twee scholen behoorden. Zoals bij veel van zijn kerken is het ontwerp van de Gerardus Majellakerk geïnspireerd door de Byzantijnse kerken die Stuyt tijdens een bedevaart naar Palestina in 1903 bezocht, met name de Aya Sophia in Istanboel. De belangrijkste verwijzing naar de Byzantijnse architectuur is de grote twaalfzijdige vieringtoren. Een westtoren maakte deel uit van het oorspronkelijke ontwerp maar werd nooit gebouwd. Vanaf de jaren 1930 ontstonden problemen rond de instandhouding van het gebouw. Het feit dat de Indische buurt werd verlaten door de meer draagkrachtige bewoners, droeg bij aan de financiële tekorten die ontstonden. Ook de ontkerkelijking in de jaren 1960 en de stadsvernieuwing, die leidde tot veranderingen in de samenstelling van bevolking, versterkten de moeilijkheden rond het behoud van de kerk. Uiteindelijk werd de kerk na een laatste liturgische viering op 20 september 1992 buiten gebruik gesteld en overgedragen aan Stadsherstel Amsterdam, dat het gebouw door architect André van Stigt liet restaureren en verbouwen tot verhuurbare ruimten voor instellingen. Van 1994 tot en met 2011 huisden onder anderen het Clara Wichmann Instituut en het instituut Aletta (voorheen Internationaal Archief voor de Vrouwenbeweging, tegenwoordig Atria) in de kerk. Sinds 2012 hebben het Nederlands Philharmonisch Orkest en het Nederlands Kamerorkest er hun thuisplek gevonden. De centrale ruimte is een concertzaal geworden en het gebouw heeft de naam NedPho-Koepel gekregen.