place

Roeterseiland

Amsterdam-CentrumCampusUniversiteit van AmsterdamWijk in Amsterdam
NIMH 2011 0048 Aerial photograph of Amsterdam, The Netherlands 1920 1940
NIMH 2011 0048 Aerial photograph of Amsterdam, The Netherlands 1920 1940

Roeterseiland was een eiland in het zuidoosten van de stad Amsterdam en lag binnen de stadswal bij de Muiderpoort. Tegenwoordig is het de locatie van de, aan en nabij de Amsterdamse Roetersstraat gelegen gebouwen van de Universiteit van Amsterdam (UvA) en wordt door de UvA vaak afgekort als REC (Roeterseilandcampus). Het eiland werd omgeven door de Achtergracht (Nieuwe Achtergracht), Muidergracht (Plantage Muidergracht), Lijnbaansgracht (gedempt, Valckenierstraat) en Roetersburgwal (Roetersstraat). Het gebied behoort tot het stadsdeel Amsterdam-Centrum. Het Roeterseiland ligt tegenwoordig ingesloten tussen de Sarphatistraat, de Plantage Muidergracht en de Roetersstraat.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Roeterseiland (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Roeterseiland
Korte 's-Gravesandestraat, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Website Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: RoeterseilandLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.363333333333 ° E 4.9127777777778 °
placeToon op kaart

Adres

Roeterseiland (UvA) (Roeterseilandcampus)

Korte 's-Gravesandestraat
1018 HK Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Website
campus.uva.nl

linkWebsite bezoeken

NIMH 2011 0048 Aerial photograph of Amsterdam, The Netherlands 1920 1940
NIMH 2011 0048 Aerial photograph of Amsterdam, The Netherlands 1920 1940
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Derkje Hazewinkel-Suringabrug
Derkje Hazewinkel-Suringabrug

De Derkje Hazewinkel-Suringabrug (brug 2522) is een voetbrug in Amsterdam-Centrum. Ze is gelegen over de Nieuwe Achtergracht op het terrein van de Roeterscampus van de Universiteit van Amsterdam, vernoemd naar het Roeterseiland. Die universiteit verbond met plaatsing van deze brug twee delen van de Roeterscampus die doorsneden werd door de Nieuwe Achtergracht. Om studenten en professoren in de gelegenheid te stellen sneller van het ene naar het andere eiland te kunnen komen, werd deze voetbrug aangelegd. Voor het studieseizoen 2017/2018 moest gebruik gemaakt worden van de Halverstadbrug. Het ontwerp van de brug is afkomstig van de Londense architectengroep AHMM (Allford Hall Monaghan & Morris). Zij ontwierpen ook het nieuwe gebouw van de Rechtenfaculteit op het terrein. Zij kwamen met een brug van 60.000 kilo staal, die als een welfbrug over het water ligt, zonder dat de landhoofden opgemetseld zijn. De brug is 26,5 meter lang en heeft een breedte die van noord naar zuid oploopt van 6,5 (noord) tot 17 meter (zuid). Tegelijkertijd werden ook de kades vernieuwd naar de inzichten van de gemeente Amsterdam; rode klinkers afgebakend met natuurstenen sluitstenen. De universiteit gaf het de aanduiding “slanke brug” mee, maar het had behoorlijk wat voeten in aarde op de brug op haar plek te krijgen. De plek van de brug ligt midden op de campus, waar het moeilijk manoeuvreren is met welk voer- of vaartuig ook. Daarom werd de brug eerst in de staalfabriek in Schijndel geheel in elkaar gezet om vervolgens weer gedemonteerd te worden. Daarna werden tijdens de nachtelijke uren de onderdelen per vrachtauto naar Amsterdam, het vervoer kon alleen plaatsvinden op lange opleggers, waardoor de transporteur allerlei vergunningen nodig had. Eenmaal ter plaatse vond afwerking van de brug binnen in een maand plaats. Oplevering geschiedde vlak voor het nieuwe studiejaar. Overigens was er hier al eerder een mogelijkheid van gebouw tot gebouw te komen, ook over de gracht. Het gebouwencomplex zelf heeft namelijk ook een brugconstructie over het water. Enkele jaren lang dreef er bovendien in de gracht een ponton waarop een fietsenstalling was geplaatst; die fietsenstalling verdween bij herinrichting van de terreinen in een kelder, zodat er na oplevering van de brug weer een doorvaart mogelijk was. In maart 2019 vernoemde de gemeente Amsterdam de brug naar Derkje Hazewinkel-Suringa. Ze werd in 1932 hoogleraar strafrecht aan de UvA en ze was de eerste vrouwelijke jurist die hoogleraar werd. In 1939 werd ze ook de eerste vrouwelijke decaan van de rechtenfaculteit van de UvA.

Rita Vuykbrug
Rita Vuykbrug

De Rita Vuykbrug (brug 116P) is een kunstwerk in Amsterdam-Centrum. De voetbrug overspant de gracht Plantage Muidergracht. Ze verbindt het Roeterseiland met de straat Plantage Muidergracht. De brug werd noodzakelijk omdat het Propadeuselokaal van het Chemisch Laboratorium van de Universiteit van Amsterdam niet op het Roeterseiland werd gebouwd maar aan de overzijde van genoemde gracht. De brug dateert van 1962. Het ontwerp kwam van de tekentafels van de Dienst der Publieke Werken, de specifieke architect is vooralsnog onbekend. Er werd vanaf april 1962 tot en met september 1962 gebouwd aan deze betonnen brug op betonnen paalfundering. De overspanning bestaat uit een boog die aan de zuidkant gesteund wordt door een asymmetrisch geplaatste brugpijler, waardoor aan die kan een soort kleine aanbrug is ontstaan. De centrale doorvaartwijdte is krap 15 meter, de brug is circa 3 meter breed. De brug is vrij steil, voor toegang tot de brug zijn trapjes aangelegd met daarnaast een gladde helling van bijna 16 % om eventueel de fiets aan de hand mee te nemen. De brug ging vanaf 1962 door het leven als brug 116P, de P staande voor beheer door derden. Op de raadsvergadering van 26 maart 2019 van de gemeente Amsterdam werd besloten de brug een vernoeming te geven naar professor doctor Rita Vuyk, vanaf 1960 hoogleraar Psychologische ontwikkelingsleer aan genoemde universiteit en daarmee tevens de eerste vrouwelijke hoogleraar in de psychologie. Even later kreeg ze in 2520 een officieel brugnummer 2520.

Remise Roetersstraat
Remise Roetersstraat

De Remise Roetersstraat, later beter bekend als Remise Nieuwe Achtergracht, was een hoofdremise van de Gemeentetram Amsterdam. De remise was voor de elektrische tramexploitatie in gebruik van 1904-1952. Het complex ontstond door verbouwing van het gebouw waar sinds 1877 de Amsterdamse Omnibusmaatschappij haar werkplaatsen en kantoren had. Het nieuwe remisecomplex, dat in twee gedeelten werd opgeleverd, had een oppervlakte van in totaal 5.270 vierkante meter. Oorspronkelijk was de ingang van de remise aan de Roetersstraat. Ook kwam er ook een toegang vanuit de Sarphatistraat en Pancrasstraat bij de Nieuwe Achtergracht. De inrit bij de Roetersstraat verviel toen, om in 1933 weer in gebruik genomen te worden. Door de uitbreiding van de remise Havenstraat in 1932 werd het complex voor een groot deel overbodig. Er werden alleen nog een aantal spitsuurdiensten gereden op de tramlijnen vanuit Oost. Verder werd het complex gebruikt voor de opslag van overtollig en buitendienst-staand materieel. Van 1941 tot 1943 werd tramlijn 10 weer volledig vanuit deze remise geëxploiteerd. In 1952 degradeerde de remise volledig tot verzamelplaats van pekelwagens en van terzijde gesteld materieel, dat hier (meestal) wachtte op afvoer. Vanaf 1954 werd de remise ook gebruikt als opslagplaats van buitendienst-staand autobusmaterieel. In tegenstelling tot de trams betrof het hier merendeels gloednieuwe bussen die nog niet in dienst gesteld waren door overbodigheid, omdat men te veel bussen had aangekocht vooruitlopend op niet uitgevoerde plannen voor het verbussen van tramlijnen. De toegangssporen in de Roetersstraat verdwenen toen. Ook bood de remise tot de ingebruikname van Garage West korte tijd onderdak aan een drietal buslijnen. In 1964 werd het laatste materieel uit de remise afgevoerd en kwam het complex leeg te staan waarbij de toegangssporen in de Pancrasstraat verdwenen. Het complex werd toen tijdelijk gebruikt voor het stallen van voertuigen van de stadsreiniging. In 1966 werd begonnen met de ontmanteling en sloop van het complex. De tramlijnen 3, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 18, 19 en 20 en buslijnen D, P en M hebben dienst gedaan vanuit deze remise. Op het vrijgekomen terrein verscheen later het complex Roeterseiland met de nieuwe hoogbouw van de Universiteit van Amsterdam (gebouw Roetersstraat 25) en de omgeving werd onherkenbaar veranderd.

Dr. Samuel de Ranitzbrug
Dr. Samuel de Ranitzbrug

De Dr. Samuel de Ranitzbrug (brug nr. 187), ook wel bekend als Spinozabrug, is een voormalige spoorbrug over de Singelgracht in Amsterdam, tussen de Mauritskade en de Spinozastraat. De Gemeente Amsterdam duidt de brug ook wel aan als brug 187. De brug is onderdeel van de vaarweg tussen het Open Havenfront en de Amstel. De vaarweg heeft een "minste hoogte" van KP +2,15 m. De brug werd rond 1865 aangelegd als onderdeel van de Doklijn, de spoorlijn tussen het Weesperpoortstation (waar nu de Wibautstraat is) en het Entrepotdok. Nadat deze lijn rond 1898 was opgeheven werd de brug aangepast voor wegverkeer . In 1905 kon de gemeente Amsterdam gebruik maken van de brug. Tegelijkertijd werd de gehele omgeving opnieuw ingericht. De gemeente bouwde de brug om (wijzigen onderbouw en het maken van een nieuwe bovenbouw) en legde er tramrails voor tramlijn3, asfalt en stoeptegels op . Die tram zou er tot de Tweede Wereldoorlog over rijden. Van 1972 tot 1976 lagen er weer tijdelijk rails op de brug, omdat tramlijn 10 wegens de aanleg van de Oostlijn van de Amsterdamse metro werd omgeleid via de Mauritskade en deze brug. De groefrails werden los op het wegdek gelegd in een grindbed. Deze omleidingsroute had als bijnaam de "Ponsebaan", genoemd naar een lid van de "WOVAA" (een voorloper van de Amsterdamse afdeling van de Vereniging Reizigers Openbaar Vervoer); terwijl het vervoerbedrijf GVB aanvankelijk zeker was van de onmogelijkheid van deze route, heeft Ponse volgehouden dat het wel mogelijk was omdat er vroeger ook een trein over reed en de brug daarmee ook een tram kon dragen. Daarmee is een jarenlang grotere omleiding voorkomen. Sinds 1976 doet de brug dienst als fiets- en voetgangersbrug. Van 1986 tot 1989 werd de brug gerenoveerd, waarbij ook de tramrails werden verwijderd. Die lange tijd was nodig omdat de gemeente ook bezig was met het nabijgelegen terrein van de Amstelbrouwerij. Er kwam tijdelijk een houten noodbrug en bij oplevering kreeg de brug een nieuw noordelijk landhoofd. Opmerkelijk aan de brug is dat deze op staal gefundeerd is, hetgeen vanwege de slappe bodem in Amsterdam uitzonderlijk is. De pijler en de landhoofden zijn om die reden ook op de waterbodemniveau verbonden met stalen binten die de gronddruk van de landhoofden moeten opvangen. De ander opvallend kenmerk van de brug is dat de landhoofden ver de gracht zijn ingebouwd om het gewicht van treinen te kunnen dragen. Die landhoofden en pijler vormden in de 21e eeuw een probleem bij de doorspoeling van het grachtenwater. Bij waterverversing van west naar oost stuwde zich water op voor de brugpijler en vormden zich achter de brugpijler juist kolken, die ook de brugpijler schaadden. Een oplossing was niet direct voor handen. Omdat er meer bruggen waren waar dit fenomeen zich voordeed, is er een constructie van kunststof schotten aan drijvers bedacht die stroomafwaarts de vorming van de kolken verhindert. In 2016 heeft het gemeentebestuur besloten de brug naar Samuel de Ranitz (1834-1913) te vernoemen. De Ranitz was een arts en de oprichter van het kinderziekenhuis in Amsterdam, sinds 1899 Emma Kinderziekenhuis geheten. Het in 1865 gerealiseerde kinderziekenhuis was van 1871 tot 1988 gevestigd aan de Sarphatistraat, met de achterkant aan de Spinozastraat, tegenover deze brug. Tegelijkertijd verviel de officieuze naam Spinozabrug, een vernoeming naar de Spinozastraat.

Halverstadbrug
Halverstadbrug

De Halverstadbrug (brug 260) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De brug is gelegen in de Roetersstraat en overspant de Nieuwe Achtergracht. De brug is als basculebrug aangelegd vanaf voorjaar 1889 toen de paalfundering werd neergezet (50 stuks). De brug moest al snel aangepast worden, er kwam een tram over de brug te rijden. In de zomer van 1915 werd de brug grondig aangepakt, ze werd verbreed en omgebouwd tot vaste brug onder een ontwerp van ingenieur Wichert Arend de Graaf van de Dienst der Publieke Werken. Die verbreding is in 2017 nog aan het uiterlijk van de brug terug te zien in de steunen/consoles voor de verbreding die in de landhoofden is weggewerkt. De brug werd in 1995 benoemd tot gemeentelijk monument. De bebouwing ten westen van de brug volgde een jaar na de bouw van de brug. De terreinen ten oosten van de brug werden na de aanvankelijke bebouwing steeds meer volgebouwd met gebouwen voor het Roeterseilandcampus van de Universiteit van Amsterdam. De oorspronkelijke bebouwing is hier geheel verdwenen. Ook ten zuidwesten is al een oorspronkelijk woonblok gesloopt en vervangen door nieuwbouw. De brug is vernoemd naar Raphaël Halverstad, die samen met Walter Süskind en Piet Meerburg Joodse kinderen liet ontsnappen uit de (crêche van de) Hollandsche Schouwburg. De volgende bruggen in de Roetersstraat dragen ook namen van helpers, de Ben Polakbrug en Lau Mazirelbrug, de Walter Süskindbrug ligt in de omgeving, de Piet Meerburgbrug ligt elders in de stad.