place

DVVA

Amateurvoetbalclub in Amsterdam

DVVA (Door Vriendschap Verenigd Amsterdam) is een Nederlandse amateurvoetbalclub uit Amsterdam, opgericht in 1931. DVVA komt uit in de Tweede klasse zaterdag (seizoen 2020/21). De clubkleuren zijn geel en zwart. DVVA speelt op sportpark Drieburg in Amsterdam-Oost. De club heeft ongeveer 500 leden en telt 14 herenelftallen, 4 dameselftallen en 7 herenzaalteams. De bijnaam van DVVA´ers is: De Geelzwarte Leeuwen. Het eerste elftal is in seizoen 2010/2011 kampioen geworden van de zaterdag tweede klasse A. Na een seizoen in de eerste klasse speelt DVVA sinds het seizoen 2012/2013 weer in de tweede klasse. DVVA is ook bekend van het jaarlijks terugkerende festival SoccerRocker en het Jaap Heesen-toernooi.

Fragment uit het Wikipedia-artikel DVVA (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs).

DVVA
Rozenburglaan, Amsterdam Oost

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: DVVALees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.341044444444 ° E 4.9312611111111 °
placeToon op kaart

Adres

Sportpark Drieburg

Rozenburglaan
1097 ST Amsterdam, Oost
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Drie Burgpad
Drie Burgpad

Het Drie Burgpad is een straat en pad in De Wetbuurt in Amsterdam-Oost. Straat en pad loopt in het zuidelijke deel van de De Wetbuurt, dat is ingericht met groengebied (tuinen en volkstuinen) en sportvelden. Die sportvelden moeten natuurlijk bereikbaar zijn met gemotoriseerd vervoer. Zodra de sportvelden ophouden gaat de weg verder als voet- en fietspad, dat na Afvalpunt Rozenburglaan door middel van de Weesperzijdebrug een in- en uitgang heeft aan de Rozenburglaan. De gemeente Amsterdam had de gehele omgeving op 1 januari 1921 overgenomen van de gemeente Watergraafsmeer, die toen haar eind vond. Amsterdam wilde woningen bouwen, maar werd opgehouden door de economische crisis en de Tweede Wereldoorlog. Toch werd er in de winter 1940/1941 handmatig een afwateringssysteem gegraven. Na de oorlog lagen de terreinen er als sportvelden bij. Een van de velden is in gebruik bij voetbalvereniging JOS, door The Nits bezongen in J.O.S. days. De naam Drie Burg voert terug op een moestuin met bebouwing, die gelegen was tussen de Kruislaan en Duivendrechtsebrug, die in eeuwen geschiedenis nauwelijks van plaats gewijzigd zijn. Zowel de ’s Gravenhaegse courant van 4 december 1737 als de Oprechte Haarlemsche Courant van 17 maart 1801 omschreven de terreinen. De krant uit Haarlem omschreef het als volgt:: Een stuk moesland, genaamd Drie-Burg, met zyn huizinge, schuuren etc. groot circa 4 morgen gelegen aan de Ringdyk tussen Kruislaan en Duivendrechtsebrug. Die ringdijk behoorde toe aan de Watergraafsmeer; het bijbehorende deel ringvaart werd opgenomen in het traject van de Weespertrekvaart. Het pad ligt tussen twee ringsloten rondom de sportvelden. Langs de weg staat achter een toegangspoort naar de velden een nauwelijks te herkennen titelloos kunstwerk van Johan Sterenberg.

Kruislaanbrug
Kruislaanbrug

De Kruislaanbrug (brug 458) is een kunstwerk in Amsterdam-Oost. Alhoewel genummerd als brug, is het een viaduct of tunnel afhankelijk van het gezichtspunt. Het bouwwerk overspant de Kruislaan en is gelegen in de Gooiseweg. De Gooiseweg deelt de Kruislaan in tweeën, aan beide kanten is de Kruislaan geschikt voor al het verkeer, maar ter plaatse van het viaduct is ze alleen toegankelijk voor langzaam verkeer. De wens voor een weg tussen Amsterdam en Het Gooi dateert al vanaf de jaren dertig van de 20e eeuw, een definitief besluit volgde 30 maart 1938. Door de Tweede Wereldoorlog werd alles op de lange baan geschoven. Pas in de jaren vijftig werd er vervolgactie ondernomen. Daartoe moest het originele ontwerp in verband met het toename van autogebruik geheel op de schop. In 1956/1957 werd een begin gemaakt met de aanleg van een dijklichaam, die deze (toekomstige) snelweg moest dragen. In april 1957 was er tot aan de Hugo de Vrieslaan al zoveel zand geplaatst dat het mogelijk was daar aan Hugo de Vriesbrug te kunnen beginnen. Echter het Rijk had een bestedingsstop afgekondigd, zodat nog wel zand kon worden bijgestort, maar van bouwwerkzaamheden kon geen sprake zijn. De gemeente Amsterdam kreeg de financiering door die bestedingsstop niet rond. Een totaalpakket van circa 40 miljoen voor bouwwerken was te veel van het goede. In september 1958 vond de Dienst der Publieke Werken wel de mogelijkheid om voor een bedrag van 10 miljoen gulden aan een elftal bruggen te kunnen bouwen/herstellen waarvan vier in de Gooiseweg (Kamerlingh Onnesbrug, Hugo de Vriesbrug, brug 460 en Kruislaanbrug), maar ook het enorme viaduct (toen grootste brug van de stad) brug 705. De kosten waren inmiddels wel opgelopen tot 350.000 gulden. De breedte van de tunnel zou 6,50 meter bedragen. In december 1959 was het bouwwerk grotendeels voltooid zodat geschat werd dat in de zomer van 1960 het traject Gooiseweg geopend kon worden. Op 2 mei 1960 werd de noordelijk rijbaan van die weg opengesteld voor verkeer (zij diende een aantal maanden als tweerichtingenweg). Er lag een drie kilometer lange nieuwe weg tussen het Prins Bernhardplein (toen nog Mr. Treubplein) en de Harteveldsebrug. De opening werd verricht door wethouder Publieke Werken Goos van 't Tull. Het ontwerp zou zijn van de Amsterdamse Publieke Werken, de specifieke ontwerper is vooralsnog onbekend. De ontwerper liet een voor de tunnel strak rechthoekig model bouwen. De “landhoofden” zijn echter glooiend en betegeld uitgevoerd. De weg maakte een onderdeel uit van een geplande doorgaande route (de Ringweg Amsterdam was er nog niet) tussen Het Gooi en Noord-Holland boven het IJ via de dan nog te bouwen IJtunnel. De opening van de gehele Gooiseweg leverde de jaren daarop direct verkeersproblemen op. Door werkzaamheden aan de Wibautstraat en Weesperstraat moest bijna alle verkeer naar en van de Gooiseweg over de Berlagebrug, die daarop niet berekend was. Het kunstwerk ging vanaf de opening naamloos door het leven. Op 8 december 2017 publiceerde de gemeente Amsterdam een lijst met vernoemingen van bouwwerken voor opname in de Basisregistraties Adressen en Gebouwen. Het ging toen om objecten in en over snelwegen in en om Amsterdam. De brug werd toen direct vernoemd naar de weg die ze overspant de Kruislaan en die werd zo genoemd omdat zij de Watergraafsmeer doorkruiste en dwars stond op de belangrijkste weg (toen en nu), de Middenweg.

Brug 479
Brug 479

Brug 479 is een bouwkundig kunstwerk in Amsterdam-Oost. In het buurtje De Wetbuurt liggen meerdere ringsloten. Een van die ringsloten omringt het woongedeelte van de buurt. De zuidelijk gelegen sportvelden (onder andere Sportpark Drieburg) en tuinderijen hebben elk hun eigen ringsloot. Tussen woonwijk en het recreatiegebied ligt tussen beide watersystemen een landstrook waarop een voet- annex fietspad ligt. Middels brug 479 kunnen voetgangers tussen beide gebieden heen en weer trekken zonder gebruikt te hoeven maken van de verkeersbrug 254 in de Fizeaustraat, de hoofdverkeersroute ter plaatse. De bruggen 254 en 479 liggen amper 100 meter uit elkaar, toch stammen ze uit twee architectonische tijdperken. Beide bruggen zijn ontworpen door de Dienst der Publieke Werken, maar komen uit verschillende tijdvakken. Brug 254 (1950) is ontworpen door Piet Kramer en vertoont nog duidelijk sporen van de Amsterdamse School met de combinatie bak- en natuursteen. Brug 479 (1956) komt uit het tijdperk na Kramer, met als esthetische architecten Dick Slebos en Dirk Sterenberg of zoals in dit geval Cornelis Johannes Henke. In dat tijdperk is beton het belangrijkste bouwmateriaal voor de bruggen. Henke, met circa 35 ontworpen bruggen in Amsterdam, kwam dan ook met een betonnen brug. De brug is uitgevoerd met ranke balustrades en leuningen. De brug “ligt in” de Zwaardemakerstraat, maar die straat heeft al haar eind voordat de brug begint. De brug is een kopie van brug 478, die ongeveer gelijktijdig werd aangelegd, toen de De Wetbuurt hier ingesloten raakte door de aanleg van de Gooiseweg. De brug leidde in de eerste jaren van haar bestaan naar open terrein, dat tot de aanleg van de Gooiseweg bij het Darwinplantsoen werd gerekend.