place

Zoutmanbrug

Brug in Amsterdam-West
Brug 397, lengte
Brug 397, lengte

De Zoutmanbrug (brug 397) is een vaste bouwwerk over een duiker (ook wel duikerbrug) in Amsterdam-West. De brug overspant sinds 1956 de Haarlemmervaart en verbindt de Admiraal de Ruijterweg en Haarlemmerweg met de Molenwerf in Sloterdijk. Voor de bouw van brug 397 lag er iets westelijker een vaste brug (vroeger ophaalbrug; ter hoogte van duiker 172P) die vanaf de Haarlemmerweg toegang gaf tot het dorp Sloterdijk over de Haarlemmertrekvaart. Voor de bouw van de 'voorstadshalte' station Sloterdijk moest een flink stuk van het oude dorp Sloterdijk worden gesloopt. Hier kwam het voorplein met bushaltes (en later tramhaltes) te liggen en de doorgaande weg richting Velsen (de Velserweg). De Nederlandse Spoorwegen bouwde vanaf eind 1954 eerst een nieuwe 'tijdelijke voorstadshalte' Station Sloterdijk, geopend in juni 1956, die uiteindelijk 29 jaar dienst zou doen. Voor de toegang tot het station voor het wegverkeer moest er een verkeersbrug komen over de Haarlemmervaart en ook een verkeersplein. De brug werd in een brede opzet voor weg- en tramverkeer uitgevoerd. Van hieruit zou een ontsluitingsweg naar het bedrijvengebied ten noorden van de spoorbaan komen, die tevens zou aansluiten op de naar het noorden te verleggen Haarlemmerweg. Die plannen werden uiteindelijk niet uitgevoerd. Op 3 juni 1956, met ingang van de zomerdienstregeling, werd het nog niet voltooide station in gebruik genomen. Op 13 augustus 1956 werd het inmiddels voltooide station geopend. Toen gingen er ook buslijnen over de brug (buslijnen 14 en 21 en buslijn F; later buslijn 15). Vanaf 1982 gingen tramlijn 12 en 14 (tot 1989) hier langs. Sinds 22 juli 2018 heeft tramlijn 19 de route van lijn 12 naar Sloterdijk overgenomen. Ten noordwesten van de brug stond tot medio jaren zestig het gebouw van Drukkerijk Laporte & Dosse. In 1980 kwam daar een betonnen kantoorkolos, dat later werd verbouwd tot een Golden Tulip-hotel. Aan de noordoostkant stond het gebouw van stomerij Linmij met de opvallende schoorsteen. Ook dit maakte in 2003 plaats voor nieuwe kantoren, die inmiddels tot woningen zijn verbouwd. De brug is sinds 2006 vernoemd naar de schout bij nacht Johan Zoutman. Sinds 8 maart 1910 was er in de omgeving al een Zoutmanstraat in de gemeente Sloten. Na 1921, toen de gemeente Sloten door Amsterdam werd geannexeerd, behield de straat aanvankelijk zijn naam maar kreeg op 20 april 1939 de naam Wiltzanghlaan.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Zoutmanbrug (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Zoutmanbrug
Zoutmanbrug, Amsterdam West

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: ZoutmanbrugLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.385144444444 ° E 4.8476166666667 °
placeToon op kaart

Adres

Zoutmanbrug

Zoutmanbrug
1055 MK Amsterdam, West
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Brug 397, lengte
Brug 397, lengte
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

De verdwenen boer
De verdwenen boer

De verdwenen boer is een artistiek kunstwerk in Amsterdam-West. Twintig jaar na de herinrichting van Molenwerf van stationsplein tot “normale straat” werd rond 2005 het beeld De verdwenen boer van Karel Gomes geplaatst. Gomes refereerde met het beeld aan de agrarische bedrijfstak die steeds verder werd teruggedrongen ten faveure van de oprukkende stad en haar bebouwing, zeker nadat het Algemeen Uitbreidingsplan van Cor van Eesteren werd uitgevoerd. Nadat de gemeente Amsterdam de gemeente Sloten al in 1921 had opgeslokt, bouwde het met name na 1950 dit grondgebied vol van de Admiraal de Ruijterweg tot aan de Ringvaart Haarlemmermeer. Alle landerijen en tuin- en kasbouwgebieden werden daaraan opgeofferd. Voor de financiering van het beeld werden diverse instanties ingeschakeld tot aan een "Stichting beeld voor de verdwenen boer" aan toe. In die stichting zaten onder meer nakomelingen van boeren die soms op niet al te prettige manier waren uitgekocht of onteigend. Het bronzen beeld van boer (en boerin) staat op een betonnen sokkel waarop aan de achterkant een plaquette is aangebracht. De tekst luidt De verdwenen boer van beeldhouwer Karel Gomes herinnert aan de boerenfamiliesdie duizend jaar lang woonden en werkten inhet veenweidegebied ten westen van destadsrand van Amsterdam.Nog in 1950 liep de grens tussen stad en plattelandongeveer hier. In de tweede helft vande twintigste eeuw schoof hij door tot aande ringvaart van de Haarlemmermeer. De oprichting van dit beeld is mogelijk gemaakt etc. juni 2005. Het beeld werd in juni 2005 onthuld door een 101-jarige Neeltje Salentijn-van den Broek, één van die nakomelingen. “Hun boerderij” moest plaatsmaken voor de afgravingen van de Sloterplas. De grondplaat van het beeld vermeldt in de hoek bij de boerin het monogram van de kunstenaar. Ook het beeld ontkwam niet aan de vernieuwingsdrang van Amsterdam. Molenwerf werd in 2016 opnieuw ingericht en het beeld moest verplaatst worden.

Individualiteit tegenover collectiviteit
Individualiteit tegenover collectiviteit

Individualiteit tegenover collectivisme (Individualism vs collectivism) is een artistiek kunstwerk in Amsterdam Oud-West. Het betreft een gevelbrede muurschildering door Munir de Vries, die ook elders in de stad en in Utrecht muurschilderingen heeft geplaatst. Aan het eind van de Sara Burgerhartstraat bevindt zich een losstaand gebouw nr 80-82, dat gekoppeld is aan de bebouwing van de Willem Leevendstraat 28. De bebouwing sluit daarbij niet geheel op elkaar aan (fysiek en stilistisch), waardoor een grote blinde muur ontstond. In het kader van de "Muren van West" werd aan De Vries een ontwerp gevraagd voor deze muur. De Vries kwam met de afbeelding van een groot opengewerkt persoon, waarbinnen allerlei mensen samenwerken. Een ander deel van de blinde gevel werd voorzien van enkele beeltenissen die sterk lijken op Oud-Egyptische hierogliefen, een hobby van de kunstenaar. Het verwijst naar Bos en Lommer waarvan de "L" is afgebeeld als leeuw. Met enige vertraging werd de schildering op 12 november 2022 onthuld. "Muren van West" gaf als voorwaarde dat het verhaal achter de schilderingen moeten terugvoeren naar de buurt. De weergave zou daardoor mede geïnspireerd zijn op problemen met Lgbt-vlaggen en ten gevolge daarvan brandstichting in de tegenover liggende flat Zaanstad. Studenten kregen onderdak bij de tegenoverliggende moskee. Andere schilderingen in het project zijn Het toverbos aan De Rijpstraat en Samen bij De Boeg. Eerder maakte Munir de Vries een afbeelding Ode aan verbinding voor Amsterdam-Zuidoost. De Vries constateerde in augustus 2023 dat de muurschildering wellicht geen eeuwigheidswaarde heeft; er waren sloopplannen voor dit gebouw, maar onbekend is of dat daadwerkelijk uitgevoerd wordt en zo ja, wanneer.

Krelis Louwenstraat 4
Krelis Louwenstraat 4

De Krelis Louwenstraat 4 is een gebouw in Amsterdam-West. In de periode na de tweede Wereldoorlog werd qua woningbouw vol ingezet op de uitvoer van het Algemeen Uitbreidingsplan van Cor van Eesteren. Woonwijken werden uit de grond gestampt en werden na enige jaren opgevolgd door de bouw van benodigde scholen. In de omgeving van de Sara Burgerhartstraat en Wiltzanghlaan werd een terreintje (plaatselijk bekend als Scholendriehoek) vrijgelaten voor scholen, eerst noodscholen maar snel gevolgd door stenen gebouwen. Er verscheen een kleuterschool, een lagere school en in 1959/1960 een ULO. De noodzaak voor een lagere school kwam in 1950. Men schatte in dat in het jaargang 1957/1958 onderdak geboden moest worden aan 110.000 leerlingen, een rigoureuze aanpassing van de schatting in 1948 (circa 75.000). Economische crisis en Tweede Wereldoorlog hielden daarvoor de bouw op, maar in 1950 vond Amsterdam de tijd rijp om weer zelf een school te bouwen. Gekoppeld aan de lagere school werd een kleuterschool neergezet in de punt van Krelis Louwenstraat en Sara Burgerhartstraat; de hoofdingang zat de eerste. Architect van de kleuterschool was Kees van der Wilk, collega van Jan Leupen (architect lagere school) bij de Dienst der Publieke Werken. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de architectuur van de gebouwen overeenkomsten vertonen. Van de Wilk en Leupen hanteerden grote raampartijen om “licht en lucht” in de scholen te krijgen. Daarbij werd steevast een open plek in de buurt aangehouden om wanneer wenselijk les in de open lucht te kunnen geven. In 2008 werd het gebouw door gemeente Amsterdam geplaatst in de Top 100 Jonge Monumenten, een lijst van na-oorlogse gebouwen die geschikt waren voor benoeming tot rijksmonument of gemeentelijk monument. Op 10 februari 2009 werd het gebouw tot gemeentelijk monument verklaard net als het hoofdgebouw Sara Burgerhartstraat 5. Op het speelterrein staat in de vorm van een duikelrek al jarenlang een speelattribuut van collega-architect Aldo van Eyck, toen ook werkzaam bij Publieke Werken.

Zaanstad (gebouw)
Zaanstad (gebouw)

Zaanstad (officieel West-Kantoor) is een gebouw in Amsterdam-West. Het is ontworpen door Willem Dudok (hij was al met pensioen) en Robert Magnée. Het gebouw werd neergezet op initiatief van een projectontwikkelaar, die een kantoorgebouw wilde plaatsen op een terrein dat eenvoudig te bereiken was. Voor de toegang (dan op het westen) lag de Multatuliweg nog in een parkachtige omgeving; de Haarlemmerweg lag even ten noorden van het kantoor en ook Station Amsterdam Sloterdijk lag op loopafstand. De projectontwikkelaar wilde als eigenaar een soort Vereniging van Eigenaars, maar dat bleek niet haalbaar. Belegger Blaauwhoed en het pensioenfonds van Koninklijke Shell (samen Blauwfonds) stapten in. In het gebouw kwamen allerlei huurders af, waarvan McCann-Erikson, Hoechst en Reed Elsevier de bekendsten waren. Er werd veel gewisseld, maar die laatste huurder gaf tot 2005 het gebouw zijn bijnaam Elseviergebouw. De bouw ging gepaard met administratieve moeilijkheden. Bouwplannen mochten alleen tot uitvoer worden gebracht als er voldoende gebruikers zich hadden gemeld. De gebruikers wachtten echter op de goedkeuring voordat ze tot die beslissing konden overgaan. Er werd van 1964 tot en met 1967 gebouwd door NV Amsterdamse Ballastmaatschappij. Het kantoorgebouw valt op omdat in de omgeving slechts woningen staan met vier of vijf bouwlagen; terwijl het kantoorgebouw twaalf verdiepingen heeft en veertig meter hoog is. Het kantooroppervlak was 13.000 m². Oorspronkelijk hadden Eggink (bekend van het Europahuis), Dudok en Magnée een hoger gebouw (18 lagen) voor ogen, maar de gemeente Amsterdam keurde dat niet goed; het gebouw zou een veel te grote aanzuigende werking hebben op automobilisten. Dudok en Magnée waren teleurgesteld, want de verlaging kwam de geometrische verhoudingen niet ten goede. De eerste paal ging in september 1964 de grond in onder toezicht van wethouder Joop den Uijl. Men verwachtte 2,5 jaar met de bouw op een vloeroppervlak van 3500 m² bezig te zijn; kostprijs 5 a 6 miljoen gulden. In de tijd met kantorenoverschot kwam ook dit gebouw leeg te staan. In de periode 2012 tot en met 2015 werd het in het kader van herbestemming omgebouwd tot flatgebouw met studio’s, appartementen en penthouses. Begeleidend architectenbureau was Knevel Architecten (WRK Architecten). De Multituliweg was al tijdens de bouw uitgegroeid tot de Rijksweg 10 (Ringweg-Amsterdam). Bij de verbouwing werd waarom de originele toegang verplaatst naar de Krelis Louwenstraat en de kopse kant van de flat kreeg ramen en balkons. De zijde van de flat aan de Rijksweg 10 kreeg geluidsisolatie. Op 25 juni 2019 werd het tot gemeentelijk monument verklaard. Het is ook dan een van de hoogste gebouwen in de omgeving.