place

Jan Vinckbrug

Brug in Amsterdam-Centrum
Canal in Amsterdam near Carre Theater (26277153465)
Canal in Amsterdam near Carre Theater (26277153465)

De Jan Vinckbrug (brug 250) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De brug is gelegen in de oostelijke kade van de Amstel en overspant de Nieuwe Prinsengracht. Als men van de brug af naar het noorden kijkt ziet men in de directe omgeving alleen maar rijksmonumenten, waaronder ook de Magere Brug. Ten zuiden van de brug ligt als opvallendste gebouw Theater Carré. De brug is zelf noch rijksmonument, noch gemeentelijk monument. Het is wat wel genoemd wordt een architectonische leugen; ze ziet er oud uit, maar is het niet. Er ligt hier al eeuwen een brug. Daniël Stalpaert, de stadsarchitect tekende al een brug in op zijn ontwerp plattegrond van 1662; er is dan nog bijna geen enkele bebouwing gepland. Hetzelfde geldt als Frederik de Wit zijn kaart in 1688 maakt; er staan wat huisjes aan de Weesperstraat en het Besjes-huys, maar dat is het dan ook. Gerrit de Broen tekende dan in 1737 daadwerkelijk een brug in, ten zuiden van de brug stond toen de Molen 't Landt van Belofte (ook wel Molen Het Land van Beloften, op de plaats van Theater Carré), verder op aan de Nieuwe Prinsengracht, dan nog Prince Graft, ligt dan de achterkant van de Stadt Hout werf. De moderne geschiedenis begint in 1869. Toen werd hier een houten ophaalbrug vervangen door een dubbele basculebrug met twee aanbruggen. De brug hield het dankzij aanpassingen in 1910, 1920, 1930 en 1942 vol tot 1959. Toen was hier een steviger brug nodig. In 1959 werd de basculebrug dan ook gesloopt en vervangen door een welfbrug. Deze paste volgens de gemeente Amsterdam beter in het straatbeeld (dan een moderne betonnen brug), maar historisch inaccuraat. Er had hier tot dan toe nooit een welfbrug gelegen. De brug is vernoemd naar Johannes Jacobus (Jan) Vinck (1929-1995) een plaatselijk bekend persoon. Hij behartigde de belangen van de bewoners van deze buurt via Stichting Tussen Amstel en Weesper. Hij was voorts vrijwilliger in belangen voor allochtonen en ouderen.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Jan Vinckbrug (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Jan Vinckbrug
Amstel, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Jan VinckbrugLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.362941666667 ° E 4.9034055555556 °
placeToon op kaart

Adres

Jan Vinckbrug

Amstel
1018 EL Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Canal in Amsterdam near Carre Theater (26277153465)
Canal in Amsterdam near Carre Theater (26277153465)
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Amstelsluizen
Amstelsluizen

De Amstelsluizen zijn een sluizencomplex in de rivier de Amstel in Amsterdam tussen de Prinsengracht en de Singelgracht. De sluizen zijn aangelegd in de 17e eeuw en in de 19e ingrijpend gerenoveerd en aan de nieuwe eisen aangepast. Op initiatief en naar ontwerp van mathematicus en burgemeester Johannes Hudde werden de Amstelsluizen gebouwd in 1673, na de vergroting van de grachtengordel met de vierde uitleg. Met deze uitbreiding kwam de Amstel tussen de Blauwbrug en de Hogesluis binnen de stad te liggen. De uitvoering was ook in handen van Hudde, in samenwerking met Gerard Hasselaer en Cornelis van Oudshoorn. Om de waterverversing van de getijrivier de Amstel en de Burgwallen te verbeteren werden deze sluizen aangelegd. Dit om de sterk toegenomen vervuiling van Amstel en grachten tegen te gaan. Aanvankelijk zouden er twee schutsluizen komen, later werd dit gewijzigd in drie: een grote in het midden en aan weerszijden een kleinere. Tussen de buitenste schutsluizen en de beide Amstelkades bevond zich destijds een spuisluis. Nadat in 1872 de Oranjesluizen in gebruik waren gekomen en het IJ was afgesloten van de Zuiderzee veranderde de situatie. De Amstelsluizen werden gerenoveerd en aan de nieuwe eisen aangepast. De westelijke spuisluis werd ontmanteld en hier is sindsdien een vaste verbinding met het meest westelijke sluiseiland. De tol- of 'douanehuisjes' hebben waarschijnlijk dienstgedaan ter inning van de stedelijke accijnzen. In het midden staat een bakstenen huisje voor de sluiswachter. De drie schutsluizen zijn enkelkerend; behalve bij extreme waterstandsverschillen zijn deze doorgaans geopend. Aan de oostzijde bevindt zich de nog resterende dubbele spuisluis. De doorvaartwijdte van de westelijke en oostelijke schutsluis bedraagt 8,50 meter. De lengte is 47 meter. De Amstelsluizen zijn Rijksmonument nummer: 518510. Ter hoogte van de Amstelsluizen bevindt zich aan op de oostoever van de Amstel sinds 1887 het Koninklijk Theater Carré.

Frans Hendricksz. Oetgensbrug
Frans Hendricksz. Oetgensbrug

De Frans Hendricksz. Oetgensbrug (brug 76) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. Ze is gelegen in de westelijke kade van de Amstel en overspant de Prinsengracht. De brug is de laatste brug van de Prinsengracht voordat zij diezelfde Amstel instroomt. De brug ligt tevens op de zuidoostelijke grens van de Amsterdamse grachtengordel. De brug is per 1995 een gemeentelijk monument. Ten noorden van de brug staat een aantal gemeentelijke en rijksmonumenten, ten zuiden van brug niet. De hoek bestaat uit (relatieve) nieuwbouw. Er ligt hier al eeuwen een brug. Zowel Daniël Stalpaert als Frederik de Wit tekende hier een brug op hun plattegronden van respectievelijk 1662 en 1688. De huidige brug zou dateren uit 1773, aldus vermeld in een van de twee hevig verweerde datumstenen (Anno 1773) aan de zijde van de Amstel. De brug had in de 20e eeuw regelmatig onderhoud nodig in verband met het toenemend verkeer, dat ook nog eens zwaardere voertuigen kreeg. De sporen van dat onderhoud zijn hier en daar terug vinden in het uiterlijk van de brug. Aan de Amstelzijde is het goed zichtbaar dat de reparaties niet aansloten bij het bestaande metselwerk. Zo moest de brug in 1935 voor alle verkeer afgesloten worden, want het onder- en bovendek waren versleten. In 1972 kreeg de brug een inwendige opknapbeurt, de overspanning werd van gewapend beton gemaakt. Vier jaar later moest ook de fundering vernieuwd worden, hetgeen bijna een jaar in beslag nam. De stenen welfbrug heeft al eeuwen drie doorvaarten. De brug is vernoemd naar Frans Hendricksz. Oetgens. Deze burgemeester van Amsterdam was tezamen met Hendrik Staets, Lucas Jansz Sinck en Hendrick de Keyser verantwoordelijk voor de voorbereiding en uitvoering van de derde Uitleg van de grachtengordel. Brug 38 had in Oetgenssluis ook een verwijzing naar Oetgens, maar die officieuze vernoeming is per april 2016 vervallen. Brug 76 diende als voorbeeld voor de vervanging van de Jan Vinckebrug aan de overzijde van de Amstel, die de Nieuwe Prinsengracht overspant.

Amstel 135-141
Amstel 135-141

Amstel 135-141 te Amsterdam is een gebouw aan de straat Amstel in Amsterdam-Centrum, Een deel van de bewoners heeft uitzicht over de rivier Amstel Amsterdam groeide van binnenuit steeds naar buiten toe en was eind 17e eeuw aanbeland op deze plek, nog net binnen de ring Weteringschans – Sarphatistraat. Op de hoek van de Amstel en Korte Amstelstraat stond tot circa 1955 een viertal panden, die in de jaren daarvoor weliswaar regelmatig verbouwd waren maar na de Tweede Wereldoorlog toch enigszins in verval waren geraakt. Directeur Albert van Walraven van de Dienst der Publieke Werken constateerde dat ze na enig opknapwerk nog van grote waarde konden zijn binnen de gevelwand ter plaatse, die toch al te lijden had gehad van nieuwbouw. Zijn protest werd echter van tafel geveegd, maar een eerste ontwerp van architect Johannes Anthonie Landman overkwam hetzelfde. Landman kreeg nog een nieuwe kans en ging daarbij samenwerken met architect Bart van Kasteel dan net voor zichzelf begonnen was na werk voor Frits Eschauzier. De tweede poging kon wel op goedkeuring rekenen van de "Commissie voor de Oude Stad", maar er moest nog wel gekeken worden naar de prefab-betonnen en kunstgranieten afwerking. De keus voor deze samenstelling moest echter even later vanwege de hoge kosten, het was de tijd van wederopbouw, losgelaten worden. Als alternatief werd gekozen voor bepleistering. In plaats van twee bouwlagen (drie indien het souterrain meegeteld wordt) onder een schilddak kwam er een gebouw van vier bouwlagen met plat dak op een kelder. In het gebouw kon de architect 23 appartementen boven bedrijfsruimten kwijt. Deze appartementen zijn bereikbaar via galerijen in het gebouw. Vincent van Rossem concludeerde in 2009 dat het voor naoorlogse “nieuwbouw” een passend onderdeel was geworden van de gehele gevelwand ter plaatse. Dit werd mede bereikt doordat het gebouw, anders dan het verderop gelegen Koninklijk Theater Carré niet uitsteekt boven de omliggende bebouwing. Ook de horizontale afmeting bleek in zijn ogen mee te vallen. Door de gevelindeling past mede door de plaatsing van balkons binnen de architectonische ritmiek van de gevelwand. Hij voegde nog toe dat door het klimmen van de bekendheid van de architect Bart van Kasteel het gebouw aan importantie had gewonnen, ook al waren er al diverse verbouwingen geweest. Hij omschreef het als “redelijk gaaf bewaard gebleven” en wees op de betonnen verschijning in de Amsterdamse binnenstad. In 2008 was het gebouw dan ook opgenomen in de Top 100 naoorlogs erfgoed Amsterdam (nr 15). Het zou nog zes jaar duren (3 juni 2014) voordat het gebouw een gemeentelijk monument (200734) werd.

Henrick de Keijserbrug
Henrick de Keijserbrug

De Henrick de Keijserbrug (brug 77) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De brug is gelegen in de westelijke kade van de Amstel en overspant de Achtergracht. Het is sinds 1870, het jaar waarin een groot deel van de gracht werd gedempt, de enige overgebleven brug van de drie. De andere twee lagen ter hoogte van de Utrechtsestraat en in de zuidelijke kade van de Reguliersgracht. Voorts is het de enige overgebleven brug van vier tussen de Amstelsluizen en de Hoge Sluis. De Amstel kruiste hier twee grachten, Achtergracht en Nieuwe Achtergracht en Amstelgracht. Alleen brug 77 bleef over, de andere drie werden na demping overbodig. Er ligt hier al eeuwen een brug. Zowel Daniël Stalpaert als Frederick de Wit tekende de brug op hun plattegronden uit 1662 en 1688. Op de kaart van Stalpaert was nog nauwelijks enige bebouwing te zien (het was een ontwerpindeling), op de kaart van De Wit is Amsterdam al volgebouwd tot aan de Amstel, maar aan de overzijde is alleen dichte bebouwing te zien aan de Weesperstraat, maar die huizenrijen werden in 20e eeuw gesloopt ten behoeve van de verbreding van de Weesperstraat. De huidige brug 77 dateert van 1909. De brug, zelf geen monument, geeft uitzicht op de vele rijksmonumenten aan de noordelijke en zuidelijke gevelwand van de Achtergracht, maar ook op de rijksmonumenten de Amstelsluizen en Koninklijk Theater Carré aan de overzijde van de Amstel. De brug is vernoemd naar Hendrick de Keyser, stadsarchitect op de grens van de 16e eeuw en 17e eeuw. De moderne geschiedenis van de brug begint in 1908. Nadat het grootste deel van de Achtergracht gedempt is, zit de gemeente met deze brug in haar maag. Ze wilde ook het laatste deel tussen Frederiksplein en Amstel dempen, maar op dat deel van de Achtergracht stonden pakhuizen, die nog in gebruik waren. De demping verdween van tafel, maar toen de brug vervangen moest worden kwam een dilemma. Handhaving van de aanwezige laag gelegen basculebrug was te duur (in 1907 zou de brug maar 63 keer geopend zijn), een vaste brug op die hoogte belemmerde de toegang tot de pakhuizen te veel. Er werd besloten een ijzeren liggerbrug neer te leggen op een hoogte van ten minste 2,15 m Amsterdams Peil. Daartoe moesten de hellingen naar en van de brug bijna 65 centimeter verhoogd worden. Er kon 12.000 gulden bespaard worden aan materiaal, maar ook aan het wegbezuinigen van de brugwachter van de basculebrug. In december 1908 konden aannemers hun offerte verstrekken voor de sloop van de basculebrug en plaatsen van een nieuwe brug, die ontworpen van door de Dienst der Publieke Werken. In 1909 werd de brug neergelegd. In 1935 moest het dek van de brug vervangen worden. In 2015 was er nog groot onderhoud aan de brug, hetgeen terug te vinden is in het nieuwe metselwerk, voornamelijk aan de walkanten.

Dirk van Nimwegenbrug
Dirk van Nimwegenbrug

De Dirk van Nimwegenbrug (brug 241) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. Ze is gelegen in de oostelijke kade van de Amstel en voert over de Nieuwe Keizersgracht. De brug wordt omringd door rijksmonumenten aan zowel de Amstel als de Nieuwe Keizersgracht. Het bekendste daarvan is het gebouw van museum Hermitage Amsterdam. Ook aan de overkant van de Amstel bestaat bijna de gehele gevelwand uit monumenten. Tussen al die rijksmonumenten bevindt zich om de zuidelijke hoek tussen de twee waterwegen een gemeentelijk monument Amstel 53/Nieuwe Keizersgracht 2. De brug zelf is echter geen monument, ze is daarvoor te jong. Er ligt hier al eeuwen een burg. Stadsarchitect Daniël Stalpaert tekende hier al een brug in op zijn ontwerpplattegrond uit 1662, maar er was op die plek toen nog geen enkele bebouwing en waarschijnlijk ook nog geen brug. De kaart met de Vierde uitleg uit 1679 laat hier geen brug zien. Toen Frederik de Wit zijn plattegrond maakte rond 1688 is ook nog nauwelijks bebouwing, maar het gebouw dat later bekend werd als Amstelhof en Hermitage staat er al wel. Hij tekende wel weer een brug in. Of er toen al een brug lag is niet duidelijk, op diverse tekeningen van rond 1710 van het Besjes-Huys (latere Amstelhof) is er nog geen brug te zien. Even later in 1713 ligt er wel een brug. Het gaat dan om een houten open brug (geen welfbrug) op jukken, deze brug is ook te zien op een prent van Pierre Fouquet. De moderne geschiedenis van de brug begint in 1888. Toen schreef de gemeente Amsterdam een aanbesteding uit voor "het vernieuwen van de brug no. 241 over de Nieuwe Keizersgracht aan de Amstel, en bijbehorende werken, alsmede de levering van bijna 15 ton balkijzer voor die brug". De bouw van de brug werd begeleid door de Dienst der Publieke Werken in de persoon van de stadsarchitect, destijds Bastiaan de Greef. Het is onbekend of hij de brug heeft ontworpen. Een oude ophaalbrug werd daarbij gesloopt, er kwam voor voetgangers een noodbrug, ander verkeer was gedurende enkele maanden gestremd. In 1909 vinden er grote herstelwerkzaamheden plaats aan de brug; ze is drie maanden buiten dienst. De werkzaamheden werden twee maanden uitgesteld. Die brug hield het tot 1990 vol. Toen werd ze opnieuw vervangen. Daarbij werd gekozen voor een welfbrug, die beter in het stadsbeeld paste maar in wezen historisch incorrect is. De keuze voor een dergelijke brug werd in de jaren zeventig van de 20 eeuw ook wel aangeduid als architectonische leugen, er heeft hier voor zover na te gaan nooit een welfbrug gelegen. Dat de brug inclusief paalfundering van rond 1990 is, is te zien aan de zoutschade, die wel op de brug zichtbaar is, maar niet bij de omringende gebouwen. De brug is vernoemd naar Dirk van Nimwegen, een van de leiders van de Februaristaking van 1941. Het brugnummer is in de middelste boogsteen (Amstelkant) van de middelste boog gefreesd.

Voormalige Stadstimmertuin 1
Voormalige Stadstimmertuin 1

Voormalige Stadstimmertuin 1 te Amsterdam is een gebouw aan de straat Voormalige Stadstimmertuin te Amsterdam-Centrum. Die genoemde stadstimmertuinen ook de schuitenmakerswerf vertrokken vanaf 1898 en 1899 naar een complex aan de Van Reigersbergenstraat in Amsterdam Oud-West. In nasleep daarvan werd er in 1900 opdracht gegeven enkele gebouwen (gebouwen 1-4) te slopen. Dit volgde op een aanbesteding in 1899 voor een noodschool op het terrein. Amsterdam had hier behoefte aan (veel) scholen en gaf daarom de Dienst der Publieke Werken opdracht twee scholen elk voor zeshonderd leerlingen te ontwerpen. Er werd toen nog gedacht aan adressen aan de Amstel 163 (A en K). De twee scholen zouden daarbij tegenover elkaar komen te staan (gebouw A ten zuiden van de straat; gebouw B ten noorden van de straat. De plattegronden zouden voor beide gebouwen grotendeels gelijk zijn. Daar waar gebouw A twee trapgevels zou krijgen, moest gebouw het doen met “slechts” één trapgevel (uiterst links). Deze trapgevels vormden de uiteinden van dat deel van het gebouw waarin het trappenhuis zich bevindt. Het gebouw dat uiteindelijke Voormalige Timmertuin 1 zou worden bestaat uit drie bouwlagen met daarboven de kap. Dat werd school no. 107; een openbare lagere school der 1e klasse. Het gebouw dat er staat ziet er overigens iets anders uit dan op de tekening. Vanaf de straat kijkend zit er nog een aanbouw aan de rechter kant. Aan de straatkant zijn twee geveltableaus te zien; één hoog in de gevel (anno 1900) en één boven de toegangsdeur. Origineel vermeldde wat voor een school het was (1e klasse). Twee scholen bleken te veel voor deze buurt, mede doordat mensen wegtrokken naar nieuw gebouwde wijken in Amsterdam-Oost. Deze lagere school werd rondom 1910 vervangen door een middelbare school (Uitgebreid Lager Onderwijs, ULO en MULO), genaamd Amstelschool. In de Tweede Wereldoorlog werd hier het Joods Lyceum gevestigd, Joden mochten niet naar een “gewone school” en werden hier centraal ondergebracht. Deze was hier in 1941 en 1942 gevestigd, Anne Frank en Margot Frank waren er leerlingen. In 1943 werd de school, nadat vrijwel alle Joodse gezinnen waren gedeporteerd en omgebracht, opgeheven. Een herdenkingstegeltableau met een driedimensionale davidster herinnert hier aan; ook is er naast de toegangsdeur een plaquette geplaatst. In 1965 had schilder Chris van Voorst in de school nog een vier bij vier meter metende muurschildering getiteld Bezetters in actie aangebracht ter nagedachtenis aan de slachtoffers. In 1988 kwam nadat het gebouw door Amsterdam was overgedragen aan het Rijk het bericht dat de schildering al dan niet bewust was overgeschilderd dan wel vernietigd. De toenmalige leerlingen vonden de schildering dermate schrikbarend (Duitse militairen die hakenkruizen droegen) dat het werd overgeschilderd, niet wetend dat het een oorlogsmonument was. Er werd nog gekeken of het hersteld kon worden, maar sindsdien is er niets meer over te vinden. Op 14 november 2006 werd het tot gemeentelijk monument verklaard. In 2023 is een Buitenschoolse opvang (BSO) gevestigd.