place

Neukölln (district)

Neukölln (district)
Berlin Bezirk Neukölln (labeled)
Berlin Bezirk Neukölln (labeled)

Neukölln is een van de 12 districten (Verwaltungsbezirke) van Berlijn. Neukölln ligt in het zuiden van de stad en hoorde tot 1990 bij West-Berlijn. Het bestaat uit de stadsdelen Neukölln, Britz, Buckow, Rudow en Gropiusstadt.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Neukölln (district) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Neukölln (district)
Kiehlufer, Berlijn Neukölln

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Neukölln (district)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.483333333333 ° E 13.45 °
placeToon op kaart

Adres

Visiting Creatives Studios

Kiehlufer 91-95
12059 Berlijn, Neukölln
Duitsland
mapOpenen op Google Maps

Berlin Bezirk Neukölln (labeled)
Berlin Bezirk Neukölln (labeled)
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Bethlehemskerk (Berlijn-Neukölln)
Bethlehemskerk (Berlijn-Neukölln)

De Bethlehemskerk in het Berlijnse stadsdeel Neukölln is een van de vele dorpskerken in de Duitse hoofdstad. De kerk staat ook bekend onder de naam Dorpskerk van Rixdorf en is gelegen aan de Richardplatz 22. Omstreeks 1500 werd in het toenmalige dorp Rixdorf een eenvoudig zaalkerkje gebouwd. Deze kerk werd in 1693 tijdens de Dertigjarige Oorlog in brand gestoken en volledig verwoest. Op de basis van de oude kerk werd het nieuwe kerkschip gebouwd. De oudste delen van de kerk zijn derhalve laatgotisch. In de loop der eeuwen werd de kerk herhaaldelijk verbouwd. In 1757 werden de muren verhoogd en kreeg de kerk een nieuwe daktoren met barokke koepel. Rond 1737 ontstond met de steun van Frederik Wilhelm I in het dorp een Boheemse nederzetting die bestond uit geloofsvluchtelingen. Een decennium later richtten de geloofsvluchtelingen de protestantse Bethlehemgemeente op. Jarenlang bleef de gemeente gebruikmaken van een school aan de Richardstraße 97, maar vanaf 1835 werden de diensten in het huidige dorpskerkje gevierd. In het jaar 1877 verkochten de Duitse protestanten de kerk aan de Bethlehemgemeente, aangezien de Duitse protestanten de grotere Magdalenakerk aan de Karl-Marx-Straße lieten bouwen. In 1912 kreeg het godshuis de huidige naam "Bethlehemskerk". De naam voert terug op de Bethlehemskapel te Praag, die voor de Boheemse Broeders een belangrijke rol speelt. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de kerk bij een luchtaanval beschadigd. Direct na de oorlog werd de kerk provisorisch hersteld. Vanaf 1951 werd een restauratie en gedeeltelijke verbouwing uitgevoerd, de nevengebouwen werden vanaf 1953 opnieuw opgetrokken. De huidige klokkentoren volgde in de jaren 1963-1964. Verdere verbouwingen volgden in de jaren 70 van de 20e eeuw. In het jaar 2006 fuseerde de Boheems-lutherse Bethlehemkerk met de Magdalena-, Ananias- en Tabeakerk tot de Evangelischen Kirchengemeinde Rixdorf. Kerkdiensten worden tegenwoordig in de Duitse taal gehouden, maar men is trouw aan de oude liturgie.

Karl-Marx-Straße (metrostation)
Karl-Marx-Straße (metrostation)

Karl-Marx-Straße is een station van de metro van Berlijn, gelegen onder de gelijknamige straat in het centrum van het Berlijnse stadsdeel Neukölln. Het metrostation opende op 11 april 1926 onder de naam Bergstraße en was een aantal jaren het zuidoostelijke eindpunt van lijn CI. Tegenwoordig wordt station Karl-Marx-Straße bediend door lijn U7. Het Berlijnse stadsbestuur kampte bij de aanleg van de Nord-Süd-Bahn (lijn C, tegenwoordig U6/U7) met een constant gebrek aan financiële middelen, waardoor de lijn na de opening in 1923 steeds in kleine etappes werd verlengd. Op 19 april 1924 werden de stations Mehringdamm en Gneisenaustraße opengesteld en op 14 december van hetzelfde jaar volgde station Hasenheide (nu Südstern). Verdere verlenging zou pas drie en een half jaar later volgen: op 11 april 1926 bereikte de lijn zijn nieuwe eindpunt Bergstraße via de stations Hermannplatz en Rathaus Neukölln. Bergstraße zou niet lang het eindstation blijven: op 21 december 1930 werd lijn CI doorgetrokken naar station Grenzallee. Alle genoemde stations werden ontworpen door Alfred Grenander, dé architect van de beginperiode van de Berlijnse metro. Het uiterlijk van station Karl-Marx-Straße lijkt sterk op dat van de naburige stations Südstern en Rathaus Neukölln, maar onderscheidt zich van de genoemde stations door zijn kenkleur. Het principe van herkenningskleuren paste Grenander veelvuldig toe bij volgens standaardontwerpen gebouwde stations. Station Karl-Marx-Straße heeft de kenkleur groen, die tot uitdrukking komt in de betegeling van de steunpilaren op het perron en de omlijstingen van de stationsborden. De wanden werden bekleed met beige tegels. In de oudere stations van de Nord-Süd-Bahn (geopend in 1923) had men dusdanig op de inrichting van de stations moeten bezuinigen dat de wanden niet betegeld werden, maar een eenvoudige bekleding van pleister kregen. Voor de aankleding van de stations in Neukölln werden voor het eerst weer tegels gebruikt – de economische situatie was enigszins verbeterd. Om toch kosten te sparen koos men voor koudglazuurtegels, die goedkoper zijn dan de gebrande variant. Zoals vrijwel alle oudere stations van de Nord-Süd-Bahn ligt Karl-Marx-Straße vlak onder de straat, waardoor er geen ruimte was voor tussenverdiepingen, die in de latere stations gebruikelijk zouden worden. Aan beide uiteinden van het eilandperron leiden trappen dan ook rechtstreeks naar de middenberm van de bovenliggende straat. De toegangen werden gemarkeerd met grillige, veelhoekige blauwe borden, het handelsmerk van de Nord-Süd-Bahn. Het perron kreeg de standaardlengte van 80 meter. Tijdens de Tweede Wereldoorlog leed de metrolijn door Neukölln nauwelijks schade. Desondanks werd de dienst op de lijn op 1 april 1944 ingekort en werd Bergstraße opnieuw het eindstation. In de tunnel richting Grenzallee moest de metro namelijk wijken voor een ondergrondse wapenfabriek. Op 25 april 1945 werd het metroverkeer in de gehele stad stilgelegd, maar minder dan een maand later, op 14 mei, was de ongeschonden Neuköllnse lijn een van de twee eerste trajecten die weer in bedrijf kwamen, al reden er aanvankelijk slechts pendeltreinen tussen Bergstraße en Hermannplatz. In 1946 werd de Bergstraße, samen met de aansluitende Berliner Straße en Willi-Walter-Straße, tot Karl-Marx-Straße omgedoopt. Ook het metrostation kreeg deze nieuwe naam. In 1968 besloot men het perron van station Karl-Marx-Straße te verlengen tot 110 meter, wat op alle na de Nord-Süd-Bahn gebouwde lijnen meteen de standaard was geworden. De kortere perrons op de lijnen 6 en 7 hadden tot capaciteitsproblemen geleid. In 1995 volgde een sanering van het station en werd de complete betegeling vervangen, waarbij men rekening hield met de monumentenstatus van het station. Het station is momenteel alleen te bereiken via trappen, maar uiteindelijk moeten alle Berlijnse metrostations van een lift voorzien zijn. Station Karl-Marx-Straße heeft hierbij echter geen hoge prioriteit; volgens het tijdschema van de Berlijnse Senaat zal de inbouw van een lift pas na 2010 plaatsvinden.

Rathaus Neukölln (metrostation)
Rathaus Neukölln (metrostation)

Rathaus Neukölln is een station van de metro van Berlijn, gelegen onder de Karl-Marx-Straße in Berlin-Neukölln, nabij het raadhuis van dit stadsdeel, waaraan het station zijn naam dankt. Het metrostation opende op 11 april 1926 en is onderdeel van lijn U7. Het Berlijnse stadsbestuur kampte bij de aanleg van de Nord-Süd-Bahn (tegenwoordig U6/U7) met een constant gebrek aan financiële middelen, waardoor de lijn na de opening in 1923 steeds in kleine etappes werd verlengd. Op 19 april 1924 werden de stations Mehringdamm en Gneisenaustraße opengesteld en op 14 december van hetzelfde jaar volgde station Hasenheide (nu Südstern). Verdere verlenging zou pas drie en een half jaar later volgen: op 11 april 1926 bereikte de lijn zijn nieuwe eindpunt Bergstraße (nu Karl-Marx-Straße) en werden tevens de stations Hermannplatz en Rathaus Neukölln in gebruik genomen. Al deze stations werden ontworpen door Alfred Grenander, dé architect van de beginperiode van de Berlijnse metro. Het uiterlijk van station Rathaus Neukölln lijkt sterk op dat van de naburige stations Südstern en Karl-Marx-Straße, maar onderscheidt zich van de genoemde stations door zijn kenkleur. Het principe van herkenningskleuren paste Grenander veelvuldig toe bij volgens standaardontwerpen gebouwde stations. Station Rathaus Neukölln heeft de kenkleur blauw, die tot uitdrukking komt in de betegeling van de steunpilaren op het perron en de omlijstingen van de stationsborden. De wanden werden bekleed met grijze tegels. Zoals vrijwel alle oudere stations van de Nord-Süd-Bahn ligt Rathaus Neukölln vlak onder de straat, waardoor er geen ruimte was voor tussenverdiepingen, die in de latere stations gebruikelijk zouden worden. Aan beide uiteinden van het eilandperron leiden trappen dan ook rechtstreeks naar de middenberm van de bovenliggende Karl-Marx-Straße. De toegangen werden gemarkeerd met grillige, veelhoekige blauwe borden, het handelsmerk van de Nord-Süd-Bahn. Het perron kreeg de standaardlengte van 80 meter. Jarenlang veranderde er vrijwel niets in station Rathaus Neukölln, dat de Tweede Wereldoorlog ongeschonden doorstond. In 1967 besloot men het perron te verlengen tot 110 meter, wat op alle na de Nord-Süd-Bahn gebouwde lijnen meteen de standaard was geworden. De kortere perrons op de lijnen 6 en 7 hadden tot capaciteitsproblemen geleid. De tweede en laatste verbouwing van het station volgde aan het eind van de jaren 1990. Tijdens deze renovatie werd het station voorzien van een lift, die net als de trappen rechtstreeks naar de middenberm van de Karl-Marx-Straße leidt, en werd de oorspronkelijke wandbetegeling volledig vervangen. Men deed weinig moeite de nieuwe tegels op het authentieke ontwerp te laten lijken. In tegenstelling tot station Karl-Marx-Straße, waar de oude tegels wel zorgvuldig werden gereproduceerd, staat Rathaus Neukölln dan ook niet onder monumentenbescherming. Sinds de sanering van het station worden de wanden (bekleed met crèmekleurige tegels) gesierd door afbeeldingen van diverse gebouwen in Neukölln.

Neukölln (metrostation)
Neukölln (metrostation)

Neukölln is een metrostation in de Duitse hoofdstad Berlijn dat in 1930 werd geopend bij het gelijknamige S-Bahnstation aan de Ringbahn. De aanleg van de Nord-Süd-Bahn, een noord-zuidlijn met twee takken waartoe station Neukölln aanvankelijk behoorde, verliep bepaald niet op rolletjes. De uitbraak van de Eerste Wereldoorlog leidde ertoe dat de in 1912 begonnen werkzaamheden al snel gestopt moesten worden. Pas in 1923 kwam het eerste deel van de lijn in gebruik. Daarna volgde in kleine etappes een aantal verlengingen, totdat lijn CI, de zuidoostelijke tak van de Nord-Süd-Bahn, in 1926 station Bergstraße (nu Karl-Marx-Straße) in het centrum van Neukölln bereikte. Vier jaar later werd de lijn via het S-Bahnstation van Neukölln doorgetrokken naar het nieuwe eindpunt Grenzallee. Neukölln behoort tot de laatste Berlijnse metrostations die nog voor de Tweede Wereldoorlog werden geopend. Na de ingebruikname van het traject Bergstraße - Grenzallee op 21 december 1930 zou de metrobouw ruim twintig jaar rusten. Zoals reeds vermeld tekende Alfred Grenander voor de nieuwe stationshal van station Neukölln, die ter gelegenheid van de komst van de metro werd gebouwd. Ook ondergronds was deze architect verantwoordelijk voor het ontwerp. Het uiterlijk van metrostation Neukölln combineert (evenals station Grenzallee) elementen van de in dezelfde periode door Grenander ontworpen stations van de U5 en van de U8. Net als in de stations op de genoemde lijnen en in tegenstelling tot de oudere Nord-Süd-Bahnstations is de kenkleur, in het geval van Neukölln geel, niet beperkt tot enkele vaste elementen, maar overal in het station prominent aanwezig. De bekleding van de wanden met glanzende, felgekleurde vierkante tegels is typerend voor de oudste stations op de U8, terwijl de stalen steunpilaren op het perron net als op de U5 onbekleed zijn gelaten. Ook de lengte van het perron, 110 meter, richt zich naar de op de U5 en U8 ontwikkelde standaard; eerdere stations op de Nord-Süd-Bahn waren slechts 80 meter lang en moesten later wegens capaciteitsproblemen verlengd worden. Tijdens de Tweede Wereldoorlog leed de metrolijn door Neukölln nauwelijks schade. Desondanks werd de dienst op de lijn op 1 april 1944 ingekort tot station Bergstraße en sloot metrostation Neukölln voorlopig zijn deuren. In de tunnel tussen Bergstraße en Grenzallee moest de metro namelijk wijken voor een ondergrondse wapenfabriek. Op 25 april 1945 werd het metroverkeer in de gehele stad stilgelegd, maar minder dan een maand later, op 14 mei, was de ongeschonden Neuköllnse lijn een van de twee eerste trajecten die weer in bedrijf kwamen, al reden er aanvankelijk slechts pendeltreinen tussen Bergstraße en Hermannplatz. Nadat de wapenfabriek ontmanteld was konden de treinen vanaf 26 juli weer via station Neukölln gaan doorrijden naar de Grenzallee.De toevoeging Südring, die het metrostation sinds zijn opening droeg, werd in de jaren zestig, toen de grote boycot van de S-Bahn begon, uit de naam van station Neukölln geschrapt. In 1992, een jaar voordat de zuidelijke ringlijn heropend werd, kreeg het station zijn volledige naam Neukölln (Südring) echter weer terug. In 2001 onderging het zeventig jaar oude metrostation een grondige restauratie, waarbij het in zijn oude glorie werd hersteld. Tegelijkertijd bouwde men een lift in, die tevens een directe verbinding met het perron van de S-Bahn vormt. Naast de toegang via de stationshal heeft metrostation Neukölln een drietal eigen in-/uitgangen aan weerszijden van de Karl-Marx-Straße, via tussenverdiepingen aan de beide uiteinden van het eilandperron.

Schlesisches Tor (metrostation)
Schlesisches Tor (metrostation)

Schlesisches Tor is een station van de metro van Berlijn, gelegen in het oosten van de Berlijnse wijk Kreuzberg, niet ver van de Oberbaumbrücke over de Spree. Het viaductstation werd geopend op 18 februari 1902 aan de eerste Berlijnse metrolijn, het zogenaamde stamtracé, en is tegenwoordig onderdeel van lijn U1. Zijn naam dankt het station aan de Schlesisches Tor (Silezische Poort) in de Berlijnse stadsmuur, die tot het midden van de 19e eeuw op deze locatie stond. Station Schlesisches Tor onderscheidt zich door zijn architectuur van alle andere stations aan de Hochbahn door Kreuzberg. Net als de stations Warschauer Straße en Hallesches Tor kreeg het geen standaardconstructie van ijzer en glas van Siemens & Halske, maar een karakteristiek eigen ontwerp. De architecten Hans Grisebach en August Georg Dinklage creëerden een bakstenen stationsgebouw met torentjes, arcades en erkers in neorenaissancestijl. Beide zijperrons kregen een met rode dakpannen beklede overkapping. Het stationsgebouw huisvestte oorspronkelijk ook een café-restaurant en een kegelbaan, later was er een kleine winkel in gevestigd. Het metrostation staat in zijn geheel onder monumentenbescherming. Na de bouw van de Berlijnse Muur in 1961 werd het spoor tussen Schlesisches Tor en Warschauer Straße onderbroken. Station Schlesisches Tor was vervolgens 34 jaar het oostelijke eindpunt van de Hochbahn, totdat de verbinding op 14 oktober 1995 weer hersteld was. In 1985 onderging het stationsgebouw een uitgebreide restauratie aan de hand van de oorspronkelijke ontwerpen. Het spoor in het metrostation ligt in een flauwe bocht boven een pleintje tussen de Skalitzer Straße en de Oberbaumstraße. Ten oosten van station Schlesisches Tor maakt het luchtspoor een S-bocht door de Oberbaumstraße om vervolgens de Spree te kruisen op een viaduct op de Oberbaumbrücke.