place

Reinwardt Academie

Hogeschool in Amsterdam
Reinwardt Academie
Reinwardt Academie

De Reinwardt Academie is een Nederlandse instelling voor hoger beroepsonderwijs, waar een opleiding op het gebied van cultureel erfgoed gegeven wordt. De school biedt twee opleidingen: Bachelor Cultureel erfgoed (voorheen Museologie) en master Applied Museum and Heritage Studies (voorheen Master of Museology, Engelstalig). De school, die vernoemd is naar de botanicus Caspar Georg Carl Reinwardt, is onderdeel van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (AHK). Het is de enige AHK-opleiding die geen toelatingstest kent. Studenten komen uit vrijwel geheel West-Europa. In 1976 begon de Reinwardt Academie haar bestaan op initiatief van de gemeente Leiden in een voormalige basisschool aan de Van den Brandelerkade in de Burgemeesters- en Professorenwijk in die stad. Vanaf begin jaren tachtig was de opleiding gevestigd in het Pesthuis in Leiden. In 1987 behoorde zij tot de hbo-instellingen die fuseerden tot de AHK en in 1992 verhuisde zij naar de Dapperstraat in Amsterdam. De Reinwardt Academie is vanaf het studiejaar 2015-2016 gevestigd aan het Hortusplantsoen in Amsterdam.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Reinwardt Academie (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Reinwardt Academie
Lighthouse Avenue, New York Staten Island

Geografische coördinaten (GPS) Adres Website Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Reinwardt AcademieLees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.366194444444 ° E 4.9055833333333 °
placeToon op kaart

Adres

Jacques Marchais Museum of Tibetan Art

Lighthouse Avenue 338
10306 New York, Staten Island
New York, United States
mapOpenen op Google Maps

Website
tibetanmuseum.org

linkWebsite bezoeken

Reinwardt Academie
Reinwardt Academie
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Johan van Hulstbrug
Johan van Hulstbrug

De Johan van Hulstbrug (brug 233) is een vaste welfbrug in Amsterdam-Centrum. Ze is alleen toegankelijk voor voetgangers. De natuurstenen brug met gietijzeren leuning, genummerd 233, is gelegen in het Doctor D.M. Sluyspad en overspant de verbinding tussen de vijver van de Hortus Botanicus Amsterdam en de Nieuwe Herengracht. De brug zorgt voor de verbinding tussen de eigenlijk tuin en de Overtuin. Zij stond een tijd lang bekend als de Westelijke Hortusbrug en Victoria regiabrug, wijzend op de Victoria regia die al sinds 1859 gehouden wordt in de Hortus (tot 2002 in een kas waartoe de brug leidt, daarna in een verwarmde vijver). In 2016 hield de Gemeente Amsterdam een controle binnen de officieuze tenaamstellingen van bruggen in de stad. Er was toen onvoldoende animo om de officieuze tenaamstelling officieel te maken, noch volgde een officiële vernoeming. Het monumentenregister omschreef de brug in 2017 als zijnde een vaste boogbrug met gietijzeren balustraden gedragen door spanten, die met bruglichaam steunt op opgemetselde landhoofden. Het loopdek is belegd met straatklinkers. De brugleuningen worden gedragen door vierkante geprofileerde pijlers met aan het begin en eind van de leuningen twee triglieven (in totaal dus acht) met daarop bolvormige versieringen. In januari 2018 kreeg ze haar nieuwe naam Johan van Hulstbrug, vernoemd naar Johan van Hulst, die in de hoedanigheid van directeur van de Hervormde kweekschool met anderen zo'n zeshonderd Joodse baby’s en jonge kinderen redde uit de Hollandsche Schouwburg. Bij de naamgeving van de brug week de gemeente af van de regel dat vernoemingen naar personen alleen mocht plaatsvinden als de desbetreffende persoon ten minste al vijf jaar overleden was. De naam was in december 2016 vergeven aan brug 232, maar dit werd in 2018 gecorrigeerd.

Jonas Daniël Meijerplein
Jonas Daniël Meijerplein

Het Jonas Daniël Meijerplein, vaak afgekort tot J.D. Meijerplein, is een plein in Amsterdam. Aan de noordkant wordt het plein begrensd door het Mr. Visserplein en aan de zuidkant door de Nieuwe Herengracht, bij het Hortusplantsoen. De M.S. Vaz Diasbrug (brug 238) verbindt het plein met de Weesperstraat. Het plein ligt aan stadsroute S112. De zuidpunt van het plein is ingericht als speelplaats. Aan het plein, midden in de voormalige Joodse buurt, staat de Portugees-Israëlietische Synagoge (Snoge) uit 1675, ooit de grootste synagoge ter wereld. Ook staan hier vier voormalige synagoges van de Hoogduitse gemeente die sinds 1987 in gebruik zijn als het Joods Historisch Museum. De eerste grote Duitse razzia's onder de Joodse bevolking van Amsterdam vonden plaats op het Jonas Daniël Meijerplein. Op 22 en 23 februari 1941 werden op het plein 425 Joodse mannen samengedreven en weggevoerd naar de concentratiekampen Mauthausen en Buchenwald. Deze razzia's waren de aanzet tot de Februaristaking. In 1952 onthulde koningin Juliana het beeld De Dokwerker ter nagedachtenis aan de Februaristaking. Elk jaar, op 25 februari, vindt een herdenking van de Februaristaking plaats bij dit beeld. Het plein heette oorspronkelijk de 'Deventer Houtmarkt'. In de 19e eeuw werd de naam veranderd in Jonas Daniël Meijerplein, naar Jonas Daniël Meijer (1780-1834), de eerste Joodse advocaat in Nederland. Op 14 augustus 1942, tijdens de Duitse bezetting, werd de naam van het plein op last van burgemeester Voûte veranderd in "Houtmarkt", als onderdeel van een aantal hernoemingen van naar Joodse personen genoemde straten. In 1945, direct na de bevrijding, werd de naam weer terugveranderd in Jonas Daniël Meijerplein.

L.H. Sarlouisbrug
L.H. Sarlouisbrug

De L.H. Sarlouisbrug (brug 240) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De verkeersbrug is gelegen in de Weesperstraat en overspant de Nieuwe Keizersgracht. De brug heeft een geschiedenis vergelijkbaar met de Dr. Dünnerbrug en Dr. Meijer de Hondbrug, al zal deze iets ouder zijn, vanwege de ontwikkeling van de stad vanuit het centrum. Oudere versies van de bruggen werden in beeld vastgelegd door de schilder Jan Bulthuis (eind 18e eeuw) en de fotograaf Jacob Olie. De bruggen moesten enkele keren vervangen of vernieuwd worden in verband met de ombouw van de Weesperstraat tot radiaalweg van Amsterdam. Piet Kramer ontwierp de versie van 1925. Daarvan is een gedeelte verloren gegaan door verdere verbredingen en de aanleg van de Oostlijn van de Amsterdamse metro, waarvoor de brug gedeeltelijk gesloopt werd. De bakstenen walkanten, geïnspireerd door de Amsterdamse School, en de brugpijlers zijn de enige zaken die nog aan Kramer doen denken. Naast de brug ligt het rijksmonument Occo's Hofje (Huis van Barmhartigheid), de brug en het tehuis zijn in 1789 in een prent vastgelegd door Jan Bulthuis. De brug kreeg, net als de Dr. Dünnerbrug en Dr. Meijer de Hondbrug een vernoeming naar een Joods geestelijke, in dit geval Lodewijk Hartog Sarlouis (1884-1942), een opperrabbijn, omgebracht in het concentratiekamp Auschwitz. De vernoeming is opmerkelijk omdat de heer Sarlouis zelf in 1938 aanwezig was geweest bij de opening van een vorige versie van brug 238, sinds 1964 M.S. Vaz Diasbrug genaamd, 100 meter noordelijker.

De Dokwerker
De Dokwerker

De Dokwerker is een beeld en monument op het Jonas Daniël Meijerplein in Amsterdam ter nagedachtenis aan de Februaristaking van 1941. Het standbeeld is in opdracht van het Amsterdamse gemeentebestuur ontworpen en gemaakt door de beeldhouwer Mari Andriessen. De Haarlemse timmerman/aannemer Willem Termetz, die Andriessen al voor de oorlog kende, heeft in 1951 voor het beeld geposeerd. Het vermoeden is dat ze ook samen in het verzet zaten. De zware bouw van Termetz' lichaam had de uitstraling die Mari Andriessen zocht. Willem Termetz stond niet te trappelen om als beeld te worden vereeuwigd, omdat hij de Februaristaking iets heiligs vond en hij niet overtuigd was van de noodzaak dat er een beeld van moest worden gemaakt. Uiteindelijk heeft Godfried Bomans hem overgehaald wel te poseren. De definitieve versie zou na verschillende ontwerpen in een gipsmodel medio 1951 klaar moeten zijn. Het werd een jaar later. Het beeld van de dokwerker is in 1952 bij bronsgieterij Binder in Haarlem gegoten. Door foto's werd het beeld in de pers bekend. Op 28 maart 1952 schreef het Haarlems Dagblad: "Mari Andriessen heeft ter symbolisering van de staking een gewone dokwerker genomen en geenszins een geïdealiseerde arbeider." De toenmalige koningin Juliana onthulde het beeld op 19 december 1952. Sindsdien is het op 25 februari de centrale plek voor de jaarlijkse herdenking van de Februaristaking. Het monument is ook een aantal keren het begin- of eindpunt geweest van demonstraties tegen racisme. De Dokwerker stond niet altijd op de plek waar hij nu staat. In het begin stond het beeld met de blik gericht op het Waterlooplein. In 1970 is het ten behoeve van werkzaamheden aan de metro en de Stopera verplaatst in de richting van de synagoge.