place

Korenmetershuisje (Amsterdam)

Gildehuis in NederlandRijksmonument in Amsterdam-Centrum
Korenmetershuis
Korenmetershuis

Het Korenmetershuisje of Korenmeestershuis aan de Nieuwezijds Kolk in Amsterdam is een voormalig gildehuis, gebouwd in 1620 voor het gilde van korenmeters ter vervanging van een eerder gildehuis op dezelfde plek. Het is een van de weinige Amsterdamse gildehuizen die bewaard zijn gebleven, en een van de weinig nog overgebleven vrijstaande gebouwen in de oude binnenstad. Het Korenmetershuisje is aangewezen als rijksmonument.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Korenmetershuisje (Amsterdam) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Korenmetershuisje (Amsterdam)
Nieuwezijds Kolk, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Korenmetershuisje (Amsterdam)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.376263888889 ° E 4.8948916666667 °
placeToon op kaart

Adres

Nieuwezijds Kolk 28
1012 PV Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Korenmetershuis
Korenmetershuis
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Nieuwezijds Kolk
Nieuwezijds Kolk

De Nieuwezijds Kolk (vaak kortweg "De Kolk" genoemd) is een pleintje in het centrum van Amsterdam. Het grenst aan de Nieuwezijds Voorburgwal en is via de Kolksteeg verbonden met de Nieuwendijk. Midden op het plein staat het Korenmetershuisje, gebouwd in 1620 voor het gilde van korenmeters. Het is een van de weinige Amsterdamse gildehuizen die bewaard zijn gebleven. De Nieuwezijds Kolk is waarschijnlijk het oudste stukje bewoond gebied van de stad. Hier mondde in de Middeleeuwen de Boerenwetering (via de Nieuwezijds Voorburgwal; in 1884 gedempt) uit in de Amstel (Damrak). De archeologische opgravingen die hier zijn uitgevoerd hebben belangrijke informatie verschaft over de vroegste geschiedenis van Amsterdam. Tijdens opgravingen in 1994 en 1999 werden resten aangetroffen van een ommuurde versterking uit de 13e eeuw, mogelijk het kasteel van de Heren van Amstel. Ook zijn vroeg-13de-eeuwse woonhuizen en werkplaatsen van ambachtslieden opgegraven. Op de hoek van de Nieuwezijds Kolk en Boerenwetering werd in 1300 de eerste windmolen van Amsterdam gebouwd. De Kolk werd eind 15e eeuw gedempt en hierna gebruikt als veemarkt. Vanaf 1542 werd het gebruikt als laad- en losplaats voor bierschepen, en kwamen er veel pakhuizen en handelshuizen. Vanaf de jaren '60 stond hier de studentensociëteit Akhnaton, die zich midden jaren '70 ontwikkelde tot een open jongerensoos. In de jaren 1980 en 1990 was de Nieuwezijds Kolk een krakersbolwerk. In twee van de gekraakte panden, De Dirk en De Kolk, werden veel verschillende activiteiten georganiseerd door de krakersbeweging. Ondanks heftige protesten werd midden jaren negentig op de Nieuwezijds Kolk flink gesloopt waarna grootschalige nieuwbouw werd gerealiseerd, met onder meer het inmiddels ontmantelde Winkelcentrum de Kolk (architect: Ben van Berkel) en het hotel Golden Tulip Amsterdam.

Nieuwendijk (Amsterdam)
Nieuwendijk (Amsterdam)

De Nieuwendijk verbindt de Amsterdamse Dam met de Haarlemmerstraat en loopt vrijwel evenwijdig aan het Damrak en de Nieuwezijds Voorburgwal in de richting van het Centraal Station. Het laatste stuk gaat echter met een bocht naar links en komt uit op de Martelaarsgracht. Het stuk tussen de Martelaarsgracht en de Haarlemmerstraat wordt in de volksmond de Korte Nieuwendijk genoemd. De in het verlengde van Kalverstraat gelegen straat is een van de oudste winkelstraten van Amsterdam. De Nieuwendijk vormde, met de Kalverstraat, de dijk langs de westelijke oever van de Amstel, thans, Rokin-Damrak. Op de dijk langs de westoever (nu de Nieuwendijk) verrezen rond 1225 de uit archeologisch onderzoek oudste bekende (houten) huizen van Amsterdam die niet aan agrarische doeleinden waren gerelateerd. Wat later raakte ook de dijk aan de oostkant bewoond (nu Warmoesstraat). Tussen beide oevers werd, rond 1250, een dam met sluizen gebouwd (de huidige Dam). Aan het hoogteverschil tussen deze straten is dat nog steeds te zien. Op straatniveau gaan de gevels schuil achter een lange rij winkelpuien. De grachtentuinen aan de achterzijde zijn door bebouwing verdwenen. Eind jaren 50 en begin jaren 60 was de Nieuwendijk een favoriete samenscholingsplaats voor jongeren die als dijkers werden aangeduid. Tot in de jaren 70 was de straat, zij het beperkt, nog toegankelijk voor auto's. Daarna werd het een voetgangerstraat met aangepaste bestrating. In het begin van de jaren 90 veroorzaakten junks, met name op het laatste stuk van de Nieuwendijk dat bekendstaat als de Bocht, hier overlast. Tegenwoordig is de straat een moderne winkelstraat, gericht op toeristen en dagjesmensen.

'T Stadhuys van Hoorn
'T Stadhuys van Hoorn

Gevelsteen 'T Stadhuys van Hoorn is een gevelsteen in Amsterdam-Centrum. De steen bevindt zich in een gevel van de Dominicuskerk. De steen is afkomstig van de herhaalde vernieuwing van de schuilkerk ’T Stadhuys van Hoorn gevestigd aan de Nieuwezijds Achterburgwal (Agterburgwal). Die schuilkerk, die eruit zag als een grachtenpand werd rond 1763 gebouwd als een vervanging van een bestaande gebouw. Bij deze verbouwing kreeg de steen de huidige omlijsting met Lodewijk XV-kenmerken. De steen zat toen in de buitengevel. Die kerk werd regelmatig verbouwd, waarbij de gevelsteen steeds herplaatst werd. In 1878 werd besloten dat er weer een nieuwe kerk moest komen aan de Spuistraat (de hernoemde Nieuwezijds Achterburgwal na demping in 1873) en architect Pierre Cuypers plaatste de steen in de onderbouw van de hoge kerktoren aan de Korte Korsjespoortsteeg, die echter nooit afgebouwd werd. Op de ontwerptekening is de steen trouwens niet te zien. Bij een renovatie in 1995 werd de steen weer verplaatst, nu in de zijgevel van het gebouw aan de Spuistraat. De steen hangt dus vanaf dat moment bij de plek waar ze ooit begon. De steen werd toen op initiatief van de Vereniging van Amsterdamse Gevelstenen gerestaureerd; ze had te lijden gekregen van regenwater. Tijdens diezelfde restauratie werd ook de losse plint gerestaureerd. De steen is gemaakt in de rococostijl met voluten etc. terwijl de kerk neogotisch is. Tijdens de restauratie kreeg het haar blauwe kleur, een verwijzing naar een prent van Adrianus Doesjan in het bezit van het Westfries Museum. Het gebruikte materiaal voor het stadhuis was Belgisch hardsteen, dat blauw geschilderd was om meer op te vallen. Burgemeester Job Cohen kwam op 19 april 1996 de oude steen op nieuwe plek onthullen. Het afgebeelde stadhuis van Hoorn stond tot 1797 aan Roode Steen in Hoorn; het ging aan bouwvalligheid ten onder en werd afgebroken.

Amsterdam Oersoep
Amsterdam Oersoep

Amsterdam Oersoep is een van de grootste artistieke kunstwerken in Amsterdam. Het kwam tot stand in de jaren tien van de 21e eeuw toen een gebied ter hoogte van de Beurspassage aangepast werd aan de moderne tijd. Panden Damrak 70 en 80 en Nieuwendijk 196 werden grondig verbouwd en kregen nieuwe gebruikers. Die beurspassage werd daarbij versierd met een enorm kunstwerk, bestaande uit tegels, lampen en luxe kroonluchters, die gefabriceerd zijn van veredelde fietsonderdelen (koplampen, wielen, spaken etc.). Het ontwerp kwam van Arno Coenen en Iris Roskam. De kroonluchters zijn ontworpen door Hans van Bentem. Coenen en Roskam lieten zich inspireren door de Amsterdamse grachten en alles wat daarin leeft of opgeslagen ligt. Er zijn vissen te zien, luchtbellen, weerspiegelingen, maar ook restanten van fietsen. Andere uitgangspunten waren de kracht van het water en het ontstaan van het heelal. De lampen verwijzen naar koopwaar dat in Amsterdam dat van verkoper naar koper ging (zoals vis). In de vloer zijn onder andere wapenschilden terug te vinden. Wethouder Kunst en Cultuur Kajsa Ollongren kwam op 15 april 2016 het eerste van een miljoen steentjes zetten. Het plafond, dat het idee moet geven dat je onder water loopt, kreeg een glasmozaïek van 450 vierkante meter. De vloer met ornamenten werd belegd met terrazzotegels. De wanden zijn gemaakt van handgemaakte tegels met daarop weer ornamenten van glas-in-lood. Alles is afgewerkt met door een robot geplaatste spiegels met bladgoud, die refereren aan de bouwstijl art deco, die hier in de omgeving te vinden is zoals bij de Beurs van Berlage. Zij vormen een serie die de evolutionaire ontwikkeling van mens weergeeft, van vis tot mens. Centraal stuk in het geheel bestaat uit een hangend beeld van een vissenbek met daaronder de tekst Take some Mokum with you. Een soortgelijk groot werk van Coenen en Roskam is te vinden in Rotterdam. In de Markthal is hun Hoorn des overvloeds te bekijken.

Kattengat
Kattengat

Het Kattengat is een korte straat in Amsterdam-Centrum. De straat loopt van oost naar west en begint als zijstraat van de Spuistraat. Bij de Smaksteeg komt de straat uit op de Stromarkt gelegen aan het Singel. Oorspronkelijk was het Kattengat een smal grachtje in een V-vorm dat van de Nieuwezijds Achterburgwal (thans Spuistraat) in twee gedeelten naar het Singel liep. In de tweede helft van de 19e eeuw is het grachtje gedempt. De linkerpoot van de V heet sinds 2 oktober 1873 Koggestraat. Het Kattengat is in 1936 door sloop aanzienlijk verbreed. Ten westen van de straat staat de voormalige Ronde Lutherse Kerk die sinds 1975 behoort tot het "Sonesta Hotel" tegenwoordig het "Renaissance Hotel" gelegen tussen de Ossenspooksteeg en de Jeroenensteeg nabij de vroegere Sint Jeroenentoren die in de 15e eeuw op de stadsmuur stond. Er werd een ondergrondse tunnel onder het Kattengat aangelegd, waardoor hotelgasten de als congres- en concertzaal dienende koepel konden bereiken. De straat kent evenals de Stromarkt eenrichtingsverkeer richting het Singel. De naam Kattengat verwijst naar een nauwe doorgang, een gat zo smal dat er geen kat door kon. Een andere verklaring voor de naam is de vroegere bodemgesteldheid, drassig land waar kattenkruid groeit. Verder in Amsterdam: Kattenlaan, deze ligt in Oud-West, in de buurt van het Vondelpark, op ongeveer twee kilometer van het Kattengat. Kattenburg, Oostelijk eiland. Kattensloot kanaal tussen de Kostverlorenvaart en de Singelgracht. Kattenslootbrug. Deze verbindt de 2 oevers van de Jacob Catskade op de grens van de Frederik Hendrikbuurt en de Staatsliedenbuurt.