place

Incassobank (Utrecht)

Amsterdamse SchoolbouwwerkRijksmonument in Utrecht (stad)
514262 Nobelstraat4
514262 Nobelstraat4

De Incassobank is een gebouw van een voormalige bank in het centrum van de Nederlandse stad Utrecht. Het gebouw met conciërgewoning aan de Nobelstraat is rond 1920 ontworpen door Jan Baanders sr. voor de Amsterdamse Incasso Bank in de stijl van de Amsterdamse School. Beeldhouwer Hildo Krop vervaardigde een sculptuur in baksteen op een hoek van het bouwwerk.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Incassobank (Utrecht) (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Incassobank (Utrecht)
Nobelstraat, Utrecht

Geografische coördinaten (GPS) Adres Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Incassobank (Utrecht)Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.093180555556 ° E 5.1243638888889 °
placeToon op kaart

Adres

Nobelstraat 4
3512 EN Utrecht (Utrecht)
Utrecht, Nederland
mapOpenen op Google Maps

514262 Nobelstraat4
514262 Nobelstraat4
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Drift (Utrecht)
Drift (Utrecht)

De Drift is een gracht en straat in de binnenstad van de Nederlandse stad Utrecht. Ze sluit aan op de Kromme Nieuwegracht in het zuiden en heeft haar vervolg in de Plompetorengracht in het noorden. Vandaag de dag wordt ze doorsneden door de doorlopende weg/busbaan over het Janskerkhof en de Nobelstraat; vroeger was de Drift als verkeersader echter van meer betekenis. De benaming drift staat oorspronkelijk voor een weg waarlangs de boeren hun vee naar Utrecht dreven. De gracht werd tussen 1390 en 1393 samen met de Nieuwegracht, de Kromme Nieuwegracht en de Plompetorengracht gerealiseerd, waarschijnlijk om de ontwatering van het gebied te verbeteren als voorbereiding op de aanleg van de bebouwing. Het tracé van de Drift liep langs de immuniteit van Sint-Jan. De erven van de claustrale huizen strekten zich uit tot aan de gracht. Net als de Kromme Nieuwegracht heeft de Drift daardoor aan de westzijde geen straat. De huizen zijn er bereikbaar door middel van zeven particuliere bruggen over de gracht. Bovendien zijn er langs de Drift geen werven voor de werfkelders. Er zijn vier openbare bruggen: de Jansdambrug bij de overgang van de Kromme Nieuwegracht naar de Drift, de Stammetsbrug ter hoogte van de Nobelstraat, de Maarsbergerbrug aan de noordzijde van het Janskerkhof en de Driftbrug bij de overgang van de Drift naar de Plompetorengracht ter hoogte van de Wittevrouwenstraat. Aan de Drift liggen verscheidene monumentale panden. Het oudste daarvan, Huis Renesse, heeft een façade die niet ouder is dan de achttiende eeuw, al gaan de oudste delen van het gebouw terug tot in de late Middeleeuwen. Een deel van de overige gevels is negentiende-eeuws en in classicistische stijl gebouwd, een aantal andere gevels zijn neogotisch en twintigste-eeuws. In 1807 bracht koning Lodewijk Napoleon Bonaparte zijn residentie van Den Haag over naar Utrecht en kocht een aantal panden aan aan de Drift en Wittevrouwenstraat die hij tot een paleis liet verbouwen. Hij gebruikte het nieuwe complex maar kortstondig als zijn verblijfplaats, maar in 1811 kreeg het nog wel een bezoek van keizer Napoleon Bonaparte. De Drift biedt plaats aan verscheidene gebouwen van de Universiteit Utrecht, van de Faculteit Geesteswetenschappen (Letterenstudies) en de Faculteit Recht, Economie, Bestuur en Organisatie (Rechtsgeleerdheid). Ook is de sociëteit Hestia van UVSV/NVVSU hier gevestigd. Aan de gracht staan gietijzeren gaslantaarns uit 1857. Na de aanleg van het elektriciteitsnet verdwenen in eerste instantie deze lantaarns. Met de grootschalige restauraties vanaf 1948 van de Utrechtse werven en werfkelders, werd besloten de oude opgeslagen lantaarnpalen weer terug aan te brengen. De lampenkap werd aangepast naar ontwerp van Pyke Koch. De plaatsing was wel problematisch aangezien de lantaarnpalen wegens ruimtegebrek op de muur dienden te komen, die echter te smal is voor de lantaarnvoet. De oplossing werd gevonden in het aanbrengen van een console onder de lantaarnvoet. Al vroeg ontwikkelde zich tevens het idee deze te gebruiken als een soort openbaar kunstbezit door de console aan de grachtzijde van beeldhouwwerk te voorzien. Op de gebeeldhouwde lantaarnconsoles aan deze gracht worden onder meer de zeven hoofdzonden uitgebeeld. In 2010 werd bekend dat de Universiteit plannen heeft voor een grootschalige verbouwing van de Drift 4, 6 en 8.

Paleis van Lodewijk Napoleon (Utrecht)
Paleis van Lodewijk Napoleon (Utrecht)

Het Paleis van Lodewijk Napoleon in de Nederlandse stad Utrecht was in het begin van de 19e eeuw de residentie van Lodewijk Napoleon, koning van het Koninkrijk Holland. Nadat Lodewijk Napoleon in 1806 door zijn broer Napoleon Bonaparte tot koning van het Koninkrijk Holland was benoemd, vestigde hij zich in eerste instantie op Huis ten Bosch in Den Haag. Omdat hem vanwege zijn artritis het klimaat aan de kust niet erg beviel, besloot hij al in 1807 naar Utrecht te verhuizen. Op de hoek van de Drift en de Wittevrouwenstraat kocht hij naastgelegen panden op waarna binnen enkele maanden een paleis werd gebouwd door J.Th. Thibault en J.D. Zocher Sr. De patriciërshuizen aan de Drift werden samengevoegd en verbouwd, aan de Wittevrouwenstraat werden de lage winkelpanden gesloopt, alleen het Huis Taets van Amerongen op de hoek van de Wittevrouwenstraat en de Rietsteeg (tegenwoordig Keizerstraat) bleef intact. De Driftzijde werd zo de achterkant van het paleis; hier bevond zich nog slechts een personeelsingang. Het geheel, afgezien van het Huis Taets van Amerongen, werd blauw gepleisterd: het eerste voorbeeld van algehele buitenbepleistering in Nederland. Aan de Rietsteeg, de tegenwoordige Keizerstraat, bevond zich de remonstrantse kerk. Deze werd aangekocht en verbouwd tot hofkapel. In januari 1808 was het complex bewoonbaar. Utrecht zou gedurende zo'n half jaar de hoofdstad zijn van het Koninkrijk Holland. Lodewijk Napoleon heeft uiteindelijk slechts korte tijd gebruikgemaakt van zijn Utrechtse paleis. Reeds in april 1808 nam hij in Amsterdam zijn intrek in het Paleis op de Dam. De bouwwerkzaamheden in Utrecht gingen echter door, en in juli 1808 kwam de koning weer naar de stad en kocht de buitens Oud- en Nieuw-Amelisweerd om deze te verbouwen tot koninklijke buitenplaats. Aan het eind van de maand vertrok hij echter weer, om er daarna nog sporadisch terug te komen. Desalniettemin kreeg de residentie in 1809 nog een balzaal. In 1810 deed Lodewijk Napoleon afstand van de troon en ging terug naar Frankrijk. Napoleon Bonaparte en zijn echtgenote gebruikten het Utrechtse paleis in 1811 nog enkele dagen tijdens een bezoek. In 1814 legde een brand het Huis Taets van Amerongen grotendeels in de as. Het restant werd tot een kleinere woning verbouwd, de rest van het paleis werd opgedeeld in verschillende burelen. Een van de panden werd in 1814 de locatie van het Hoog Militair Gerechtshof. In 1834 werden de gebouwen publiekelijk verkocht. Ze zijn vervolgens onder meer gebruikt voor de huisvesting van het rijks- en gemeentearchief en de Universiteitsbibliotheek Utrecht (tot op heden). Op de plaats van het Huis Taets van Amerongen werd in 1909 een nieuwe bibliotheek gebouwd, en in 1975 werd op de binnenplaats een paviljoen gebouwd dat in 2005 weer gesloopt werd.