place

Brug 102

Brug in Amsterdam-CentrumGemeentelijk monument in Amsterdam
Amsterdam (8807465005)
Amsterdam (8807465005)

Brug 102 is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. Ze ligt daar al eeuwenlang in het verlengde van de Eerste Looiersdwarsstraat over de Looiersgracht. Joan Blaeu tekende de brug al in bij zijn plattegrond van Amsterdam uit 1649. Ze ligt tussen brug 103 en brug 100 in. De moderne geschiedenis van de brug begint in 1885 toen hier de vaste houten brug uit circa 1795 vernieuwd moest worden. Het werk liep vertraging op omdat de Hollandsche Gasfabriek geen zin had haar gasbuizen op te ruimen. Na aanschrijving ruimde de gemeente de buizen dan maar op. Eind 1886, begin 1887 was de brug dan toch klaar. In 1934 werd de brug in brand gestoken tijdens het Jordaanoproer. In 1960 is de brug gerenoveerd maar hield haar oorspronkelijke uiterlijk. De nog steeds houten brug (gegevens 2017) werd in 1995 uitgeroepen tot gemeentelijk monument, mede door haar houten brugpijlers en beplanking, een zeldzaamheid binnen de stad. Ook de oude balustrades uit de 18e eeuw (vermoedelijk van de brug uit 1795) zouden daaraan hebben bijgedragen. De brug is in wezen een voetbrug (trappetjes voor de brug), maar voor fietsers zijn aparte op- en afritten gemaakt.

Fragment uit het Wikipedia-artikel Brug 102 (Licentie: CC BY-SA 3.0, Auteurs, Beeldmateriaal).

Brug 102
Kromme Palmstraat, Amsterdam Centrum

Geografische coördinaten (GPS) Adres Website Nabijgelegen plaatsen
placeToon op kaart

Wikipedia: Brug 102Lees verder op Wikipedia

Geografische coördinaten (GPS)

Breedte Lengte
N 52.3685 ° E 4.8813611111111 °
placeToon op kaart

Adres

Grachtengordel van Amsterdam

Kromme Palmstraat
1015 HH Amsterdam, Centrum
Noord-Holland, Nederland
mapOpenen op Google Maps

Website
amsterdam.nl

linkWebsite bezoeken

Amsterdam (8807465005)
Amsterdam (8807465005)
Ervaringen delen

Nabijgelegen plaatsen

Prinsengracht 493
Prinsengracht 493

Prinsengracht 493 is een rijksmonument in Amsterdam, met bedrijfsruimten in het souterrain en op de bel-etage, en woningen op de bovengelegen verdiepingen. Het is gebouwd halverwege de 18e eeuw. In de tweede helft van de 19e eeuw is het pand vanaf de vierde verdieping verhoogd en onder een nieuwe kap gebracht met een gevel onder een rechte lijst. Van 1897 tot 2010 was hier een vermaarde theologische boekhandel, uitgeverij en antiquariaat gevestigd van gereformeerde signatuur, opgericht door Hendrik Arnold van Bottenburg. Van Bottenburg groeide uit tot een invloedrijke en grote uitgeverij en boekhandel, vooral in de jaren 20 en 30 van de 20e eeuw. Tijdens de Tweede Wereldoorlog had een verzetsgroep er diens thuisbasis. Studenten van de Vrije Universiteit vergaderden er in het geheim, omdat de bezetter studentenorganisaties had verboden. De oprichter van het bedrijf stierf zeer plotseling in 1941. Zijn zoon Arnold zette samen met zijn vrouw Hilly de zaak voort en was actief in het verzet. De eerste nummers van het toen nog ondergrondse verzetsblad Trouw werden er in het diepste geheim gedrukt. De illegale krant verscheen voor het eerst op 18 februari 1943, oorspronkelijk onder de naam Oranje-Bode, op initiatief van een groep orthodox-protestantse verzetsmensen, zoals Gezina van der Molen, Sieuwert Bruins Slot, Jan Schouten en Wim Speelman. De redactie had op een van de bovenverdiepingen van Prinsengracht 493 ook een luisterpost gevestigd van mei 1944 tot oktober 1944, waar clandestien radio-uitzendingen van Radio Oranje uit Londen werden ontvangen. Deze werden opgenomen op grammofoonplaten en elders uitgetypt voor publicatie. Arnold van Bottenburg werd verraden, opgepakt en opgesloten in een concentratiekamp. Hij overleefde de oorlog. Van 1986 tot 1992 was op de beletage het eerste kantoor van het Landelijk Aktie Komitee Scholieren gevestigd.

Lijnbaansgracht 211-218
Lijnbaansgracht 211-218

Het gebouwencomplex Lijnbaansgracht 211-218/Passeerdersgracht 34-38 te Amsterdam is een gebouw aan de Lijnbaansgracht hoek Passeerdersgracht, hoek Tweede Passeerdersdwarsstraat, hoek Passeerdersstraat te Amsterdam-Centrum. Op de plaats van het complex verscheen rond 1940 een wooncomplex in de verstrakte Amsterdamse Schoolstijl. Architecten waren Lucas Göbel (1899-1989) en Gerardus den Hertog (1901-1990). Het gebouw bestaat uit een souterrain, daarop vier woonetages en een zolderverdieping, iets wat aan de Lijnbaansgracht nog niet vaak terug te vinden was; de bebouwing bestond voornamelijk uit laagbouw. Het souterrain valt nog binnen de natuurstenen borstwering. Vanaf dan begint een bakstenen gevel met ingesneden portieken met blokjes natuursteen tussen het baksteen. Vanaf verdieping twee zijn erkers in de raamgangen te vinden. Het complex staat op een vierhoek, waarbij er een taartpunt (dat wil zeggen scherpe hoek) is ontstaan op de hoek Lijnbaansgracht 211 en Passeerdersstraat (diepte circa 10 meter), terwijl aan het eind bij huisnummer 218 een diepte is ontstaan van meer dan 30 meter. Het complex lijkt op de woonblokken in de wijk Bos en Lommer, die ook door Göbel en Den Hertog (met derden) waren ontworpen. Het gebouw wordt omringd door andere monumenten: Gemeentelijk Arbeidsgebouw aan de Passeerdersgracht 30-32/ Tweede Passeerdersdwarsstraat 7-9 Tweede Passeerdersdwarsstraat 1-3/Passeerdersstraat 67 brug 98 en brug 99 Raamplein 1 met de Openbare Handelsschool.

Brug 98
Brug 98

Brug 98 is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De brug is gelegen in de oostelijke kade van de Lijnbaansgracht en voert over de Passeerdersgracht. De Lijnbaansgracht stuit hier al sinds eind 18e eeuw op het Raamplein (eerst nog Malagplein geheten) om pas weer bij de Leidsegracht te gaan stromen (er zou een duiker onder het terrein lopen). De brug, per 10 oktober 1995 een gemeentelijk monument, is omringd door andere monumenten: Lijnbaansgracht 211-218/Passeerdersgracht 34-38, een woonblok van Göbel en den Hertog, gemeentelijk monument brug 99, gemeentelijk monument Passeerdersgracht 27, de conciërgewoning behorende bij de Openbare Handelsschool, een rijksmonument Raamplein 1, gymnastieklokaal en hoofdgebouw van de Openbare Handelsschool, een rijksmonument Nieuwe Passeerdersstraat 1, dat Jeugdtheater De Krakeling herbergt, een rijksmonument. Aan de overkant van de Lijnbaansgracht met haar kade Marnixstraat begint een bijna 100 meter lange duiker. Op de kaart van Joan Blaeu uit 1649 is de brug net als de andere brug 96 over de Passeerdersgracht al ingetekend. Net als de bruggen over de Looiersgracht was ook deze brug er bijna niet meer geweest. In 1913 kwam een plan boven tafel de Passeerdersgracht te dempen en hier een grote brede weg neer te leggen, De nabijgelegen Leidsestraat kon het verkeer niet aan. Het plan hield ook in dat er historische gebouwen aan de Herengracht en Keizergracht gesloopt moesten worden en de Beulingsloot gedempt. De schoonheidsschade zou blijvend zijn, terwijl toen nog niet zeker was, dat de route voldoende verkeersaanbod zou krijgen. Het plan ging dus niet door. De huidige brug (gegevens 2017) dateert van 1927. Toen werd het deel van de kade Lijnbaansgracht tussen de Passeerdersstraat en -gracht afgesloten voor het vernieuwen de brug. Van 9 mei tot 4 september 1927 werd hier een brug geplaatst naar een ontwerp (van het bureau) van Piet Kramer, bruggenarchitect van de Dienst der Publieke Werken. De brug (met name de walkanten) heeft de voor Kramer kenmerkende Amsterdamse Schoolstijl. De overspanning zelf is vrij standaard, maar de balustrades van siersmeedwerk zijn ook duidelijk van de hand van Kramer. Deze balustrades lopen door tot natuurstenen kolom, hier eenvoudig bewerkt.

Tetje de Jongbrug
Tetje de Jongbrug

Tetje de Jongbrug (brug 100) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. De brug ligt in de oostelijke kade van de Lijnbaansgracht en overspant de Looiersgracht. Deze gracht kent maar drie bruggen, de Looierssluis (brug 103), de brug 102 en deze brug 100. Brug 101, de Nieuwe Amstelbrug, ligt over de Amstel, dus elders in de stad. Brug 99 is voor wat betreft ontwerp een zusje van brug 100 en ze zijn in dezelfde tijd aangelegd. De brug werd in 1995 benoemd tot gemeentelijk monument. Nabij de brug stond de snoep-fabriek van Klene (1915-1986). Aan de overkant van de Lijnbaansgracht staat aan de Marnixstraat het Amsterdamsch Tehuis voor Arbeiders (ATVA) (een rijksmonument). Hier ligt al eeuwen een brug, zoals op de kaart van Joan Blaeu uit 1649 te zien is. Eind 19e eeuw lag hier een vaste houten brug, die in 1885 verbreed moest worden. In 1913 kwam er een voorstel tot demping van de Looiersgracht met verlegging van de brug "naar" over de Lijnbaansgracht. Die plannen gingen niet door, de Looiersgracht bleef open. De aanbesteding vond plaats op 28 maart 1927. Van december 1927 tot mei 1928 werd hier de huidige brug (gegevens 2017) geplaatst in een ontwerp (van het bureau) van Piet Kramer, bruggenarchitect van de Dienst der Publieke Werken. Tegelijkertijd werd ook aan brug 98 en brug 99 gewerkt. De brug 100 (met name de walkanten) heeft de voor Kramer kenmerkende Amsterdamse Schoolstijl. De overspanning zelf is vrij standaard, maar de balustrades van siersmeedwerk zijn ook duidelijk van de hand van Kramer. Deze balustrades lopen door tot natuurstenen kolom, hier eenvoudig bewerkt, ook een kenmerk binnen Kramers bruggen. Het geheel wordt gedragen door een dennenhouten paalfundering De brug werd op 25 mei 2020 vernoemd naar de eerste betaalde vrouwelijke Commissaris van politie van Nederland: Tetje de Jong. De brug ligt tussen twee (hoofd-)bureaus van politie in (Elandsgracht en Lijnbaansgracht).

Brug 99
Brug 99

Brug 99 is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. Ze is gelegen in de Passeerdersstraat en overspant de Lijnbaansgracht. De brug werd in 1995 benoemd tot gemeentelijk monument. Nabij de brug stond de snoep-fabriek van Klene (1915-1986). Schuin aan de overkant van de Lijnbaansgracht staat aan de Marnixstraat het rijksmonument het Amsterdamsch Tehuis voor Arbeiders (ATVA). Recht voor de brug lag het woonzorgcentrum Sint Bernardus aan de Nieuwe Passeerdersstraat, dat in 2012 afgebroken werd. Ten zuidwesten van de brug ligt het gemeentelijk monument wooncomplex Lijnbaansgracht 211-218/Passeerdersstraat 34-38 van de architecten Göbel en den Hertog. Op de kaart van Joan Blaeu uit 1649 is de brug al ingetekend. Ze ligt dan nog niet recht voor de Passeerdersstraat. De recente geschiedenis laat een brug zien die er bijna niet meer geweest was. In 1913 werd geopperd om de Looiersgracht te dempen en de brug over de Lijnbaansgracht daar te projecteren. Dat plan ging niet door. De huidige brug (gegevens 2017) dateert van 1927. Toen werd het deel van de kade Lijnbaansgracht tussen de Looiersgracht en de Passeerdersstraat afgesloten voor het vernieuwen van twee bruggen: Brug 100 over de Looiersgracht en Brug 99 over de Lijnbaansgracht; de bruggen zijn qua ontwerp zusjes van elkaar. Van augustus 1927 tot en met december 1927 werd hier de huidige brug (gegevens 2017) geplaatst in een ontwerp (van het bureau) van Piet Kramer, bruggenarchitect van de Dienst der Publieke Werken. De brug (met name de walkanten) heeft de voor Kramer kenmerkende Amsterdamse Schoolstijl. De overspanning zelf is vrij standaard, maar de balustrades van siersmeedwerk zijn ook duidelijk van de hand van Kramer. Deze balustrades lopen door tot natuurstenen kolom, hier eenvoudig bewerkt. De brug is versierd met bloembakken en kent eenrichtingsverkeer richting Marnixstraat.

Berensluis
Berensluis

Berensluis (brug 65) is een vaste brug in Amsterdam-Centrum. Ze vormt de verbinding tussen de Berenstraat en de Elandsgracht, ze overspant daarbij de Prinsengracht. In de onmiddellijke nabijheid lag brug 104 in de kade van de Prinsengracht over de Elandsgracht, de brug is na de demping van die laatste opgeruimd. Beide bruggen zijn terug te vinden op de kaart van Joan Blaeu van 1649. In 1890 was de brug in het nieuws tijdens de gesprekken over het dempen van de Elandsgracht, alsmede het bepalen van de toevoer van de nog te bouwen Centrale Markthallen. In 1892 vond de aanbesteding plaats voor het verbreden van de bestaande brug, er moest onder andere 36 ton balkijzer en 11 ton buckplaten geleverd worden voor deze brug en ook brug 112 (in de Prinsengracht over de Lauriergracht). In mei 1893 waren (pas) de benodigde sloopwerken begonnen, terwijl voor voetgangers er noodbruggen lagen. De nieuwe brug bleek in 1928 niet (meer) stevig genoeg voor zwaar verkeer (5500 kg). De huidige brug (gegevens 2017) dateert van 1950, ze werd aangelegd tussen 26 juni en 23 oktober. Het ontwerp voor de ide brug kwam van de Dienst der Publieke Werken, waar Piet Kramer verantwoordelijk was voor de esthetiek van bruggen. Zijn naam wordt echter nergens genoemd, zodat het ontwerp op naam staat van "het bureau van". De hand van Kramer is vooral terug te vinden in de uitkragingen op de brugpijlers, die opnieuw een verbreding dragen. De brug lijdt een anoniem leven, ze lijkt veel te breed voor de hoeveelheid verkeer, maar won aan importantie bij de herwaardering van het winkelgebied de Negen Straatjes. De brug is genoemd naar de Berenstraat waar looierijen gevestigd waren, daarbij werden ook huiden van beren bewerkt.